10
11
5.1. Inkomend gesprek
Als de handset overgaat, kunt u deze beantwoorden door de toets in te drukken.
Tijdens het overgaan, knippert de LED snel en in het display verschijnt het nummer van de oproepende deelnemer
of indien in het telefoonboek opgeslagen, de naam van de oproepende deelnemer in het display (indien geac-
tiveerd). Bij een externe oproep of wanneer de beller het telefoonnummer niet meestuurt, verschijnt de tekst
“INKOMENDE OPROEP” in het display.
Het is mogelijk om het oproepsignaal uit te schakelen, zonder dat de oproep wordt beantwoord. U drukt hiervoor
op de “MUTE”-toets ✓. In het display verschijnt nu: “BELSIG. UIT”.
5.2 Tijdens het gesprek
Volume instellen:
Gebruik de twee toetsen aan de rechterkant van de handset om het volume in te stellen.
Microfoon uitzetten:
Druk op de “MUTE”-toets ✓. In het display verschijnt nu: “MIC. UIT”.
Druk nogmaals op de “MUTE”-toets ✓ om de microfoon weer te activeren.
Doorverbinden van een oproep naar een andere handset:
Druk op “R”-toets en kies een nieuw nummer.
Druk de - toets in en de oproep wordt doorverbonden naar de andere deelnemer.