1122..00 UUiittvvaall vvaann ddee nneettssppaannnniinngg
• Ingeleerde bewegingsposities en kanaaltoewijzingen blijven opgeslagen.
• Als de netspanning tijdens een beweging plaatsvindt, wordt de laatste automa-
tische bewegingsopdracht bij terugkeer van de netspanning uitgevoerd.
Handmatige bewegingen worden niet herhaald.
• Bij terugkeer van de netspanning wordt op de LUXOR 414 een terugblik uitge-
voerd en de zonwering gaat naar de betreffende positie.
Is de zonweringsfunctie actief, dan wordt opnieuw geactiveerd.
De zonwering blijft in zijn huidige positie staan.
1133..00 DDiiooddeemmoodduullee ((990077 00 336677))
• De OMLAAG-functie wordt met een serieschakeling van de diodemodule
907 0 367 (inbouwrichting willekeurig) en een drukknop bereikt.
• Voor de OMHOOG-functie wordt parallel aan deze serieschakeling een
drukknop (zonder diodemodule) geschakeld.
1144..00 TTeecchhnniisscchhee ssppeecciiffiiccaattiieess
Bedrijfsspanning: 230 V AC, + 10 %/ - 15 %
Netfrequentie: 50 Hz
Eigen verbruik: 4 VA
Aansluitkabel drukknop/schakelaar: 230 V faseonafhankelijk
Kabellengte drukknop/schakelaar: max. 100 m (NYM, H05/H07, NYIF)
2-draadsverbinding voor COM: diameter naar keuze/lengte tot 100 m
Toegest. omgevingstemperatuur: –10 °C ... +50 °C
Beschermingsklasse: II volgens EN 60730-1 bij voorgeschreven
montage
Beschermingsgraad: IP 20 volgens EN 60529
Schakeluitgangen: 6 A bij 250 V AC, cos ϕ = 1
Werking: RS type 1 B volgens EN 60730-1
Bewegingsduur: max. 3 min
Slipcorrectie: 20 s
Vervuilingsgraad: 2
Een gedetailleerde beschrijving van de functies vindt u in het LUXOR-handboek
op
wwwwww..tthheebbeenn..ddee
.
1111..00 FFuunnccttiiee mmeett sseennssoorrmmoodduullee LLUUXXOORR 441111
Is een sensormodule LUXOR 411 op het LUXOR-system aangesloten, dan kunnen
de rolluikkanalen afhankelijk van zon, schemering, wind, regen, temperatuur en
vorst (alleen bij zonnescherm) worden in- en uitgeschakeld.
••
De sensormodule regelt de toewijzing van de sensorfuncties aan de
rolluikkanalen.
••
De toewijzing van de sensorfuncties aan de rolluikkanalen vindt analoog aan
de programmering van de groepen , G1 t/m G3 plaats.
ZZoonnwweerriinnggssffuunnccttiiee
••
De zonweringsfunctie werkt alleen in de Auto-modus. Deze kan uitsluitend
boven de tussenpositie worden geactiveerd.
••
Bij het overschrijden van de ingestelde lichtdrempel gaat de zonwering naar
de ingeleerde tussenpositie. Wordt de lichtdrempel wordt onderschreden,
gaat de zonwering weer naar de bovenste eindstand.
••
Halfautomatische bediening (alleen bij zonnescherm): De halfautomatische
bediening is actief als de zonweringsfunctie aan een kanaal werd toegewezen
en een bewegingsdrukknop werd ingdrukt. Bij morgen- of avondschemering
wordt deze gedeactiveerd en het zonnescherm gaat vervolgens naar de
bovenste eindpositie.
••
Blokkeringstijden bij zonweringsfunctie (alleen bij LUXOR 414)
Deze functie moet voorkomen dat een zonwering te vroeg naar buiten resp.
te laat naar binnen beweegt.
1. Morgen-blokkeringstijd: De zonwering gaat niet vóór het gepro-
grammeerde tijdstip omlaag.
2. Avond-blokkeringstijd: De zonwering gaat uiterlijk op het gepro-
grammeerde tijdstip omhoog, hoewel de ingestelde lichtdrempel nog
overschreden is.
SScchheemmeerrffuunnccttiiee
(alleen bij LUXOR 414)
••
Wordt de ingestelde drempelwaarde gedurende een bepaalde tijd onder-
schreden, dan gaat de zonwering naar de onderste eindstand.
••
De schemerfunctie is alleen na 12:00 uur en slechts één keer per dag
toegestaan.
••
De zonwering kan alleen door een schakeltijd of handmatig weer naar
boven worden bewogen.
••
Bij jaloeziebediening wordt geen draaiing uitgevoerd.
••
De schemerfunctie werkt alleen in de Auto-modus.
••
Blokkeringstijden bij schemerfunctie (alleen bij LUXOR 414)
De morgen-blokkeringstijd heeft voor de schemerfunctie geen betekenis.
De avond-blokkeringstijd betekent dat de zonwering niet vóór het ge-
programmeerde tijdstip omlaag gaat.
WWiinnddffuunnccttiiee
••
Bij overschrijden van de ingestelde drempelwaarde gaat de zonwering naar
de bovenste eindstand en bij onderschrijden naar de oorspronkelijke stand.
••
Als de windfunctie actief is, kan de zonwering niet handmatig worden be-
diend (dit is herkenbaar aan een rukbeweging).
RReeggeennffuunnccttiiee
••
Als het regent, wordt de zonwering onmiddellijk ingeschoven.
••
De zonwering gaat dan niet meer automatisch naar buiten. Deze kan echter
handmatig bediend worden.
••
De regenfunctie blijft nog een bepaalde tijd nadat het is gestopt met re-
genen actief. Aansluitend gaat de zonwering weer naar de oorspronkelijke
positie.
VVoorrssttffuunnccttiiee ((aalllleeeenn bbiijj zzoonnnneesscchheerrmm))
••
Bij vorst (< 3 °C) wordt het zonnescherm niet uitgeschoven.
••
Een automatische beweging is geblokkeerd en er is alleen handmatige
beweging mogelijk.
••
Na het vorstalarm gaat het zonnescherm weer naar de oorspronkelijke positie.
TTeemmppeerraattuuuurrffuunnccttiiee
••
Als de ingestelde temperatuurdrempel wordt overschreden, gaan de
kanalen naar de onderste eindstand, mits het kanaal zich in automatische
bediening bevindt.
••
Als de ingestelde temperatuurdrempel wordt onderschreden, gaat de
zonwering naar de oorspronkelijke positie, mits de LUXOR 414 geen
opdracht heeft gegeven om naar een nieuwe positie te gaan.