4. LCD-scherm
4.1 LCD-overzicht
De volgende figuur toont alle schermsegmenten. Bij normaal gebruik ziet u de
weergave niet in deze vorm.
╟
STRATOS – Radiografisch weerstation
66
4.2 Weersvoorspelling
Het radiografisch weerstation gebruikt 4 verschillende weersymbolen (zonnig,
halfbewolkt, bewolkt, regen).
De weersymbolen tonen een weersverbetering of -verslechtering uitgaande van
de heersende weersomstandigheden, wat nochtans niet met het weer van het
weersymbool hoeft overeen te stemmen.
4.3 Aanduiding weertendens
De weertendenspijlen bevinden zich tussen de weersymbolen en geven aan of
de luchtdruk momenteel stijgt of daalt. Een pijl naar rechts betekent, dat de
luchtdruk stijgt en beter weer te verwachten is. Een pijl naar links betekent, dat
de luchtdruk daalt en slechter weer te verwachten is.
De weersymbolen veranderen in functie van de actuele relatieve luchtdruk en
van de veranderingen tijdens de laatste 12 uren. De tendenspijlen knipperen
wanneer het weer verandert. De tendenspijlen blijven onveranderd op het
scherm staan wanneer de weersomstandigheden gedurende 3 uren stabiel
gebleven zijn.
Voorbeelden voor wisselende weersymbolen:
Opmerking bij de gevoeligheidswaarden van de weersymbolen:
U kunt de drempelwaarde voor het aanduiden van een weersverandering zelf
bepalen door een luchtdrukverandering tussen 2 - 4 hPa in te stellen (standaard
2 hPa). Kiest u bijvoorbeeld 4 hPa, wordt een weersverandering pas zichtbaar na
een luchtdrukdaling of -stijging met 4 hPa. In gebieden met veelvuldige lucht-
drukveranderingen dient de drempelwaarde hoger te worden ingesteld dan in
gebieden met stabiele luchtdruksituatie.
4.4 Stormwaarschuwing
U kunt de drempelwaarde voor een stormwaar-
schuwing zelf bepalen door een luchtdrukdaling tussen
4 - 9 hPa in te stellen (standaard 4 hPa). De storm-
melder wordt actief zodra de luchtdruk binnen de
3 uren onder de drempelwaarde valt: het regen-
symbool en de tendenspijlen knipperen gedurende
drie uur.
STRATOS – Radiografisch weerstation
╟
67
1. Tijd
2. Symbool wekalarm
3. Weekdag/tijdzone/verloop
4. Datum
5. Binnentemperatuur
6. Vochtigheid kamerlucht
7. Hi/Lo alarm: grenswaarde voor
binnen over- of onderschreden
8. Temperatuuraanduiding in °C/°F
9. Alarmsymbool voor binnenwaarden
10. MIN/MAX informatie
11. Buitentemperatuur/gevoelstempera-
tuur/dauwpunt
12. Vochtigheid buitenlucht
13. Hi/Lo alarm: grenswaarde voor bui-
ten over- of onderschreden
14. Temperatuuraanduiding in °C/°F
15. Alarmsymbool voor buitenwaarden
16. Symbolen weersvoorspelling
17. Aanduiding weertendens
18. Luchtdruk (relatief of absoluut)
19. Luchtdrukdiagram met 24 u verloop
20. Hi/Lo alarm: grenswaarde luchtdruk
over- of onderschreden
21. Luchtdrukaanduiding in inHg of hPa
22. Alarmsymbool voor luchtdruk
23. Aanduiding windsnelheid in m/s,
km/u, knopen, mpu of beaufort
24. Hi alarm: grenswaarde windsnelheid
overschreden
25. Alarmsymbool voor wind
26. Neerslaghoeveelheid 1u, 24u, week,
maand of totaal
27. Aanduiding neerslaghoeveelheid in
mm/in
28. Hi alarm: grenswaarde neerslaghoe-
veelheid overschreden + alarmsym-
bool voor neerslaghoeveelheid
29. Radiografische tijd DCF
30. Ontvangstsymbool DCF
31. Aanduiding batterijstand
(thermo-hygro-sensor)
zonnig halfbewolkt bewolkt regen
3.
1.
30.
29.
2.
7.
13.
16.
19.
18.
23.
24.
25.
12.
6.
4.
9.
10.
8.
5.
27.
28.
26.
22.
21.
20.
15.
14.
11.
17.
31.