Manuele netwerkinstellingen
Netwerk Interface
U kunt kiezen uit LAN (via Ethernet kabel) en WLAN (draadloos). Wilt u terug naar
het hoofdmenu van Netwerk Instellingen, raak dan even links van de keuzelijst de
pijl aan. Niet-beschikbare keuzes zijn in grijs aangegeven.
WLAN-instellingen
U vindt hier de instellingen voor uw WLAN:
SSID: voer de SSID in
Security: hier kiest u uit verschillende veiligheidsopties.
No Security: WEP- en WPA-functies zijn uitgeschakeld.
WEP: voer het WEP wachtwoord in. Bent u klaar, raak dan RETURN aan.
Vervolgens wordt u gevraagd aan te geven of de sleutel in ASCII
(standaard) of Passphrase is. Raak het juiste formaat aan om de instelling
af te ronden.
WPA/WPA2 PSK: voer het WPA wachtwoord in. Bent u klaar, raak dan
RETURN aan in het menu.
Opmerking: het WEP- of WP wachtwoord is identiek aan dat van uw router. Voer
het wachtwoord in via het toetsenbord in het menu. Let op correcte invoer (hoofd- of
kleine lettters, etc.). De kleur van de letters verandert wanneer de invoer van het
wachtwoord klaar is en u kunt nu afsluiten door RETURN aan te raken.
IP-instellingen voor LAN en WLAN
Wanneer uw netwerk draait op vaste IP-adressen (geen DHCP), dan kunt u hier de
benodigde IP-instellingen invoeren. Voer elk item in via het toetsenbord in het menu,
telkens gescheiden door een punt. Bent u klaar met invoeren, raak dan om te
bevestigen RETURN in het menu aan. U kunt uw instellingen altijd controleren in het
Netwerk hoofdmenu. De actuele gegevens worden aangegeven zodra de
verbinding met het netwerk tot stand is gekomen.
Netwerk status: u kunt kiezen voor DHCP of een vast IP-adres.
Wanneer uw netwerk gebruikmaakt van vaste IP-adressen, dan heeft u de
onderstaande informatie nodig om in te loggen op uw draadloze netwerk.
Kijk in de handleiding van uw router voor onderstaande gegevens:
IP-adres: voer het IP-adres in voor de WAP
Netmask: voer het netmask IP-adres in
Poort: voer het standaard IP poort-adres in
DNS: voer het Dynamic Name Server IP-adres in.
39