Notebook
3-4
Een webcam aansluiten
Via de USB-poort kunt u een webcam op uw notebook aansluiten. Sluit de
webcam als volgt aan:
1. Zet het notebook aan en installeer het stuurprogramma van de webcam.
2. Sluit de webcam aan op het notebook.
3. Het notebook kan het stuurprogramma van de webcam automatisch
opsporen en de webcamfunctie inschakelen. Als de webcam niet wordt
gevonden, kunt u de webcam handmatig activeren via het menu Start Æ
Configuratiescherm Æ Hardware en zo het nieuwe apparaat toevoegen.
De printer aansluiten
Als uw printer een USB-interface heeft, kunt u de USB-poort op het notebook
gebruiken om de printer aan te sluiten. In de volgende instructies wordt de
algemene procedure beschreven om een printer aan te sluiten:
1. Schakel het notebook uit.
2. Sluit het ene uiteinde van de printerkabel aan op de USB-poort van het
notebook en het andere uiteinde op de printer.
3. Sluit het netsnoer aan zet schakel de printer aan.
4. Zet het notebook aan. Het systeem zal een nieuw apparaat detecteren.
Installeer het vereiste stuurprogramma.
Voor verdere instructies raadpleegt u de handleiding van uw printer.