O
2
%
Zuurstofpercentage in ademgas. Gewone lucht bevat 21% zuurstof.
Partiële zuurstofdruk
Beperkt de maximale diepte waarop een nitroxmengsel veilig kan worden
gebruikt. De maximale partiële druk voor duiken met verrijkte lucht is 1,4
bar. De maximale partiële druk met veiligheidsmarge is 1,6 bar. Als deze
limiet wordt overschreden, bestaat er kans op acute zuurstofvergiftiging.
PO
2
Afkorting die op de duikcomputer wordt gebruikt voor partiële zuurstofdruk.
Reduced Gradient Bubble Model
Modern algoritme voor het bijhouden van de hoeveelheid opgelost en vrij
gas in het bloed en de weefsels van een duiker.
RGBM
Afkorting voor Reduced Gradient Bubble Model.
Stikstofsaturatie
Hoeveelheid overtollige stikstof die na een of meer duiken in het bloed
en de weefsels van een duiker achterblijft.
SURF TIME
Afkorting die op de duikcomputer wordt gebruikt voor oppervlakte-interval.
Weefselgroep
Theoretisch concept voor het modelleren van lichaamsweefsels om
decompressietabellen of -berekeningen te maken.
Zuurstoflimietpercentage
Suunto-term voor de grafisch weergegeven zuurstoftoxiciteitwaarden. De
waarde wordt aangegeven door CNS% of OTU%.
Zuurstoftolerantie-eenheid
Hiermee wordt de toxiciteit voor het zenuwstelsel gemeten.
Zuurstofvergiftiging van centrale
zenuwstelsel
Een andere vorm van zuurstofvergiftiging die wordt veroorzaakt door
langdurige blootstelling aan een hoge partiële zuurstofdruk. De meest
voorkomende symptomen zijn irritaties in de longen, een branderig gevoel
in de buik, hoesten en verminderde vitaliteit. Wordt ook pulmonaire
zuurstofvergiftiging genoemd. Zie ook OTU.
114