AR620 Antenne
De AR620 is voorzien van een intern antenneontwerp voor eenvoudige installatie in bijna elke model.
Smart Throttle
Indien uitgerust met SMART Throttle levert de normale servoconnector het gasklepsignaal aan de ESC, plus de
ESC kan telemetriegegevens zoals spanning en stroom terugsturen naar de ontvanger. De AR620 ontvanger
gaskleppoort detecteert automatisch wanneer een SMART Throttle-compatibele ESC is aangesloten. ESC's met
SMART Throttle en IC-serie aansluitingen kunnen ook batterijgegevens van compatibele Spektrum SMART
batterijen doorgeven. Spektrum Avian ESC's zijn compatibel met de AR620 ontvanger voor de SMART Throttle.
Om de SMART Throttle te laten functioneren, moet u een SMART Throttle ESC hebben gekoppeld aan een SMART
Throttle telemetrieontvanger en een Spektrum DSMX zender met telemetrie. Een update voor uw zender kan
nodig zijn voor de SMART functies. Zie www.spektrumrc.com om uw zender te registreren en bij te werken.Als een
standaard ESC of servo op de gaskleppoort van de AR620 ontvanger is aangesloten, zal de gaskleppoort normaal
werken (PWM-signaal) zoals elk conventioneel RC-systeem.
Installatie van de ontvanger
De ontvanger installeren
Installeer de ontvanger in de normale stand die wordt aanbevolen door de vliegtuig Fabrikant. Dubbelzijdige tape
of schuim kan worden gebruikt om de ontvanger op zijn plaats vast te zetten..
Binden
De AR620 ontvanger moet aan de zender gebonden zijn voordat deze in werking treedt. Binden is het proces
waarbij de ontvanger de specifieke code van de zender wordt aangeleerd zodat deze alleen verbinding maakt met
die specifieke zender.
1. Druk op de bindknop op de ontvanger en houd deze ingedrukt, terwijl u de ontvanger in werking stelt. Laat de
Bind knop los zodra de oranje LED continu begint te knipperen, wat aangeeft dat de ontvanger in de bindstand
staat. De ontvanger zal ook naar de bind-modus gaan als u de ontvanger inschakelt en dan op de bind-knop drukt
voordat de ontvanger gebonden is aan een zender.
2. Zet uw zender in de bindstand.
3. Het bindproces is voltooid wanneer de oranje LED op de ontvanger continu brandt.
4. Nadat u uw model hebt ingesteld, dient u de zender en de ontvanger altijd opnieuw te binden.
Stel de gewenste failsafe posities in. Zie FAILSAFE op de volgende pagina.
Failsafe
Failsafe positie is ingesteld tijdens het binden. In het onwaarschijnlijke geval dat de radioverbinding tijdens het
gebruik verloren gaat, zal de ontvanger alle kanalen naar zijn voorgeprogrammeerde Failsafe positie zetten
Pag 2