NL 4
BELANGRIJKE INFORMATIE:
In overeenstemming met de Duitse Wet betreffende de veiligheid van appa-
raten en producten (GPSG) en onze wettelijke informatieplicht attenderen
we u op de opwarming van dit product:
De verbrandingswaarde van de biohaard bij 0,5 l/h bedraagt ca. 3.300 watt.
De warmtewaarde van 96% ethanol bedraagt ca. 29.600 kJ/kg. Bij een
brandstofdoorvoer van 0,5 l/h (ca. 0,4 kg/h) bedraagt de vrijgekomen
warmte ca. 3.300 watt.
Toch is voor de werking van de decoratieve stookplaats veel toevoer van
verse lucht nodig, omdat anders de gegenereerde hoeveelheid kooldioxide
hoger wordt dan de toelaatbare concentratie in de kamerlucht.
Aangevoerde verse lucht is doorgaans koeler dan de op te warmen kamer-
lucht, wat leidt tot energieverlies. Het effectieve verwarmingsvermogen van
iedere biohaard is daardoor zeer klein. Daarom zijn decoratieve stookplaat-
sen met een biobrandstof geen warmteopwekkers.
Dit is een decoratieve stookplaats die niet is bestemd voor verwarmings-
doeleinden en niet voor continu bedrijf! Toch dient erop te worden gelet dat
bij het verbrandingsproces warmte als nevenproduct ontstaat. Dit kan leiden
tot een verhoogde opwarming van de opstelruimte. Lees de veiligheidsaan-
wijzingen en de maatregelen voor ventilatie zorgvuldig door.
Neem deze gebruikshandleiding in acht.
1. ALGEMENE AANWIJZINGEN
Kleine kinderen, oudere of gehandicapte personen: net zoals bij alle open
vuren is het nuttig een veiligheidsvoorziening voor deze groepen personen
te plaatsen Verbrandingsgevaar! Laat deze groepen personen nooit zon-
der toezicht bij de brandende of juist gedoofde ebios-fire achter!
De ebios-fire mag alleen onder toezicht worden gebruikt!
De geldige nationale en plaatselijke richtlijnen en voorschriften, met name
de brandpreventievoorschriften van de Duitse deelstaat, evt. de brandpre-
ventievoorschriften van de VKF bij opstelling en bedrijf van uw ebios-fire
dienen in acht te worden genomen.
De meeste toestellen van het type ebios-fire worden volgens DIN 4734-1 of
DIN EN 16647 gecontroleerd. Alle toestellen voldoen aan de meest recente
stand van de techniek.
Zorg bij de opstelling voor voldoende stabiliteit en kies de plaats op een
wijze dat tijdens het bedrijf bewegingen van de brander door stoten of ver-
gelijkbaar worden uitgesloten.
Alle modellen mogen slechts met een gesloten behuizingafdekking worden
gebruikt.
Houd er rekening mee dat de brandstof niet in het nog hete of brandende
toestel mag worden bijgevuld. Bijvullen mag NIET via de brandergoot, maar
ALLEEN via de vulopening gebeuren! (zie afb. 1) We adviseren u om de
ebios-fire door het leeg branden van de tank te doven.
Wanneer niet in werking moeten de stalen afdekplaten zich op de
brander bevinden.