Toelichting
Hi-MD
"Hi-MD" is een nieuwe MiniDisc-indeling. Hi-MD bevat de nieuwe ATRAC3plus audiocom-
pressietechnologie en heeft een nieuwe opname-indeling met langere opnametijden dan standaard
MD-schijven. Hi-MD-schijven kunnen tevens worden gebruikt als een opslagmedium voor andere
gegevens dan audiogegevens, zoals tekst en afbeeldingen.
ATRAC
ATRAC (Adaptive TRansform Acoustic Coding) is een generieke term voor een audiocom-
pressietechnologie die zowel een hoge geluidskwaliteit als hoge compressiepercentages bewerkstelligt.
Er zijn drie versies in gebruik: ATRAC (SP-modus (normale MD-indeling)), ATRAC3 (LP2- en LP4-
modi) en ATRAC3plus (Hi-SP- en Hi-LP-modi). Vergeleken met een CD is het compressiepercentage
voor ATRAC3 ongeveer 10 keer hoger, en voor ATRAC3plus ongeveer 20 keer hoger.
"Hi-MD-modus" en "MD-modus"
Deze recorder heeft twee bedieningsmodi, "Hi-MD-modus" en "MD-modus" die automatisch
worden herkend zodra een schijf wordt geplaatst.
Schijf Modus
Hi-MD-schijf van 1 GB Hi-MD
Standaardschijf van
60/74/80 minuten
Lege schijf De bedieningsmodus die in het menu
"Disc Mode" (
pagina 59) is ingesteld
wordt toegepast.
Schijf die muziek bevat
in Hi-MD-modus
Hi-MD
Schijf die muziek bevat
in MD-modus
MD
LinearPCM
LinearPCM is een digitaal, niet-gecomprimeerd coderingssysteem. Bij deze modus kunt u genieten
van geluid van hoogwaardige kwaliteit die vergelijkbaar is met geluid van CD-kwaliteit.
De betekenis van "no sound"
"No sound" geeft een situatie aan waarbij het ingangsniveau van de recorder bij analoge ingang
ongeveer 4,8 mV bedraagt, of minder is dan –89 dB bij optische (digitale) ingang (met 0 dB als
maximum (het maximale opnameniveau van een MiniDisc)).
Systeembestand
Het systeembestand is de ruimte op een schijf waarop andere gegevens worden bewaard dan
geluidsbestanden; bijvoorbeeld tracknummers.
Als de MiniDisc een boek was, dan was het systeembestand de inhoudsopgave of de index. De
recorder overschrijft het systeembestand telkens wanneer een bewerking heeft plaatsgevonden
zoals het opnemen, toevoegen of verwijderen van trackmarkeringen, of het verplaatsen van
tracks. ("SYSTEM FILE WRITING" wordt in het display weergegeven als de recorder in het
systeembestand schrijft.) Terwijl de recorder schijfinformatie schrijft, dient u ervoor te zorgen dat de
recorder niet wordt verplaatst en dat de voedingsbron aangesloten blijft. Doet u dit niet, dan bestaat
het gevaar dat de gegevens onjuist worden opgenomen of dat de inhoud van de schijf verloren gaat.
80
MZ-RH1.NL.2-669-084-61(1)