nl
21
– Na afloop van het programma blijft er
water in het apparaat staan.
– Waterafvoerslang verstopt
of geknikt.
– Waterafvoerpomp geblokkeerd,
afdekking van de waterafvoerpomp
niet vastgeklikt
(zie Afvoerpomp).
–Zeven verstopt.
– Programma nog niet beëindigd.
Einde van het programma
afwachten of functie „Reset”
activeren.
Bijvulindicatie voor zout P en/
of glansspoelmiddel X brandt niet.
– Bijvulindicatie(s) uitgeschakeld.
– Voldoende zout/glansspoelmiddel
aanwezig.
De navulindicatie voor speciaal zout P
brandt.
–Het zout ontbreekt.
Onthardingszout bijvullen.
... bij de afwas
Abnormale schuimvorming
– Handafwasmiddel in het reservoir voor
glansspoelmiddel.
Gemorst glansspoelmiddel leidt tot
overmatige schuimvorming. Daarom
moet u het gemorste glansspoelmiddel
met een doekje verwijderen.
Het programma stopt tijdens de afwas.
– Stroomtoevoer onderbroken.
– Watertoevoer onderbroken.
Klappende geluiden van de vulventielen
– Wordt veroorzaakt door de ligging
van de waterleiding maar heeft geen
invloed op het functioneren van het
apparaat. Deze geluiden kunnen niet
verholpen worden.
Klappende/kletterende geluiden tijdens
de afwas
– De sproeiarm slaat tegen het
serviesgoed.
– Het serviesgoed is niet goed
ingeruimd.
... aan het serviesgoed
Etensresten op het serviesgoed.
– Serviesgoed te dicht op elkaar
ingeruimd, servieskorf te vol.
–Teweinig afwasmiddel.
– Te zwak afwasprogramma gekozen.
– Sproeiarmen konden niet ongehinderd
ronddraaien.
– Sproeiers van sproeiarmen verstopt.
–Zeven verstopt.
– Zeven verkeerd ingezet.
– Afvoerpomp geblokkeerd.
– Bovenste servieskorf rechts en links
niet op dezelfde hoogte erin gezet.
Er zijn resten thee of lippenstift
achtergebleven.
– Het afwasmiddel heeft te weinig
bleekwerking.
– Te lage afwaswatertemperatuur.
– Te weinig/ongeschikt afwasmiddel.
Witte vlekken op het serviesgoed/de
glazen blijven melkkleurig.
Bij het gebruik van afwasmiddel zonder
fosfaat kan er bij hard leidingwater eerder
witte aanslag op het serviesgoed en
de binnenwanden van de machine
ontstaan.
– Te weinig/ongeschikt afwasmiddel.
– Te zwak programma gekozen.
– Geen/te weinig glansspoelmiddel.
– Geen/te weinig onthardingszout.
– Onthardingsinstallatie
op een verkeerde waarde ingesteld.
– Deksel van het zoutreservoir niet
vastgedraaid.
Neem contact op met de fabrikant van het
reinigingsproduct, vooral als:
– het serviesgoed na afloop van het
programma erg nat is,
– er kalkaanslag ontstaat.