109
Bijlage
Gigaset C1-C2 isdn / niederländisch / A31008-X150-B103-1-5419 / appendix.fm / 11.09.2003
Tekst bewerken
Op de Gigaset C2 beschikt u tevens over hulp bij tekstinvoer (pagina 111).
U heeft verschillende mogelijkheden om teksten op te stellen:
◆ De cursor stuurt u aan met u v t s.
◆ Tekens (links van de cursor) wist u met Û.
◆ Tekens worden links van de cursor ingevoegd (pagina 12).
◆ Om van hoofdletters (eerste letter groot, alle overige klein) naar kleine letters te
gaan, drukt u voor invoer van de letter op de toets P. Als u de toets P nogmaals
indrukt, wordt van kleine letters naar cijfers geschakeld. En na nogmaals indrukken
van cijfers weer naar hoofdletters.
◆ Bij invoer in het telefoonboek wordt de eerste letter van de naam automatisch een
hoofdletter en alle volgende kleine letters.
◆ Als u een toets lang indrukt, worden de tekens van de desbetreffende toets op de
onderste displayregel weergegeven en na elkaar gemarkeerd. Wanneer u de toets
loslaat, wordt het gemarkeerde teken aan het invoerveld toegevoegd.
De instelling van hoofdletters, kleine letters of cijfers wordt op het display getoond:
– bij invoer in het telefoonboek staat op de onderste displayregel het teken "A" of
"a".
– bij invoer in een SMS-bericht staat rechtsboven in het display "Abc", "abc" of
"123".
Volgorde van de telefoonboekvermeldingen
De telefoonboekitems worden alfabetisch gesorteerd, maar spaties en cijfers krijgen
voorrang. De sorteervolgorde is als volgt:
1. Spatie (hier met
s weergegeven)
2. Cijfers (0-9)
3. Letters (alfabetisch)
4. Overige tekens
Om de alfabetische volgorde van de items te omzeilen, kunt u voor de naam een spatie
invoegen. Dit item komt dan op de eerste plaats (voorbeeld: "
sCarla"). U kunt de items
ook nummeren (bijvoorbeeld "1Ans", "2Carla", "3Albert").
Namen die u vooraf laat gaan door een sterretje (bijvoorbeeld "*Ans"), komen aan het
einde van het telefoonboek te staan.