85Ontgrendelen en vergrendelen
Door de knop twee keer in minder dan 5 seconden in te drukken, worden de
"Safe"-beveiliging van de hele wagen uitgeschakeld, de achterklep geacti-
veerd en worden alle portieren ontgrendeld. Het controlelampje gaat uit en
het alarmsysteem wordt uitgeschakeld, in de wagens die hierover beschik-
ken.
Ontgrendelen achterklep
Zie ⇒ pagina 95.
Activeren van het veiligheidsontgrendelen*
Met de deur open steekt u de sleutel in het contactslot en start u de motor.
Steek de andere sleutel in het slot van het bestuurdersportier en draai de
sleutel gedurende ten minste 3 seconden in de richting "openen". De knip-
perlichten knipperen twee keer.
Deactiveren van het veiligheidsontgrendelen*
Met de deur open steekt u de sleutel in het contactslot en start u de motor.
Steek de andere sleutel in het slot van het bestuurdersportier en draai de
sleutel gedurende ten minste 3 seconden in de richting "sluiten". De knip-
perlichten zullen één keer knipperen.
Onbedoeld ontgrendelen
Dit systeem van diefstalbeveiliging vermijdt dat de wagen
uit vergetelheid open blijft.
Bij het ontgrendelen en als na verloop van 30 sec. geen enkel portier noch
de achterklep opengaat, wordt de wagen automatisch weer vergrendeld.
Automatisch vergrendelen door snelheid en automatisch
ontgrendelen*
Deze beveiliging verhindert de toegang van buitenaf zolang
de wagen in het verkeer is (bijvoorbeeld bij stilstand voor
een verkeerslicht).
Vergrendelen
De portieren worden automatisch vergrendeld bij het overschrijden van een
snelheid van 15 km/u. De achterklep wordt automatisch vergrendeld bij het
overschrijden van een snelheid van 6 km/u.
Wordt bij stilstand een van de portieren of de achterklep geopend, waarna
de wagen weer gaat rijden en de aangeduide snelheid overschreden wordt,
dan wordt het portier of de achterklep weer vergrendeld.
Ontgrendelen
Bij het verwijderen van de sleutel uit het contact, keert de wagen terug naar
de toestand waarin deze zich bevond voor het automatisch vergrendelen.
Ieder portier kan binnenin individueel ontgrendeld en geopend worden (bij-
voorbeeld om een passagier te laten uitstappen). Hiervoor dient de portier-
greep in het portier eenmaal te worden bediend.
Systeem activeren*
Druk met ingeschakeld contact tussen 3 en 10 seconden de vergrendelknop
in van de drukknop voor centrale vergrendeling.
Systeem deactiveren*
Druk met ingeschakeld contact tussen 3 en 10 seconden de ontgrende-
lingstoets in van de drukknop voor centrale vergrendeling.
In beide gevallen zal, indien de verrichting correct uitgevoerd werd, de druk-
knop voor vergrendeling knipperen ⇒ Afbeelding 43.
'Veilig op weg' Bediening Advies en actie Technische Gegevens