28 Veiligheidsgordels
–Gordel met de hand teruggeleiden zodat de gordelband vlotter
kan worden opgerold en de bekleding niet wordt beschadigd.
ATTENTIE
Nooit de vastgegespte veiligheidsgordel losmaken zolang de wagen in
beweging is. Als u dit toch doet, wordt het risico op zwaar lichamelijk let-
sel met zelfs dodelijke afloop vergroot.
Verkeerd omgegespte veiligheidsgordels
Verkeerd omgegespte veiligheidsgordels kunnen zwaar li-
chamelijk letsel veroorzaken met zelfs een dodelijke afloop.
Veiligheidsgordels kunnen alleen bij een juist verloop hun optima-
le beschermende werking bereiken. De volgorde van het omges-
pen moet precies zoals in dit hoofdstuk beschreven worden opge-
volgd. Een verkeerde zithouding beïnvloedt de beschermende
werking van de veiligheidsgordels aanzienlijk en kan tot ernstige
of zelfs dodelijke lichamelijke letsels leiden. Het risico op zwaar li-
chamelijk letsel met zelfs dodelijke gevolgen wordt vooral vergroot
als een airbag die wordt geactiveerd een inzittende treft die een
verkeerde zithouding heeft ingenomen. Als bestuurder draagt u de
verantwoordelijkheid voor alle bijrijders en in het bijzonder voor
kinderen die u vervoert. Daarom:
–Sta nooit toe dat iemand tijdens het rijden de veiligheidsgordel
verkeerd omgespt ⇒ .
ATTENTIE
●Een verkeerd omgegespte veiligheidsgordel vergroot het risico op
ernstig lichamelijk letsel.
●Vóór elke rit alle bijrijders erop wijzen de veiligheidsgordel juist om
te gespen en deze tijdens het rijden ook juist te dragen.
●Lees in elk geval de informatie en waarschuwingsaanwijzingen voor
het gebruik van de veiligheidsgordels ⇒ pagina 23 en volg deze op.
Gordelspanners*
Werking van de gordelspanners
Bij een frontale botsing worden de veiligheidsgordels van
de voorste zitplaatsen automatisch strak getrokken.
De veiligheidsgordels voor de voorste inzittenden zijn voorzien van gordel-
spanners. De gordelspanners worden bij zware frontale botsingen en zware
botsingen van opzij door sensoren automatisch geactiveerd als de betref-
fende veiligheidsgordel is vastgegespt. Daardoor worden de veiligheidsgor-
dels gespannen tegen de richting van het afrollen in en de voorwaartse be-
weging van de inzittenden wordt gereduceerd.
De gordelspanner kan slechts eenmaal worden geactiveerd.
Bij lichte frontale botsingen en aanrijdingen van opzij, bij een koprol en bij
ongevallen waarbij geen grote krachten van voren, opzij of van achteren
werkzaam zijn, vindt geen activering van de gordelspanners plaats.