4
Plaats de koud- en warmwateraansluitingen op
pos.
A zoals aangegeven in de afbeelding (W K),
met
15 mm pijp. Aan de muurkant moeten
hierop twee 1/2” koppelingsstukken met
buitendraadsaansluitingen
worden gezet.
Vervolgens
twee 1/2” kniestukken hierop
plaatsen, met aan de ene kant een
binnendraadsaansluiting
op het
muur-koppelingsstuk en aan de andere kant een
buitendraadsaansluiting, bestemd voor de
verbinding met de flexibele aansluitslangen van
de stoomcabine.
LET OP!
* De k
niestukken dienen naar beneden gericht
te staan.
* De minimale circulatiedruk in de
huiswaterleiding dient 2,5 bar te zijn.
* De leidingen dienen te allen tijde vooraf te
worden doorgespoeld
.
AAN- EN AFVOERLEIDINGEN EN ELEKTRISCHE VOORZIENINGEN
INDOOR DUO
De afvoerpijp dient in de vloer te worden
geplaatst (pos. C*). De afvoerpijp moet een
buitendiameter van 40 mm of een
binnendiameter
van 50 mm (sok) hebben. U
dient er rekening mee te houden dat de
maximale ruimte tussen de vloer en de
onderzijde van de douchebak 7 cm bedraagt!
Daarom dient zonodig een tegel te worden
verwijderd of bijgesneden zodat de bocht van de
waterafvoer deze hoogte niet overschrijdt.
OPSTELLING VAN WARM/KOUD WATERAANSLUITING
OPSTELLING VAN DE AFVOERAANSLUITING
Plaats de elektriciteitsaansluiting voor de cabine
op pos. B met als referentie het symbool . De
elektriciteitsaansluiting
dient voorzien te zijn
va
n een geaard stopcontact of een muurdoos
voorzien
van 1,5 m geaarde kabel. De
netspanningskabel
dient pas te worden
aangesloten
nadat de cabine geheel is
geïnstalleerd en op zijn definitieve plaats staat.
KABELAANSLUITING
HOEK INSTALLATIE
RECHTE INSTALLATIE
*Afvoer mag ook gespiegeld gemonteerd worden.
145
*
88
70
7
5
6
0
160
197
1
20
*
70
5
0
1
7
0
W
K
Ø15 mm
eindigend in 1/2"
pos. A
pos.
B
pos.
C
100
130
*
~54
~107
20
35
30
130
*
30
~54
160
30
170
W
K
Ø15 mm
eindigend in 1/2"
pos. B
pos.
A
pos.
C
5
Plaats de koud- en warmwateraansluitingen op
pos.
A zoals aangegeven in de afbeelding (W K),
met
15 mm pijp. Aan de muurkant moeten
hierop twee 1/2” koppelingsstukken met
buitendraadsaansluitingen
worden gezet.
Vervolgens
twee 1/2” kniestukken hierop
plaatsen, met aan de ene kant een
binnendraadsaansluiting
op het
muur-koppelingsstuk en aan de andere kant een
buitendraadsaansluiting, bestemd voor de
verbinding met de flexibele aansluitslangen van
de stoomcabine.
LET OP!
* De k
niestukken dienen naar beneden gericht
te staan.
* De minimale circulatiedruk in de
huiswaterleiding dient 2,5 bar te zijn.
* De leidingen dienen te allen tijde vooraf te
worden doorgespoeld
.
AAN- EN AFVOERLEIDINGEN EN ELEKTRISCHE VOORZIENINGEN
INDOOR SOLO
De afvoerpijp dient uit de vloer te komen (pos.
C*). De afvoerpijp moet een buitendiameter van
40 mm of een binnendiameter van 50 mm (sok)
hebben. U dient er rekening mee te houden dat
de
maximale ruimte tussen de vloer en de
onderzijde van de douchebak 7 cm bedraagt!
Daarom dient zonodig een tegel te worden
ve
rwijderd of bijgesneden zodat de bocht van de
waterafvoer deze hoogte niet overschrijdt.
OPSTELLING VAN WARM/KOUD WATERAANSLUITING
OPSTELLING VAN DE AFVOERAANSLUITING
Plaats de elektriciteitsaansluiting voor de cabine
op pos. B met als referentie het symbool . De
elektriciteitsaansluiting
dient voorzien te zijn
va
n een geaard stopcontact of een muurdoos
voorzien
van 1,5 m geaarde kabel. De
netspanningskabel
dient pas te worden
aangesloten
nadat de cabine geheel is
geïnstalleerd en op zijn definitieve plaats staat.
KABELAANSLUITING
HOEK INSTALLATIE
RECHTE INSTALLATIE
*Afvoer mag ook gespiegeld gemonteerd worden.
20
70
8
5
1
1
0*
1
10
*
1
5
~48,
5
~
48
,
5
~
87
77
135
W
K
180
197
2
0
Ø15 mm
eindigend in 1/2"
180
4
4
135
15
45
4
0
100
*
33
2
2
1
32
*
20
W
K
Ø15 mm
eindigend in 1/2"
pos. B
pos.
B
pos.
C
pos. C
pos.
A
pos.
A