28 PERFECTA SATEL
Indien de uitgangsvertraging niet beëindigd wordt zal het blok niet ingeschakeld
worden.
Ingangsvertraging bij Nacht IN [Ing.vertr.nacht] – definieert of er een inloopvertraging is
wanneer het blok ingeschakeld is in de nacht mode. Als deze optie uitgeschakeld is, is er
geen ingangsvertraging wanneer het blok ingeschakeld is in de nacht mode.
Ingangsvertraging bij Dag IN [Ing.vertr.dag] – definieert of er een inloopvertraging is
wanneer het blok ingeschakeld is in de dag mode. Als deze optie uitgeschakeld is, is er
geen ingangsvertraging wanneer het blok ingeschakeld is in de nacht mode.
6. Zones
Een zone kan worden toegekend aan een of twee blokken. Indien de zone toegekend is aan
twee blokken kan deze worden ingeschakeld wanneer beide blokken zijn ingeschakeld, of
één van beide.
Het systeem ondersteund de volgende zones:
bekabeld – op de hoofdprint en op uitbreidingen. Het aantal beschikbare bekabelde zones
wordt bepaald door het alarmsysteem gedurende de identificatie procedure.
draadloos – op het PERFECTA 16-WRL of PERFECTA 32-WRL alarmsysteem, na het
toevoegen van draadloze detectoren. Het aantal beschikbare draadloze zones hangt af
van het aantal draadloze apparaten welke geregistreerd worden in het systeem.
virtueel – zones welke fysiek niet bestaan maar gebruikt kunnen worden voor aansturing
door handzenders.
6.1 Zone parameters en opties
Naam [38.Naam] – individuele naam van de zone (tot 16 karakters).
Aansluit type [31.EOL] – type detector en aansluit methode:
Niet gebruikt - geen detector aangesloten op de zone,
NC – de zone ondersteunt een NC type detector (normally closed),
NO – de zone ondersteunt een NO type detector (normally closed),
EOL – de zone ondersteunt een NO of NC detector met 1 EOL weerstand in het circuit,
2EOL/NO – de zone ondersteunt een NO detector met 2 EOL weerstanden in het circuit,
2EOL/NC – de zone ondersteunt een NC detector met 2 EOL weerstanden in het circuit,
Rolluik – de zone ondersteund een rolluik detector,
Tril – de zone ondersteund een tril detector (NC type detector).
Het openen van een TRIL aansluit type voor 200 ms of langer - onafhankelijk van het
geprogrammeerde aantal pulsen en gevoeligheid (zie onder) - wordt gezien als een
activering. Deze oplossing maakt het mogelijk om een magneetcontact aan te sluiten
in serie met de tril detector.
Gevoeligheid [32.Gevoeligheid] – afhankelijk van het aansluit type:
NO, NC, EOL en 2EOL – de tijd gedurende waarin de zone geactiveerd moet zijn zodat
het alarmsysteem hierop kan reageren. De gevoeligheid wordt geprogrammeerd in
milliseconden. U kunt waardes programmeren van 20 ms tot 5100 ms.
Tril – de puls waarvan de duur gelijk is aan of langer dan de gedefinieerde tijd, waarna de
zone geactiveerd wordt. U kunt waardes programmeren van 5 ms tot 160 ms (elke 3
ms).