Nederland-57
Uw afstandsbediening instellen
Als u de afstandsbediening goed heeft ingesteld, kunt u hiermee vier
verschillende apparaten bedienen, namelijk de televisie, de
videorecorder, de kabel of de DVD. Door op een van de
overeenkomstige knoppen van de afstandsbediening te drukken, kunt u
het gewenste apparaat met de afstandsbediening bedienen.
Opmerking
Het kan zijn dat de afstandsbediening niet op alle DVD-spelers,
videorecorders en kabelboxen werkt.
De afstandsbediening instellen voor uw videorecorder.
1
Schakel uw videorecorder uit.
2
Druk op de knop SELECT en zorg ervoor dat het videolampje brand.
3
Druk op de knop SET van de afstandsbediening van uw televisie.
4 Maak voor het invoeren van de driecijferige code voor uw
videorecorder gebruik van de cijfers van uw afstandsbediening. Deze
code staat vermeldt op pagina 60 van deze gebruiksaanwijzing. Voer
een driecijferige code in, ook als het eerste cijfer een “0” is. (als er
meer dan een code wordt opgesomd, voert u eerst de eerste code in.)
5
Druk op de knop Power van de afstandsbediening.
Als u de afstandsbediening goed heeft ingesteld, zal de
videorecorder ingeschakeld worden.
Als uw videorecorder niet ingeschakeld wordt nadat u de
afstandsbediening heeft geprogrammeerd, dient u stap 2, 3 en 4 te
herhalen. Probeer echter een van de andere opgesomde codes uit,
voor de betreffende videorecorder. Als er geen codes worden
opgesomd, moet u iedere code van iedere videorecorder die tussen
de 000 en 089 ligt uitproberen.
Opmerking over het gebruik van de afstandsbediening:Videorecorder
Als uw afstandsbediening in de “VCR”- mode staat, kunt u met
de volumeknoppen nog steeds het geluid van uw televisie regelen.
BN68-00448T-00Dut 11/11/03 7:00 AM Page 57