13
NL
De ovenstand gebruiken (vervolg)
5
Druk op de toets START.
► De TEMPERATUUR-indicator op het
display licht op. Wanneer de gewen-
ste temperatuur is bereikt, begint de
indicator te knipperen.
Opmerking
1) Tijdens de bereiding kunt u de toetsen BEREIDINGSTIJD en TEMPERATUUR gebruiken
om de instelling te wijzigen.
2) In de ovenstand worden de hete luchtverwarming en de bovenste en onderste verwarming-
selementen tijdens het koken in- en uitgeschakeld om de temperatuur te regelen.
3) Tijdens de bereiding kunt u de binnentemperatuur weergeven door de toetsen TEMPER-
ATUUR en VERMOGEN/ ENTER tegelijk in te drukken.
Belangrijk
Wanneer u de ovenstand gebruikt, moet u glazen bakvormen gebruiken die geschikt zijn voor
temperaturen van 40 tot 250°C.