[22]
De opnamemodus starten
■ Als de flitser is uitgeschakeld of de modus Langzame synchronisatie is ingeschakeld bij
weinig licht, wordt mogelijk de waarschuwingsindicator voor het trillen van de camera ( )
weergegeven op het LCD-scherm. In dat geval kunt u een statief gebruiken, de camera op
een stabiel oppervlak plaatsen of de flitser inschakelen.
■ Opname met tegenlichtcorrectie : Wanneer u buitenshuis opnames maakt, kunt u beter niet
tegen de zon in fotograferen omdat de foto anders te donker kan zijn vanwege het tegenlicht.
Bij tegenlicht kunt u gebruikmaken van de steunflits (p.26), spotmeting (p. 39) of
tegenlichtcorrectie (p. 32).
■ Zorg dat de lens of de flitser niet worden geblokkeerd tijdens het nemen van een foto.
●Modus voor scherpteregeling Normal ( )
Het instellingsbereik is 1m tot oneindig. Wanneer u deze
modus voor scherpteregeling selecteert, wordt geen
pictogram weergegeven op het LCD-scherm.
※U kunt voorkomen dat de opname onscherp wordt door de
scherpte in te stellen op een bereik tussen 1,0m en
oneindig.
●Modus voor scherpteregeling Macro ( )
Het instellingsbereik is 0,2m. Wanneer u deze modus voor
scherpteregeling selecteert, wordt een pictogram Macro
( ) weergegeven op het LCD-scherm.
※U kunt voorkomen dat de opname onscherp wordt door de
scherpte in te stellen op een bereik tussen 0,2m.
Waar u op moet letten bij het maken van opnamen