GEAVANCEERDE FUNCTIES
DE OPNAMEFUNCTIE INSTELLEN
7 Selecteer het gewenste submenu door op de knop OMHOOG ( ) of OMLAAG ( ) te
drukken.
De standaardinstelling is 0.0 EV. De camera berekent automatisch de belichtingswaarde.
8. Klik, nadat u het gewenste submenu hebt geselecteerd, op de knop OK om de instelling te
bevestigen.
9. Druk op de knop MENU om de menuweergave te annuleren.
Referentie
Instellingsbereik voor belichtingscorrectie:-2,0~+2,0EV (in stappen van 0,5 EV)
De belichting blijft ongewijzigd totdat de camera wordt uitgeschakeld. Als de camera opnieuw
wordt ingeschakeld, wordt de belichtingscorrectie weer ingesteld op 0.0EV (geen
belichtingscorrectie).
Wanneer u de belichtingswaarde hebt gewijzigd, wordt deze waarde weergegeven op het
LCD-display .
Als de belichtingswaarde wordt verhoogd of verlaagd kunnen foto's over- of onderbelicht (te
licht of te donker) zijn. Bekijk uw afbeeldingen met behulp van het LCD-display om te
controleren of ze zijn gelukt.