DE OPNAMEFUNCTIE INSTELLEN
WHITE BALANCE (WITBALANS)
De kleuren van de opgenomen beelden kunnen veranderen afhankelijk van het
beschikbare licht.
Met de instelling voor de witbalans kunt u de kleuren aanpassen zodat deze er natuurlijker
uitzien.
Deze instelling blijft actief totdat de camera wordt uitgeschakeld.
1. Zet de camera aan.
2. Draai de schijf voor modusselectie in de modus
STILSTAAND BEELD of of de modus MACRO-OPNAME.
3. Schakel het LCD-display niet uit.
4. Druk op de menuknop om het menu weer te geven op het
LCD-display . Druk op de knop OMHOOG (
) / OMLAAG
( ) en selecteer [WHITE BALANCE].
5. U kunt de cursor naar het submenu [WHITE BALANCE]
verplaatsen door op de knop RECHTS ( ) te drukken.
6. Selecteer het gewenste submenu door op de knop
OMHOOG ( ) of OMLAAG ( ) te drukken.
De standaardwaarde is AUTO.
7. Klik, nadat u het gewenste submenu hebt geselecteerd, op
de knop OK om de instelling te bevestigen.
8. Druk op de knop MENU om de menuweergave te annuleren.
<Modus STILSTAAND BEELD>
<Modus MACRO-OPNAME>
WHITE BALANCE
AUTO
DAYLIGHT
FLUORESCENT
TUNGSTEN
P1 SELECT OK SET
WHITE BALANCE
AUTO
DAYLIGHT
FLUORESCENT
TUNGSTEN
P1 SELECT OK SET