GEREED
VOORBEREIDING
De stroomvoorziening
De camera kan op twee manieren van stroom worden voorzien. U kunt batterijen (AA-
alkaline, Ni-MH) of een wisselstroomadapter (gelijkstroom 6V / 2,0A) gebruiken.
De batterijen gebruiken
1
Trek de vergrendeling van het klepje van het batterijvak in
de richting van de pijl (1) en open het klepje van het
batterijvak door dit in de richting van de pijl te duwen (2).
2
Plaats de batterijen en zorg ervoor dat deze in de juiste
richting zitten (+ / -).
3
Sluit het afdekklepje van het batterijvak door ertegen te
duwen totdat het vastklikt.
Referentie
De camera wordt automatisch uitgeschakeld als deze een tijdje niet is gebruikt.
Wij adviseren u gebruik te maken van ALKALINE-batterijen met een grote capaciteit
(2000mAh) aangezien mangaanbatterijen niet voldoende vermogen leveren.
Opmerking
Belangrijke informatie over het gebruik van batterijen
Verwijder de batterijen als de camera gedurende lange tijd niet wordt gebruikt.
Batterijen verliezen vermogen met het verstrijken van de tijd en kunnen gaan lekken als u
ze in de camera laat zitten.
Lage temperaturen (beneden 0°C) kunnen de prestaties van de batterijen nadelig
beïnvloeden en kunnen de levensduur van de batterijen bekorten.
De batterijen herstellen zich gewoonlijk bij normale temperaturen.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar heen.
Bij langdurig gebruik van de camera kan de behuizing warm worden. Dit is volstrekt
normaal. Als u gedurende langere tijd met deze camera wilt werken, kunt u het beste een
wisselstroomadapter gebruiken.