[35]
Geavanceerde functies
Opnamemodus
Opnamemodus starten
Bewegende beelden opnemen
1. Plaats de batterijen (p. 27). Plaats de batterijen en zorg ervoor dat deze in de juiste richting zitten (+ / -).
2. Plaats de geheugenkaart (p. 30). Aangezien deze camera over een intern geheugen van 8MB
beschikt, hoeft u de geheugenkaart niet te plaatsen. Als de geheugenkaart niet is geplaatst, worden
afbeeldingen opgeslagen in het interne geheugen.
U kunt de geheugencapaciteit uitbreiden door de geheugenkaart te plaatsen.
Als de geheugenkaart is geplaatst, worden afbeeldingen opgeslagen op de geheugenkaart.
3. Sluit het afdekklepje van de sleuf voor de geheugenkaart.
4. Zet de camera aan met de aan/uit-schakelaar. (Wanneer u de camera inschakelt, wordt het menu
voor het instellen van de datum en tijd weergegeven. Als de datum en tijd onjuist zijn, stelt u deze
opnieuw in. (p. 82)
5. Selecteer de modus MOVIE CLIP( ) door aan de keuzeschijf voor modusselectie te draaien.
6. Het pictogram voor de modus MOVIE CLIP en de beschikbare opnametijd worden weergegeven op
het LCD-scherm.(Max. 3 min)
Modus MOVIE CLIP
Als de geheugenkaart in de camera is geplaatst, werken alle camerafuncties alleen voor de
geheugenkaart.
Als de geheugenkaart niet in de camera is geplaatst, werken alle camerafuncties alleen voor het
interne geheugen.
