NL-2
Voordat u de airconditioner in gebruik neemt
De vaste afstandsbediening, de draadloze afstandsbediening en het centrale bedieningspa-
neel van de airconditioner zijn als opties verkrijgbare accessoires. Controleer voordat u
deze gebruiksaanwijziging leest over welke accessoires u beschikt, zodat u weet welke
delen van de gebruiksaanwijziging op uw airconditioner van toepassing zijn.
Bij gebruik van uw airconditioner moeten de volgende veiligheidsmaatregelen in acht worden genomen.
1 Steek NOOIT voorwerpen door een luchtrooster, omdat u dan de ventilator in de unit kunt beschadigen en
zelf gewond kunt raken.
2 Hang of plaats NOOIT voorwerpen voor de buiten-unit.
3 Zorg ervoor dat er NOOIT vloeistof in de unit terechtkomt. Als dit toch gebeurt, moet u de airconditioner
loskoppelen van het lichtnet en contact opnemen met uw installateur.
4 Als de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt zal worden, verwijder dan de batterijen.
5 Als het apparaat beschadigd of defect is, neem dan contact op met:
◆
Een geautoriseerd service center
◆
Het bedrijf waar de airconditioner is gekocht.
6 Als het netsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door een speciaal voor dit product vervaardigd
snoer, dat verkrijgbaar is bij de fabrikant, uw installateur of een geautoriseerd service center.
7 Als u gebruik maakt van de draadloze afstandsbediening, zorg er dan voor dat de afstand tussen de
afstandsbediening en de ontvangst- en display unit niet meer dan 7 meter bedraagt.
8 Verzeker u ervan dat de airconditioner op de juiste wijze is geïnstalleerd. De fabrikant is NIET aansprakelijk
voor (letsel)schade als gevolg van een onjuiste installatie.
9 Doet u de airconditioner weg, verwijder dan de batterijcellen uit het apparaat en lever deze in bij een
innamepunt voor gebruikte batterijen.
Veiligheidsmaatregelen