527352
13
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/128
Next page
Copyright © 2011 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets van deze uitgave mag, in welke vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van ROLAND
CORPORATION gereproduceerd worden.
Roland, GS, SuperNATURAL, VIMA en VIMA TUNES zijn geregistreerde handelsmerken of handelsmerken van Roland Corporation in de
Verenigde Staten van Amerika en/of andere landen.
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, leest u de secties getiteld ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ (p.8) en ‘BELANGRIJKE
OPMERKINGEN’ (p.10). In deze secties vindt u belangrijke informatie over het op juiste wijze gebruiken van het apparaat. Bovendien kunt u de gebruikers-
handleiding in zijn geheel doorlezen om een goed beeld te krijgen van alles dat uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze handleiding zodat u er
later aan kunt refereren.
4
Snelle start
De klanken uitproberen
Laten we eens verschillende instrumentale klanken proberen te spelen.
Geluid produceren
On
O
3. Terwijl u op het klavier speelt, gebruikt u
de [Master Volume] knop om het volume
bij te stellen.
2. Druk op de [Power]
schakelaar om de stroom
aan te zetten.
1. Aansluitingen maken.
Sluit de adapter en koptelefoon
(apart verkrijgbaar) aan (p.23).
Adapter
Koptelefoon
1 2 3
MEMO
U kunt ook (apart verkrijgbare) luidsprekers aansluiten en de klank van de ATELIER via luidsprekers beluisteren (p.23).
Als een voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) of een expressiepedaal (apart verkrijgbaar) is aangesloten, gebruikt u de [Master Volume]
knop en het expressiepedaal om het volume bij te stellen (p.55).
Pianoklanken op het onderste klavier spelen
Upper keyboard
Lower keyboard
Pedalboard klank
Lower keyboard klank
Upper keyboard klank
Speel op het onderste klavier.
De pianoklank zal te horen zijn.
4. Druk op de Lower [Piano] knop om de pianoklank te selecteren.
21
MEMO
U kunt voor elk klavier (bovenste, onderste en pedaal) een andere klank kiezen (p.28).
Als u een pedaalklavier wilt gebruiken, moet u het aansluiten (PK serie, apart verkrijgbaar) (p.24).
U kunt de [Others] knop gebruiken om een verscheidenheid aan klanken, zoals viool of uit, te selecteren (p.30).
Wat is een klank?
Op de ATELIER kunnen de geluiden van verschillende instrumenten worden gespeeld. Deze geluiden worden klanken’ genoemd.
5
Snelle start
Spelen met ritmes
Hier ziet u, hoe u tijdens het spelen naar ritmes in verschillende stijlen kunt luisteren.
2. Druk op de Rhythm knop om
de gewenste ritmegroep te
selecteren (p.58).
4. Speel mee met het ritme.
1. Hier ziet u, hoe u tijdens het spelen
naar ritmes in verschillende stijlen
kunt luisteren.
1
2
3. Druk op de [Start/Stop] knop om
het ritme te laten beginnen.
3
4
Druk nogmaals op de [Start/Stop] knop
om het ritme te stoppen.
MEMO
U kunt de Tempo [ ] [ ] knoppen
gebruiken om het tempo van het
ritme te veranderen.
MEMO
U kunt ook een intro of einde aan het ritme toevoegen (p.60).
6
Snelle start
Klanken en ritmes met één enkele knop oproepen
Hier ziet u, hoe instellingen voor klanken en ritmes opgeroepen kunnen worden door slechts één knop in te drukken.
Klanken en andere paneelinstellingen oproepen
1. Druk op één van de registratieknoppen [1]-[8] en laat deze direct weer los.
De klanken en andere paneelinstellingen worden opgeroepen.
1
Klanken en andere paneelinstellingen alsmede ritme en tempo oproepen
2. Druk op één van de registratieknoppen [1]-[8] en houd deze enkele seconden ingedrukt.
De paneelinstellingen alsmede de ritme-instellingen worden opgeroepen.
1
Enkele seconden ingedrukt houden
MEMO
De instellingen van uw favoriete klanken en ritmes kunnen in een registratieknop worden opgeslagen (p.67).
Wat zijn ‘paneelinstellingen’?
‘Paneelinstellingen zijn instellingen die u maakt wanneer een klank wordt geselecteerd of als het tempo, de snelheid van het Rotary-
eect enz. met gebruik van het ATELIER paneel wordt ingesteld.
Wat is een registratie?
Met de ATELIER kunt u de instellingen van klanken, ritmes, enz. met één druk op de knop oproepen. Als u een verzameling van dat
soort instellingen opslaat, wordt die opgeslagen verzameling een ‘registratie genoemd. (p.66).
7
Snelle start
Met een song meespelen
Hier ziet u, hoe één van de ingebouwde ATELIER songs wordt afgespeeld, en u met de song kunt meespelen.
2. Gebruik de Value [-] [+]
knoppen om een song te
selecteren.
4. Speel met de song mee.
1. Druk op de [Song] knop.
1
2
3. Druk op de [Play/Stop] knop om de
song af te spelen.
3
4
Druk nogmaals op de [Start/Stop] knop om de
song te stoppen.
MEMO
U kunt ook songs van een USB-geheugen of een CD afspelen (p.88, p.109).
8
WAARSCHUWING
Maak het apparaat of de adapter niet open en voer geen
interne modicaties uit.
Tracht het apparaat niet te repareren of onderdelen in het
apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specieke
instructies in de handleiding staan). Laat al het onderhoud
aan een handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service
Centrum of een erkende Roland distributeur over. Deze zijn
op de ‘Informatie pagina te vinden.
Het apparaat mag nooit geïnstalleerd worden op locaties die
aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoorbeeld
direct zonlicht in een afgesloten voertuig, dichtbij
een warmtekanaal of bovenop warmte genererende
apparatuur) of die
vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte
vloeren hebben, of
aan stoom of rook blootstaan, of
aan zout blootstaan, of
aan regen blootstaan of die
stog of zanderig zijn of
aan een hoge mate van vibratie en schokken onderhevig
zijn.
Dit apparaat dient alleen met een door Roland aanbevolen
standaard te worden gebruikt.
Wanneer het apparaat met een door Roland aanbevolen
standaard wordt gebruikt, moet de standaard zorgvuldig
worden geplaatst zodat deze waterpas staat en stabiel zal
blijven. Als u geen standaard gebruikt, moet u toch zorgen
dat de locatie waar u het apparaat plaatst een waterpas
oppervlak heeft dat het apparaat goed ondersteunt, zodat
het niet kan wiebelen.
WAARSCHUWING
Gebruik alleen de adapter die bij het apparaat hoort.
Controleer ook of het lijnvoltage met het ingangsvoltage
overeenkomt, dat op de behuizing van de adapter wordt
vermeld. Andere adapters kunnen een andere polariteit
gebruiken of op een ander voltage zijn ontworpen. Het
gebruik daarvan kan derhalve tot schade, storingen of
elektrische schok leiden.
Gebruik alleen het aan het apparaat bevestigde netsnoer.
Ook mag het bijbehorende netsnoer niet met een ander
apparaat worden gebruikt.
Buig of draai het netsnoer niet overmatig en plaats er
geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer
beschadigen, elementen kunnen afbreken en kortsluiting
kan ontstaan. Beschadigde snoeren brengen risicos van
brand en schok met zich mee!
Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met
een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan
geluidsniveaus produceren die permanent gehoorsverlies
kunnen veroorzaken. Gebruik het apparaat niet gedurende
langere tijd op een hoog of oncomfortabel volumeniveau.
Indien u last heeft van enig gehoorsverlies of een piep in
de oren, moet u het apparaat niet meer gebruiken en een
oorarts raadplegen.
Plaats geen houders die vloeistof bevatten op dit product.
Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar
materiaal, munten, snoeren) of vloeistoen (water, frisdrank)
in het apparaat terechtkomen. Dit kan tot kortsluiting,
verkeerde werking of andere storingen leiden.
2
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
001
Lees de instructies en de gebruiksaanwijzing goed
door, voordat u dit apparaat in gebruik neemt.
..........................................................................................................
002c
Maak het apparaat of de adapter nooit open, en
breng geen interne wijzigingen aan.
......................................................
....................................................
004
Gebruik of bewaar het apparaat nooit:
Bij extreme temperaturen (bv. direct zonlicht in
een dicht voertuig, bij een warmtebron of
bovenop een warmte opwekkend apparaat); of
bij
Vocht (bv. baden, badkamers, op natte vloeren);
of bij
Regen; of
Stof; of
Bij hoge trillingen.
........................................................................
..................................
011
Laat geen objecten (b.v. brandgevaarlijk materiaal,
munten of naalden); vloeistof (water, frisdranken
etc.) in of over het apparaat vallen.
..........................................................................................................
013
In huishoudens met kleine kinderen dient altijd
een volwassene toezicht te houden, totdat het kind
in staat i
s om de regels die essentieel zijn voor een
veilig gebruik van het apparaat te volgen.
..........................................................................................................
014
Bescherm het apparaat tegen hevige schokken.
(Laat het apparaat niet vallen!)
..........................................................................................................
104
Probeer het ve
rstrengelen van snoeren en kabels te
voorkomen. Snoeren en kabels dienen ook altijd
buiten bereik voor kinderen te worden geplaatst.
..........................................................................................................
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruiker attent gemaakt wordt op
het risico van letsel of materiële schade,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
of andere ongunstige effecten, die ten
aanzien van het huis en al het
aanwezige meubilair, en tevens aan
huisdieren kunnen optreden.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij
de gebruik
er attent gemaakt wordt op
het risico van overlijden of zwaar letsel,
wanneer het apparaat niet op juiste
wijze gebruikt wordt.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd
moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd
moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel
aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de
linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de
daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke
instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis
van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich
binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit
geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken
voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen,
of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die
nooit verplaatst mogen worden (verboden). De
specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden,
wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen
de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan
de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit
uit elkaar gehaald mag worden.
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
VOORZICHTIG opmerkingen
Over de symbolen
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
9
Het apparaat op een veilige manier gebruiken
9
WAARSCHUWING
Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het
stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw
handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of
een erkend Roland distributeur, te vinden op de ‘Informatie’
pagina, indien:
De adapter, het netsnoer of de stekker is beschadigd, of
Er rook of een ongewone geur optreedt
Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn
gekomen, of
Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere wijze
nat is geworden), of
Het apparaat niet normaal schijnt te functioneren of een
duidelijke verandering in werking laat zien.
In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene
toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die
essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat
op te volgen.
Bescherm het apparaat tegen zware schokken.
(Laat het niet vallen!)
Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact
waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van
maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van
verlengsnoeren – de totale hoeveelheid stroom die door
alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de
stroom classicatie (watts/ampères) van het verlengsnoer
overschrijden. Door overmatige ladingen kan de isolatie van
het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken,
neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbijzijnde
Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur.
Deze zijn te vinden op de ‘Informatie’ pagina.
VOORZICHTIG
Het apparaat en de adapter dienen zo geplaatst te worden
dat hun locatie of positie de benodigde ventilatie niet
belemmert.
Dit apparaat (AT-350C) mag alleen met de Roland standaard
KS-G8 of KS-12 gebruikt worden. Gebruik van een andere
standaard kan instabiliteit veroorzaken die mogelijk tot
verwondingen kan leiden.
Zelfs als u de aanwijzingen in de gebruikershandleiding in
acht neemt, kunnen bepaalde handelingen veroorzaken
dat dit product van de standaard valt of dat de standaard
omvalt. Wees u bewust van veiligheidskwesties voordat u dit
product in gebruik neemt.
VOORZICHTIG
Als u de stekker van de adapter in het apparaat of een
stopcontact steekt of eruit haalt, houdt u deze of de
behuizing van de adapter vast.
U dient de adapter met enige regelmaat uit het stopcontact
te halen en deze schoon te maken met een droge doek
om stof en andere opeenhopingen tussen de vorken
van de stekker uit te halen. Ook haalt u de stekker uit het
stopcontact wanneer het apparaat gedurende langere tijd
niet gebruikt zal worden. Ophoping van stof tussen de twee
stekkers kan slechte isolatie veroorzaken, dat tot brand kan
leiden.
Probeer het in de war raken van snoeren te voorkomen.
Tevens dienen alle snoeren buiten het bereik van kinderen
te blijven.
Ga nooit op het apparaat zitten of staan en plaats er geen
zware objecten op.
Raak de behuizing van de adapter of zijn stekkers nooit
met natte handen aan, als u deze in dit apparaat of een
stopcontact steekt of eruit haalt.
Als u het instrument moet verplaatsen, neemt u de
hieronder genoemde voorzorgsmaatregelen in acht. Er zijn
minimaal twee personen nodig om het apparaat veilig op te
tillen en te verplaatsen. Het dient voorzichtig behandeld te
worden en altijd waterpas gehouden te worden. Zorg dat u
het stevig vast heeft om te voorkomen dat u uzelf verwondt
en/of het instrument beschadigt.
Verwijder de adapter.
Als de adapter aan de onderkant van de AT-350C is
bevestigd, maakt u de adapter los.
Ontkoppel alle snoeren komend van andere apparaten.
Verwijder de muziekstandaard.
Voordat u het apparaat schoonmaakt, zet u de stroom uit en
haalt u de stekker uit het stopcontact (p.22).
Voordat u het apparaat schoonmaakt, zet u de stroom uit en
haalt u de stekker uit het stopcontact (p.22).
Indien u schroeven waarmee de muziekstandaard wordt
vastgezet en de schroef van de aardeklem verwijdert,
bewaart u deze op een veilige plaats buiten het bereik van
kinderen. Op die manier voorkomt u dat de schroeven per
ongeluk door kinderen worden ingeslikt.
10
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
Stroomvoorziening
Sluit dit apparaat niet op hetzelfde stopcontact aan dat door een
elektrisch apparaat wordt gebruikt waar een omvormer bij te pas komt
(zoals een koelkast, wasmachine, magnetronoven of airconditioner) of
dat een motor bevat. Afhankelijk van de manier waarop het apparaat
wordt gebruikt, kan de ruis van de stroomvoorziening veroorzaken dat dit
apparaat storingen gaat vertonen of hoorbare ruis produceert. Wanneer
het niet mogelijk is om een apart stopcontact te gebruiken, plaatst u een
ruislter tussen dit apparaat en het stopcontact.
De adapter zal na lange uren werking warmte afgeven. Dit is normaal en
niets om u zorgen over te maken.
Voordat u dit apparaat op andere apparaten aansluit, zet u de stroom
van alle apparaten uit. Hiermee worden storingen en/of schade aan
luidsprekers of andere apparaten voorkomen.
Plaatsing
Wanneer het apparaat in de buurt van eindversterkers (of andere
apparatuur welke grote stroom transformators bevat) wordt gebruikt, kan
ruis worden opgewekt. Om dit probleem te verzachten, verandert u de
richting van dit apparaat of plaatst u het verder weg van de storingsbron.
Dit apparaat kan storing in radio en televisieontvangst veroorzaken.
Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers.
Ruis kan veroorzaakt worden wanneer draadloze communicatieapparaten
zoals mobiele telefoons in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit
soort ruis kan optreden bij het ontvangen of starten van een gesprek of
tijdens de conversatie. Als u dit soort problemen ondervindt, dient u deze
draadloze apparaten op meer afstand van dit apparaat gebruiken of uit te
zetten.
Stel het apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet in de
buurt van apparaten die warmte afgeven, laat het niet in een afgesloten
voertuig achter en onderwerp het niet aan extreme temperaturen
. Laat verlichting die normaalgesproken dicht op het apparaat wordt
gebruikt (zoals een pianolamp) of sterke schijnwerpers niet gedurende
langere tijd op hetzelfde gebied schijnen. Door overmatige hitte kan het
apparaat vervormen of verkleuren.
Als het apparaat naar een locatie met een zeer afwijkende temperatuur
en/of vochtigheid wordt verplaatst, kunnen er waterdruppels
(condensatie) binnen in het apparaat worden gevormd. Wanneer u het
apparaat in deze staat gaat gebruiken, kunnen schade en storingen
ontstaan. Daarom moet u het apparaat, voordat u het in gebruik neemt,
enige uren laten staan totdat de condensatie volledig is verdampt.
Laat rubber, vinyl of soortgelijke materialen niet gedurende langere tijd op
dit apparaat liggen. Dit soort objecten kunnen de afwerking beschadigen.
Laat geen objecten op het klavier liggen. Hierdoor kunnen storingen
ontstaan, zoals toetsen die geen geluid produceren.
Plak geen etiketten enz. op het apparaat. Als dit soort materiaal van het
instrument moet worden verwijderd, kan de afwerking beschadigen.
Afhankelijk van het materiaal en de temperatuur van het oppervlak
waarop u het apparaat plaatst, kan het oppervlak van dit apparaat door de
rubberen voetjes verkleuren of beschadigen. Om dit te voorkomen, kunt u
een doek onder dit apparaat leggen. Als u dit doet, moet u oppassen dat
het apparaat niet per ongeluk kan schuiven of glijden.
Plaats niets dat water bevat (bijv. bloemenvazen) op dit apparaat.
Vermijd tevens het gebruik van insecticiden, parfums, alcohol, nagellak,
spuitbussen, enz. in de buurt van het apparaat. Vloeistof die op het
apparaat terechtkomt dient met een droge, zachte doek worden
weggeveegd.
Onderhoud
Om het apparaat schoon te maken gebruikt u een droge, zachte doek of
een licht vochtige doek. Probeer het gehele oppervlak gelijkmatig af te
nemen. Als u te hard op één plek wrijft kan de afwerking beschadigen.
Gebruik nooit benzine, verdunners, alcohol of oplosmiddelen om
verkleuring en/of vervorming van het apparaat te voorkomen.
Reparatie en data
Wees er op bedacht dat alle data in het geheugen van dit apparaat
verloren kunnen gaan wanneer het apparaat ter reparatie wordt
aangeboden. Belangrijke data dienen altijd in USB-geheugens te worden
opgeslagen of op papier genoteerd te worden (indien mogelijk). Tijdens
reparaties wordt altijd geprobeerd om de inhoud van het geheugen in
tact te houden, maar in bepaalde gevallen kan de opgeslagen inhoud
helaas niet meer hersteld worden (bijvoorbeeld als het circuit voor de
geheugensectie een storing heeft vertoond). Roland is niet aansprakelijk
voor dit soort verlies van data.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
Wees ervan bewust dat de inhoud van het geheugen onherstelbaar
verloren kan gaan, door een storing in het apparaat of door onjuiste
bediening. Om te voorkomen dat u belangrijke data verliest, adviseren wij
u regelmatig een reservekopie van belangrijke data die u in het geheugen
van het apparaat of in USB-geheugens heeft opgeslagen te maken.
Helaas kan het soms onmogelijk zijn om de inhoud van data die in het
geheugen van het apparaat of in USB-geheugens werd opgeslagen te
herstellen, nadat deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet
verantwoordelijk voor dit soort dataverlies.
Behandel de knoppen, schuifregelaars en andere regelaars voorzichtig. Dit
geldt ook voor het gebruik van de Jacks een aansluitingen. Ruw gebruik
kan tot storingen leiden.
Sla nooit op het scherm en druk er niet hard op.
Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij
de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt
u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
Om te vermijden dat u uw buren stoort, gebruikt u dit apparaat op een
passend volumeniveau. U kunt een koptelefoon gebruiken, zodat u zich
niet om anderen hoeft te bekommeren.
Het geluid van toetsen die worden aangeslagen en vibraties die
geproduceerd worden als een instrument wordt bespeeld, kunnen via
vloeren en muren luider dan verwacht worden overgebracht. In het
bijzonder als u een koptelefoon gebruikt moet u opletten dat u anderen in
uw omgeving niet irriteert.
Als u het apparaat moet transporteren, verpakt u het in de oorspronkelijke
doos (met voldoende schokabsorberend materiaal). Anders dient u
soortgelijke verpakkingsmaterialen te gebruiken.
Pas geen overmatige druk op de muziekstandaard toe, wanneer deze in
gebruik is.
Gebruik alleen het gespeciceerde expressiepedaal (EV-7, apart
verkrijgbaar). Als andere pedalen worden aangesloten kunnen storingen
ontstaan en kan het apparaat beschadigen.
Sommige aansluitkabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het
aansluiten van dit apparaat geen kabels die weerstanden hebben. Bij
gebruik van dit soort kabels kan het geluidsniveau extreem laag of
zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecicaties kunt u bij de
fabrikant van de kabel verkrijgen.
Het werkzame bereik van de D Beam Controller wordt erg klein als deze
in fel zonlicht wordt gebruikt. Wees hiervan bewust als u de D Beam
Controller buiten gebruikt.
De gevoeligheid van de D Beam Controller verandert, afhankelijk van
de hoeveelheid licht in de omgeving van het apparaat. Als dit niet naar
verwachting functioneert, past u de gevoeligheid aan, afgestemd op de
helderheid van de locatie.
Als u de ATELIER verplaatst moet u opletten dat u het klavier of de
harmonische balken niet beschadigt.
11
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
11
Voordat USB-geheugens worden gebruikt
USB-geheugens gebruiken
Steek de USB-geheugens helemaal in, totdat ze stevig op hun plaats
zitten.
Raak de aansluitcontacten van de USB-geheugens nooit aan. Zorg ook dat
deze niet vies worden.
USB-geheugens worden met gebruik precisiecomponenten vervaardigd,
daarom dient u deze voorzichtig te behandelen en neemt u de volgende
punten in acht.
Om te voorkomen dat USB-geheugens door elektrische ladingen
worden beschadigd, ontlaadt u statische elektriciteit die mogelijke in
uw lichaam aanwezig is, voordat u met het USB-geheugen gaat werken.
Zorg dat de contactpunten van de kaarten niet met metalen objecten in
contact komen.
USB-geheugens mogen niet gebogen worden, laat ze niet vallen en stel
ze niet aan schokken of trillingen bloot.
Bewaar USB-geheugens niet in direct zonlicht, in afgesloten voertuigen
of soortgelijke locaties.
Zorg dat de kaarten niet nat wordt.
Haal de kaarten niet uit elkaar en breng geen wijzigingen aan.
Auteursrecht
Het onbevoegd opnemen, dupliceren, verspreiden, verkopen, leasen,
publiekelijk uitvoeren, uitzenden of soortgelijke handelingen van
een volledig werk of gedeelte daarvan (muzikale compositie, video,
uitzending, publiekelijke uitvoering enz.) waarvan het auteursrecht bij een
derde partij ligt, is bij de wet verboden.
Gebruik dit product niet voor doeleinden die het auteursrecht
van een derde partij kunnen overtreden. We nemen geen enkele
verantwoordelijkheid met betrekking tot overtredingen van derde partij
auteursrechten, die middels uw gebruik van dit apparaat optreden.
Het auteursrecht van inhoud binnen dit product (de golfvormdata van
het geluid, stijldata, begeleidingspatronen, Phrase data, Audio Loops en
afbeeldingsdata) is voorbehouden aan Roland Corporation en/of Atelier
Vision Corporation.
Kopers van dit product mogen genoemde inhoud gebruiken voor het
creëren, uitvoeren, opnemen en distribueren van originele muziekwerken.
Kopers van dit product mogen niets van genoemde inhoud, in
oorspronkelijke of gewijzigde vorm, extraheren voor distributie van
opgenomen media van genoemde inhoud of dit beschikbaar maken op
een computer netwerk.
* XGlite ( ) is een geregistreerd handelsmerk of een
handelsmerk van Yamaha Corporation.
* MMP (Moore Microprocessor Portfolio) verwijst naar een
patent portfolio dat zich met microprocessor architec-
tuur bezig houdt, welk werd ontwikkeld door Technology
Properties Limited (TPL). Roland heeft een licentie voor deze
technologie van de TPL groep.
* Alle in dit document genoemde productnamen zijn
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun
respectievelijke eigenaars.
12
Inhoud
Snelle start . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
De klanken uitproberen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Spelen met ritmes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Klanken en ritmes met één enkele knop oproepen . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Met een song meespelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN . . 8
BELANGRIJKE OPMERKINGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Paneelbeschrijvingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Bovenpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .14
Achterpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
Overige aansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Voorbereidingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
De ATELIER op de standaard plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .20
De muzieksteun bevestigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
De adapter aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .21
De stroom aan/uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
De stroom aanzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
De stroom uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .22
Aansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
Aansluiten op een uitvoerapparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .23
Een koptelefoon gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Pedalen aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
Het USB-geheugen gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
De demosongs beluisteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Klanken selecteren (stemmen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Over de stemmen en de Parts . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .28
Functies van de Voice knoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .29
Een stem selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Paneelinstellingen oproepen door een sleutelwoord te kiezen
(Music Assistant) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Orgelklanken creëren (Vintage Organ) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Een Vintage orgelklank spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
De volumebalans aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Naar een andere toonsoort transponeren (Key Transpose) . . . . . . . .36
De toonhoogte in octaven transponeren (Octave Shift) . . . . . . . . . . . 37
Eecten aan een stem toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .38
Harmonie aan een melodie toevoegen
(Harmony Intelligence) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
Het type Harmony Intelligence veranderen. . . . . . . . . . . . . . . . .38
Modulatie aan het geluid toevoegen (Rotary-eect) . . . . . . . .39
Resonantie aan het geluid toevoegen (Sustain-eect) . . . . . .40
Weerkaatsing aan het geluid toevoegen (Reverbeect) . . . . . 41
Het geluid laten vervormen (Overdrive-eect) . . . . . . . . . . . . .43
De D Beam Controller gebruiken om het geluid te wijzigen . . . . . . . 44
Het onderste klavier eectief gebruiken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .45
De solostem op het onderste klavier spelen
(Solo To Lower) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47
Het onderste klavier gebruiken om de basstem te
spelen (Bass Split) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .48
Een Lower stem met percussie-instrumentklanken en
een Voice Phrase spelen (Manual Percussion) . . . . . . . . . . . . . . . 49
Drums over het volledige klavier spelen (Drums/SFX) . . . . . . . 50
Het onderste klavier gebruiken om de basstem te
spelen (Pedal To Lower) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .51
Op eenvoudige wijze akkoorden op het onderste klavier
spelen (Easy One Finger) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Uitvoeringen van akoestische instrumenten op realistische
wijze uitdrukken (SuperNATURAL stemmen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52
Een SuperNATURAL stem selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .52
Optimale instellingen voor het spelen van een
SuperNATURAL stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .53
Een SuperNATURAL stem spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Het algehele volume met gebruik van een expressiepedaal
aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .55
Spelen met een Active Expression stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .56
Decay aan het geluid toevoegen (Damper Pedal) . . . . . . . . . . . . . . . . . 56
De voetschakelaar gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .57
Spelen met ritmes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 58
Een ritme selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .58
Ritmes die in het User-geheugen of USB-geheugen
zijn opgeslagen selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .59
Ritme spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Het ritme stoppen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .61
Het tempo van een ritme en automatische begeleiding
veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Ritme en automatische begeleiding spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Variatie aan het ritme of de automatische begeleiding
toevoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Het arrangement van het ritme en de automatische
begeleiding veranderen (Variation) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Een eenvoudige manier om instellingen voor automatische
begeleiding te maken (One Touch Program) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Een ritme uit het User-geheugen of USB-geheugen verwijderen . . 65
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration) . . . 66
Registraties opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67
Een registratie oproepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67
Automatisch registreren als u van paneelinstellingen verandert. . . 67
Registratiesets opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .68
Eerder opgeslagen registraties in de ATELIER laden . . . . . . . . . . . . . . . 70
Een set registraties laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Een individuele registratie laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
De volgorde waarin registraties werden opgeslagen
oproepen (Load Next) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Een set registraties verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73
Uw spel opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
In SMF-formaat opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75
Een aftelling die met de timing overeenkomt toevoegen
(Count In) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Gevorderde opnamemethodes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Gespeelde songs opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
Een song gebruiken met een ander tempo dan dat
van de uitvoeringsdata . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .83
Uitvoeringsdata wissen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 84
Opnemen in geluidsformaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85
De naam van uitvoeringsdata veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Uitvoeringsdata uit het User-geheugen of USB-geheugen spelen .88
Een opgeslagen gespeelde song verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .89
13
Inhoud
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies . . . . 90
Basisoperaties in het Utility scherm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .90
De manier waarop het instrument reageert aanpassen . . . . . . . . . . .92
Het volume van het Vintage orgel aanpassen
(VintageOrganVolume) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
De Parts waarop Vibrato of Chorus wordt toegepast
selecteren (Vibrato/Chorus Part) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
De gevoeligheid van Initial Touch aanpassen (Initial Touch) .92
Initial Touch uitschakelen (EZ Touch) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
De manier waarop de solostem reageert veranderen
(Solo Mode) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
De solostem en Lower stem stapelen (SoloToLower Mode) . .92
Het Solo splitspunt veranderen (Solo Split Point) . . . . . . . . . . .92
Het Solo splitspunt veranderen (Solo Split Point) . . . . . . . . . . .92
De polyfonie van het voetklavier veranderen
(Pedal Bass Mode) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Uitvoeringsinstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
De functies van de voetschakelaars veranderen
(L Foot Switch, R Foot Switch) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .93
De Pitch Bend Range veranderen (Pitch bend Range) . . . . . . . 94
De functie van het expressiepedaal veranderen
(Exp. Source) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
De diepte van het expressiepedaal aanpassen (Exp. Curve) . 94
De gevoeligheid van de D Beam Controller aanpassen
(D Beam Sensitivity) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
Ritme-instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
Akkoorden produceren met een eenvoudige
vingerzetting (Chord Intelligence) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
De Leading Bass functie gebruiken (Leading Bass) . . . . . . . . . . 95
Voorkomen dat het tempo van ritmes automatisch
verandert (Auto Std Tempo) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95
Een aftelgeluid spelen als het intro eindigt
(Intro Count Down) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
De klank van een aftelgeluid veranderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95
De volumebalans van de Arranger aanpassen (
Accomp PartBalance) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .96
Registratie instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .96
De voetschakelaar gebruiken om van registratie
te veranderen (Registration Shift) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
Registration Arranger Update (Arranger Update) . . . . . . . . . . .97
Registration Transpose Update
(Trans. Update) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Instellingen voor opnemen en afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
De toonsoort veranderen als songs worden afgespeeld
(Playback Transpose) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .97
De metronoominstelling veranderen (Metronome) . . . . . . . . . 97
Het volume van de metronoom aanpassen
(Metronome Volume) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Het geluid van de metronoom veranderen
(Metronome Sound) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .97
De Beat instelling veranderen (Beat) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .97
Een specieke track dempen (Track Mute) . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
Kanalen van uitvoeringsdata individueel dempen
(Channel Mute) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
Het volume voor het opnemen van geluid aanpassen
(Audio Rec Gain) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .99
De weergave van tekst aan of uitzetten (Lyrics) . . . . . . . . . . . . .99
Instellen welk CD-type wordt afgespeeld (CD/Audio Type) . . 99
Media instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Een map in het USB-geheugen of User-geheugen
creëren (Create Folder) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Een Performance song kopiëren (Copy Song) . . . . . . . . . . . . . 101
Registraties kopiëren (Copy Registration) . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Ritmes kopiëren (Copy Rhythm) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103
Een USB-geheugen formatteren (Format Media) . . . . . . . . . . 104
De USB Memory instelling veranderen
(USB Memory Mode) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 104
MIDI-instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
Het MIDI-zendkanaal selecteren (Tx MIDI Channel) . . . . . . . 105
MIDI IN modus (MIDI IN Mode) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
Overdracht van PC nummers speciceren
(Send PC Switch) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
PC nummers instellen (PC Number) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 105
Overige instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106
De standaard toonhoogte aanpassen (Master Tune) . . . . . . 106
De helderheid van het scherm aanpassen (LCD Contrast) . 106
De taal die in het scherm wordt gebruikt selecteren . . . . . . 106
Aan ritme gerelateerde knoppen uitschakelen
(Rhythm Lock) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106
De V-LINK functie gebruiken (V-LINK) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 106
Alle standaard fabrieksinstellingen herstellen (Factory Reset) . . . 108
Andere apparatuur aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109
Een CD-drive aansluiten en songs afspelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109
Songs van een muziek CD beluisteren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 109
Genieten van Karaoke met een muziek CD
(Center Cancel) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 110
De melodie van een song als leidraad gebruiken (Guide) . 110
VIMA TUNES songs spelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 111
Een geluidsapparaat aansluiten en geluiden spelen . . . . . . . . . . . . 111
De luidsprekeraansluiting instellingen veranderen . . . . . . . . . . . . . 112
Geluiden via de Aux Out Jacks uitsturen (Aux Out) . . . . . . . . 112
De uitvoer van de Aux Out Jacks speciceren
(Aux Out Mode) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112
Een computer aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
Instellingen voor de USB-driver maken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
MIDI-apparaten aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 113
Probleemoplossing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 115
Storingsmeldingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 119
Akkoordenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120
Woordenlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 122
Opgeslagen onderdelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 123
Hoofdspecicaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 124
Index . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 126
14
Paneelbeschrijvingen
1
Solostem selectieknoppen (p.29)
Gebruik deze knoppen om een solostem te selecteren en het
volume van de solostem aan te passen.
Solo gedeelte
[Alternate] knop (p.29)
Niveau [
] [ ] knoppen (p.35)
[To Lower] knop (p.47)
2
Vintage orgel knoppen (p.32)
Deze knoppen voegen Vintage orgelklanken toe.
3
[Power] schakelaar (p.22)
Hiermee wordt de stroom aan en uitgezet.
4
[Master Volume] knop (p.22)
Met deze knop wordt het algehele volume aangepast.
5
D Beam (p. 44)
U kunt eecten op het geluid toepassen door uw hand boven de D
Beam Controller te plaatsen.
6
Reverb [ ] [ ] knoppen (p. 41)
Met deze knoppen wordt de hoeveelheid Reverb aangepast.
7
Accomp/SMF [ ] [ ] knoppen (p. 35)
Met deze knoppen wordt het volume van de automatische
begeleiding of ritme aangepast.
8
[Manual Percussion] knop (p.45)
Met deze knop kunt u een verscheidenheid aan drumgeluiden of
geluidseecten op het onderste klavier spelen.
9
Pedaalbas stem selectieknoppen (p.29)
Met deze knoppen kan de pedaalbas stem worden geselecteerd en
het volume van de pedaalbas worden aangepast.
Pedaalgedeelte
Niveau [
] [ ] knoppen (p.51)
[To Lower] knop (p.35)
Bovenpaneel
2
3
1
4
5
6 7
8
11
12
13
14
15
16 17 18
19
20 21
22 23 24
9 10
15
Paneelbeschrijvingen
Paneelbeschrijvingen
10
Lower Voice selectieknoppen (p.29)
Met deze knoppen kunt u de lage stem selecteren en het volume
van de lage stem aanpassen.
Lower gedeelte
[Alternate] knop (p.29)
Niveau [
] [ ] knoppen (p.35)
11
Upper Voice selectieknoppen (p.29)
Met deze knoppen kunt u de hoge stem selecteren en het volume
van de hoge stem aanpassen.
Upper Organ gedeelte, Upper Orchestral gedeelte
[Alternate] knop (p.29)
Niveau [
] [ ] knoppen (p.35)
12
[Music Assistant] knop (p.31)
Met deze knoppen kunt u paneelinstellingen oproepen door een
sleutelwoord te selecteren.
13
[One Touch Program] knop (p.64)
Deze knop selecteert automatisch paneelinstellingen die geschikt
zijn voor de automatische begeleiding of ritme.
14
[Harmony Intelligence] knop (p.38)
Deze knop voegt harmonie aan de klank toe.
15
[Drums/SFX] knop (p.50)
Met deze knop kunt u een verscheidenheid aan drumgeluiden of
geluidseecten over het gehele onderste klavier spelen.
16
Transpose [-] [+] knoppen (p.36)
Met deze knoppen wordt de toonhoogte van het klavier
getransponeerd.
26
25
16
Paneelbeschrijvingen
17
[Utility] knop (p.90)
Met deze knop gaat u naar het Utility menu.
[Display/Exit] knop
Met deze knop keert u naar het vorige scherm terug of wordt een
operatie geannuleerd.
Menu [
] [ ] knoppen
Met deze knoppen worden parameters geselecteerd.
Value [-] [+] knoppen
Met deze knoppen wordt een song of ritme geselecteerd of kan de
waarde van een instelling worden bewerkt.
18
Beeldscherm (p.23)
Dit toont informatie zoals de naam van het ritme of de songtitel.
19
[Load] knop (p.70)
Met deze knop wordt een registratieset of song in de ATELIER
geladen.
20
[Save] knop (p.68, p.81)
Met deze knop wordt een registratieset of uitvoeringsdata
opgeslagen.
21
Beat indicator (p. 62)
Deze indicator knippert in de maat van het tempo of de maatsoort.
22
Composer (p. 74)
Met deze knoppen kunt u uw uitvoering opnemen of een song
afspelen.
[Song] knop
[Registration] knop
[Media] knop
Track knoppen
[Bass] knop
[Lower] knop
[Solo/Upper] knop
[Reset] knop
[Play/Stop] knop
[Rec] knop
[Bwd] knop
[Fwd] knop
2
3
1
4
5
6 7
8
11
12
13
14
15
16 17 18
19
20 21
22 23 24
9 10
17
Paneelbeschrijvingen
Paneelbeschrijvingen
23
Ritme selectieknoppen (p.58)
Met deze knoppen worden ritmes geselecteerd en gespeeld.
Ritmeknop
Tempo [
] [ ] knoppen (p.62)
Arranger [On/O] knop (p.62)
Auto [Fill In] knop (p.63)
Variation [1]-[4] knoppen (p.63)
[Intro/Ending] knop (p.60)
[Start/Stop] knop (p.60)
24
Rotary geluidsknoppen (p.39)
Deze knoppen voegen modulatie aan het geluid toe.
[On/O] knop
[Fast/Slow] knop
25
Rotary geluidsknoppen (p.39)
Deze knoppen voegen modulatie aan het geluid toe.
[On/O] knop
[Fast/Slow] knop
26
Registratieknoppen (p.67)
Gebruik deze knoppen om registraties op te roepen of op te slaan.
[Write] knop
[Manual] knop
Registration [1]-[8] knoppen
26
25
18
Paneelbeschrijvingen
Achterpaneel
2
3
1
5
4
6 7 8
9
1
USB (MIDI) aansluiting
Sluit de computer aan voor overdracht van uitvoeringsdata (p.113).
2
MIDI-aansluitingen
Sluit hier een extern MIDI-apparaat aan voor overdracht van uitvoeringsdata (p.113).
3
Ingangsjacks
Hier kan een geluidsbron worden aangesloten (p.111).
4
AUX Out Jacks
Als u hier luidsprekers of een extern Reverb-apparaat aansluit, kan de uitgestrektheid van het stereo geluidsveld beter uitgedrukt worden en krijgt
uw muziek een sterker gevoel van ‘Presence (p.112).
5
AUX Out Jacks
Als u hier luidsprekers of een extern Reverb-apparaat aansluit, kan de uitgestrektheid van het stereo geluidsveld beter uitgedrukt worden en krijgt
uw muziek een sterker gevoel van ‘Presence (p.112).
6
AUX Out Jacks
Als u hier luidsprekers of een extern Reverb-apparaat aansluit, kan de uitgestrektheid van het stereo geluidsveld beter uitgedrukt worden en krijgt
uw muziek een sterker gevoel van ‘Presence (p.112).
7
PK In aansluiting
Sluit hier het pedaalklavier aan (PK serie, apart verkrijgbaar) (p.24).
8
DC In Jack
Sluit hier de bijgeleverde adapter aan (p.21).
9
Aardeklem
Afhankelijk van de omstandigheden van een bepaalde opstelling, kunt u een ongemakkelijke sensatie ervaren of bemerken dat het oppervlak ruw
aanvoelt als u dit apparaat of de metalen gedeeltes van andere objecten aanraakt. Dit komt door een oneindig kleine elektrische lading, welke
absoluut onschuldig is.
Als u zich hier echter zorgen over maakt, verbindt u de aardklem (zie guur) met een externe aarde. Als het apparaat geaard is, kan een lichte
brom te horen zijn, afhankelijk van de bijzonderheden van uw installatie. Als u onzeker bent over de verbindingsmethode, raadpleegt u het
dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur. Deze zijn op de ‘Informatie pagina te vinden.
Locaties die niet geschikt zijn voor verbinding
Waterleidingen (kan tot schokken of elektrocutie leiden).
Gasleidingen (kan tot brand of explosie leiden)
Telefoonkabel aarde of bliksemaeider (kan gevaarlijk zijn in geval van bliksem).
19
Paneelbeschrijvingen
Paneelbeschrijvingen
Overige aansluitingen
1
2
1
USB-geheugen aansluiting
Op deze poort kan een apart verkrijgbaar USB-geheugen of een CD-drive worden aangesloten.
U kunt USB-geheugen gebruiken om een registratieset of een song die op de ATELIER is opgenomen op te slaan (p.68).
U kunt ook een CD-drive aansluiten en een muziek CD of een CD-ROM die SMF muziekbestanden bevat afspelen (p.109).
2
Phones Jack
Sluit hier een koptelefoon aan (p.24).
20
Voorbereidingen
De ATELIER op de standaard plaatsen
Als u de ATELIER op een standaard plaatst, moet u de KS-G8 of de KS-12 (apart verkrijgbaar) gebruiken.
OPMERKING
Als de ATELIER op de standaard wordt geplaatst moet u opletten dat uw vingers niet tussen het instrument en de standaard beklemd raken.
De ATELIER moet door minimaal twee personen op de standaard worden getild.
Als de ATELIER met een andere standaard wordt gebruikt kan een instabiele situatie ontstaan, waardoor het apparaat mogelijk kan (om)vallen,
hetgeen tot verwondingen of beschadigingen kan leiden.
Voor details over het monteren van de standaard kijkt u in de gebruikershandleiding die bij de standaard wordt geleverd.
Op de KS-G8 plaatsen
A
B
C
Voorkant (klavier)
Achterpaneel zijde
A
C
B
Bovenaanzicht
D D
1. Plaats de ATELIER in de positie die in de illustratie wordt getoond.
Plaats rubber voeten A aan de buitenkant van de rubber steunen van de standaard.
Plaats rubber voeten ‘B’ direct boven de armen van de standaard.
Plaats rubber voeten ‘C’ zo, dat deze met de binnenkant van de rubber steunen van de standaard in contact staan.
* Zorg dat de acht rubber voeten (A-D) van de ATELIER niet op de rubber steunen van de standaard rusten.
Op de KS-12 plaatsen
D D
Voorkant (klavier)
Achterpaneel zijde
Bovenaanzicht
1. Plaats de ATELIER in de positie die in de illustratie wordt getoond.
Plaats rubber voeten ‘D’ zo, dat deze in de gaten op de standaard passen.
21
Voorbereidingen
De muzieksteun bevestigen
1. Verwijder de twee schroeven waarmee de muzieksteun
wordt vastgezet van het achterpaneel.
2. Draai de twee schroeven vast, om de muzieksteun op zijn
plaats vast te zetten.
OPMERKING
Tijdens het bevestigen van de muzieksteun ondersteunt u deze
stevig met uw hand, zodat deze niet kan vallen.
Let op dat uw hand of vingers niet beklemd raken wanneer de
muzieksteun wordt bevestigd.
Gebruik alleen de bijgeleverde schroeven.
Om de muzieksteun te verwijderen, ondersteunt u deze met
uw hand en verwijdert u langzaam de schroeven. Nadat de
muzieksteun is verwijderd, zet u de schroeven weer stevig vast.
De schroeven voor het vastzetten van de muzieksteun moeten
buiten het bereik van kinderen worden bewaard, zodat deze niet
per ongeluk ingeslikt kunnen worden.
De adapter aansluiten
1. Zorg dat de [POWER] schakelaar uit is (uitwaartse positie).
2. Sluit de inbegrepen adapter op de DC In Jack op het
achterpaneel van de ATELIER aan, en steek het netsnoer in
een stopcontact.
Indicator
Netsnoer
Naar stopcontact
Adapter
Als u de adapter niet op de onderkant van de ATELIER wilt bevestigen,
plaatst u de adapter zo, dat het oppervlak met de indicator (zie
illustratie) naar boven wijst.
De indicator licht op als de adapter in een stopcontact wordt gestoken.
De ATELIER op een standaard plaatsen
Als u de ATELIER op een standaard wilt gebruiken, bevestigt u de
adapter aan de onderkant van het instrument.
Richt de adapter zo, dat het oppervlak met de tekst naar de onderkant
van het instrument wijst (opwaarts), en zijn indicator naar beneden
wijst. Zet deze met de band vast.
Band AC adaptor
* Zet de adapter stevig vast, zodat deze niet kan vallen.
* Als de ATELIER van de standaard wordt gehaald, moet de adapter
eerst van het onderpaneel van het instrument worden verwijderd.
22
De stroom aan/uitzetten
* Nadat de aansluitingen zijn gemaakt, zet u de apparaten in de ge-
speciceerde volgorde aan. Als apparaten in de verkeerde volgorde
worden aangezet, riskeert u storingen en/of beschadigingen aan
luidsprekers en andere apparaten.
* Voordat de stroom aan of uit wordt gezet, moet het volume altijd
helemaal laag worden gedraaid. Zelfs als het volume helemaal laag
is gedraaid, kan er geluid te horen zijn wanneer de stroom aan of uit
wordt gezet. Dit is echter normaal en duidt niet op een storing.
De stroom aanzetten
1. Draai de [Master Volume] knop helemaal naar links om het
volume te minimaliseren.
2. Druk op de [Power] schakelaar om deze aan te zetten.
On
O
Het basisscherm wordt in het scherm weergegeven.
* Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Daarom duurt
het na opstarten korte tijd (enkele seconden) voordat het apparaat
normaal werkt.
* De uitleg in deze handleiding bevat illustraties die laten zien wat
er normaalgesproken in het scherm getoond zou moeten worden.
Uw apparaat kan echter een nieuwere, verbeterde versie van het
systeem bevatten (bijv. nieuwere geluiden), dus dat wat u daad-
werkelijk in het scherm ziet kan mogelijk niet altijd met hetgeen in
de handleiding verschijnt overeenkomen.
3. Gebruik de [Master Volume] knop om het volume aan te
passen.
Als de [Master Volume] knop naar Max wordt gedraaid, neemt het
volume toe. Als de knop naar ‘Min’ wordt gedraaid, neemt het volume
af.
De stroom uitzetten
1. Draai de [Master Volume] knop helemaal naar links om het
volume te minimaliseren.
2. Druk op de [Power] schakelaar om deze uit te zetten.
On
O
23
Voorbereidingen
Het basisscherm bekijken
De ATELIER heeft drie types basisschermen: het Rhythm
scherm, het Composer scherm en het Registration scherm.
U kunt tussen deze schermen afwisselen door de [Display/Exit]
knop in te drukken.
Rhythm scherm
Tempo
Ritmenaam
Maat Maatsoort
Akkoordnaam
Composer scherm
Tempo
Songnaam
Maat Maatsoort
Akkoordnaam
Registration scherm
Naam van de volgende
registratieset
Kijk bij ‘Load Next functie’
(p.72).
Naam van de registratieset
Tempo Maat Maatsoort
Akkoordnaam
Aansluitingen
Aansluiten op een uitvoerapparaat
U kunt de ATELIER op uitvoerapparaten zoals luidsprekers aansluiten,
en deze gebruiken om het geluid van de ATELIER te beluisteren.
De ATELIER heeft geen ingebouwde luidsprekers. Om geluid te
reproduceren dient u monitor luidsprekers of een stereo-installatie aan
te sluiten. U kunt ook een koptelefoon aansluiten.
MEMO
Voor het maken van aansluitingen gebruikt u geluidskabels met
Jacks, en kabels die geen weerstanden bevatten.
* Om storingen en/of beschadigingen aan luidsprekers of andere
apparaten te voorkomen, draait u het volume altijd helemaal laag
en zet u de stroom van alle apparaten uit, voordat aansluitingen
worden gemaakt.
1. Draai het volume van alle apparatuur helemaal laag.
2. Zet de ATELIER en andere aangesloten apparatuur uit.
3. Sluit de ATELIER en de overige apparatuur met (apart
verkrijgbare) geluidskabels aan.
4. Zet de ATELIER aan.
5. Zet de aangesloten apparatuur aan.
6. Pas het volume aan.
De stroom uitzetten
1. Draai het volume van alle apparatuur helemaal laag.
2. Zet de aangesloten apparatuur uit.
3. Zet de ATELIER uit.
Aansluitvoorbeeld
Home use
Main Out Jack
Actieve luidspreker
(bevat een versterker)
24
Live spelen
Mengpaneel, enz.
Actieve versterker/luidspreker
Main Out Jack
MEMO
Als u luidsprekers of een extern Reverb-apparaat op de Aux Out
Jacks aansluit, kan de uitgestrektheid van het stereo geluidsveld
beter uitgedrukt worden en krijgt uw muziek een sterker gevoel
van ‘Presence’ (p.112).
Een koptelefoon gebruiken
De ATELIER heeft Phones Jacks. Met gebruik hiervan kunt u spelen
zonder dat u zich zorgen om andere mensen in uw omgeving hoeft te
maken, zelfs ‘s nachts.
OPMERKING
Accepteert de aansluiting van een stereo koptelefoon.
Om te voorkomen dat het snoer beschadigt, houdt u de
koptelefoon alleen bij de schelpen of de stekker vast.
De koptelefoon kan beschadigen als het volume te hoog is, op
het moment dat de koptelefoon wordt aangesloten. Verlaag het
volume op de ATELIER voordat een koptelefoon wordt aangesloten.
Om gehoorsbeschadigingen, gehoorsverlies of beschadiging
van de koptelefoon te voorkomen, dient de koptelefoon niet
op een overmatig hoog volume te worden gebruikt. Gebruik de
koptelefoon op een gemiddeld volumeniveau.
1. Sluit de koptelefoon op de Phones Jack onder de linkerkant
van het klavier aan.
2. Het volume van de koptelefoon kan met de [Master Volume]
knop worden aangepast.
Pedalen aansluiten
Een voetklavier aansluiten
U kunt een voetklavier op de ATELIER aansluiten (PK serie, apart
verkrijgbaar).
* Alleen voetklavieren met een PK OUT aansluiting kunnen aangeslo-
ten worden.
PK IN aansluiting
PK serie
MEMO
De adapter die bij het voetklavier wordt geleverd, wordt niet
gebruikt. Het voetklavier wordt met de [Power] schakelaar van
de ATELIER aan en uitgezet, ongeacht de positie van de aan/uit
schakelaar van het voetklavier zelf.
1. Zorg dat de [Power] schakelaar van zowel de ATELIER als het
voetklavier (PK serie) zijn uitgeschakeld.
2. Met gebruik van de speciale PK kabel, die bij de ATELIER
wordt geleverd, sluit u de PK IN van de ATELIER op de PK
OUT van het voetklavier aan.
3. Zet de ATELIER aan.
4. Controleer of de indicator op het achterpaneel van het
voetklavier verlicht is.
Speel op het voetklavier. Als u de klank van het voetklavier via de
ATELIER hoort, is de aansluiting voltooid.
* Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Daarom duurt
het na opstarten korte tijd (enkele seconden) voordat het apparaat
normaal werkt.
* Voor details over instellingen voor het voetklavier raadpleegt u de
gebruikershandleiding van het voetklavier.
25
Voorbereidingen
Het voetklavier installeren
Installeer het voetklavier zoals hieronder wordt getoond.
Voor de PK-25A
Plaats het voetklavier zo, dat de A4 toets
van het onderste klavier op één lijn ligt
met het midden van het expressiepedaal
van de PK-25A.
Plaats het voetklavier zo, dat het
achterpaneel van de ATELIER op één
lijn ligt met het achterpaneel van de
PK-25A.
Voor de PK-7A
Plaats het voetklavier zo, dat de C5 toets
van het onderste klavier op één lijn ligt
met het midden van het PK-7A expres-
siepedaal.
Plaats het voetklavier zo, dat het
achterpaneel van de ATELIER op één lijn
ligt met het achterpaneel van de PK-7A.
26
Expressiepedalen en voetschakelaars
aansluiten
U kunt een expressiepedaal (EV-7, apart verkrijgbaar) en
pedaalschakelaars (DP serie, apart verkrijgbaar) op de Pedal Jacks op
het achterpaneel aansluiten.
Expressiepedaal
Pedaal Jack
Voetschakelaar
Pedaal Jack
Aangesloten Jack Uitleg
Pedaal (Demper) Jack
De pedaalschakelaar laat noten die op het
onderste klavier worden gespeeld doorklinken
(p.56).
Pedaal (Expressie) Jack
Het expressiepedaal past het algehele volume
aan (p.55).
Pedaal (Control) Jack
De pedaalschakelaar regelt de functie die aan de
rechter voetschakelaar van het voetklavier (PK
serie, apart verkrijgbaar) is toegewezen (p.93).
* Gebruik alleen het gespeciceerde expressiepedaal (EV-7, apart
verkrijgbaar). Als een ander expressiepedaal wordt aangesloten,
kunnen mogelijk storingen en/of beschadigingen van het apparaat
worden veroorzaakt.
Het USB-geheugen gebruiken
Songs die u op de ATELIER opneemt en registratiesets die u creëert,
kunnen naar een apart verkrijgbaar USB-geheugen worden
gekopieerd, om deze veilig te bewaren.
SMF muziekbestanden die in een USB-geheugen zijn opgeslagen,
kunnen ook worden afgespeeld.
MEMO
Als u een nieuw USB-geheugen gebruikt, moet dit op de ATELIER
geïnitialiseerd (geformatteerd) worden. Voor details, zie ‘Een
USB-geheugen formatteren (Format Media)’ (p.104).
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
USB-geheugen
aansluiting
USB-geheugen
* Steek het USB-geheugen voorzichtig helemaal in, totdat het stevig
op zijn plaats zit.
* Gebruik een USB-geheugen van Roland. Een juiste werking kan niet
gegarandeerd worden als een ander USB-apparaat wordt gebruikt.
*
27
Voorbereidingen
De demosongs beluisteren
De ATELIER bevat 10 demosongs. Hier ziet u, hoe u de demosongs kunt afspelen, en een goed beeld krijgt van de klanken, ritmes en automatische
begeleiding die op de ATELIER beschikbaar zijn.
3 4
2
1 5
1. Druk de [Registration] en de [Media] knoppen tegelijk in.
2. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een demosong te selecteren.
Songnaam Componist Uitvoerende Auteursrecht
Flamenco Gt Ryoki Yamaguchi Ryoki Yamaguchi © 2011 Roland Corporation
Organ & Scat Akio Sasaki Akio Sasaki © 2011 Roland Corporation
Pop Organ Ralf Schink Ralf Schink © 2004 Roland Corporation
Jazz Organ Akio Sasaki Akio Sasaki © 2007 Roland Corporation
Soft Gospel Ric Iannone Ric Iannone © 2001 Roland Corporation
Jazz Combo Ric Iannone Ric Iannone © 2003 Roland Corporation
Hawaiian Ric Iannone Ric Iannone © 2003 Roland Corporation
Dixieland Ric Iannone Ric Iannone © 2003 Roland Corporation
Slow Waltz Ric Iannone Ric Iannone © 2003 Roland Corporation
Jazz Scat Ric Iannone Ric Iannone © 1999 Roland Corporation
3. Druk op de [Play/Stop] knop om het afspelen van de demosong te laten beginnen.
Als de geselecteerde demosong eindigt, zal de volgende demosong gespeeld worden.
4. Om in het midden van de song te stoppen met afspelen, drukt u op de [Play/Stop] knop.
5. Druk de [Registration] en [Media] knoppen tegelijk in, om het demonstratiescherm te verlaten.
* Alle rechten voorbehouden. Onbevoegd gebruik van dit materiaal, voor andere doeleinden dan strikt privé-gebruik, is een overtreding van de
hierop toepasbare wetten.
* De data van de demosong die wordt gespeeld is niet beschikbaar via de MIDI Out aansluiting, USB (MIDI) aansluiting, en USB Memory aansluiting.
28
Spelen
Klanken selecteren (stemmen)
De ATELIER kan de klanken van verscheidene instrumenten produceren. Deze klanken worden ‘stemmen genoemd.
Over de stemmen en de Parts
De ATELIER is een tweemanuaal instrument. Deze twee manualen worden het bovenste klavier’ en het onderste klavier genoemd.
De stemmen van elk klavier zijn, volgens hun karakter, in een aantal Parts ondergebracht.
Het bovenste klavier heeft drie Parts: Upper Vintage Organ, Upper Organ en Upper Orchestral. Het onderste klavier heeft twee Parts: Lower Vintage
Organ en Lower.
Voor elk Part kunt u één stem selecteren, zodat u meerdere, gestapelde stemmen kunt spelen.
Op het bovenste en onderste klavier kunt u ook de stem van het Solo Part stapelen.
MEMO
Als u een voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) heeft aangesloten, kunt u met het voetklavier spelen (p.24). Het voetklavier heeft twee Parts:
Pedal en Pedal Vintage Organ.
Upper Keyboard
Lower Keyboard
Upper Vintage Organ Pedal Vintage Organ Lower Vintage Organ
Pedal Lower Upper Organ Upper Orchestral
Solo
Keyboard Part
Bovenste klavier
Upper Vintage Organ
Upper Organ
Upper Orchestral
Solo (deze stem klinkt alleen als de Solo [To Lower] knop is uitgedoofd).
Bovenste klavier
Lower
Lower Vintage Organ
Solo (deze stem klinkt alleen als de Solo [To Lower] knop verlicht is.
Pedal (deze stem klinkt alleen als de Pedal [To Lower] knop verlicht is of zet ‘Bass Split’ aan)
Voetklavier
Pedal
Pedal Vintage Organ
29
Spelen
Functies van de Voice knoppen
Elke keer dat u een Voice knop indrukt, wisselt zijn indicator tussen verlicht en niet verlicht af. Als de indicator van een Voice knop verlicht is, kan die
stem gespeeld worden.
Met uitzondering van de Pedal Bass knoppen, zijn twee stemmen uit dezelfde categorie aan elke knop toegewezen. Als een stem uit een andere
categorie wordt toegewezen, worden de stemnamen van de twee stemmen op de knop afgebeeld.
Deze twee stemmen zullen afwisselen, elke keer dat u op de [Alternate] knop drukt.
[Alternate] knop Geselecteerde stem
Niet verlicht De stem die op de knop is gedrukt wordt geselecteerd.
Verlicht
Een andere stem, uit dezelfde categorie als de stem die op de knop is gedrukt, wordt geselecteerd.
Als een stem uit een andere categorie aan de knop wordt toegewezen, wordt de stem die op de onderste lijn van
die knop is gedrukt geselecteerd.
Een stem selecteren
1. Druk op één van de knoppen van een Part om een stem voor dat Part te selecteren.
De naam van de geselecteerde stem wordt enkele seconden weergegeven.
Als u naar de andere stem die aan die knop is toegewezen wilt overschakelen, drukt u op de [Alternate] knop.
MEMO
Normaalgesproken worden losse noten geproduceerd als het voetklavier wordt bespeeld. Als u meerdere noten gelijktijdig wilt spelen, kunt u de
manier waarop de Pedal Bass klinkt veranderen (p.93).
* Als de Voice knoppen niet verlicht zijn en de Vintage Organ stem uit is, zal er geen geluid te horen zijn als u op het klavier speelt.
* Als u op de Pedal [To Lower] knop (p.51) drukt, zodat zijn indicator is verlicht, zal de Pedal Bass stem op het onderste klavier te horen zijn. Deze is
niet op het voetklavier te horen.
Over solostemmen
Solostemmen laten alleen de hoogste noot, van de noten die op het bovenste klavier worden gespeeld, horen.
MEMO
Voor het Solo Part kunt u stemmen (SuperNATURAL stemmen) die veel expressiviteit hebben selecteren (p.52).
U kunt de manier waarop de solostem klinkt vrijelijk veranderen (p.92).
* Als u op de Solo [To Lower] knop (p.47) drukt, zodat zijn indicator verlicht is, zal de solostem op het onderste klavier te horen zijn. Deze is niet op
het bovenste klavier te horen.
30
Een stem van de [Others] knop selecteren
Ieder Part heeft een [Others] knop. Met gebruik van de [Others] knop kunt u andere stemmen dan orgel selecteren, zoals viool of uit.
1. Druk op de [Others] knop van het Part waarvoor u een stem wilt speciceren.
De naam van de stem verschijnt in het scherm.
2. Terwijl de naam van de stem in het scherm wordt getoond, gebruikt u de Value [-] [+] knoppen om de gewenste stem te
selecteren.
De indicator van de geselecteerde [Others] knop knippert.
MEMO
U kunt naar de stemgroep springen door de Menu [ ] [ ] knop in te drukken om de stem te selecteren.
Om halverwege deze of elke andere procedure te stoppen, drukt u op de [Display/Exit] knop.
3. Druk nogmaals op de [Others] knop van het Part waarvan u de klank wilt instellen, om de stem te bevestigen.
De indicator van de [Others] knop verandert van knipperend in constant verlicht.
MEMO
Voor details over de stemmen die met de [Others] knoppen geselecteerd kunnen worden, raadpleegt u de ‘Stem en ritmelijst.
31
Spelen
Paneelinstellingen oproepen door een sleutelwoord te kiezen (Music Assistant)
De ATELIER bevat paneelinstellingen die geschikt zijn voor verscheidene bekende songs uit verschillende werelddelen.
Door een sleutelwoord te kiezen dat past bij het gevoel van de song, kunt u op gemakkelijke wijze een ritmebegeleiding en melodiestem oproepen.
Kies een sleutelwoord, en speel dan op het klavier.
1. Druk op de [Music Assistant] knop.
Het Music Assistant scherm verschijnt.
2. Met de Value [-] [+] of Menu [ ] [ ] knoppen kiest u een sleutelwoord.
De registratie [1]-4[] knoppen knipperen.
Paneelinstellingen en ritmes passend bij dat sleutelwoord worden in de registratieknoppen [1]-[4] opgeroepen.
3. Speel een akkoord op het onderste klavier.
Als u op het klavier speelt, wordt een intro gespeeld en dan begint het ritme.
4. Druk op de registratie [1]-[4] knoppen om de paneelinstellingen te veranderen.
5. Druk op de [Intro/Ending] knop of de [Start/Stop] knop om het ritme te stoppen.
6. Om de Music Assistant functie op te heen, drukt u op de [Music Assistant] knop, zodat de indicator uitdooft.
32
Orgelklanken creëren (Vintage Organ)
Met de Vintage Organ knop kunt u Vintage orgelklanken aan de Upper en Lower parts toevoegen.
Daarnaast kunt u ook de harmonische balken gebruiken om de geselecteerde klank naar wens te wijzigen.
De ATELIER heeft negen harmonische balken voor de Parts van het bovenste en onderste klavier, en twee harmonische balken voor het voetklavier
Part.
Aan elke harmonische balk is een klank van een andere footage (toonhoogte) toegewezen, en door deze klanken te stapelen kunt u een
verscheidenheid aan orgelklanken creëren.
Door de harmonische balken naar voren of naar achteren (in of uit) te schuiven, kunt u het volume van de verschillende footages aanpassen.
Het volume kan over negen stappen worden aangepast (0-8).
Als een harmonische balk helemaal is uitgetrokken (8), is het volume op zijn luidst. Als deze helemaal is ingedrukt (0), is er geen geluid.
MEMO
U kunt de harmonische balk van het Solo Part gebruiken om het volume van het Solo Part aan te passen.
Wat zijn de voeten?
‘Voeten is een uitdrukking die als maat van de lengte van de pijpen in een pijporgel begon.
De pijpen die de basis toonhoogte voor elke noot produceren (grondtoon), zijn ‘8 voet’ lang.
Daarom zou een pijp die een toonhoogte één octaaf lager dan de referentie van 8’ (acht voet) produceert, 16’ zijn. Voor een octaaf boven de
referentie zou de pijp 4’ zijn, en om de toonhoogte nog een octaaf hoger te maken, zou deze tot 2’ verkort worden.
Eén octaaf
lager
Kwint Grond-
toon
8ste 12e 15e 17e 19e 22ste
33
Spelen
Een Vintage orgelklank spelen
1. Druk op de Vintage Organ [On/O] knop, zodat de indicator oplicht.
Elke keer dat u op de knop drukt, wisselt de indicator tussen ON (verlicht) en OFF af.
The Vintage organ screen appears.
2. Verschuif de harmonische balken die u wilt horen.
Als een harmonische balk helemaal is uitgetrokken (8), is het volume op zijn luidst. Als deze helemaal is ingedrukt (0), is er geen geluid hoorbaar.
MEMO
De harmonische balk van het Solo Part past het volume van de stem die voor het Solo Part is geselecteerd aan.
* Glide en Sustain-eecten worden niet op de Vintage orgelklank toegepast.
Het geluid sprankelender maken (percussie)
Dit voegt een Attack geluid aan het begin van de noot toe, hetgeen het geluid sprankelender maakt.
1. Druk op de Percussion [4’] knop of de Percussion [2 2/3’] knop, zodat de indicator verlicht is.
Speel op het bovenste klavier, en u zult horen dat een Attack is toegevoegd.
Knop Uitleg
Percussion [4’] knop Percussie een octaaf hoger
Percussion [2 2/3’] knop Percussie een octaaf en een kwint hoger
* De Percussion [4’] en Percussion [2 2/3’] knoppen zijn alleen geldig voor Vintage orgelklanken van het bovenste Part.
* Als de Percussion [4’] knop of de Percussion [2 2/3’] knop aan is, zal de 1’toonhoogte niet geproduceerd worden.
34
De snelheid waarop de percussie wegsterft aanpassen
U kunt de vervaltijd van de percussieklank verkorten.
1. Druk op de Percussion [Fast Decay] knop om tussen verlicht/niet verlicht van de indicator te schakelen.
Percussion [Fast Decay] knop Uitleg
Verlicht De percussieklank zal snel verdwijnen. De percussie heeft een scherpere Attack.
Niet verlicht De percussieklank zal langzaam verdwijnen. De percussie heeft een mildere Attack.
De harmonische balk instellingen van het paneel gebruiken
Als u naar een andere registratie bent gegaan, zodat de Vintage Organ instellingen zijn veranderd, kunt u de Vintage Organ instellingen op de posities
van de harmonische balken op het paneel instellen.
1. Druk op [H-Bar Manual].
Het Part waarvan de indicator is verlicht, heeft de instellingen van de harmonische balk posities (instellingen) van het paneel.
Een eect aan het geluid toevoegen
U kunt een Vibrato of Choruseect aan de Vintage orgelstem toevoegen.
1. Druk op de [Vib/Cho] knop, zodat deze is verlicht.
De naam van het eect wordt enkele seconden getoond.
2. Terwijl de naam van het eect in het scherm wordt getoond, selecteert u met de Value [-] [+] knoppen het gewenste eect.
Type Uitleg
Vibrato Past een Vibrato-eect op het geluid toe.
Chorus Past een Choruseect op het geluid toe.
MEMO
U kunt het Part waarop het Vibrato-eect of Choruseect wordt toegepast selecteren (p.92).
35
Spelen
De volumebalans aanpassen
Op de ATELIER kan de volumebalans individueel voor elk Part worden aangepast.
De volgende knoppen worden gebruikt om het volume van meerdere Parts aan te passen.
Knop Part
Accomp/SMF [
] [ ] knop
Automatische begeleiding (behalve bas)
Afspelen van songs van iets anders dan de ATELIER songs (bijvoorbeeld: SMF muziekbestanden)
Ritme uitvoering
Drums/SFX
Handmatige percussie
Pedal Level [
] [ ] knop
Pedaalstem
Basnoot van automatische begeleiding
1. De volumeniveaus van elk Part worden met gebruik van de corresponderende [ ] [ ] knoppen aangepast.
Het volume kan op elke waarde tussen 0 en 12 worden ingesteld.
Als de volumewaarde die in het scherm wordt getoond 0 is, zal dat Part geen geluid produceren.
U kunt ook op de [ ] knop of [ ] knop van het Part waarvan u het volume wilt aanpassen drukken, zodat het ‘Part Balance’ scherm enkele seconden
wordt weergegeven, en u de volumebalans kunt controleren.
Beeldscherm Part
Ac Accomp/SMF
Pd Pedal
Lw Lower
Org Upper Organ
Och Upper Orchestral
So Solo
MEMO
Vanuit het Part Balance scherm kunt u op de Menu [ ] knop drukken om naar het Accomp Part Balance scherm te gaan. In het Accomp Part
Balance scherm kunt u de volumebalans van alle begeleidingsgedeeltes van de Arranger aanpassen (p.96).
36
Naar een andere toonsoort transponeren (Key Transpose)
U kunt de toonsoort van een uitvoering transponeren, zonder dat de positie van uw vingers op het klavier hoeft te veranderen. Deze eigenschap wordt
‘Key Transpose genoemd.
U kunt bijvoorbeeld in de bekende C Majeur toonsoort spelen, terwijl uw muziek in de toonsoort van uw keuze zal klinken.
1. Druk op de Transpose [-] [+] knoppen.
Met elke druk op de Transpose [-] [+] knop wordt de toonsoort een halve toon getransponeerd.
De transpositiewaarde wordt in het scherm getoond.
Acceptabele waardes reiken van A
tot G (in stappen van halve tonen).
Als de toonhoogte is getransponeerd (iets anders dan C is), is de indicator van de Transpose [-] of [+] knop verlicht.
Als de toonhoogte niet getransponeerd is (als de toonsoort C is), is de indicator van de beide Transpose [-] [+] knoppen uitgedoofd.
MEMO
Als u de Transpose [-] [+] knoppen tegelijk indrukt, kunt u de standaard instelling ‘C’ opnieuw instellen.
U kunt de timing, waarop de transpositie-instellingen die in een Registratie zijn opgeslagen opgeroepen zullen worden, veranderen. Voor details
kijkt u bij ‘Registration Transpose Update (Trans. Update)’ (p.97).
37
Spelen
De toonhoogte in octaven transponeren (Octave Shift)
De toonhoogte van het geluid dat door het klavier wordt gespeeld, kan in stappen van octaven worden aangepast. Deze functie wordt ‘Octave Shift’
genoemd.
U kunt Octave Shift individueel voor de volgende Parts speciceren.
Upper Organ Part
Upper Orchestral Part
Lower Part
Pedal Part
Solo Part
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu
[ ] [ ] knoppen om Octave Shift’ te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu
[ ] [ ] knoppen om een Part waarop u Octave Shift wilt toepassen te selecteren.
Part Upper Organ, Upper Orch, Lower, Pedal, Solo
5. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om de hoeveelheid verschuiving in te stellen.
De waarde kan binnen een reeks van +/- drie octaven worden ingesteld.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op de [Display/Exit] knop.
MEMO
Door de [Utility] knop ingedrukt te houden en de Menu [ ] [ ] knoppen te gebruiken, kunt u naar bewerkingsschermen voor het Reverbeect
(p.41) en Sustain-eect (p.40) van hetzelfde Part springen.
* Merk op dat als u de Octave Shift functie op bepaalde stemmen toepast, de toonhoogte zich voorbij de aanbevolen notenreeks kan uitstrekken,
waardoor deze stemmen anders dan verwacht kunnen klinken. Wees voorzichtig met het gebruik van Octave Shift.
38
Eecten aan een stem toevoegen
Met de ATELIER kunt u verscheidene eecten op de klanken die u op het klavier speelt toepassen.
Harmonie aan een melodie toevoegen (Harmony Intelligence)
Een harmonie, passend bij het akkoord dat u op het onderste klavier speelt, kan aan de hoogste noot die op het bovenste klavier wordt gespeeld
worden toegevoegd. Deze functie wordt ‘Harmony Intelligence’ genoemd.
Als u op de [Harmony Intelligence] knop drukt, zal de stem die het meest geschikt is voor de geselecteerde Harmony Intelligence automatisch
geselecteerd worden.
1. Druk op de [Harmony Intelligence] knop (indicator licht op).
Elke keer dat u op een [Harmony Intelligence] knop drukt, wisselt de indicator tussen ON (verlicht) en OFF (uit) af.
Het type Harmony Intelligence veranderen
De ATELIER voorziet in 18 Harmony Intelligence types.
Als u op de [Harmony Intelligence] knop drukt, worden de meest geschikte stemmen automatisch ingesteld. De manier waarop noten klinken is ook
afhankelijk van het Harmony type.
1. Druk op de [Harmony Intelligence] knop (indicator licht op).
2. Terwijl de Harmony Intelligence naam in het scherm wordt getoond, gebruikt u de Value [-] [+] knoppen om de Harmony
Intelligence te selecteren.
De indicator van de [Harmony Intelligence] knop knippert.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
3. Druk nogmaals op de [Harmony Intelligence] knop.
De indicator van de [Harmony Intelligence] knop licht op, en de Harmony Intelligence wordt bevestigd.
Harmony Intelligence types:
Type Solo stem Hoogste stem
Aantal noten
van de harmonie
BIG BAND Trumpet Flugel Horn 5
STRINGS Strings 1 Strings 5 4
BLOCK Vibraphone Natural Piano 5
TRADITIONAL* Huidig geselecteerde klank 3
HARP Harp 2
COMBO Clarinet Trombone 3
JAZZ SCAT Jazz Scat Jazz Scat 4
COUNTRY Full Organ1 Jazz Guitar 3
BROADWAY Celesta Theater Or.1 3
OCTAVE 1* Huidig geselecteerde klank 2
OCTAVE 2* Huidig geselecteerde klank 2
1 NOTE* Huidig geselecteerde klank 2
3 NOTES* Huidig geselecteerde klank 4
BIG BAND* Huidig geselecteerde klank 5
STRINGS* Huidig geselecteerde klank 4
BLOCK* Huidig geselecteerde klank 5
JAZZ SCAT* Huidig geselecteerde klank 4
BROADWAY* Huidig geselecteerde klank 3
* Voor types die met ‘*’ worden aangegeven zal
de op dat moment geselecteerde stem worden
geselecteerd.
* Harmonieën worden alleen aan de hoogste stem
toegevoegd.
MEMO
Harpachtige Harmony Intelligence zal niet klinken
via de toetsen die u speelt. Speel een akkoord
met uw linkerhand op het onderste klavier, en
speel een glissando met uw rechterhand op het
bovenste klavier. Een prachtig harp glissando zal
geproduceerd worden.
39
Spelen
Modulatie aan het geluid toevoegen (Rotary-eect)
Rotary is een eect dat het geluid van roterende luidsprekers simuleert.
U kunt uit twee instellingen kiezen: Fast (snel) en Slow (langzaam).
1. Selecteer de stem waarop u het Rotary-eect wilt toepassen.
2. Druk op de Rotary Sound [On/O] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het Rotary-eect zal op de stem worden toegepast.
3. Druk op de Rotary Sound [On/O] knop om tussen Rotary Fast (verlicht) en Rotary Slow (niet verlicht) te schakelen.
Rotary Sound [Fast/Slow] knop Eect
Verlicht (snel) Het eect dat wordt verkregen is gelijk aan luidsprekers die snel worden rondgedraaid.
Niet verlicht (langzaam) Eect dat de langzame rotatie van luidsprekers simuleert.
Als u het Rotary-eect van ‘Fast’ naar Slow schakelt, zal de modulatie geleidelijk langzamer worden. Als u van ‘Slow’ naar ‘Fast’ schakelt, zal de
modulatie geleidelijk sneller worden.
MEMO
De functie van de Rotary Sound [Fast/Slow] knop kan aan de voetschakelaar van het voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) worden toegewezen
(p.93).
Voor details van stemmen waarop het Rotary-eect toegepast kan worden, kijkt u in de ‘Lijst van stemmen en ritmes’.
40
Resonantie aan het geluid toevoegen (Sustain-eect)
Met Sustain kunt u een Sustain-eect of Decay aan elke stem toevoegen, nadat de toetsen zijn losgelaten.
Het Sustain-eect kan gelijktijdig aan de Upper (behalve het Solo Part), Lower en Pedal stemmen worden toegevoegd.
* Het Sustain-eect wordt niet op het Solo Part en de Vintage Organ Part stem toegepast.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om de Sustain te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om het gewenste Part te selecteren.
Part Upper, Lower, Pedal
5. Druk op de Value [-] [+] knoppen om ON of OFF in te stellen.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
MEMO
Door de [Utility] knop ingedrukt te houden en de Menu [ ] [ ] knoppen te gebruiken, kunt u naar bewerkingsschermen voor de Octave Shift
(p.37) en Reverbeect (p.41) van hetzelfde Part springen.
De lengte van de Sustain veranderen
De lengte van de Sustain kan voor elk klavier onafhankelijk worden ingesteld.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om de Sustain te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om de ‘Length te selecteren.
5. Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om het Part, waarvan u de lengte van de Sustain wilt aanpassen, te selecteren.
Part Upper, Lower, Pedal
6. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de instelling aan te passen.
Instellingen SHORT, MIDDLE, LONG
Om naar het basisscherm terug keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
41
Spelen
Weerkaatsing aan het geluid toevoegen (Reverbeect)
Reverb is een eect dat een gevoel van ruimtelijkheid aan het geluid toevoegt, en de illusie van het spelen in een concertzaal creëert.
1. Druk op de Reverb [ ] [ ] knoppen om de algehele hoeveelheid Reverb aan te passen.
Als u op de Reverb [ ] knop drukt, wordt aanvullende Reverb toegepast. Als de Reverb [ ] knop wordt ingedrukt, zal het Reverb niveau afnemen.
Als u op de Reverb [
] [ ] knoppen drukt, zal het Reverb niveau in het scherm worden getoond.
Het Reverbtype veranderen
Door de weerkaatsingen van de noten te veranderen, kunt u genieten van de atmosfeer die u tegenkomt als u op verschillende soorten locaties speelt.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Reverb te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Reverb Type te selecteren.
5. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een Reverbtype te selecteren.
Type Uitleg
ROOM 1 Weerkaatsing van een kleine kamer.
ROOM 2 Weerkaatsing van een kleine club.
ROOM 3 Weerkaatsing van een grote kamer.
HALL 1 Weerkaatsing van een grote concertzaal.
HALL 2 Weerkaatsing van een kleine concertzaal.
SMALL CHURCH De weerkaatsing van een kleine kerk.
LARGE CHURCH De weerkaatsing van een grote kerk.
CATHEDRAL De weerkaatsing van een kathedraal.
PLATE Een heldere, metaalachtige weerkaatsing.
DELAY Een echoachtige klank die meerdere malen wordt herhaald.
PAN DELAY Gelijk aan dat hierboven, maar hier wordt het geluid tussen de linker en rechter luidsprekers gepanned.
Om naar het basisscherm terug keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
42
Het muurtype veranderen
Door het type Reverb te veranderen, kunt u genieten van het gevoel van het spelen op verschillende soorten locaties, en door het muurtype (materiaal
van de muur) te veranderen, kunt u de manier waarop de weerkaatsing optreedt verder aanpassen.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Reverb te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Wall Type’ te selecteren.
5. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een Reverbtype te selecteren.
Type Uitleg
DRAPERY Geplooid gordijn
CARPET Tapijt
ACOUSTIC TILE Akoestische tegel, geluidsabsorberende tegel
WOOD Hout
BRICK Baksteen
PLASTER Gips
CONCRETE BLOCK Betonblok
MARBLE Marmer
Om naar het basisscherm terug keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
De diepte van de Reverb veranderen
U kunt onafhankelijke instellingen voor ieder Part maken.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Reverb te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Depth te selecteren.
5. Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om het Part waarvan u de Reverbdiepte wilt aanpassen te selecteren.
Part
Accomp (automatische begeleiding behalve bas), ritme, drums, M.Perc, A.Bass (basgedeelte van automatische
begeleiding), Pedal, Lower, Solo, Vintage
6. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de instelling aan te passen.
Instellingen Uitleg
0–10, AUTO (Accomp, Rhythm, A.Bass) Als de waarde toeneemt, neemt de hoeveelheid Reverb-eect toe.
Voor de drie Parts van Accomp, Rhythm en A.Bass heeft u de mogelijkheid om de AUTO’ instelling te selecteren. Parts waarvoor AUTO’ is geselecteerd
worden op de Reverbdiepte die het meest geschikt is voor het op dat moment geselecteerde ritme ingesteld.
Om naar het basisscherm terug keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
MEMO
Door de [Utility] knop ingedrukt te houden en de Menu [ ] [ ] knoppen te gebruiken, kunt u naar bewerkingsschermen voor de Octave Shift
(p.37) en Sustain-eect (p.41) van hetzelfde Part springen.
43
Spelen
Het geluid laten vervormen (Overdrive-eect)
Het Overdrive-eect vervormt het geluid.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Gebruik de Menu [
] [ ] knoppen om Overdrive te selecteren.
3. Gebruik Value [-] [+] om de hoeveelheid vervorming aan te passen.
Instellingen Instellingen
0–12 Met hogere waardes wordt het Overdrive-eect sterker toegepast.
Om naar het basisscherm terug keren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
MEMO
Voor details over stemmen waarop het Overdrive-eect toegepast kan worden kijkt u in de ‘Lijst van stemmen en ritmes’.
44
De D Beam Controller gebruiken om het geluid te wijzigen
Door uw hand boven de D Beam Controller op het voorpaneel te plaatsen, kunt u het geluid gemakkelijk wijzigen of geluidseecten produceren.
Dit is een handige manier om live optredens nog expressiever te maken.
1. Druk op de D Beam [Pitch], [Filter] of [Volume] knop, zodat de indicator verlicht is.
Als de knop wordt ingedrukt, schakelt de verlichtingsstatus van de indicator tussen verlicht (rood), verlicht (groen) en niet verlicht. Verander de kleur
van de knop indicator om het gewenste eect te selecteren.
Knop Indicator kleur Uitleg
[Pitch] knop
Rood
Verandert de toonhoogte van de klanken die u op het bovenste klavier speelt (Pitch
Bend).
Groen Een basdrum en een bekken zullen klinken.
[Volume] knop
Rood
Verandert het klankkarakter van de klanken die u op het bovenste klavier speelt.
Bij sommige klanken is de klankverandering moeilijk op te merken.
Groen Het bekken wordt geleidelijk sterker aangeslagen.
[Volume] button
Rood Verandert het volume van de klanken die u op het bovenste klavier speelt.
Groen De klank van een windklokkenspel wordt geproduceerd.
2. Plaats uw hand boven de D Beam Controller.
Het eect dat aan de D Beam Controller is toegewezen wordt op de klank toegepast.
3. Om de D Beam Controller uit te schakelen, drukt u een aantal malen op de knop die u bij stap 1 indrukte, totdat de indicator
uitdooft.
Eectief bereik van de D Beam Controller
De illustratie aan de rechterkant toont het eectieve bereik van de D Beam Controller. Als u uw hand buiten deze
reeks beweegt, wordt er geen eect geproduceerd.
Het eectieve bereik van de D Beam Controller neemt drastisch af in sterk zonlicht. Wees hiervan bewust wanneer
de D Beam Controller buiten wordt gebruikt.
MEMO
De gevoeligheid van de D Beam Controller varieert, afhankelijk van de helderheid van de omgeving. Als deze niet
naar verwachting werkt, kunt u de gevoeligheid opnieuw aanpassen. Verhoging van de gevoeligheidswaarde van
de D Beam Controller (p.94) maakt deze gevoeliger.
45
Spelen
Het onderste klavier eectief gebruiken
U kunt het onderste klavier in twee of meer secties verdelen, en solostemmen spelen, de pedaalbas stem spelen of meerdere toepassingen
combineren voor nog meer veelzijdigheid.
De volgende toepassingen zijn onder andere mogelijk.
Het onderste klavier gebruiken om de solostem te spelen
Druk op de Solo [To Lower] knop in de Solo sectie om de solostem op het onderste klavier te spelen (p.48).
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Het onderste klavier gebruiken om het basgedeelte handmatig te spelen
Zet ‘Bass Split op ‘ON’ om de Pedal Bass stem op het onderste klavier te spelen (p.48).
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Het onderste klavier gebruiken om drumklanken of geluidseecten te spelen
Druk op de [Manual Percussion] knop om drumklanken of geluidseecten met de Lower stem op het onderste klavier te spelen (p.49).
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Drumklanken over het volledige klavier spelen
Druk op de [Drums/SFX] knop (p.50).
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
46
Het onderste klavier gebruiken om drumklanken en solostem te spelen
Druk op de [Drums/SFX] knop, en druk dan op de Solo [To Lower] knop (p.47, p.50).
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Door de combinatie van stemmen die op het onderste klavier worden gespeeld te veranderen, en door het solo splitspunt (p.47) en bas splitspunt
(p.48) te veranderen, kunt u de volgende structuren creëren.
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
Drums/SFX
Manual Percussion
Bass
Lower
Solo
47
Spelen
De solostem op het onderste klavier spelen (Solo To Lower)
Normaalgesproken is de solostem op het bovenste klavier te horen.
Met gebruik van de Solo [To Lower] knop kunt u de solostem in het rechterhandgedeelte van het onderste klavier, waarin de B4 toets valt, spelen.
De status waarin het klavier op deze manier is verdeeld wordt ‘Split genoemd, en de locatie waarop het klavier is verdeeld om de solostem op het
onderste klavier te spelen wordt het ‘solo splitspunt’ genoemd.
1. Druk op een Voice knop van het Solo Part om de stem die u wilt spelen te selecteren (p.29).
2. Druk op de Solo [To Lower] knop (indicator licht op).
Als u op het onderste klavier speelt, zal de solostem in de regio rechts van het solo splitspunt klinken.
Solostem
Solo splitspunt
Onderste klavier
3. Om de Solo Split uit te schakelen, drukt u op de Solo [To Lower] knop (indicator dooft uit).
De solostem is niet langer op het onderste klavier hoorbaar. De solostem wordt nu op het bovenste klavier gespeeld.
* Als de Solo [To Lower] op ON staat, is de solostem niet vanaf het bovenste klavier te horen.
MEMO
U kunt de manier waarop de solostem zal klinken veranderen (p.92).
U kunt het solo splitspunt aanpassen (p.92).
48
Het onderste klavier gebruiken om de basstem te spelen (Bass Split)
Met gebruik van de ‘Bass Split’ functie kunt u de basstem aan de kant van de linkerhand (waarbinnen C3 valt) op het onderste klavier spelen.
De locatie waarop het klavier op deze manier is verdeeld om de pedaalbasstem te spelen, wordt het ‘bas splitspunt’ genoemd.
1. Selecteer een pedaalbasstem (p.29).
2. Druk op de [Utility] knop.
3. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Bass Split’ te selecteren.
4. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om ‘Bass Split’ aan te zetten.
Als u op het onderste klavier speelt, zal de pedaalbasstem in de reeks links van (en met inbegrip van) de bas splitspunt noot klinken.
Pedaalbasstem
Bas splitspunt
Onderste klavier
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u op de [Utility] knop.
* Het is niet mogelijk om de ‘Bass Split’ functie en Pedal [To Lower] knoppen gelijktijdig te selecteren en te spelen (p.51).
* Als de ‘Bass Split’ functie aan is, is de pedaalbasstem niet via het voetklavier te horen. De pedaalbasstem is via het onderste klavier te horen.
MEMO
U kunt het bas splitspunt aanpassen (p.92).
49
Spelen
Een Lower stem met percussie-instrumentklanken en een Voice Phrase spelen (Manual
Percussion)
U kunt verscheidene drumklanken en geluidseecten spelen, met gebruik van de onderste 15 toetsen van het onderste klavier. Dit is handig als u de
Lower stem samen met drumklanken of geluidseecten wilt spelen.
De toetsen voor drumklanken
of geluidseecten
15 toetsen
Onderste klavier
1. Druk op de [Manual Percussion] knop (indicator licht op).
De knop wisselt tussen ON (verlicht) en OFF (donker) af, elke keer dat deze wordt ingedrukt.
Het Manual Percussion scherm wordt enkele seconden weergegeven.
* Het is niet mogelijk om zowel de [Drums/SFX] en de [Manual Percussion] knoppen gelijktijdig te selecteren en spelen (p.50).
2. Als u de onderste 15 toetsen van het onderste klavier bespeelt, wordt de gekozen drumklank op elke toets gespeeld.
De handmatige percussiesets veranderen
U kunt uit zeven verschillende handmatige percussiesets kiezen.
Als u de handmatige percussieset verandert, zal de klank die door de 15 laagste toetsen op het onderste klavier wordt gespeeld veranderen.
1. Druk op de [Manual Percussion] knop (indicator licht op).
Het Manual Percussion scherm wordt enkele seconden weergegeven.
2. Terwijl het Manual Percussion scherm wordt weergegeven, gebruikt u de Value [-] [+] knoppen om de gewenste handmatige
percussieset te selecteren.
De indicator van de [Manual Percussion] knop begint te knipperen.
Handmatige percussieset PERC SET 1, PERC SET 2, ORCHESTRA SET, LATIN SET, ASIAN SET, VOICE PHRASE, SFX SET
3. Terwijl het Manual Percussion scherm wordt weergegeven, gebruikt u de Value [-] [+] knoppen om de gewenste handmatige
percussieset te selecteren.
De indicator van de [Manual Percussion] knop begint te knipperen.
50
Drums over het volledige klavier spelen (Drums/SFX)
U kunt het onderste klavier gebruiken om verscheidene drumklanken te spelen (drum set). In dit geval zijn de Lower stemmen niet meer te horen.
1. Druk op de [Drums/SFX] knop (indicator licht op).
Speel op het onderste klavier en luister naar de verschillende drumklanken op elke toets.
Elke keer dat de [Drums/SFX] knop wordt ingedrukt, verandert deze afwisselend in aan (veerlicht) en uit.
* Bij sommige drumsets zijn er toetsen die geen geluid voortbrengen.
De Drums/SFX set veranderen
Voor de drumset kunt u uit 18 types drumsets kiezen. Als u de drumset verandert, zal de klank die door elke noot wordt geproduceerd veranderen.
1. Druk op de [Drums/SFX] knop (indicator licht op).
De Drums/SFX wordt enkele seconden weergegeven.
2. Als de naam van de drumset in het scherm wordt getoond, drukt u op de Value [-] [+] knoppen om een drumset of geluidseect
set te selecteren.
De indicator van de [Drums/SFX] knop begint te knipperen.
Drum/SFX set
POP, ROCK, JAZZ BRUSH, VOX DRUM, STANDARD, STANDARD 2, ROOM, ROOM 2, POWER, ELECTRONIC, TR-808,
DANCE, JAZZ, BRUSH, BRUSH 2, ORCHESTRA, ETHNIC, SOUND EFFECTS
Om halverwege deze, en elke andere procedure te stoppen, drukt u op de [Display/Exit] knop.
3. Druk nogmaals op de [Drums/SFX] knop.
De indicator van de [Drums/SFX] knop is constant verlicht, en de geselecteerde drum/SFX set wordt toegepast.
51
Spelen
Het onderste klavier gebruiken om de basstem te spelen (Pedal To Lower)
Met gebruik van de Pedal [To Lower] knop kunt u de pedaalbasstem laten klinken door de grondtoon (p.122) van een akkoord op het onderste klavier
te spelen, in het gebied waarbinnen de Lower stem wordt gespeeld.
1. Selecteer een pedaalbasstem (p.29).
2. Druk op de Pedal [To Lower] knop (indicator licht op).
Als u een akkoord speelt in het gebied van het onderste klavier waar de Lower stem te horen is, zal de pedaalbasstem ook te horen zijn en de
grondtoon spelen.
Als de ‘Leading Bass’ functie is ingeschakeld (p.95), laat de laagst gespeelde noot op het onderste klavier de pedaalbasstem horen.
* Als de Lower stem in geen enkel gebied op het onderste klavier te horen is (de [Drums/SFX] knop is aan), zal de pedaalbasstem ook niet te horen
zijn.
* Als de Pedal [To Lower] op ON staat, is de pedaalbasstem niet via het voetklavier te horen.
Op eenvoudige wijze akkoorden op het onderste klavier spelen (Easy One Finger)
Met deze functie kunt u akkoorden produceren door simpelweg één of twee toetsen op het onderste klavier in te drukken. Dit wordt de ‘Easy One
Finger’ functie genoemd.
1. Houd de Pedal [To Lower] knop enkele seconden ingedrukt, totdat de indicator oplicht.
Easy One Finger wordt ingeschakeld.
MEMO
Als Easy One Finger is ingeschakeld, klinkt de klank van het onderste klavier Part door, ook als u de noten die u op het onderste klavier indrukte
loslaat. Dit geluid blijft klinken totdat u de volgende noot speelt.
De volgende functies worden ook ingeschakeld.
Chord Intelligence (p.95)
Pedal To Lower
EZ Touch (p.92)
52
Uitvoeringen van akoestische instrumenten op realistische wijze uitdrukken
(SuperNATURAL stemmen)
Akoestische instrumenten staan bekend om hun rijke, gevarieerde klankveranderingen en de diversiteit van hun uitvoeringstechnieken. Dit zijn
onmisbare elementen die de karakteristieke charme van dat soort instrumenten produceren. ‘SuperNATURAL stemmen zijn speciale stemmen die de
klanken en uitvoeringstechnieken van deze akoestische instrumenten op realistische wijze kunnen uitdrukken.
Een SuperNATURAL stem selecteren
* SuperNATURAL stemmen kunnen alleen voor het Solo Part worden geselecteerd.
1. Druk op één van de Solo Part Voice knoppen.
Een SuperNATURAL stem zal geselecteerd worden.
Als u naar de andere SuperNATURAL stem die aan de knop is toegewezen wilt overschakelen, drukt u op de [Alternate] knop.
53
Spelen
De SuperNATURAL stem van de [Others] knop selecteren
1. Druk op de Solo Part [Others] knop.
De naam van de stem wordt in het scherm getoond.
De indicator van de geselecteerde [Others] knop licht op.
2. Terwijl de naam van de stem in het scherm wordt getoond, gebruikt u de Value [-] [+] knoppen om een SuperNATURAL stem te
selecteren.
De indicator van de geselecteerde [Others] knop knippert.
SuperNATURAL stemmen hebben een ‘N. aan het begin van hun naam.
Als u besluit de procedure te annuleren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
3. Druk nogmaals op de Solo Parts [Others] knop om de door u geselecteerde stem te bevestigen.
De indicator van de Solo Part [Others] knop verandert van knipperend in constant verlicht, en de SuperNATURAL stem wordt geselecteerd.
Optimale instellingen voor het spelen van een SuperNATURAL stem
U kunt een SuperNATURAL stem nog eectiever spelen als u de passende instellingen voor Solo modus en voetschakelaar maakt.
Deze controllers voor het optimaal spelen van een SuperNATURAL stem kunt u ook automatisch instellen.
MEMO
Als u de voetschakelaars wilt gebruiken, sluit u een voetklavier aan (PK serie, apart verkrijgbaar) (p.24).
1. Selecteer een SuperNATURAL stem.
2. Terwijl de naam van de stem in het scherm wordt getoond, drukt u op de [Rec] knop.
Een bevestigingsboodschap verschijnt.
3. Druk op de [Rec] knop.
De instelling wordt veranderd.
De volgende instellingen worden veranderd.
Parameter Ingestelde waarde Uitleg
Solo Mode (p. 92) POLYPHONIC De solostem klinkt op alle toetsen in het Solo Part.
L Foot Switch (p. 93) N.CONTROL1 Past een eect op de SuperNATURAL stem toe (p.54).
54
Een SuperNATURAL stem spelen
Als u een SuperNATURAL stem speelt, zal de klankkwaliteit op passende wijze veranderen, als u legato of staccato passages speelt.
Bovendien kan het gebruik van de voetschakelaars of de D Beam terwijl u speelt een groot aantal eecten op het geluid toepassen, zodat uw spel nog
rijker en meer realistisch klinkt.
Als u de voetschakelaars tijdens het spelen wilt gebruiken, wijst u de voetschakelaar functies (L Foot Switch, R Foot Switch) aan ‘N.CONTROL 1’ en
‘N.CONTROL 2’ toe (p.93).
MEMO
Als u de voetschakelaars wilt gebruiken, sluit u een voetklavier aan (PK serie, apart verkrijgbaar) (p.24).
Kenmerken van de SuperNATURAL stemmen
Naam van de stem Kenmerken
Voetschakelaar eect
N.CONTROL 1 N.CONTROL 2
N.Violin
Een klank waarop Portamento en vibrato op prachtige
wijze is toegepast.
Portamento Pizzicato
N.Cello
N.Er Hu
Dit wordt gekenmerkt door het Portamento en de
versieringen, karakteristiek voor de Er Hu.
Portamento Ornament
N.NylonStrGt
Een Hold eect dat het geluid laat doorklinken en
geluidseecten in de lage reeks maken dit uniek.
Hold Harmonics
N.FlamencoGt
Als u akkoorden speelt, wordt de klank van gitaarspel
geproduceerd.
N.Trumpet
De ‘Falls, typerend voor een trompet, zijn met name
eectief.
Glissando Fall
N.Trombone
Het glissando dat de toonhoogtes vloeiend met elkaar
verbindt, is kenmerkend voor dit instrument.
Glissando Fall
N.Alto Sax
Dit staat bekend om zijn prachtige, soepele toon en zijn
Growl speeltechniek.
Glissando Growl
N.Tenor Sax
N.Flute
Deze klank heeft een aantrekkelijk glissando dat de
noten op vloeiende wijze verbindt.
Glissando Growl
N.EnglishHrn
Het vermogen tot het laten doorklinken van lange
noten en het prachtige vibrato maken deze klank
speciaal.
Glissando Growl
N.Clarinet
Het glissando heeft een gevoel van toonhoogte dat
kenmerkend voor de klarinet is.
Glissando Growl
N.Shakuhachi
Versieringen kunnen gebruikt worden op een manier
die uniek voor de Shakuhachi is.
Glissando Ornament
N.Harmonica
De Growl techniek, kenmerkend voor de harmonica, is
bijzonder expressief.
Glissando Growl
N.Marimba
Deze klank heeft het onderscheidende Tremolo van de
marimba.
Glissando Tremolo
Voetschakelaar eecten
Eect Uitleg
Portamento, Glissando
Deze uitvoeringstechnieken variëren de toonhoogte tussen twee noten voortdurend. De manier waarop noten
worden verbonden, is afhankelijk van de constructie van het instrument.
Pizzicato
Met deze uitvoeringstechniek worden de snaren van de viool met de vingers getokkeld, in plaats van met een
strijkstok gespeeld, hetgeen scherp gedenieerde noten produceert.
Ornament
Deze uitvoeringstechniek produceert een snelle verandering in toonhoogte aan het begin van de noot, op een
manier die kenmerkend is voor dat betreende instrument.
Harmonics
Dit is een techniek, waarbij een snaar van de gitaar licht met de vinger wordt aangeslagen, om een boventoon te
laten klinken. Een toonhoogte op een octaaf hoger dan de noot op het klavier zal klinken.
Fall
Dit is de techniek van het snel verlagen van de toonhoogte van een blaasinstrument, terwijl tegelijkertijd een
decrescendo wordt geproduceerd.
Growl Deze techniek produceert een krachtige klank door het gelijktijdig ademen en ‘Growling’ in een instrument.
Tremolo Dit is de techniek van het snel herhalen van een noot of het snel afwisselen tussen meerdere noten.
55
Spelen
Het algehele volume met gebruik van een expressiepedaal aanpassen
U kunt een voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) of expressiepedaal (EV-7, apart verkrijgbaar) gebruiken om het algehele volume van de ATELIER
aan te passen. Als het expressiepedaal wordt ingedrukt neemt het volume toe. Als het pedaal wordt losgelaten neemt het volume af.
Het volume
laten
afnemen
Het volume
laten
toenemen
* Het geheel loslaten van het pedaal verlaagt het volume niet tot nul. Als u het volume volledig wilt verlagen, zet u de [Master Volume] knop op de
Min (Minimum) positie.
MEMO
Zelfs als u uw voet van het expressiepedaal haalt en het volume verlaagt, blijft het lage reeks gedeelte doorklinken. Dit geeft een natuurlijk
klinkende resonantie.
Als een Active Expression stem is geselecteerd, kan het expressiepedaal worden gebruikt om veranderingen in de stem te produceren (p.56).
Op dezelfde wijze kunt u speciceren of het expressiepedaal het volume, tijdens het afspelen van opgenomen muziekdata, al dan niet zal regelen
(p.94).
U kunt speciceren of het expressiepedaal zal functioneren als uitvoeringsdata die op de ATELIER serie werd opgenomen wordt afgespeeld (p.94).
56
Spelen met een Active Expression stem
Als het expressiepedaal bij Active Expression stemmen wordt gebruikt, bestuurt dit niet alleen het volume maar ook de klank. Ook kunnen
aanvullende klanken worden toegevoegd.
MEMO
Als u een expressiepedaal wilt gebruiken, moet u een voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) of een expressiepedaal (EV-7, apart verkrijgbaar)
aansluiten. (p.26).
1. Druk op de [Others] knop van het Part waaraan u een Active Expression stem wilt toewijzen.
De naam van de stem verschijnt in het scherm.
De indicator van de geselecteerde [Others] knop licht op.
* U kunt ook de [Others] knop van het Upper Organ Part gebruiken om een Active Expression stem te selecteren, maar het Active Expression eect
zal niet worden toegepast.
2. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de Active Expression stem te selecteren.
De indicator van de geselecteerde [Others] knop knippert.
Active Expression stemmen hebben de letters AEx’ voor de naam.
Om halverwege deze of elke andere procedure te stoppen, drukt u op de [Display/Exit] knop.
3. Druk nogmaals op de [Others] knop van het Part waarvan u het geluid wilt instellen, om de stem te bevestigen.
De indicator van de [Others] knop verandert van knipperend in verlicht.
Voorbeeld: de Active Expression stem selecteren en spelen
1. Selecteer de Active Expression stem AEx Strings’.
2. Druk op het expressiepedaal.
Naarmate u het pedaal dieper indrukt, zal de klank geleidelijk in een heldere strijkersklank veranderen, en een strijkersklank op een octaaf hoger wordt
toegevoegd.
Decay aan het geluid toevoegen (Damper Pedal)
U kunt de Hold schakelaar van het voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) of een pedaalschakelaar (DP serie, apart verkrijgbaar) gebruiken om de
noten, die op het onderste klavier worden gespeeld, door te laten klinken.
Terwijl u het demperpedaal blijft indrukken, blijven noten doorklinken, zelfs als u de toetsen loslaat.
* Decay kan niet aan de solostem worden toegevoegd.
MEMO
Decay kan niet op pedaalbasstemmen die op het onderste klavier worden gespeeld toegepast worden (als de indicator van de Pedal [To Lower]
knop verlicht is of als de Bass Split functie op ON staat).
57
Spelen
De voetschakelaar gebruiken
Er zijn twee voetschakelaars aan beide kanten van het expressiepedaal op het voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar). Aan deze twee voetschakelaars
zijn de volgende functies toegewezen.
Rechter
voetschakelaar
Linker
voetschakelaar
Als de ATELIER wordt aangezet, zijn de volgende functies aan de linker en rechter voetschakelaars toegewezen.
Voetschakelaar Functie
Rechter voetschakelaar
Het Rotary-eect tussen Fast en Slow schakelen
Als Rotary is ingeschakeld, zal het Rotary-eect, elke keer dat u op de rechter voetschakelaar drukt, tussen ‘Fast’ en
‘Slow’ afwisselen.
Linker voetschakelaar
Glide-eect
Als u op de voetschakelaar drukt, zal de toonhoogte tijdelijk verlaagd worden. Als u de linker voetschakelaar
loslaat, keert de toonhoogte naar normaal terug.
* Het Glide-eect wordt alleen op het bovenste klavier toegepast. Het wordt niet op het Vintage orgel van het bovenste klavier toegepast.
MEMO
U kunt de functies die aan de linker en rechter voetschakelaars zijn toegewezen veranderen. Voor details kijkt u bij ‘De functies van de
voetschakelaar veranderen (L Foot Switch, R Foot Switch)’ (p.93).
De functies die aan de voetschakelaars zijn toegewezen, kunnen voor elke registratieknop individueel worden opgeslagen (p.66).
Een pedaalschakelaar (DP serie, apart verkrijgbaar) die op de Pedal (Control) Jack is aangesloten, heeft dezelfde functie als de rechter
voetschakelaar.
58
Spelen met ritmes
Op de ATELIER kunt u met een ritmische begeleiding meespelen.
Een ritme selecteren
De ATELIER voorziet in 210 ritmes en automatische begeleidingen (Music Styles).
De vier hieronder getoond knoppen worden de ‘ritmeknoppen’ genoemd. Hiermee kunt u een ritme uit acht verschillende groepen selecteren, die op
muziekgenre zijn ondergebracht.
Elke ritmeknop correspondeert met twee groepen.
Door een knop die verlicht is in te drukken, kunt u de andere groep van die knop selecteren.
De geselecteerde groep wordt aangegeven door de verlichtingsstatus van de twee indicators naast de ritmeknoppen.
Indicators die zich naast de ritmeknoppen
bevinden
Uitleg
Bovenste indicator verlicht
De ritmegroep die boven de knop is gedrukt wordt geselecteerd.
(Jazz, Country/Gospel, Pop/Rock, Ballad)
Onderste indicator verlicht
De ritmegroep die onder de knop is gedrukt wordt geselecteerd.
(Latin, Waltz/March, Trad/Acoustic, User)
3 21
1. Druk op een ritmeknop om een ritmegroep te selecteren.
De indicator van de ritmeknop licht op.
Het ritme selectiescherm verschijnt.
2. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een ander ritme binnen dezelfde groep te selecteren.
De indicator van de ritmeknop knippert.
3. Druk nogmaals op de knipperende ritmeknop.
De indicator van de ritmeknop verandert van knipperend in verlicht.
Het ritme is nu toegepast.
MEMO
Meer over de interne ritmes vindt u in de ‘Lijst van stemmen en ritmes’.
59
Spelen met ritmes
Ritmes die in het User-geheugen of USB-geheugen zijn opgeslagen selecteren
Hier ziet u, hoe ritmes die in het User-geheugen of in USB-geheugen zijn opgeslagen gespeeld worden.
U kunt deze ritmes selecteren door de User-groep te kiezen.
MEMO
In de fabrieksinstellingen zijn de ritmes al in het User-geheugen opgeslagen.
1. Als u ritmes uit een USB-geheugen wilt selecteren, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk een aantal malen op de Rhythm [Ballad/User] knop om de User-groep te selecteren.
Het ritme selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om een geheugen te selecteren.
Als u de registratie uit USB-geheugen wilt selecteren, selecteert u ‘USB Memory.
Als u de registratie uit User-geheugen wilt selecteren, selecteert u ‘User.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een ritme te selecteren.
De indicator van de Rhythm [Ballad/User] knop knippert.
5. Nadat een ritme is geselecteerd, drukt u nogmaals op de knipperende Rhythm [Ballad/User] knop.
De Rhythm [Ballad/User] knop stopt met knipperen en blijft verlicht, hetgeen aangeeft dat het ritme geselecteerd is.
MEMO
Als u een ritme dat in USB-geheugen is opgeslagen naar User-geheugen wilt kopiëren, kijkt u bij ‘Ritmes kopiëren (Copy Rhythm)’ (p.103).
Wat is User-geheugen?
‘User-geheugen’ verwijst naar een gebied binnen het instrument, waar u de registratie die u creëert en de uitvoering die u opneemt kunt
opslaan. Registraties en SMF-muziekbestanden die in USB-geheugen zijn opgeslagen kunnen ook naar User-geheugen worden gekopieerd
(p.101, p.101).
User-geheugen is bijzonder bruikbaar, aangezien alles dat u daar plaatst behouden zal blijven, ook nadat de stroom is uitgezet.
De volgende dingen worden in het User-geheugen opgeslagen.
Songs die u in ‘Favorites’ heeft opgeslagen.
Ritmes
Registratiesets
60
Ritme spelen
Er zijn twee manieren om het ritme te starten. U kunt op de [Start/Stop] knop drukken om het ritme te starten of u kunt Synchro Start gebruiken om
het ritme te laten beginnen als u op het onderste klavier of voetklavier speelt.
U kunt het ritme ook met een intro laten beginnen of met een einde laten eindigen.
Met een toegevoegd intro beginnen
1. Druk op de [Intro/Ending] knop.
De [Intro/Ending] knop licht op.
2. Druk op de [Start/Stop] knop.
Het intro wordt gespeeld en het ritme begint.
Terwijl het intro wordt gespeeld is de [Intro/Ending] knop verlicht, totdat het intro eindigt. Dan dooft de indicator van de knop uit.
Beginnen zonder een intro
1. Druk op de [Start/Stop] knop.
Het ritme start, zonder dat een intro wordt gespeeld.
Het intro kort en simpel maken
1. Druk op de Variation [1] knop (indicator licht op).
2. Druk op de [Intro/Ending] knop.
3. Druk op de [Start/Stop] knop.
Een kort intro wordt gespeeld, en het ritme begint.
Het ritme automatisch starten als u op het onderste klavier of het voetklavier speelt (Synchro Start)
Als u de volgende operatie uitvoert voordat het ritme begint, zal het ritme op het moment dat u op het onderste klavier of voetklavier speelt
beginnen.
1. Terwijl u de Arranger [On/O] knop ingedrukt houdt, drukt u op de Auto [Fill] knop om Synchro Start aan te zetten.
De indicator van de [Start/Stop] knop knippert.
* Als de Arranger functie op ON staat (de indicator van de Arranger [On/O] knop is verlicht), kan het ritme niet gestart worden door het
voetklavier te bespelen (p.62).
61
Spelen met ritmes
Het ritme stoppen
Stoppen met een einde
1. Druk op de [Intro/Ending] knop.
Een einde wordt gespeeld, en dan stopt het ritme.
Terwijl het einde wordt gespeeld, is de indicator van de [Intro/Ending] knop verlicht. Als het einde is gespeeld, dooft de indicator van de knop uit.
Stoppen zonder een einde
1. Druk op de [Start/Stop] knop.
Het ritme stopt, zonder dat een einde wordt gespeeld.
Stoppen met een kort en simpel einde
1. Druk op de Variation [1] knop.
2. Druk op de [Intro/Ending] knop.
Een kort einde wordt gespeeld, en dan stopt het ritme.
62
Het tempo van een ritme en automatische begeleiding veranderen
U kunt het tempo van het ritme of de automatische begeleiding veranderen.
1.
1. Druk op de Tempo [ ] [ ] knoppen om het tempo (snelheid) van het ritme of de automatische begeleiding te veranderen.
Knop Uitleg
Tempo [
] knop
Het tempo wordt langzamer
Tempo [
] knop
Het tempo wordt sneller
De waarde van het tempo dat op dat moment is ingesteld (20-500 tellen per minuut), kan in het scherm worden gecontroleerd.
U kunt het tempo ook controleren door de Beat indicator te bekijken.
MEMO
Door de Tempo [ ] [ ] knoppen gelijktijdig in te drukken, keert het tempo naar het standaard (Preset) tempo van het geselecteerde ritme terug.
Als u van ritme verandert terwijl Auto Std Tempo (p.95) aan is, verandert het tempo en zal met het ritme overeenkomen. Als u van ritme verandert
terwijl Auto Std Tempo’ uit is, zal het tempo hetzelfde blijven, ook als u van ritme verandert.
Ritme en automatische begeleiding spelen
De Arranger functie van de ATELIER kan een automatische begeleiding aan elk ritme toevoegen.
Gebaseerd op het geselecteerde ritme voegt de Arranger functie automatisch een begeleiding toe, die bij het akkoord dat op het onderste klavier
wordt gespeeld past.
1. Druk op de Arranger [On/O] knop (indicator licht op).
Arranger [On/O] knop Uitleg
Verlicht (aan) Ritme en automatische begeleiding
Niet verlicht (uit) Ritme
2. Start het ritme (p.60).
Het ritme en de automatische begeleiding worden samen gespeeld.
Als de Arranger [On/O] knop op ON staat en er geen pedaalbasstem is geselecteerd, zal de automatische begeleiding de basklank spelen.
* Als de Arranger [On/O] aan is, kan Synchro Start (p.60) op het voetklavier niet gebruikt worden.
* De Lower stem wordt niet tijdens de uitvoering van het intro en einde gespeeld, zelfs wanneer het onderste klavier wordt bespeeld.
63
Spelen met ritmes
Variatie aan het ritme of de automatische begeleiding toevoegen
U kunt variatie aan het ritme of de automatische begeleiding toevoegen, door het ritmepatroon van het ritme te veranderen.
1. Druk op de Auto [Fill In] knop (indicator licht op).
Een Fill-In wordt automatisch toegevoegd als u op een Variation [1]-[4] knop drukt om de begeleiding of het ritme arrangement te veranderen.
Wat is een Fill-In?
Een Fill-In is een korte frase die op een onderbreking in de melodie of op een punt waar het karakter van de song verandert (tussen refreinen of
coupletten), wordt ingevoegd.
Het arrangement van het ritme en de automatische begeleiding veranderen (Variation)
U kunt het arrangement van de begeleiding veranderen. Deze functie wordt Variation genoemd.
Voor elk ritme zijn er vier types arrangementen voor de begeleiding.
1. Druk op de Variation [1]-[4] knoppen om het arrangement van de begeleiding te veranderen.
De indicator van de knop die u indrukte licht op.
De Variation [1] knop produceert het simpelste arrangement, en de [4] knop produceert het meest uitgebreide arrangement.
Voor een intro of einde is Variation [1] het kortste en meest simpele.
64
Een eenvoudige manier om instellingen voor automatische begeleiding te
maken (One Touch Program)
Als de Arranger functie (p.62) voor automatische begeleiding wordt gebruikt, kunt u ook de ‘One Touch Program functie gebruiken om automatisch
paneelinstellingen te selecteren die bij het geselecteerde ritme passen.
Door de [One Touch Program] knop in te drukken kunt u de volgende instellingen maken.
Paneelinstellingen (d.w.z: klanken en volume) die bij het ritme passen.
Spelen van de automatische begeleiding.
Knipperende [Start/Stop] knop (wachtend op Synchro Start) (p.60)
Chord Intelligence functie is aan (p.95).
* Als de Arranger functie (p.62) aan is (de indicator van de Arranger [On/O] knop is verlicht), kunt u het ritme niet vanaf het voetklavier starten.
1. Selecteer een ritme (p.58).
2. Druk op de [One Touch Program] knop.
Paneelinstellingen die bij het ritme en de automatische begeleiding passen, worden automatisch voor de Registration [1]-[4] knoppen opgeroepen.
* Als u op de [One Touch Program] knop drukt, verandert de Arranger Update instelling automatisch in ‘INSTANT (p.97).
3. Druk op de Registration [1]-[4] knoppen om paneelinstellingen te selecteren.
4. Speel een akkoord op het onderste klavier.
Op het moment dat u op het klavier speelt, zal een intro beginnen. Daarna wordt het ritme en de automatische begeleiding gespeeld.
5. Druk op de [Intro/Ending] of [Start/Stop] knop om het ritme te stoppen.
Het ritme en de automatische begeleiding stoppen.
6. Druk op de [One Touch Program] knop, zodat de indicator uitdooft.
De One Touch Program functie wordt uitgeschakeld, en de paneelinstellingen die actief waren voordat de [One Touch program] knop werd ingedrukt,
worden hersteld.
65
Spelen met ritmes
Een ritme uit het User-geheugen of USB-geheugen verwijderen
Ritmes die in het User-geheugen of USB-geheugen zijn opgeslagen, kunnen verwijderd worden.
1. Selecteer het ritme dat u wilt verwijderen (p.58).
2. Druk de [Load] en [Save] knoppen tegelijk in.
Het volgende scherm verschijnt.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
3. Druk op de [Rec] knop.
Terwijl het ritme verwijderd wordt, zal het volgende scherm worden weergegeven.
Nadat het verwijderen is voltooid, zal het ritme selectiescherm opnieuw verschijnen.
* Zet nooit de stroom uit terwijl de operatie in gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de ATELIER of het USB-geheugen beschadigen en
onbruikbaar worden.
66
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration)
Op de ATELIER kunt u geluidsinstellingen en paneelinstellingen onder de registratieknoppen opslaan.
Er zijn in totaal acht registratieknoppen, en in elke knop kan één set paneelinstellingen worden opgeslagen, zodat u in totaal acht verschillende
paneelinstellingen kunt registreren.
Een ‘registratie die uit een verzameling paneelinstellingen bestaat, kan onder elk van de registratieknoppen worden opgeslagen. Gecombineerd
worden alle acht registraties, die in de acht registratieknoppen zijn opgeslagen, een ‘registratieset’ genoemd.
Dit is een handige manier om grote aantallen paneelinstellingen tijdens een optreden te veranderen of een ingewikkelde paneelinstelling op te
roepen.
8 registraties
=
Registratieset
MEMO
U kunt een registratieset in User-geheugen of USB-geheugen (apart verkrijgbaar) opslaan (p.68).
Voor details over de instellingen die in een registratie worden opgeslagen, kijkt u bij ‘Opgeslagen onderdelen (p.123).
Een registratieset opslaan of laden
U kunt een registratieset opslaan of laden, zoals in de illustratie hieronder wordt getoond.
USB-geheugen
ATELIER
Gebruikersgeheu-
Registraties die opgeroepen kunnen
worden door een knop in te drukken
Stemmen, ritme-
instellingen, enz.
1 2 3 6 7 854
Registratiesets
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
1 2 3 6 7 854
Save
Save
Write
Load
Load
Copy
Registratiesets
Registratiesets
67
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration)
Registraties opslaan
1. Maak alle paneelinstellingen die u wilt opslaan.
2. Terwijl u de [Write] knop ingedrukt houdt, drukt u op één van de Registration [1]-[8] knoppen.
De paneelinstellingen worden onder de geselecteerde registratieknop opgeslagen.
* Als u paneelinstellingen heeft gemaakt maar deze niet heeft opgeslagen en dan een registratie oproept, worden de paneelinstellingen die u niet
heeft opgeslagen afgedankt. Als u paneelinstellingen heeft die u wilt behouden, moeten deze in een registratie worden opgeslagen voordat een
registratie wordt opgeroepen.
MEMO
Details over de instellingen die in een registratie worden opgeslagen, vindt u bij ‘Opgeslagen onderdelen (p.123).
Een registratie oproepen
Hier ziet u, hoe paneelinstellingen die in een registratieknop zijn opgeslagen opgeroepen kunnen worden.
Stemmen en andere paneelinstellingen oproepen
1. Druk op één van de registratie [1]-[8] knoppen, en laat deze direct weer los.
Naast de paneelinstellingen ook instellingen voor ritme en automatische begeleiding
oproepen
1. Druk op een registratie [1]-[8] knop en houd deze enkele seconden ingedrukt.
De indicator van de ritme selectieknop knippert, en de paneelinstellingen en instellingen die aan ritme-uitvoering en automatische begeleiding zijn
gerelateerd, worden opgeroepen.
MEMO
U kunt de manier waarop registraties worden opgeroepen veranderen (p.97).
U kunt registraties ook met gebruik van de voetschakelaar van een voetklavier (PK serie, apart verkrijgbaar) of een pedaalschakelaar (DP serie, apart
verkrijgbaar) veranderen (p.96).
Automatisch registreren als u van paneelinstellingen verandert
Als de [Manual] knop op ON staat (verlicht), worden alle gemaakte paneelinstellingen automatisch onder de [Manual] knop opgeslagen op het
moment dat deze gemaakt worden, en op die manier wordt de registratie die eerder werd opgeslagen dus bijgewerkt. Als u naar een Preset registratie
[1]-[8] knop overgaat, kunt u naar de vorige paneelinstellingen terugkeren door de [Manual] knop in te drukken.
* De instellingen die onder de [Manual] knop zijn opgeslagen, keren naar hun beginstatus terug als u de stroom uitzet.
MEMO
Met de [Manual] knop kunt u registraties opeenvolgend oproepen, in de volgorde waarin deze in USB-geheugen of User-geheugen zijn opgeslagen
(p.72).
68
Registratiesets opslaan
Als we de instellingen van registratieknoppen [1]-[8] als één set zien, kan de registratieset in USB-geheugen of User-geheugen worden opgeslagen.
Wij adviseren u om gecompliceerde paneelinstellingen of registraties die u wilt behouden, in USB-geheugen op te slaan.
Bovendien, als u registraties die op de ATELIER zijn gecreëerd in USB-geheugen opslaat, kunt u die instellingen op andere ATELIER instrumenten
oproepen, en de registraties op dezelfde manier gebruiken.
1. Maak voorbereidingen voor het opslaan van uitvoeringsdata.
Als u een registratie van USB-geheugen wilt opslaan, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Registration] knop, zodat de indicator oplicht.
Het registratie selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om het gewenste medium te selecteren.
Als u de registratie in USB-geheugen wilt opslaan, selecteert u ‘USB Memory.
Als u de registratie in User-geheugen wilt opslaan, selecteert u ‘User.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het nummer van de opslagbestemming te selecteren.
Nummers die niet in de opslagoperatie zijn gebruikt, worden als ‘----------’ weergegeven.
Om de operatie te annuleren, drukt u op de [Registration] knop.
5. Druk op de [Save] knop.
6. Geef de registratieset een naam.
Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om de cursor te verplaatsen, en druk op de Value [-] [+] knoppen om een teken te selecteren.
Knop Uitleg
Value [-] [+] knoppen
Selecteer een teken. De volgende tekens kunnen geselecteerd worden.
spactie ! “ # % & ’ ( ) * + , - . / : ; = ? ^ _ A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z a b c d e f g h i j k l m n o p q
r s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
[Reset] knop Verwijdert een teken.
[Rec] knop Voegt een spatie in.
7. Als u een naam heeft toegewezen, drukt u op de [Save] knop.
69
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration)
8. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het formaat, waarin de data wordt opgeslagen, te selecteren.
Weergave Uitleg
ORIGINAL
Opslagformaten die met de AT-350C gebruikt kunnen worden. In dit formaat opgeslagen kan de data ook op
apparaten uit de AT-S serie, AT-900, AT-900C, AT-800, AT-300, AT-75, AT-45 en AT-15 worden gebruikt.
R-SERIES Opslagformaten die met apparaten uit de AT-R serie gebruikt kunnen worden.
9. Druk op de [Save] knop.
Het opslaan van de registratie begint.
Als het opslaan eindigt, verandert de ‘-----------’ in het scherm in de registratienaam die u heeft opgeslagen.
* Verwijder nooit het USB-geheugen en zet nooit de stroom uit terwijl de operatie aan de gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de
ATELIER of het USB-geheugen beschadigen, waardoor het onbruikbaar wordt.
Als het volgende scherm verschijnt
Als u een nummer selecteert waarin al een registratie is opgeslagen, en op de [Save] knop drukt, verschijnt het volgende scherm:
Als u de inhoud van registratiedata wilt bijwerken
1. Druk op de [Rec] knop.
De Registratie zal opnieuw worden opgeslagen.
Als u nieuwe data wilt opslaan, in plaats van de registratie bij te werken
1. Druk op de [Reset] knop om de procedure te annuleren.
Het opnieuw opslaan van de registratie wordt geannuleerd.
2. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een nummer te selecteren waarbij rechtsboven in het scherm ‘--------’ wordt
weergegeven.
3. Druk op de [Save] knop om de registratieset op te slaan.
Als het opslaan is voltooid, wordt de naam van de opgeslagen registratie getoond.
70
Eerder opgeslagen registraties in de ATELIER laden
Hier ziet u, hoe een eerder opgeslagen registratieset uit het User-geheugen of USB-geheugen in het geheugen van de ATELIER geladen wordt.
Registraties kunnen op de volgende drie manieren worden geselecteerd.
Een set registraties laden
U kunt een ‘set’ (een verzameling instellingen voor registratieknoppen [1]-[8]) uit het USB-geheugen of User-geheugen laden.
Een individuele registratie laden (p.71)
De instellingen van één van de registratie [1]-[8] knoppen oproepen.
De volgorde waarin de registraties in het USB-geheugen of User-geheugen zijn opgeslagen oproepen (Load Next) (p.72).
Wijs ‘RIGHT + Load Next’ aan de voetschakelaar toe, en roep registratiesets in de volgorde waarin deze in het USB-geheugen of User-geheugen werden
opgeslagen op.
* Wees erop bedacht dat als u registraties van een USB-geheugen of User-geheugen laadt, de registraties die zich al in het interne geheugen
bevinden verloren zullen gaan. Het is een goed idee om belangrijke registraties in USB-geheugen of User-geheugen op te slaan (p.68).
Een set registraties laden
U kunt een ‘set’ (een verzameling instellingen voor registratieknoppen [1]-[8]) uit het USB-geheugen of User-geheugen laden.
1. Als u een registratie uit USB-geheugen wilt laden, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Registration] knop, zodat de indicator oplicht.
Het registratie selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om het gewenste medium te selecteren.
Als u de registratie uit het USB-geheugen wilt laden, selecteert u ‘USB Memory.
Als u de registratie uit het User-geheugen wilt laden, selecteert u ‘User.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de registratie die u in het interne geheugen wilt laden te selecteren.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Registration] knop.
5. Druk op de [Load] knop.
Nadat het laden is voltooid, verschijnt het registratie selectiescherm opnieuw.
71
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration)
Een individuele registratie laden
De instellingen van één van de registratie [1]-[8] knoppen oproepen
1. Als u een registratie uit USB-geheugen wilt laden, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Registration] knop, zodat de indicator oplicht.
Het registratie selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om het gewenste medium te selecteren.
Als u de registratie uit het USB-geheugen wilt laden, selecteert u ‘USB Memory.
Als u de registratie uit het User-geheugen wilt laden, selecteert u ‘User.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de registratie die u in het interne geheugen wilt laden te selecteren.
5. Druk op de [Utility] knop.
6. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het nummer van de registratieknop die geladen moet worden te speciceren.
Om de operatie te annuleren, drukt u op de [Utility] knop.
7. Druk op de [Utility] knop.
8. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de registratie die als opslagbestemming fungeert te speciceren.
De registratie wordt in de registratieknop met het nummer dat u hier heeft geselecteerd geladen.
9. Druk op de [Utility] knop.
Het volgende scherm verschijnt.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
10. Druk op de [Rec] knop.
Als de registratie is geladen, zal het Registration Load scherm opnieuw verschijnen.
72
De volgorde waarin registraties werden opgeslagen oproepen (Load Next)
U kunt registraties oproepen in de volgorde waarin deze in het USB-geheugen of User-geheugen werden opgeslagen. Deze functie wordt ‘Load Next’
genoemd.
Als u live gaat spelen, kunt u registratiesets in USB-geheugen opslaan, in de volgorde waarin u ze zult spelen. Op die manier kunt u dan tijdens het
optreden de volgende registratie gemakkelijke en vlot oproepen.
De toewijzing van de [Manual] knop veranderen
Hier ziet u, hoe de Load Next functie aan de [Manual] knop toegewezen kan worden.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ManualButtonAssign te selecteren.
3. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om ‘LOAD NEXT te selecteren.
4. Druk op de [Display/Exit] knop.
U keert naar het basisscherm terug.
De Load Next functie gebruiken om registraties op te roepen
U kunt registraties oproepen in de volgorde waarin deze in USB-geheugen of User-geheugen werden opgeslagen.
1. Als u een registratie uit USB-geheugen wilt laden, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Manual] knop.
De registratie die het eerst in het USB-geheugen werd opgeslagen, wordt in de ATELIER opgeroepen.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
3. Druk op de [Rec] knop.
De registratie wordt bevestigd.
4. Druk op één van de registratie [1]-[8] knoppen.
De registratie wordt geladen (in het interne geheugen opgeroepen).
5. Herhaal stappen 2 en 4 om de registratiesets opeenvolgend op te roepen.
MEMO
U kunt de Load Next functie aan één van de voetschakelaars aan beide kanten van het expressiepedaal toewijzen (p.93).
73
De uitvoeringsinstellingen opslaan (Registration)
Een set registraties verwijderen
Hier ziet u, hoe een registratieset, die in USB-geheugen of User-geheugen werd opgeslagen, verwijderd wordt.
1. Maak voorbereidingen voor het verwijderen van de registratie.
Als u een registratie uit het USB-geheugen wilt verwijderen, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Registration] knop, zodat de indicator oplicht.
Het registratie selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om het gewenste medium te selecteren.
Als u een registratie uit het USB-geheugen wilt verwijderen, selecteert u ‘USB Memory.
Als u een registratie uit het User-geheugen wilt verwijderen, selecteert u ‘User.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de registratie die u wilt verwijderen te selecteren.
5. Druk de [Load] en [Save] knoppen tegelijk in.
Het volgende scherm verschijnt.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
6. Als u zeker weet dat u de data wilt verwijderen, drukt u op de [Rec] knop.
Wanneer een registratie is verwijderd, verandert de verwijderde registratie in ‘--------’
* Verwijder nooit het USB-geheugen en zet nooit de stroom uit terwijl de operatie aan de gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de
ATELIER of het USB-geheugen beschadigen, waardoor het onbruikbaar wordt.
74
Uw spel opnemen
U kunt uw eigen spel opnemen om te horen hoe het klinkt, of u kunt met een opgenomen uitvoering meespelen.
Op de ATELIER kunt u op de volgende manieren opnemen.
Opnameformaat Uitleg
SMF opname (p.75)
Neemt de song in SMF formaat op.
U kunt Parts individueel opnemen en afspelen, met gebruik van de onderscheidende functionaliteit van de
ATELIER.
Geluidsopname (p.85)
Neemt de song in geluidsformaat op.
U kunt de song op een digitale geluidsspeler of computer afspelen.
* Uitvoeringen die in geluidsformaat zijn opgenomen worden in een USB-geheugen opgeslagen. Als u een
geluidsopname wilt maken, sluit u een USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
MEMO
SMFs (Standard MIDI Files) gebruiken een standaard formaat voor muziekbestanden dat zo geformuleerd was, dat bestanden die muziekbestanden
bevatten zeer breed compatibel zouden zijn, ongeacht het apparaat waarop de bestanden worden afgeluisterd.
Knop operaties die voor opnemen en afspelen worden gebruikt
Knop Uitleg
[Reset] knop Brengt u naar het begin van de song terug.
[Play/Stop] knop
Speelt of stopt de song.
Als u op de [Rec] knop heeft gedrukt om de ATELIER in de standby-voor-opname modus te plaatsen, zal de
opname starten als u op de [Start/Stop] knop drukt.
[Rec] knop
Plaatst het instrument in de standby-voor-opname modus.
In de standby-voor-opname modus is de [Rec] knop verlicht, en de [Play/Stop] knop knippert.
[Bwd] knop Spoelt de song terug.
[Fwd] knop Spoelt de song vooruit.
75
Uw spel opnemen
In SMF-formaat opnemen
Hier ziet u, hoe een song in SMF-formaat opgenomen kan worden.
3
5 7
6
24
Voorbereidingen voor de opname
1. Selecteer de paneelinstellingen die nodig zijn voor het opnemen van de uitvoering.
2. Druk op de [Rec] knop.
De indicator van de [Rec] knop is verlicht, en de [Play/Stop] knop knippert.
3. Druk op de Value [-] [+] knoppen om ‘SMF’ te selecteren.
De opname starten en stoppen
4. Druk op de [Play/Stop] knop om met opnemen te beginnen.
Als u op de [Play/Stop] knop drukt, laat de metronoom een aftelling van twee maten horen en begint de opname.
MEMO
Als u tijdens de opname het ritme en de automatische begeleiding wilt gebruiken, drukt u op de [Start/Stop] knop (p.60), in plaats van de [Play/
Stop] knop om met opnemen te beginnen. Tevens, als de Sync Start op ON staat, zal de opname beginnen op het moment dat u op het onderste
klavier speelt.
5. Druk op de [Play/Stop] knop als u klaar bent met opnemen.
De indicator van de Track knop, waarin uitvoeringsdata is opgenomen, is verlicht.
MEMO
Als u op de [Intro/Ending] knop of [Start/Stop] knop drukt terwijl een ritme-uitvoering of automatische begeleiding wordt opgenomen, zullen de
ritme-uitvoering en de automatische begeleiding stoppen. De opname zelf gaat echter gewoon door. Druk op de [Play/Stop] knop om te stoppen
met opnemen.
76
De opgenomen uitvoering beluisteren
6. Druk op de [Reset] knop.
De locatie waarop het afspelen zal beginnen keert naar het begin van de eerste maat terug.
Als u in het midden van de song met afspelen wilt beginnen, drukt u op de [Bwd] knop of [Fwd] knop om naar de maat waarop u met afspelen wilt
beginnen te gaan.
7. Druk op de [Play/Stop] knop om af te spelen.
Als de uitvoering tot het eind is afgespeeld, zal het afspelen automatisch stoppen.
Om het afspelen op elk willekeurig punt te stoppen, drukt u op de [Play/Stop] knop.
MEMO
De functie van de [Play/Stop] knop kan aan een voetschakelaar worden toegewezen (deze bevindt zich aan beide kanten van het expressiepedaal)
(p.93).
U kunt speciceren of het expressiepedaal al dan niet op het afspeelgeluid, en wat u speelt terwijl ATELIER muziekdata wordt afgespeeld van
invloed is (p.94).
* Als u het ritme of de automatische begeleiding gebruikt, direct nadat een song, die geen ATELIER song is, maar bijvoorbeeld een SMF, enz.,
geladen en afgespeeld is, kan het afspeelgeluid mogelijk niet juist klinken (de stemmen kunnen veranderd zijn, enz.). Om te voorkomen dat dit
gebeurt, drukt u op de [Reset] knop voordat u afspeelt.
Track knop toewijzingen voor de opgenomen uitvoering
De Parts van een uitvoering die u als SMF opneemt, worden automatisch aan de drie trackknoppen’ toegewezen, zoals in de volgende tabel
wordt getoond. Opnemen en afspelen kan voor elke trackknop onafhankelijk worden uitgevoerd. Als u bijvoorbeeld opnieuw opneemt, kunt u
speciceren dat het alleen een bepaalde trackknop betreft.
Knop Uitleg
[Bass] knop
Uitvoeringsdata van de pedaalbasstem (Noot)
Basgedeelte van de automatische begeleiding
[Solo/Upper] knop Uitvoeringsdata van de Lower stem (Noot, Hold)
[Solo/Upper] knop
Uitvoeringsdata van de Upper stem (Noot, Hold)
Uitvoeringsdata van de solostem (Noot, Hold)
MEMO
Meer informatie over de track toewijzingen als commerciële SMF muziekbestanden worden gespeeld, vindt u bij ‘Een specieke track
dempen (Track Mute)’ (p.98).
Als u alle opgenomen data wilt wissen en nieuwe uitvoeringsdata wilt opnemen, gebruikt u de bewerkingsfunctie ‘Erase (uitvoeringsdata
wissen) om de data te verwijderen (p.84).
Een aftelling die met de timing overeenkomt toevoegen (Count In)
Als u in de maat met een song wilt meespelen, kunt u een aftelling toevoegen voordat het afspelen van de song begint, zodat u uw eigen spel met de
song kunt synchroniseren.
Het afspelen van een song nadat een aftelling is gespeeld, wordt ‘Count In’ genoemd.
1
1. Houd de [Reset] knop ingedrukt en druk op de [Play/Stop] knop.
De metronoom telt twee maten af voordat de opname begint.
77
Uw spel opnemen
Gevorderde opnamemethodes
Elk Part apart opnemen
Met deze methode worden de Parts (track knop) één voor één opgenomen: eerst het bas Part, dan het Lower Part, enz. Als er eerder opgenomen
uitvoeringen zijn, kunt u deze beluisteren terwijl u aanvullende gedeeltes opneemt.
25 6 3
4
1. Selecteer de paneelinstelling die nodig is voor het opnemen van de uitvoering.
2. Druk op de [Bwd] knop of de [Fwd] knop om de gewenste maat, waarop u met opnemen wilt beginnen, te selecteren.
Als u aan het begin van de song met opnemen wilt beginnen, drukt u op de [Reset] knop.
3. Druk op de [Rec] knop om naar de standby-voor-opname modus te gaan.
De indicator van de [Rec] knop is verlicht, en de [Play/Stop] knop en de trackknoppen van de niet opgenomen track knipperen.
De trackknoppen die al zijn opgenomen, zijn verlicht.
4. Druk op de knop van de track die u wilt opnemen, zodat deze knippert.
De bestaande uitvoeringsdata van de gespeciceerde track zal gewist worden als de opname plaatsvindt.
* Als de knop van een track constant verlicht is, betekent dit dat deze niet opgenomen zal worden.
5. Druk op de [Play/Stop] knop om met opnemen te beginnen.
Als u op de [Play/Stop] knop drukt, laat de metronoom een aftelling van twee maten horen, en dan begint de opname. Terwijl u naar de eerder
opgenomen uitvoeringsdata luistert, neemt u het Part op een nieuwe track op.
6. Druk op de [Play/Stop] knop om de opname te stoppen.
De trackknop waarin uitvoeringsdata is opgenomen, is verlicht.
7. Herhaal stappen 2-6 om elk Part op te nemen.
78
Opnieuw opnemen
U kunt over opgenomen uitvoeringsdata opnemen.
14 5 2
3
1. Druk op de [Bwd] knop of de [Fwd] knop om de gewenste maat, waarop u met opnemen wilt beginnen, te selecteren.
Als u aan het begin van de song met opnemen wilt beginnen, drukt u op de [Reset] knop.
2. Druk op de [Rec] knop om naar de standby-voor-opname modus te gaan.
De indicator van de [Rec] knop is verlicht, en de [Play/Stop] knop en de trackknoppen van de niet opgenomen track knipperen.
De trackknoppen die al zijn opgenomen, zijn verlicht.
3. Druk op de knop van de track die u wilt opnemen, zodat deze knippert.
De bestaande uitvoeringsdata van de gespeciceerde track zal gewist worden als de opname plaatsvindt.
* Als de knop van een track constant verlicht is, betekent dit dat deze niet opgenomen zal worden.
4. Druk op de [Play/Stop] knop om met opnemen te beginnen.
Als u op de [Play/Stop] knop drukt, laat de metronoom een aftelling van twee maten horen, en dan begint de opname. Terwijl u naar de eerder
opgenomen uitvoeringsdata luistert, neemt u het Part op een nieuwe track op.
5. Druk op de [Play/Stop] knop om de opname te stoppen.
De trackknop waarin uitvoeringsdata is opgenomen, is verlicht.
* Als u opnieuw wilt opnemen met andere instellingen voor stemmen, tempo, Part Balance, wist u de opgenomen song (p.84) en neemt u opnieuw
op. Als de Control track nog steeds data van voordat u opnieuw opnam bevat, kan het gebeuren dat het volume of de klanken tijdens het
afspelen veranderen.
* Als u de bestaande data van het expressiepedaal wilt behouden en alleen de paneeloperaties wilt opnemen, kunt u instellingen maken die
voorkomen dat de werking van het expressiepedaal wordt opgenomen (p.94).
79
Uw spel opnemen
Een nieuwe opname op SMF muziekbestanden stapelen
U kunt commercieel verkrijgbare SMF muziekbestanden in de ATELIER laden, en uw eigen uitvoering daar overheen opnemen. Tijdens de opname
wordt de data die u heeft geladen afgespeeld, terwijl u een uitvoering opneemt.
4 5
2 3
1. Maak voorbereidingen voor de SMF muziekbestanden.
Als u SMF muziekbestanden uit USB-geheugen gebruikt, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Song] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het song selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de SMF muziekbestanden die u in het interne geheugen wilt laden te selecteren.
5. Druk op de [Load] knop.
De geselecteerde uitvoeringsdata wordt in het interne geheugen geladen.
6. Selecteer de paneelinstellingen die nodig zijn voor het opnemen van de uitvoering.
7. Neem op, zoals in ‘Opnieuw opnemen (p. 78) wordt beschreven.
MEMO
De uitvoeringsdata die u heeft opgenomen, kan in een USB-geheugen of in ‘Favorites’ (p.81) worden opgeslagen.
* In de winkel verkrijgbare muziekbestanden kunnen ook de in ATELIER worden geladen, maar vanwege de beveiliging van het auteursrecht,
kunnen deze niet in SMF formaat worden opgeslagen.
* De uitvoeringen van kanaal 2 van SMF bestanden wordt verwijderd, wanneer pedaaluitvoeringen daar opnieuw overheen worden opgenomen.
80
Opnieuw opnemen met gebruik van uitvoeringsdata van een USB-geheugen
Als u uitvoeringsdata van een USB-geheugen opnieuw wilt opnemen, moet u die uitvoeringsdata eerst in het interne geheugen van de ATELIER laden.
4 5
2 3
1. Maak voorbereidingen voor de SMF muziekbestanden.
Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Song] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het song selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de uitvoeringsdata, die u in het interne geheugen wilt laden, te selecteren.
5. Druk op de [Load] knop.
De geselecteerde uitvoeringsdata wordt in het interne geheugen geladen.
6. Selecteer de paneelinstellingen die nodig zijn voor het opnemen van de uitvoering.
7. Neem op, zoals in ‘Opnieuw opnemen (p. 78) wordt beschreven.
Als het volgende scherm verschijnt
Als de uitvoeringsdata in de ATELIER niet in een USB-geheugen of de Favorites (User geheugen) is opgeslagen, verschijnt de volgende
boodschap.
Druk op de [Rec] knop als u zeker weet dat u de uitvoeringsdata wilt verwijderen. Als u besluit dat u niet wilt verwijderen, drukt u op de [Reset]
knop.
MEMO
U kunt uitvoeringsdata in een USB-geheugen of in de Favorites (User geheugen) opslaan (p.81).
81
Uw spel opnemen
Gespeelde songs opslaan
De uitvoeringsdata die u heeft opgenomen, zal verdwijnen als de ATELIER wordt uitgezet. Als u de uitvoeringsdata wilt behouden, kunt u deze in een
USB-geheugen of in de ‘Favorites (intern geheugen) opslaan.
Als de opgenomen uitvoeringsdata niet is opgeslagen, wordt het
symbool in het scherm getoond. Dit symbool verdwijnt als u de
uitvoeringsdata opslaat.
64 8 75 9
2 3
6
1. Maak voorbereidingen voor de SMF muziekbestanden.
Als u een gespeelde song in USB-geheugen wilt opslaan, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Song] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het song selectiescherm verschijnt.
1. Maak voorbereidingen voor de SMF muziekbestanden.
Als u een gespeelde song in USB-geheugen wilt opslaan, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Song] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het song selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Save] knop.
82
4. Geef de uitvoeringsdata een naam.
Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om de cursor te verplaatsen, en druk op de Value [-] [+] knoppen om een teken te selecteren.
Knop Uitleg
Value [-] [+] knoppen
Selecteer een teken. De volgende tekens kunnen geselecteerd worden.
spatie ! # % & ’ ( ) * + , - . / : ; = ? ^ _ A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z a b c d e f g h i j k l m n o p q r
s t u v w x y z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
[Reset] knop Verwijdert een teken.
[Rec] knop Voegt een spatie in.
5. Nadat u een naam heeft ingegeven, drukt u op de [Save] knop.
6. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het formaat te selecteren.
U kunt ‘ORIGINAL of ‘SMF’ formaat selecteren.
Weergave Uitleg
ORIGINAL Data in ATELIER formaat opslaan.
SMF Opslaan in SMF formaat voor ATELIER geluidsmodules.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
7. Druk op de [Save] knop om het formaat te bevestigen.
De uitvoeringsdata wodt opgeslagen.
* Zet nooit de stroom uit terwijl de operatie aan de gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de ATELIER of het USB-geheugen beschadigen,
waardoor het onbruikbaar wordt.
* Uitvoeringsdata die in het ATELIER formaat wordt opgeslagen, kan niet correct worden afgespeeld door de geluidsgenerator van een instrument
dat niet tot de ATELIER serie behoort.
* Het opslaan van uitvoeringsdata in SMF formaat (SMF) duurt langer dan het opslaan in ATELIER formaat (ORIGINAL).
83
Uw spel opnemen
Als het volgende scherm verschijnt
Als u een nummer selecteert waarin al uitvoeringsdata is opgeslagen, verschijnt het volgende scherm.
Als u de inhoud van de uitvoeringsdata wilt bijwerken
1. Druk op de [Rec] knop.
Als u de uitvoeringsdata als nieuwe data wilt opslaan, zonder de bestaande data te overschrijven
1. Druk op de [Reset] knop om de Save operatie stop te zetten.
2. In het song selectiescherm selecteert u het nummer dat als ‘-------’ wordt weergegeven (een nummer dat op dat moment
geen uitvoeringsdata bevat).
3. Sla de uitvoeringsdata op.
Nadat het opslaan is voltooid, zal de naam van de opgeslagen uitvoering worden weergegeven.
Een song gebruiken met een ander tempo dan dat van de uitvoeringsdata
Hier ziet u, hoe het tempo van uitvoeringen die u heeft opgeslagen veranderd kan worden.
34
1. Maak voorbereidingen voor de uitvoeringsdata waarvan u het tempo wilt veranderen.
Als u uitvoeringsdata van een USB-geheugen gebruikt, sluit u dit op de USB Memory aansluiting aan.
2. Laad de uitvoeringsdata in de ATELIER (p.80).
3. Bepaal het tempo met de Tempo [
] [ ] knoppen.
4. Houd de [Reset] knop op het paneel indrukt, en druk op de [Rec] knop.
Het tempo van de uitvoeringsdata zal veranderen.
84
Uitvoeringsdata wissen
Als u uw opname wilt verwijderen en vanaf het begin opnieuw wilt opnemen of als u een nieuwe uitvoering wilt opnemen, moet u de eerder
opgenomen data wissen.
2
1
3
1. Druk een aantal malen op de [Display/Exit] knop om naar het Composer scherm te gaan.
2. Druk de [Load] en [Save] knoppen tegelijk in.
De volgende boodschap, die u vraagt uw keuze te bevestigen, zal weergegeven worden.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
3. Als u zeker weet dat u de song wilt wissen, drukt u op de [Rec] knop.
85
Uw spel opnemen
Opnemen in geluidsformaat
Hier ziet u, hoe u uw uitvoering in geluidsformaat kunt opnemen.
* Uitvoeringen die in geluidsformaat worden opgenomen, worden in USB-geheugen opgeslagen. Als u geluid wilt opnemen, moet het USB-
geheugen op de USB Memory aansluiting worden aangesloten.
5 6 9 3
4 7 8
Voorbereidingen voor opnemen
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan (p.26).
2. Selecteer de paneelinstellingen die nodig zijn voor het opnemen van de uitvoering.
3. Druk op de [Rec] knop.
De indicator van de [Rec] knop is verlicht, en de [Play/Stop] knop knippert.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om Audio te selecteren.
De opname starten en stoppen
5. Druk op de [Play/Stop] knop om met opnemen te beginnen.
MEMO
Als u ritme en automatische begeleiding wilt gebruiken tijdens de opname, drukt u op de [Start/Stop] knop (p.60), in plaats van de [Play/Stop] knop
om de opname te starten. Tevens, als de Synchro Start op ON staat, zal de opname beginnen op het moment dat u op het onderste klavier speelt.
6. Druk op de [Play/Stop] knop als u klaar bent met opnemen.
MEMO
Als u op de [Intro/Ending] knop of [Start/Stop] knop drukt terwijl een ritme-uitvoering of automatische begeleiding wordt opgenomen, zullen de
ritme-uitvoering en de automatische begeleiding stoppen. De opname zelf gaat echter gewoon door. Druk op de [Play/Stop] knop om te stoppen
met opnemen.
86
De uitvoeringsdata een naam geven
7. Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om de cursor te verplaatsen, en druk op de Value [-] [+] knoppen om een teken te
selecteren.
Knop Uitleg
Waarde [-] [+] knoppen
Selecteer een teken. De volgende tekens kunnen geselecteerd worden.
_ A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
* U kunt ‘_’ (onderstreping) niet als het eerste teken speciceren.
[Reset] knop Verwijdert een teken.
[Rec] knop Voegt een spatie in.
De uitvoeringsdata opslaan
8. Nadat u een naam heeft toegewezen, drukt u op de [Save] knop.
De uitvoeringsdata wordt opgeslagen.
MEMO
U kunt het opnamevolume aanpassen (p.99).
* Zet nooit de stroom uit terwijl de operatie aan de gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de ATELIER of het USB-geheugen beschadigen,
waardoor het onbruikbaar wordt.
De opgenomen uitvoering beluisteren
9. Druk op de [Play/Stop] knop om af te spelen.
Als de uitvoering tot het eind is afgespeeld, zal het afspelen automatisch stoppen.
Om op elk willekeurig punt te stoppen met afspelen, drukt u op de [Play/Stop] knop.
MEMO
De functie van de [Play/Stop] knop kan aan een voetschakelaar (die zich aan beide kanten van het expressiepedaal bevindt) worden toegewezen
(p.93).
87
Uw spel opnemen
De naam van uitvoeringsdata veranderen
U kunt de naam van uitvoeringsdata, die in geluidsformaat is opgenomen, veranderen.
4 32 5
1. Laad de uitvoeringsdata waarvan de naam veranderd moet worden (p.80).
2. Druk een aantal malen op de [Display/Exit] knop om naar het Composer scherm te gaan.
3. Druk op de [Save] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om de cursor te verplaatsen, en druk op de Value [-] [+] knoppen om een teken te
selecteren.
Knop Uitleg
Waarde [-] [+] knoppen
Selecteer een teken. De volgende tekens kunnen geselecteerd worden.
_ A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
* U kunt ‘_’ (onderstreping) niet als het eerste teken speciceren.
[Reset] knop Verwijdert een teken.
[Rec] knop Voegt een spatie in.
5. Nadat u de naam heeft toegewezen, drukt u op de [Save] knop.
De nieuwe naam wordt nu ingevoegd.
88
Uitvoeringsdata uit het User-geheugen of USB-geheugen spelen
Hier ziet u, hoe uitvoeringsdata die in User-geheugen of in een USB-geheugen is opgeslagen wordt afgespeeld.
5 6
4
2 3
1. Maak voorbereidingen voor de song die u wilt afspelen.
Als u uitvoeringsdata uit een USB-geheugen wilt afspelen, sluit u dit op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Song] knop, zodat de indicator verlicht is.
Het song selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om het medium te kiezen.
Kies ‘Favorites’ als u uitvoeringsdata uit het User-geheugen wilt afspelen. Kies ‘USB Memory als u uitvoeringsdata uit een USB-geheugen wilt afspelen.
4. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om de gewenste song te selecteren.
5. Druk op de [Play/Stop] knop om de song af te spelen.
6. Druk op de [Play/Stop] knop om de song te stoppen.
MEMO
U kunt de [Bwd] of [Fwd] knoppen gebruiken om het afspeelgeluid terug of vooruit te spoelen.
89
Uw spel opnemen
Een opgeslagen gespeelde song verwijderen
U kunt een uitvoering, die in ‘Favorites’ of USB-geheugen werd opgeslagen, verwijderen.
Als u een song uit het USB-geheugen wilt verwijderen, sluit u het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan, voordat u verder gaat.
4
5
3
1 2
1. Druk op de [Song] knop (controleer of de indicator verlicht is).
Het song selectiescherm verschijnt.
2. Druk op de [Media] knop om het medium te kiezen.
Als u een song uit de ‘Favorites’ wilt verwijderen kiest u ‘Favorites’. Als u een song uit het USB-geheugen wilt verwijderen, kiest u ‘USB Memory.
3. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om de uitvoeringsdata die u wilt verwijderen te selecteren.
4. Druk de [Load] en [Save] knoppen tegelijk in.
De volgende boodschap, die u vraagt uw keuze te bevestigen, wordt weergegeven.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop. U zult dan naar het song selectiescherm terugkeren.
5. Als u zeker weet dat u de song wilt verwijderen, drukt u op de [Rec] knop.
* Zet nooit de stroom uit terwijl de operatie aan de gang is. Hierdoor kan het interne geheugen van de ATELIER of het USB-geheugen beschadigen,
waardoor het onbruikbaar wordt.
90
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Basisoperaties in het Utility scherm
In het Utility scherm kunt u verscheidene instellingen voor spelen en opnemen maken.
5
4
21 3
De parameter die bewerkt moet worden selecteren
1. Druk op de [Utility] knop.
De indicator van de [Utility] knop is verlicht, en het Utility scherm verschijnt.
2. Gebruik de Menu [ ] [ ] knoppen om de parameter die u wilt bewerken te selecteren.
Als u een parameter waarvoor ‘Press [Rec]’ niet rechtsonder in het scherm wordt getoond heeft geselecteerd, gaat u verder met stap 4.
MEMO
Door de [Utility] knop ingedrukt te houden terwijl de Menu [ ] [ ] knoppen worden gebruikt, kunt u enkele parameters overslaan tijdens het
maken van uw selectie.
3. Druk op de [Utility] knop.
Herhaal deze stappen om de parameters die u wilt bewerken te selecteren.
Als u op de [Display/Exit] knop drukt, keert u naar het vorige scherm terug.
De waarde bewerken
4. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om de waarde van de instelling te veranderen.
Als de [-] [+] knoppen gelijktijdig worden ingedrukt, zal de waarde opnieuw op die van de fabriek worden ingesteld.
Als u op de [Display/Exit] knop drukt, keert u naar het vorige scherm terug.
Als u andere instellingen wilt bewerken, keert u naar stap 2 van ‘De parameter die bewerkt moet worden selecteren terug, en selecteert u het
onderdeel dat u wilt veranderen.
5. Druk een aantal malen op de [Display/Exit] knop.
De indicator van de [Utility] knop dooft uit, en u keert naar het basisscherm terug.
MEMO
Als u de stroom uitzet, keren de instellingen die u heeft bewerkt naar hun oorspronkelijke waardes terug.
Sommige instellingen worden onthouden nadat de stroom wordt uitgezet. Voor details over instellingen die opgeslagen kunnen worden, kijkt u bij
‘Opgeslagen onderdelen (p.123).
91
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Instellingen die u kunt veranderen
Parameter Pagina
Octave Shift
Octave Shift: Pedal
p. 37
Octave Shift: Lower
Octave Shift: Upper Organ
Octave Shift: Upper Orchestra
Octave Shift: Solo
Sustain
Sustain: Upper
p. 40
Sustain: Lower
Sustain: Pedal
Length: Upper
Length: Lower
Length: Pedal
Reverb
Reverb Type
p. 41
Wall Type
Depth: Accomp
Depth: Rhythm
Depth: Drums
Depth: M.Perc
Depth: A.Bass
Depth: Pedal
Depth: Lower
Depth: Upper Organ
Depth: Upper Orchestra
Depth: Solo
Depth: Vintage
VintageOrganVolume p. 92
Overdrive p. 43
Vibrato/Chorus Part p. 92
Initial Touch
Upper
p. 92
Lower
EZ Touch p. 92
Registration Shift p. 96
L Foot Switch
p. 93
R Foot Switch
Pitch Bend Range p. 94
Playback Transpose p. 97
Chord Intelligence p. 95
Leading Bass p. 95
Solo Mode p. 92
SoloToLower Mode p. 92
Solo Split Point p. 92
Bass Split p. 48
Bass Split Point p. 92
PedalBass Mode p. 93
Auto Std Tempo p. 95
Intro Count Down p. 95
Count Down Sound p. 95
Arranger Update p. 97
Trans. Update p. 97
ManualButtonAssign p. 72
AccompPartBalance p. 96
Parameter Pagina
Media Utility
Create Folder p. 100
Copy Song p. 101
Copy Registration p. 102
Copy Rhythm p. 103
Format Media p. 104
VIMA TUNES
Melody p. 110
Recommended Tone p. 111
Metronome
Metronome p. 97
Metronome Volume p. 97
Metronome Sound p. 97
Beat p. 97
Track Mute p. 98
Channel Mute p. 99
Audio Rec Gain p. 99
Exp. Source
Recording
p. 94
Playback
Exp. Curve p. 94
Lyrics p. 99
Master Tune p. 106
V-LINK p. 106
MIDI
TxMIDI Channel: Solo
p. 105
TxMIDI Channel: Upper
TxMIDI Channel: Lower
TxMIDI Channel: Pedal
TxMIDI Channel: Drums
TxMIDI Channel: M.Perc
TxMIDI Channel: Control
MIDI IN Mode p. 105
Send PC Switch p. 105
PC Number: BankMSB
p. 105PC Number: BankLSB
PC Number: PC Num
Aux Out
Aux Out p. 112
Aux Out Mode p. 112
LCD Contrast p. 106
D Beam Sensitivity p. 94
USB Driver p. 113
USB Memory Mode p. 104
Language p. 106
CD Audio Type p. 99
CD Audio Sync p. 99
Rhythm Lock p. 106
92
De manier waarop het instrument
reageert aanpassen
Het volume van het Vintage orgel aanpassen
(VintageOrganVolume)
U kunt het volume van het Vintage orgel aanpassen om de
volumebalans gerelateerd aan andere klanken te reguleren.
Waarde Uitleg
0–12
Als de waarde toeneemt, zal het volume van de
Vintage orgelklank ook toenemen.
De Parts waarop Vibrato of Chorus wordt
toegepast selecteren (Vibrato/Chorus Part)
Voor de Vintage orgelklanken kunt u de Parts kiezen waarop het
Vibrato of Choruseect (p.34) wordt toegepast.
Waarde Uitleg
UPPER+LOWER
Het eect wordt op het Part van het bovenste
klavier en onderste klavier toegepast.
UPPER
Het eect wordt op het Part van het bovenste
klavier toegepast.
LOWER
Het eect wordt op het Part van het onderste
klavier toegepast.
De gevoeligheid van Initial Touch aanpassen
(Initial Touch)
Hiermee wordt de mate van Initial Touch eect aangepast.
Initial Touch is een functie die de sterkte waarmee de toetsen worden
bespeeld in een direct proportionele hoeveelheid van volume vertaalt.
Dit kan voor het bovenste klavier en het onderste klavier apart worden
ingesteld.
Parameter Waarde Uitleg
Upper, Lower
1–10
Initial Touch is ON (aan).
Als de toetsen krachtiger worden
aangeslagen, zullen corresponderend
luidere klanken geproduceerd worden.
De verandering in volume wanneer de
toetsen sterker worden gespeeld neemt
toe naarmate de waarde hoger wordt.
OFF
Initial Touch is uit.
Het volume blijft hetzelfde, ongeacht
hoe sterk u speelt.
Initial Touch uitschakelen (EZ Touch)
Hiermee kunt u op een constant volume spelen, ongeacht de sterkte
waarmee u speelt.
Waarde Uitleg
OFF Initial Touch is ingeschakeld.
ON
Het volume blijft constant, ongeacht de sterkte
waarmee u speelt.
Initial Touch is uitgeschakeld.
De manier waarop de solostem reageert
veranderen (Solo Mode)
Als de solostem aan het bovenste of onderste klavier is toegewezen,
kunt u speciceren hoe de solostem zal reageren wanneer meer dan
één toets wordt ingedrukt.
Waarde Uitleg
TOP NOTE
De solostem laat de hoogste noot die voor het
solo Part wordt gespeeld horen.
LAST NOTE
De solostem laat de meest recent gespeelde
noot voor het solo Part horen.
POLYPHONIC
De solostem laat alle noten die voor het solo
Part werden gespeeld horen.
De solostem en Lower stem stapelen
(SoloToLower Mode)
Als de solostem op het onderste klavier wordt gespeeld (als de Solo
[To Lower] knop op ON staat), kunt u speciceren of de Lower stem en
de solostem samen zullen klinken (gestapeld) of apart zullen klinken
(gesplitst).
Waarde Uitleg
SPLIT De Parts klinken apart.
LAYER De Lower stem en solostem zijn samen te horen.
Het Solo splitspunt veranderen (Solo Split
Point)
Deze instelling wordt gebruikt om het Solo splitspunt (onderste grens
van de speelbare reeks van de solostem) op het onderste klavier op
elke gewenste positie in te stellen.
Waarde A1–C7
Het Solo splitspunt veranderen (Solo Split
Point)
Deze instelling wordt gebruikt om het Solo splitspunt (onderste grens
van de speelbare reeks van de solostem) op het onderste klavier op
elke gewenste positie in te stellen.
Waarde A1–C7
93
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
De polyfonie van het voetklavier veranderen
(Pedal Bass Mode)
U kunt het bas voetklavier instellen op het gelijktijdig spelen van
meerdere noten of alleen losse noten.
Waarde Uitleg
MONOPHONIC Alleen losse noten kunnen gespeeld worden.
POLYPHONIC Meerdere noten kunnen gespeeld worden.
Uitvoeringsinstellingen
De functies van de voetschakelaars
veranderen (L Foot Switch, R Foot Switch)
U kunt de functies die aan de voetschakelaars van het voetklavier (PK
serie, apart verkrijgbaar) zijn toegewezen selecteren.
MEMO
Een pedaalschakelaar (DP serie, apart verkrijgbaar) die op de Pedal
(Control) Jack is aangesloten, heeft dezelfde functie als de rechter
voetschakelaar.
Waarde Uitleg
ROTARY FAST/SLOW
Schakelt de rotatiesnelheid tussen ‘FAST’ en
‘SLOW’.
GLIDE
Terwijl de voetschakelaar is ingedrukt, zal de
toonhoogte tijdelijk verlaagd worden, en keert
naar normaal terug als u de voetschakelaar
loslaat.
Het Glide-eect wordt toegevoegd aan de stem
van alle secties die op het bovenste klavier
worden gespeeld.
* Het Glide-eect wordt alleen op het Part
van het bovenste klavier (Upper Organ en
Upper Orchestral) toegepast. Het wordt niet
op het Vintage Organ Part van het bovenste
klavier toegepast.
LEADING BASS
De Leading Bass functie (p.95) werkt alleen als u
de voetschakelaar ingedrukt blijft houden.
RHYTHM START/STOP Start/stopt het ritme.
COMP PLAY/STOP
Dezelfde functie als de [Play/Stop] knop.
Elke keer dat u de voetschakelaar indrukt, wordt
de uitvoeringsdata afgespeeld of gestopt.
INTRO/ENDING Een intro of een einde spelen.
VARIATION UP
Verandert de Variation knop.
Elke keer dat u op de voetschakelaar drukt,
wordt het variatienummer hoger.
VARIATION DOWN
Verandert de Variation knop.
Elke keer dat u op de voetschakelaar drukt,
wordt het variatienummer lager.
VARIATION ALT
Verandert de Variation knop.
Als de Variation [1] knop of [3] knop is
geselecteerd, zal dit tussen de Variation [1] en
[3] knoppen afwisselen.
Als de Variation [2] knop of [4] knop is
geselecteerd, zal dit tussen de Variation [2] en
[4] knoppen afwisselen.
FILL IN Voegt een Fill-In in.
BREAK Stopt het ritme gedurende één maat (Break).
DAMPER OF UPPER
Noten die op het bovenste klavier worden
gespeeld, blijven alleen doorklinken terwijl u de
voetschakelaar ingedrukt blijft houden.
* Decay kan niet aan de solostemmen
worden toegevoegd.
DAMPER OF LOWER
Noten die op het onderste klavier worden
gespeeld, blijven alleen doorklinken terwijl u de
voetschakelaar ingedrukt blijft houden.
* Decay kan niet aan de solostemmen
worden toegevoegd.
N.CONTROL1
Past een eect op een SuperNATURAL stem toe
(p.54).
N.CONTROL2
OFF Zet de functie van de voetschakelaar uit.
* Als de ‘Registration Shift’ instelling van het Utility menu ‘RIGHT’,
‘LEFT’ of ‘RIGHT+LoadNext’ is, wordt de voetschakelaar ingesteld
op het afwisselen tussen registraties. De ‘R Foot Switch of ‘L Foot
Switch instelling zal genegeerd worden.
94
De Pitch Bend Range veranderen (Pitch bend
Range)
Met deze instelling kunt u de maximale hoeveelheid
toonhoogteverandering die tijdens het gebruik van Pitch Bend wordt
toegestaan kiezen. De reeks kan tussen 1-12 worden ingesteld (in
eenheden van halve tonen, met een maximum van een octaaf).
Waarde 1-12 (stappen van halve tonen)
De functie van het expressiepedaal
veranderen (Exp. Source)
Speciceer hoe het expressiepedaal zal functioneren als uw uitvoering
wordt opgenomen en wanneer ATELIER songbestanden worden
afgespeeld.
Parameter Waarde Uitleg
Recording
PEDAL
Bewegingen van het expressiepedaal
worden opgenomen. De vorige opname
wordt gewist als nieuwe songs worden
opgenomen.
COMPOSER
Bewegingen van het expressiepedaal
worden niet opgenomen. De vorige data
blijft behouden, en wordt niet gewist.
Playback
PEDAL+
COMPOSER
Het expressiepedaal functioneert.
Opname van het expressiepedaal
binnen het songbestand is ook eectief.
COMPOSER
Het expressiepedaal functioneert niet.
Opname van het expressiepedaal
binnen het songbestand is eectief.
PEDAL
Het expressiepedaal functioneert. De
expressiepedaal opname binnen het
songbestand zal genegeerd worden.
De diepte van het expressiepedaal
aanpassen (Exp. Curve)
U kunt instellen hoeveel eect er toegepast zal worden als u het
expressiepedaal indrukt.
Waarde Uitleg
1
De positie van het expressiepedaal is niet wezenlijk
van invloed op de ritme-uitvoeringen en automatische
begeleiding.
Deze instelling is handig als u niet wilt dat het volume van
de ritme-uitvoering en de automatische begeleiding veel
verandert.
Ritme, automatische
begeleiding
Klavier Part
2
Het expressiepedaal wordt op het ritme en de automatische
begeleiding toegepast, alsmede op de uitvoering van het
klavier.
Het volume wordt op eenvoudige wijze, volgens de
hoek van het expressiepedaal aangepast, hetgeen deze
instelling perfect maakt voor gebruik in songs waarin grote
dynamische veranderingen optreden.
Ritme, automatische begeleiding, klavier Part
3
Het expressiepedaal wordt op het ritme en de automatische
begeleiding toegepast, alsmede op de uitvoering van het
klavier.
Het expressie eect wordt milder toegepast dan met
instelling 2. daarom is deze instelling geschikt voor rustigere
songs, met minder intensieve dynamische veranderingen.
Ritme, automatische begeleiding, klavier Part
4
Het expressiepedaal wordt op het ritme en de automatische
begeleiding toegepast, alsmede op de uitvoering van het
klavier.
Het expressie eect wordt milder toegepast dan met
instelling 2. daarom is deze instelling geschikt voor rustigere
songs, met minder intensieve dynamische veranderingen.
Ritme, automatische
begeleiding
Klavier Part
De gevoeligheid van de D Beam Controller
aanpassen (D Beam Sensitivity)
Hiermee kunt u de gevoeligheid van de D Beam Controller aanpassen.
Waarde Uitleg
1–10
Hogere instellingen maken de D Beam
Controller gevoeliger.
95
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Ritme-instellingen
Akkoorden produceren met een eenvoudige
vingerzetting (Chord Intelligence)
‘Chord Intelligence’ is een eigenschap die de juiste
begeleidingsakkoorden speelt, op het moment dat u tijdens de
automatische begeleiding een toets op het onderste klavier speelt, die
een akkoord speciceert.
Om bijvoorbeeld een C akkoord op het onderste klavier te spelen,
dient u meestal de drie toetsen C, E en G in te drukken. Met
Chord Intelligence hoeft u alleen de C toets in te drukken om een
begeleiding in een C akkoord te starten.
Waarde Uitleg
ON Chord Intelligence functie is aan.
OFF Chord Intelligence functie is uit.
MEMO
Als de [One Touch Program] knop wordt ingedrukt, wordt de Chord
Intelligence functie automatisch aangezet.
Als de Leading Bass functie (p.95) aan is, en de Chord Intelligence
functie uit is, kunt u akkoorden speciceren met een combinatie
van het onderste klavier en het voetklavier.
De Leading Bass functie gebruiken (Leading
Bass)
Wanneer de automatische begeleiding functie wordt gebruikt, en
de Pedal [To Lower] knop op ON staat, speelt de pedaalbasstem
gewoonlijk de grondtoon (p.122) van het akkoord dat u op het
onderste klavier speelt.
Als de Leading Bass functie is uitgeschakeld, wordt de laagste noot
van het akkoord dat u op het onderste klavier speelt, als de basnoot
gebruikt (de laagste noot van het akkoord). Vandaar dat de basnoot
anders klinkt dan normaal, als u een akkoord in een omkering speelt
(p.122).
Waarde Uitleg
ON De Leading Bass functie is aan.
OFF De Leading Bass functie is uit.
MEMO
U kunt de Leading Bass functies aan de voetschakelaars aan beide
kanten van het expressiepedaal toewijzen (p.94).
Als de Leading Bass functie (p.95) aan is, en de Chord Intelligence
functie uit is, kunt u akkoorden speciceren met een combinatie
van het onderste klavier en het voetklavier.
Voorkomen dat het tempo van ritmes
automatisch verandert (Auto Std Tempo)
U kunt voorkomen dat het tempo van ritmes automatisch verandert
als u van ritme verandert.
Waarde Uitleg
ON
Als u van ritme verandert terwijl het ritme is
gestopt, veranderen de instellingen automatisch
in die van het nieuwe ritme.
OFF
Als het ritme is gestopt, worden de tempo-
instellingen niet automatisch veranderd als de
ritmes worden veranderd.
Een aftelgeluid spelen als het intro eindigt
(Intro Count Down)
Als een intro wordt gespeeld voordat uw uitvoering begint, kunt u aan
het eind van het intro een aftelgeluid laten spelen, zodat u gemakkelijk
begrijpt waar u zelf begint te spelen.
Waarde Uitleg
ON Een aftelgeluid wordt gespeeld.
OFF Er wordt geen aftelgeluid gespeeld.
De klank van een aftelgeluid veranderen
U kunt de klank van het geluid, dat gebruikt wordt voor de aftelling
die met de Intro Countdown functie aan het eind van het intro wordt
gespeeld, veranderen.
Waarde Uitleg
VOICE
Aftelling met het geluid van een menselijke
stem (Eén, twee, drie…)
STICK Aftelling met het geluid van een stok.
96
De volumebalans van de Arranger aanpassen
(Accomp PartBalance)
U kunt de volumebalans van elk Part aanpassen.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Gebruik de Menu [
] [ ] knoppen om
AccompPartBalance te selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
Het Accomp Part Balance scherm verschijnt.
MEMO
U kunt het Accomp Part Balance scherm ook vanuit het Part
Balance scherm (p.35) bereiken, door de Menu [
] knop in te
drukken.
4. Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om het Part dat u wilt
aanpassen te selecteren.
De Arranger begeleiding is in zes Parts verdeeld: A1-A6.
De inhoud die aan elk Part wordt toegewezen, is afhankelijk van de
begeleiding.
5. Gebruik de Value [-] [+] knoppen om het volume aan te
passen.
Waarde Uitleg
0–12 Hogere waardes maken het volume luider.
Druk op de [Display/Exit] knop om naar het basisscherm terug te
keren.
Registratie instellingen
De voetschakelaar gebruiken om van
registratie te veranderen (Registration Shift)
Aan een voetschakelaar van het voetklavier (PK serie, apart
verkrijgbaar) kan de functie van het opeenvolgend veranderen van
registraties worden toegewezen. Elke keer dat u de voetschakelaar
indrukt, wordt de registratie veranderd.
MEMO
Een pedaalschakelaar (DP serie, apart verkrijgbaar) doe op de Pedal
(Control) Jack is aangesloten, heeft dezelfde functie als de rechter
voetschakelaar.
* De Registration Shift instellingen worden in elke individuele
registratieset opgeslagen. Als ‘RIGHT + Load Next’ aan de voetscha-
kelaar is toegewezen, en de Load Next functie (p.72) gebruikt wordt
om tussen registraties die in een USB-geheugen zijn opgeslagen af
te wisselen, stelt u de Registration Shift instelling op ‘RIGHT + Load
Next’ in, voor alle opgeslagen registraties.
Waarde Uitleg
OFF
U kunt een functie, die aan de voetschakelaar is
toegewezen, gebruiken.
RIGHT
Met de rechter voetschakelaar kunt u van
registratie veranderen.
De functie die aan de rechter voetschakelaar is
toegewezen, kan niet gebruikt worden.
LEFT
Met de linker voetschakelaar kunt u van
registratie veranderen.
De functie die aan de linker voetschakelaar is
toegewezen, kan niet gebruikt worden.
RIGHT + Load Next
Met de rechter voetschakelaar kunt u van
registratie veranderen.
De functie die aan de rechter voetschakelaar is
toegewezen, kan niet gebruikt worden.
Als de Registration [8] knop wordt geselecteerd
en de rechter voetschakelaar wordt ingedrukt,
wordt de Load Next functie geactiveerd, die de
volgende registratie, die in USB-geheugen of
het User-geheugen is opgeslagen, oproept.
Het Registration Load venster verschijnt in het
scherm.
Als u nogmaals op de rechter voetschakelaar
drukt, wordt de registratieset bevestigd, en de
Registration [1] knop geselecteerd.
Voorbeeld:
123…8 Load Next(volgende
registratie) 1
97
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Registration Arranger Update
(Arranger Update)
U kunt speciceren hoe de instellingen, gerelateerd aan ritme-
uitvoering en automatische begeleiding, worden opgeroepen als u op
een Registration [1]-[8] knop drukt.
Waarde Uitleg
DELAYED
Instellingen met betrekking tot ritme-
uitvoeringen en automatische begeleiding
worden opgeroepen als u een registratieknop
enkele seconden ingedrukt houdt. Als u de
registratieknop snel indrukt, worden alleen
de paneelinstellingen (stem, enz.) die niet aan
het ritme en de automatische begeleiding zijn
gerelateerd bijgewerkt.
INSTANT
Instellingen met betrekking tot ritme-uitvoe-
ringen en automatische begeleiding worden,
samen met alle andere paneelinstellingen,
opgeroepen als u een registratieknop indrukt.
Registration Transpose Update
(Trans. Update)
U kunt speciceren hoe de transpositie-instelling wordt opgeroepen
als u een registratieknop [1]-[8] indrukt.
Waarde Uitleg
DELAYED
Transpositie-instellingen worden opgeroepen
als u een registratieknop enkele seconden
ingedrukt houdt.
INSTANT
De transpositie-instelling worden, samen met
alle andere paneelinstellingen, opgeroepen als
u een registratieknop indrukt.
Instellingen voor opnemen en
afspelen
De toonsoort veranderen als songs worden
afgespeeld (Playback Transpose)
SMF muziekbestanden of een uitvoering die u heeft opgenomen,
kunnen in een andere toonsoort worden afgespeeld.
Waarde -6–0–+5
MEMO
Voor het bespelen van het klavier, kan het klavier ook
getransponeerd worden (p.36).
De metronoominstelling veranderen
(Metronome)
Deze instelling bepaalt of de metronoom al dan niet hoorbaar is.
Waarde Uitleg
OFF Geheel niet hoorbaar.
REC Alleen tijdens opname hoorbaar
ON Voortdurend hoorbaar.
Het volume van de metronoom aanpassen
(Metronome Volume)
U kunt het volume van de metronoom aanpassen.
Waarde Uitleg
1–10
Als de waarde toeneemt, wordt het volume van
de metronoom luider.
Het geluid van de metronoom veranderen
(Metronome Sound)
U kunt één van de vier verschillende geluiden voor de metronoom
kiezen.
Waarde Uitleg
CLICK&BELL Conventioneel metronoomgeluid
ELECTRONIC Elektronisch metronoomgeluid
VOICE ENGLISH Menselijke stem (Engels)
VOICE JAPANESE Menselijke stem (Japans)
De Beat instelling veranderen (Beat)
Deze instelling bepaalt de maatsoort, die tijdens het opnemen van
gespeelde songs wordt gebruikt.
Waarde
2/2, 0/4, 2/4, 3/4, 4/4, 5/4, 6/4, 7/4, 3/8, 6/8, 9/8,
12/8
* Als uw uitvoering met ritme-uitvoeringen of automatische
begeleiding wordt opgenomen, wordt de maatsoort automatisch
ingesteld.
* U kunt de maatsoort van eerder opgenomen songs niet veranderen.
98
Een specieke track dempen (Track Mute)
Hier ziet u, hoe tracks van uitvoeringsdata in SMF formaat individueel
gedempt kunnen worden (Mute).
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Met gebruik van de Menu [
] [ ] knoppen selecteert u
Track Mute.
3. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de track die u wilt
dempen te selecteren.
Uitvoeringsdata die in SMF formaat is opgenomen, heeft zeven tracks.
Op elke track wordt een bepaald type uitvoering opgenomen, zoals
hieronder wordt getoond.
Track Uitleg
R (Rhythm)
Ritme-uitvoeringen, Drums/SFX, handmatige
percussie
A (Accomp) Automatische begeleiding (behalve bas)
B (Bass)
Pedaalbasstem, basgedeelte van de automati-
sche begeleiding
L (Lower) Lage stem
U (Upper) Hoge stem
S (Solo) Solostem
C (Control)
Paneeloperaties, operaties van het expres-
siepedaal
4. Druk op de [Utility] knop.
Het teken verandert in ‘--’, wat aangeeft dat de track gedempt is.
5. Druk nogmaals op de [Utility] knop, en de demping zal
opgeheven worden.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u op de [Display/Exit]
knop.
Commerciële SMF muziekbestanden aan de
tracks toewijzen
Track Kanaal
R (Rhythm) 10
A (Accomp) 5, 6, 7, 8, 9, 11, 12, 13, 14, 15, 16
B (Bass) 2
L (Lower) 3
U (Upper) 4
S (Solo) 1
Wat de Control track (Control) tijdens de
opname doet
Paneeloperaties (stem selecties, tempoveranderingen,
Rotary Fast/Slow, enz.)
Nieuw opgenomen uitvoeringsdata wordt toegevoegd, zonder dat de
eerder opgenomen data wordt gewist.
Als u nieuwe uitvoeringsdata wilt opnemen, wist u alle opgenomen
data (p.84).
Operaties van het expressiepedaal
De manier waarop expressie operaties worden opgenomen, is
afhankelijk van de instelling van het ‘Exp. Source (p.94) onderdeel
‘Recording.
99
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Kanalen van uitvoeringsdata individueel
dempen (Channel Mute)
U kunt individuele kanalen van uitvoeringsdata of SMF
muziekbestanden (in de winkel verkrijgbaar) dempen (onhoorbaar
maken).
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Channel Mute te
selecteren.
3. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het kanaal dat u wilt
dempen te selecteren.
Vanaf links zijn dit ‘1 Ch. (kanaal 1), 2 Ch. … 15 Ch. en 16 Ch..
4. Druk op de [Utility] knop.
Het nummer verandert in ‘--’, wat aangeeft dat het corresponderende
kanaal gedempt is.
5. Druk nogmaals op de [Utility] knop, en de demping wordt
opgeheven.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u op de [Display/Exit]
knop.
MEMO
De demping van het kanaal wordt opgeheven als u andere
uitvoeringsdata selecteert.
Het volume voor het opnemen van geluid
aanpassen (Audio Rec Gain)
Hiermee wordt het volume voor het opnemen van geluid aangepast.
Waarde -24 dB–6 dB
De weergave van tekst aan of uitzetten
(Lyrics)
Sommige muziekbestanden bevatten teksten, en deze teksten kunnen
in het scherm worden weergegeven. U kunt de tekstweergave van dit
soort muziekbestanden aan of uitzetten.
Waarde Uitleg
ON Teksten worden weergegeven.
OFF Teksten worden niet weergegeven.
* Als u op een Voice selectieknop drukt terwijl muziekbestanden die
teksten bevatten worden afgespeeld, verandert de weergave in
het scherm, en worden de teksten niet meer weergegeven. Om de
teksten opnieuw weer te geven, drukt u op de [Rec] knop.
Instellen welk CD-type wordt afgespeeld
(CD/Audio Type)
De ATELIER kan soms het type CD dat gebruikt wordt niet herkennen.
In dat soort gevallen kunt u het CD-type handmatig speciceren.
Waarde Uitleg
AUTO Het CD-type wordt automatisch gedetecteerd.
TYPE A
Algemene CD’s voor Player Piano bevatten
geluids- en MIDI-data, en het dataformaat kan
per CD verschillen. Als het dataformaat van
de CD niet met de instellingen van de ATELIER
overeenkomt, zal een ‘pieptoon te horen zijn.
TYPE B
STEREO
Commerciële Audio CD (andere CD’s dan
die voor gebruik met de Player Piano zijn
ontworpen).
* Sommige commerciële Player Piano CD’s kunnen niet op de ATELIER
worden afgespeeld.
De timing van de pianoklank van een Player
Piano CD en de begeleiding aanpassen
(CD Audio Sync)
Bij sommige Player Piano CD’s kunnen de piano en
begeleidingsklanken mogelijk niet juist gesynchroniseerd worden.
In dat soort gevallen kunt u de timing van de pianoklanken aanpassen,
zodat deze in de maat van de begeleiding zijn.
Waarde 0–100
100
Media instellingen
Een map in het USB-geheugen of User-
geheugen creëren (Create Folder)
U kunt mappen in een aangesloten USB-geheugen of het User-
geheugen creëren.
Als u een map in een USB-geheugen wilt creëren, sluit u het USB-
geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Media Utility te
selecteren
3. Druk op de [Utility] knop
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Create Folder’ te
selecteren.
5. Druk op de [Utility] knop.
6. Druk op de [Media] knop om het medium te selecteren.
Kies ‘USB Memory als u een map in het USB-geheugen wilt creëren of
‘User’ als u een map in het User-geheugen wilt creëren.
7. Druk op de [Utility] knop.
8. Geef de map een naam.
Geef de map een naam, zoals in ‘De naam van een map veranderen
wordt uitgelegd.
9. Om de nieuwe naam te bevestigen, drukt u op de [Save]
knop.
De naam wordt aan de nieuw gecreëerde map toegewezen.
De naam van een map veranderen
Hier ziet u, hoe u een map een andere naam kunt geven.
* Als de naam van de map Japanse letters bevat, kunt u de naam van
de map niet veranderen.
1. Druk op de [Registration] knop.
2. In het registratie selectiescherm kiest u de map die u een
andere naam wilt geven.
3. Druk op de [Save] knop.
4. Druk op de Menu [ ] [ ] knoppen om de cursor te
verplaatsen, en druk op de Value [-] [+] knoppen om een
teken te selecteren.
De volgende tekens kunnen voor het veranderen van een naam
worden geselecteerd.
Knop Uitleg
Value [-] [+] knop
Selecteer een teken. De volgende tekens
kunnen geselecteerd worden.
_ A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X
Y Z 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9
[Reset] knop Verwijdert een teken.
[Rec] knop Voegt een teken in.
5. Om de nieuwe naam te bevestigen, drukt u nogmaals op de
[Save] knop.
De nieuwe naam wordt nu ingevoegd.
101
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Een Performance song kopiëren (Copy Song)
Performance songs en SMF muziekbestanden uit USB-geheugen
kunnen naar de ‘Favorites’ (User-geheugen) gekopieerd worden.
Als in USB-geheugen opgeslagen uitvoeringsdata in ‘Favorites wordt
opgeslagen, zal de opgeslagen Performance song niet verdwijnen,
zelfs niet als u de stroom uitzet. Het is gemakkelijk om veelgebruikte
Performance songs in de ‘Favorites’ te laden.
Performance songs die in ‘Favorites’ zijn opgeslagen, kunnen ook naar
USB-geheugen worden gekopieerd.
Performance songs uit USB-geheugen naar
‘Favorites’ kopiëren
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Utility] knop.
3. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Media Utility te
selecteren.
4. Druk op de [Utility] knop.
5. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Copy Song te
selecteren.
6. Druk op de [Utility] knop.
7. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
8. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de uitvoeringsdata die
u wilt kopiëren te selecteren.
9. Druk op de [Utility] knop.
10. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het nummer van de
kopieerbestemming te selecteren.
In nummers waarbij een songnaam wordt getoond, is al een song
opgeslagen.
11. In nummers waarbij een songnaam wordt getoond, is al een
song opgeslagen.
Druk op de [Utility] knop om de song te kopiëren.
Het kopiëren van de song naar ‘Favorites’ begint.
Nadat de song in het geheugen is opgenomen, verschijnt het Media
Utility scherm opnieuw.
* Verwijder nooit het USB-geheugen en zet nooit de stroom uit terwijl
de uitvoeringsdata van het USB-geheugen naar de ATELIER wordt
gekopieerd. Als u dit wel doet, zal de uitvoeringsdata niet in de
ATELIER worden geladen, en kunnen storingen ontstaan.
Als u een nummer waarin al een song is opgeslagen selecteert,
verschijnt het volgende:
Als u de eerder opgeslagen song wilt verwijderen en deze door de
nieuw opgeslagen song wilt vervangen, drukt u op de [Rec] knop.
Als u de eerder opgeslagen song niet wilt verwijderen, drukt u op de
[Reset] knop. Vervolgens selecteert u een nummer waarin nog geen
song is opgeslagen, en kopieert u de song naar dat nummer.
Performance songs van de ‘Favorites naar
USB-geheugen kopiëren
U kunt Performance songs van de ‘Favorites’ naar USB-geheugen
kopiëren.
Om dit te doen, drukt u bij stap 7 op de [Media] knop om ‘Favorites te
kiezen. U zult nu Performance songs van de ‘Favorites’ naar USB-
geheugen kopiëren.
De rest van de procedure is hetzelfde als bij het kopiëren van
Performance songs van USB-geheugen naar de ‘Favorites’.
102
Registraties kopiëren (Copy Registration)
Registraties uit USB-geheugen kunnen naar het User-geheugen
gekopieerd worden.
Als een in USB-geheugen opgeslagen registratie in User-geheugen
wordt opgeslagen, zal de opgeslagen registratie niet verdwijnen, zelfs
niet als de stroom wordt uitgezet. Het is handig om veelgebruikte
registraties in het User-geheugen op te slaan.
Registraties die in het User-geheugen zijn opgeslagen, kunnen ook
naar USB-geheugen gekopieerd worden.
Registraties van USB-geheugen naar User-
geheugen kopiëren
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Utility] knop.
3. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Media Utility te
selecteren.
4. Druk op de [Utility] knop.
5. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Copy Registration
te selecteren.
6. Druk op de [Utility] knop.
7. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
8. Druk op de Value [-] [+] knopen om de registratie die u wilt
kopiëren te selecteren.
9. Druk op de [Utility] knop.
10. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het nummer van de
kopieerbestemming te selecteren.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
11. Druk op de [Utility] knop om de registraties te kopiëren.
Als u een nummer waarin al een registratie is opgeslagen selecteert,
verschijnt het volgende:
Als u de eerder opgeslagen registratie wilt verwijderen en deze door
de nieuw opgeslagen registratie wilt vervangen, drukt u op de [Rec]
knop.
Als u de eerder opgeslagen registratie niet wilt verwijderen, drukt u op
de [Reset] knop. Vervolgens selecteert u een nummer waarin nog geen
registratie is opgeslagen, en kopieert u de registratie naar dat nummer.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op
de [Display/Exit] knop.
* Verwijder nooit het USB-geheugen en zet nooit de stroom uit terwijl
de uitvoeringsdata van het USB-geheugen naar de ATELIER wordt
gekopieerd. Als u dit wel doet, zal de uitvoeringsdata niet in de
ATELIER worden geladen, en kunnen storingen ontstaan. Nadat de
registratie, die in het User-geheugen is opgeslagen, op de fabriek-
sinstellingen is teruggezet (p.108), laadt u de registratie opnieuw uit
het USB-geheugen.
Registraties van het User-geheugen naar
USB-geheugen kopiëren
U kunt registraties van het User-geheugen naar USB-geheugen
kopiëren.
Om dit te doen, drukt u bij stap 7 op de [Media] knop om ‘User’ te
kiezen. In deze staat zult u registraties van het User-geheugen naar
USB-geheugen kopiëren.
De rest van de procedure is hetzelfde als bij het kopiëren van
registraties uit een USB-geheugen naar het User-geheugen.
103
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Ritmes kopiëren (Copy Rhythm)
Het User-geheugen bevat al ritmes, maar u kunt deze ritmes door
ritmes uit het USB-geheugen vervangen.
Ritmes die uit het USB-geheugen naar het User-geheugen worden
gekopieerd, zullen niet verloren gaan, ook niet als de stroom wordt
uitgezet. Het is handig om veelgebruikte ritmes naar het User-
geheugen te kopiëren.
Ritmes van USB-geheugen naar User-
geheugen kopiëren
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Utility] knop.
3. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Media Utility te
selecteren.
4. Druk op de [Utility] knop.
5. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Copy Rhythm’ te
selecteren.
* Als er geen USB-geheugen is aangesloten, kan ‘Copy Rhythm niet in
het Utility menu geselecteerd worden.
6. Druk op de [Utility] knop.
7. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
* Als er geen USB-geheugen is aangesloten, kan ‘Copy Rhythm niet in
het Utility menu geselecteerd worden.
8. Druk op de [Utility] knop.
9. Druk op de [Media] knop om ‘USB Memory’ te selecteren.
10. Druk op de Value [-] [+] knoppen om het nummer van de
kopieerbestemming te selecteren.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Display/Exit] knop.
11. Druk op de [Utility] knop om het ritme te kopiëren.
Terwijl het ritme naar het interne geheugen wordt gekopieerd, wordt
het volgende scherm weergegeven.
Als u een nummer selecteert waarin al een ritme is opgeslagen, zal een
scherm als het volgende verschijnen.
Als u het eerder opgeslagen ritme wilt verwijderen en dit wilt
vervangen door het ritme dat u nu opslaat, drukt u op de [Rec] knop.
Als u het eerder opgeslagen ritme niet wilt verwijderen, drukt u op de
[Reset] knop. Vervolgens selecteert u een nummer waarin nog geen
ritme is opgeslagen, en kopieert u het ritme naar dat nummer.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op
de [Display/Exit] knop.
* Verwijder nooit het USB-geheugen en zet nooit de stroom uit
terwijl de ritmedata van het USB-geheugen naar de ATELIER wordt
gekopieerd. Als u dit wel doet, zal de ritmedata niet in de ATELIER
worden geladen, en kunnen storingen ontstaan. Nadat het ritme,
dat in het User-geheugen is opgeslagen, op de fabrieksinstellingen
is teruggezet (p.107), kopieert u het ritme uit het USB-geheugen
opnieuw.
Ritmes van User-geheugen naar USB-
geheugen kopiëren
U kunt ritmes van User-geheugen naar USB-geheugen kopiëren
Om dit te doen, drukt u bij stap 7 (hierboven) op de [Media] knop om
‘User’ te kiezen. In deze staat zult u ritmes uit het User-geheugen naar
USB-geheugen kopiëren.
De rest van de procedure is hetzelfde als bij het kopiëren van ritmes
van USB-geheugen naar User-geheugen.
104
Een USB-geheugen formatteren (Format
Media)
Het proces van het gereedmaken van USB-geheugen zodat het met de
ATELIER gebruikt kan worden, heet ‘Initialisatie (formatteren).
Als het mediaformaat niet met dat van de ATELIER overeenkomt, kan
dat medium niet met de ATELIER worden gebruikt.
1. Sluit het USB-geheugen op de USB Memory aansluiting aan.
2. Druk op de [Utility] knop.
3. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Media Utility te
selecteren.
4. Druk op de [Utility] knop.
5. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Format Media te
selecteren.
6. Druk op de [Utility] knop.
Het Format scherm verschijnt.
Om de procedure te annuleren, drukt u op de [Reset] knop.
7. Druk op de [Rec] knop om met formatteren te beginnen.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op
de [Display/Exit] knop.
* Het USB-geheugen mag nooit verwijderd worden voordat het
formatteren is voltooid.
De USB Memory instelling veranderen (USB
Memory Mode)
In sommige gevallen, als het USB-geheugen op de USB Memory
aansluiting is aangesloten, kan het lezen van data lang duren of kan de
ATELIER de data mogelijk helemaal niet lezen. Als dit gebeurt, kunt u
de USB Memory instelling veranderen, om het probleem op te lossen.
Waarde MODE 1, MODE 2
105
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
MIDI-instellingen
Het MIDI-zendkanaal selecteren (Tx MIDI
Channel)
Als u de MIDI-aansluitingen van de ATELIER gebruikt om muziekdata
naar externe apparaten te verzenden, kunt u voor elk klavier (Upper,
Lower en Pedal) het kanaal waarop uw spel als MIDI-boodschappen
verzonden zal worden speciceren. U kunt deze Tx (Transmit) MIDI-
instellingen zonodig wijzigen.
Parameter Kanaal
Solo, Upper, Lower,
Pedal, Drums, M.Perc,
Control
1–16
MEMO
Voor details, zie ‘MIDI-apparaten aansluiten (p.113).
Het Control Part verzendt expressiepedaal data en PC nummers.
MIDI IN modus (MIDI IN Mode)
De ATELIER bevat twee geluidsgenerators: één voor het afspelen van
SMF data en één voor de uitvoering op het klavier.
Normaalgesproken bestuurt data die via de MIDI In aansluiting wordt
ontvangen alleen de geluidsgenerator voor het afspelen van SMF data.
Echter, door de MIDI IN Mode instelling te veranderen, kunt u ook de
klavier geluidsgenerator via MIDI In besturen.
Waarde Uitleg
MODE 1
Bestuurt het instrument als een GS geluidsge-
nerator.
MODE 2
Kanalen vijf tot en met tien en kanalen 12, 14
en 15 worden naar de GS geluidsgenerator
gestuurd, en alle andere kanalen worden naar
de klavier geluidsgenerator gestuurd.
Hoe kanalen met de MIDI IN modus corresponderen
Channel MODE 1 MODE 2
1 GS Solo
2 GS Pedal/GS *
3 GS Lower
4 GS Upper
5–10 GS GS
11 GS Drums/SFX
12 GS GS
13 GS Manual Percussion
14, 15 GS GS
16 GS Control
* : Als de Pedal Part knop op ON staat, bestuurt data die via de MIDI
In aansluiting wordt ontvangen het Pedal Part van de klavier
geluidsgenerator. Als de Pedal Part knop op OFF staat, bestuurt
data die via de MIDI IN aansluiting wordt ontvangen de GS
geluidsgenerator.
* De types MIDI-boodschappen die door de klavier geluidsgenerator
ontvangen kunnen worden zijn beperkt.
Overdracht van PC nummers speciceren
(Send PC Switch)
Overdracht van PC (Program Change) nummers kan aan en uit worden
gezet.
Waarde Uitleg
ON PC nummers worden overgebracht.
OFF PC nummers worden niet overgebracht.
PC nummers instellen (PC Number)
U kunt het Program Change nummer, dat via de MIDI Out verzonden
zal worden wanneer een registratie wordt geselecteerd, instellen.
Waarde Uitleg
Bank MSB
(Bank Select MSB)
0–127
Bank LSB
(Bank Select LSB)
0–127
PC Num
(PC Number)
1–128
106
Overige instellingen
De standaard toonhoogte aanpassen
(Master Tune)
De basistoonhoogte van een instrument wordt in het algemeen
beschouwd als de toonhoogte van de middelste A noot. Met de
‘Master Tune parameter kunt u deze basistoonhoogte met de
toonhoogte van andere instrumenten, die samen met de ATELIER
spelen, overeen laten komen.
Waarde 415.3 Hz – 466.2 Hz (eenheden van 0.1 Hz)
De helderheid van het scherm aanpassen
(LCD Contrast)
Hier ziet u, hoe de helderheid van het ATELIER beeldscherm bijgesteld
kan worden.
Waarde 1–10
De taal die in het scherm wordt gebruikt
selecteren
U kunt de taal waarin bevestigingsboodschappen in het scherm
worden weergegeven speciceren.
Waarde
DUTCH, ENGLISH, FRENCH, GERMAN, ITALIAN,
JAPANESE, PORTUGUESE, SPANISH
Aan ritme gerelateerde knoppen
uitschakelen (Rhythm Lock)
U kunt de aan ritme gerelateerde knoppen uitschakelen.
Hiermee wordt voorkomen dat instellingen onopzettelijk worden
veranderd, zelfs als u per ongeluk op een aan ritme gerelateerde knop
drukt, terwijl de Rotary Sound [On/O] knop of Rotary Sound [Fast/
Slow] knop wordt gebruikt terwijl u speelt.
Waarde Uitleg
ON
Rhythm Lock is ingeschakeld.
De volgende knoppen worden uitgeschakeld.
Rhythm knop
Arranger [On/O ] knop
Auto [Fill In] knop
Variation [1]-[4] knoppen
[Intro/Ending] knop
[Start/Stop] knop
OFF Rhythm Lock is uitgeschakeld.
De V-LINK functie gebruiken (V-LINK)
Als de ATELIER op een V-LINK compatibel beeldapparaat wordt
aangesloten, kunnen de beelden met de ATELIER worden bestuurd.
Wat is V-LINK?
V-LINK ( ) is een functie waarmee muziek en
beelden samen uitgevoerd kunnen worden. Met gebruik van
MIDI, om twee of meer V-LINK compatibele apparaten aan te
sluiten, kunt u op eenvoudige wijze genieten van een brede
reeks visuele eecten die met de expressieve elementen van
een muziekuitvoering zijn verbonden.
Waarde Uitleg
OFF De V-LINK functie is uitgeschakeld.
MODE 1
De V-LINK functie is ingeschakeld.
Als een registratieknop wordt ingedrukt, worden
‘Bank Select en ‘Program Change nummer’
boodschappen via de MIDI Out aansluiting als
video Control boodschappen verzonden. Op
dat moment wordt de instelling van het Control
MIDI zendkanaal genegeerd, en worden de
boodschappen via kanaal 16 overgebracht.
MODE 2
De V-LINK functie is ingeschakeld.
Naast de functies van MODE 1’, ‘MODE 2’ wordt
het apparaat ook ingesteld op het verzenden
van noot boodschappen als video Control
boodschappen via de MIDI Out aansluiting, als
één van de twaalf toetsen uiterst rechts op het
onderste klavier wordt ingedrukt. In dit geval
worden de instellingen van de Lower en Solo
MIDI zendkanaal genegeerd, en worden de
boodschappen via kanaal 16 overgebracht.
* Het MIDI zendkanaal dat voor video Control boodschappen wordt
gebruikt, is altijd kanaal 16.
MEMO
De V-LINK functie wordt ingeschakeld, en het V-LINK icoon
verschijnt in het basisscherm.
Door de [Song] knop ingedrukt te houden terwijl de [Registration]
knop wordt gebruikt, kunt u de V-LINK functie MODE 2 aanzetten.
Meer over het veranderen van videobeelden vindt u in de
gebruikershandleiding van het aangesloten apparaat.
107
Gedetailleerde instellingen voor diverse functies
Het User-geheugen opnieuw de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen
instellen (User Memory Reset)
U kunt het User-geheugen opnieuw op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen instellen.
Deze functie wordt ‘User Memory Reset’ genoemd.
8. Draai het volume naar het minimum niveau, en zet dan de
stroom uit.
9. Terwijl u de Rhythm [Ballad/User] knop ingedrukt houdt,
drukt u op de [Power] schakelaar om de stroom aan te
zetten.
Zet de stroom niet uit terwijl het volgende scherm wordt
weergegeven:
Het User-geheugen wordt opnieuw op de fabrieksinstellingen
ingesteld.
MEMO
Om alle instellingen, behalve het User-geheugen, op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen terug te zetten, kijkt u bij Alle
instellingen, behalve het User-geheugen, op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen terugzetten (Panel Reset)’ (p.107.
Als u alle instellingen op hun oorspronkelijke fabrieksinstellingen
wilt terugzetten, kijkt u bij Alle fabrieksinstellingen herstellen
(Factory Reset)’ (p.108).
Alle instellingen, behalve het User-
geheugen, op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen terugzetten
(Panel Reset)
Alle andere instellingen dan die van het User-geheugen kunnen
opnieuw op hun fabrieksinstellingen worden ingesteld. Deze functie
wordt ‘Panel Reset’ genoemd.
1. Draai het volume naar het minimum niveau, en zet dan de
stroom uit.
2. Terwijl u de [Harmony Intelligence] knop ingedrukt houdt,
drukt u op de [Power] schakelaar om de stroom aan te
zetten.
* Zet de stroom niet uit terwijl het volgende scherm wordt weerge-
geven:
Wanneer het opnieuw instellen van het paneel is voltooid, verschijnt
het basisscherm.
108
Alle standaard fabrieksinstellingen
herstellen (Factory Reset)
De instellingen die in de ATELIER zijn opgeslagen, kunnen opnieuw
op de fabrieksinstellingen worden gezet. Deze functie wordt ‘Factory
Reset’ genoemd.
1. Draai het volume naar het minimum niveau, en zet dan de
stroom uit.
2. Terwijl u de [One Touch Program] knop ingedrukt houdt,
drukt u op de [Power] schakelaar om de stroom aan te
zetten.
* Zet de stroom niet uit terwijl het volgende scherm wordt weerge-
geven:
Wanneer de Factory Reset is voltooid, verschijnt het basisscherm
opnieuw.
* Als de standaard fabrieksinstellingen worden geladen, worden alle
registraties die zich op dat moment in het geheugen van de ATELIER
bevinden gewist. Het is een goed idee om belangrijke registraties in
USB-geheugen op te slaan. Om de registratie die u op dat moment
gebruikt op te slaan, kijkt u bij ‘Registratiesets opslaan (p.68).
MEMO
Om alle instellingen, behalve het User-geheugen, op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen te zetten, kijkt u bij Alle
instellingen, behalve het User-geheugen, op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen terugzetten (Panel Reset)’ (p.107.
Om alleen de fabrieksinstellingen van het User-geheugen
te herstellen, kijkt u bij ‘Het User-geheugen opnieuw de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen instellen (User Memory Reset)
(p.107).
109
Andere apparatuur aansluiten
Andere apparatuur aansluiten
Een CD-drive aansluiten en songs
afspelen
U kunt een in de winkel verkrijgbare CD-drive aansluiten, en
deze gebruiken om muziek CD’s of CD-ROMs, waarop SMF
muziekbestanden zijn opgeslagen, af te spelen.
USB Memory
aansluiting
USB-aansluiting
USB-kabel
CD-drive
1. Zet de ATELIER en de aan te sluiten CD-drive uit.
2. Sluit de USB-kabel behorend bij de CD-drive op de USB
Memory aansluiting op de ATELIER aan.
3. Zet de ATELIER aan.
4. Zet de aangesloten CD-drive aan.
* De ATELIER ondersteunt geen CD-drives die door de USB-bus wordt
gevoed. Als u een CD-drive die door de USB-bus wordt gevoed
gebruikt, moet u de stroomvoorziening behorend bij de CD-drive
gebruiken, zodat de drive op zijn eigen stroom werkt.
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de CD
CD-R/RW disks waaraan audiotracks zijn toegevoegd of CD’s die
zowel audiotracks als data bevatten (CD Extra), kunnen niet worden
afgespeeld.
De ATELIER kan alleen commerciële CD’s afspelen die aan de ociële
standaard voldoen. Dit zijn de CD’s die het COMPACT disc DIGITAL
AUDIO’ logo dragen.
De bruikbaarheid en geluidskwaliteit van disks die auteursrecht
beveiligingstechnologie hebben, en andere niet standaard CD’s, kan
niet gegarandeerd worden.
Voor meer gedetailleerde informatie over beveiligingstechnologie
voor auteursrecht, en andere niet standaard CD’s, raadpleegt u de
verkoper.
Songs kunnen niet op CD worden opgeslagen, en songs die op CD zijn
opgenomen, kunnen niet verwijderd worden. Bovendien kunnen CD’s
niet geformatteerd worden.
Songs van een muziek CD beluisteren
U kunt een CD-drive op de ATELIER aansluiten, en hiermee muziek CD’s
spelen. Op die manier kunt u met een muziek CD meespelen of zingen.
* Songs van een muziek CD kunnen niet naar de ‘Favorites
gekopieerd worden.
* Het zal even duren voordat een muziek CD geselecteerd kan
worden.
1. Sluit een commercieel verkrijgbare CD-drive op de USB
Memory aansluiting aan, en steek de muziek CD in de
CD-drive.
2. Druk op de [Song] knop (controleer of zijn indicator verlicht
is).
Het song selectiescherm verschijnt.
3. Druk op de [Media] knop om CD’ te selecteren.
4. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de song die u wilt
spelen te selecteren.
5. Druk op de [Play/Stop] knop om af te spelen.
6. Om het afspelen te stoppen, drukt u op de [Play/Stop] knop.
MEMO
U kunt op de [Bwd] knop of [Fwd] knop drukken om het
afspeelgeluid terug of vooruit te spoelen.
110
Genieten van Karaoke met een muziek CD
(Center Cancel)
U kunt de vocale klanken van een in de winkel verkrijgbare muziek CD
minimaliseren, en het vocale gedeelte zelf zingen. Dit is een handige
manier om van Karaoke te genieten of uw solo-uitvoering met een
favoriete muziek CD te oefenen.
* Bij sommige songs kan de vocale klank niet volledig geëlimineerd
worden.
1. Sluit een commercieel verkrijgbare CD-drive op de USB
Memory aansluiting aan.
2. Steek een muziek CD in de CD-drive, en selecteer de song
die u wilt zingen (p.109).
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘VIMA TUNES te
selecteren.
5. Druk op de [Utility] knop.
6. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Melody’ te
selecteren.
7. Druk op de Value [-] [+] knoppen om ‘MUTE/C.CANCEL te
selecteren.
De Center Cancel functie is in werking.
8. Druk op de [Play/Stop] knop om de song af te spelen.
Als u de song afspeelt, zal de klank van de melodie of de stem
geminimaliseerd worden.
Op deze manier kunt u het melodiegedeelte zelf spelen.
De melodie van een song als leidraad
gebruiken (Guide)
U kunt het afspeelvolume van de melodie van SMF muziekbestanden
reduceren.
Totdat u de melodie zelf kunt uitvoeren, kunt u meezingen terwijl u
deze melodie op gereduceerd volume als leidraad gebruikt.
* Bij songs op een muziek CD werkt dit niet.
1. Maak de song die u wilt zingen gereed.
Om SMF muziekbestanden van een CD-ROM af te spelen sluit u de
CD-drive aan, en steekt u de CD-ROM in.
Om SMF muziekbestanden van een USB-geheugen af te spelen, sluit u
het USB-geheugen aan.
2. Selecteer de song die u wilt zingen (p.88, p.109).
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘VIMA TUNES te
selecteren.
5. Druk op de [Utility] knop.
6. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Melody’ te
selecteren.
7. Druk op de Value [-] [+] knoppen om ‘GUIDE’ te selecteren.
De Guide functie is in werking.
8. Druk op de [Play/Stop] knop om de song af te spelen.
Als u de song afspeelt, zal het volume van het melodiekanaal tijdelijk
verlaagd worden.
Zing de melodie terwijl u naar de song luistert. Aangezien de melodie
op een gereduceerd volume wordt gespeeld, kunt u deze als leidraad
voor uw zang gebruiken.
111
Andere apparatuur aansluiten
VIMA TUNES songs spelen
De ATELIER kan apart verkrijgbare VIMA CD-ROMs (VIMA TUNES)
afspelen. Op deze manier kunt u VIMA TUNES songs afspelen, terwijl u
met de aanbevolen klanken meespeelt.
VIMA TUNES
VIMA TUNES is een Roland specicatie voor muziekbestanden
die beeld en tekstdata bevatten, zodat u tegelijkertijd van
songs met teksten en beelden kunt genieten. Wanneer data die
het VIMA TUNES’ logo dragen op een apparaat dat hetzelfde
logo draagt worden afgespeeld, kunnen teksten in het scherm
van een aangesloten extern beeldscherm of televisie worden
getoond. Op deze manier kunt u genieten van Karaoke of een
diavoorstelling.
* De ATELIER kan geen VIMA TUNES beelden afspelen.
Spelen met klanken die bij de song passen
(Aanbevolen klanken)
Als u speelt terwijl u naar een CD-ROM die voor VIMA (VIMA TUNES)
is geproduceerd luistert, heeft u de mogelijkheid om automatisch
geselecteerde klanken, die bij de stemming van de geselecteerde song
passen, te gebruiken.
Als u een song van een VIMA CD-ROM (VIMA TUNES) selecteert,
worden drie aanbevolen klanken automatisch geselecteerd.
Gebruik van deze drie klanken maakt het gemakkelijk om met klanken
te spelen die bij de stemming van de song passen.
1. Sluit een commercieel verkrijgbare CD-drive op de USB
Memory aansluiting aan.
2. Steek de VIMA TUNES CD-ROM in de CD-drive, en selecteer
de song van de VIMA CD-ROM (p.109).
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘VIMA TUNES te
selecteren.
5. Druk op de [Utility] knop.
6. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘Recommended
Tone’ te selecteren.
7. Druk op de Value [-] [+] knoppen om een klank te selecteren.
8. Druk op de [Utility] knop om naar het basisscherm terug te
keren.
9. Druk op de [Play/Stop] knop om de song af te spelen.
10. Speel met de song mee.
De klanken die u speelt, zullen bij de stemming van de song passen.
11. Druk op de [Play/Stop] knop om het afspelen van de song te
stoppen.
Een geluidsapparaat aansluiten en
geluiden spelen
Hier ziet u, hoe een geluidsapparaat wordt aangesloten, en de
geluiden daarvan via een koptelefoon of luidsprekers worden
afgespeeld.
MEMO
Gebruik geluidskabels met Jacks om deze aansluiting te maken.
* Om storingen en/of beschadigingen aan luidsprekers of andere
apparaten te voorkomen, zet u het volume altijd helemaal laag, en
zet u alle apparaten uit voordat aansluitingen worden gemaakt.
* Wanneer aansluitkabels met weerstanden worden gebruikt, kan het
volumeniveau van apparatuur die op de Input Jack is aangesloten
laag zijn. Als dit gebeurt, gebruik dan aansluitkabels die geen
weerstanden bevatten.
Digitale geluidsspeler, enz.
Output Jack
Input Jacks
Jacks
1. Draai het volume van de ATELIER en het geluidsapparaat
helemaal laag.
2. Zet de ATELIER en het geluidsapparaat uit.
3. Gebruik geluidskabels (apart verkrijgbaar) om de
aansluiting te maken.
4. Zet het aangesloten geluidsapparaat aan.
5. Zet de ATELIER aan.
6. Pas het volumeniveau op de ATELIER en het aangesloten
geluidsapparaat aan.
Het geluid van het geluidsapparaat is hoorbaar via de koptelefoon of
luidsprekers.
MEMO
Het ingangsvolume wordt met de regelaars van het
geluidsapparaat aangepast.
De stroom uitzetten
1. Draai het volume van de ATELIER en het geluidsapparaat
helemaal laag.
2. Zet de ATELIER uit.
3. Zet het aangesloten geluidsapparaat uit.
112
De luidsprekeraansluiting
instellingen veranderen
Wanneer luidsprekers of een geluidssysteem op de Aux Out Jacks
wordt aangesloten, kan het echogedeelte van het geluid via de
luidsprekers worden gespeeld. U kunt ook een extern Reverbapparaat
aansluiten, en hiermee de Reverb spelen.
Aangezien de handmatig gespeelde klanken, behalve orgelklanken,
apart uitgestuurd kunnen worden, is dit handig als u de ATELIER op
een mengpaneel aansluit om de algehele volumebalans aan te passen.
Geluiden via de Aux Out Jacks uitsturen (Aux
Out)
Hier ziet u, hoe geluids geproduceerd kan worden door luidsprekers of
een geluidssysteem dat op de Aux Out Jacks is aangesloten.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Aux Out’ te
selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Aux Out’ te
selecteren.
5. Druk op de Value [-] [+] knoppen om ‘ON’ te selecteren.
De uitvoer via de Aux Out Jacks is ingeschakeld.
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op
de [Display/Exit] knop.
De uitvoer van de Aux Out Jacks speciceren
(Aux Out Mode)
Hier ziet u, hoe het type uitvoer dat u voor de Aux Out Jacks wilt
hebben wordt gespeciceerd.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Aux Out’ te
selecteren.
3. Druk op de [Utility] knop.
4. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om Aux Out Mode te
selecteren.
5. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de modus te selecteren.
Waarde Uitleg
AMBIENCE
Het RSS Reverbgeluid is via de luidsprekers te
horen.
Het RSS Reverbgeluid dat door de ATELIER
wordt toegepast wordt uitgevoerd.
TO EFFECTS UNIT
Sluit een extern Reverbapparaat aan, om het
gewenste type Reverb toe te passen.
Een rechtstreeks (onbewerkt) geluid wordt
uitgestuurd, zodat u Reverb kunt toepassen.
ORCHESTRAL VOICES
Gebruik het aangesloten mengpaneel om de
volumebalans aan te passen.
Handmatig gespeelde klanken, behalve
orgelklanken, worden apart uitgestuurd.
ENSEMBLE
Begeleiding en ritme is via de luidsprekers
hoorbaar. Dit creëert de indruk dat u met een
orkest speelt.
Klanken die u op het klavier speelt, zijn via
de luidsprekers die op de Main Out Jacks zijn
aangesloten te horen, en de begeleiding is via
de luidsprekers die op de Aux Out Jacks zijn
Om naar het basisscherm terug te keren, drukt u een aantal malen op
de [Display/Exit] knop.
113
Andere apparatuur aansluiten
Een computer aansluiten
Het volgende wordt mogelijk als u een USB-kabel (apart verkrijgbaar)
tussen de USB (MIDI) aansluiting, linksonder op de ATELIER, en de
USB-aansluiting van de computer aansluit.
U kunt de ATELIER gebruiken om geluiden van SMF muziekbestanden
die met MIDI-software worden afgespeeld te spelen.
Door MIDI-data met sequencer software uit te wisselen, kunt
u songs die met de ATELIER zijn opgenomen op de computer
opslaan, en van een verscheidenheid aan muzikale regelingen en
bewerkingsmogelijkheden genieten.
USB (MIDI) aansluiting
Computer
USB-aansluiting
USB-kabel
* Als u geen sequencer software gebruikt, stelt u de software zo in,
dat deze niet door de Audio Through wordt gestuurd.
* Voor systeemvereisten raadpleegt u de Roland website.
Roland website: http://www.roland.com/
Instellingen voor de USB-driver maken
Als u niet succesvol contact met de computer kunt maken, kan het
probleem wellicht opgelost worden door de speciale Roland Driver te
gebruiken.
Normaalgesproken is het niet nodig om de speciale Roland Driver te
gebruiken.
Als u de speciale Roland Driver wilt gebruiken, stelt u USB Driver op
‘ORIGINAL in, en installeert u de driver in de computer.
1. Druk op de [Utility] knop.
2. Druk op de Menu [
] [ ] knoppen om ‘USB Driver’ te
selecteren.
3. Druk op de Value [-] [+] knoppen om de modus te selecteren.
Waarde Uitleg
GENERIC
Kies dit als u de standaard USB-driver die bij de
computer behoort wilt gebruiken.
Normaalgesproken dient u deze modus te
gebruiken.
ORIGINAL
Selecteer dit als u de speciale Roland Driver wilt
gebruiken.
4. Stel het volume van de ATELIER op het minimale niveau is,
zet de stroom uit, en dan weer aan.
MEMO
Details over het downloaden en installeren van de Roland
oorspronkelijke driver vindt u op de Roland website.
Roland website: http://www.roland.com/
MIDI-apparaten aansluiten
Door een extern MIDI-apparaat aan te sluiten, zodat uitvoeringsdata
uitgewisseld kan worden, kunt u de uitvoering van elke apparaat
besturen. U kunt bijvoorbeeld het klavier van de ATELIER bespelen
om geluid te produceren of op een extern MIDI-apparaat van stem te
veranderen.
Wat is MIDI?
MIDI, een afkorting van ‘Musical Instrument Digital Interface’,
werd ontwikkeld als een standaard voor het uitwisselen
van uitvoeringsdata tussen elektronische instrumenten en
computers.
Over MIDI-aansluitingen
MIDI Out-aansluiting
Sluit het externe MIDI-apparaat met een optionele MIDI-kabel op de
MIDI IN aansluiting aan.
De noten die op het klavier worden gespeeld, de bewegingen
van het demperpedaal, expressiedata, data die aangeeft dat een
registratieknop [1]-[8] werd ingedrukt, enz., zal naar de externe
MIDI-aansluiting worden verzonden.
De solostem wordt alleen overgedragen als de Solo [To Lower] knop
op ON staat.
MIDI In-aansluiting
Sluit het externe MIDI-apparaat met een optionele MIDI-kabel op de
MIDI Out-aansluiting aan. Uitvoeringsboodschappen van een extern
MIDI-apparaat worden hier ontvangen.
Deze binnenkomende boodschappen kunnen het ontvangende MIDI-
apparaat instrueren om geluiden te spelen of van stem te veranderen.
De ATELIER heeft twee geluidsgenerators: één geluidsgenerator voor
zijn eigen klavier en één GM2/GS geluidsgenerator. Gewoonlijk wordt
muziekdata, die van een extern apparaat naar de MIDI IN-aansluiting
wordt gestuurd, naar de GM2/GS geluidsgenerator gestuurd, maar u
kunt ook de ‘MIDI IN Mode’ parameter (p.105) instellen, zodat de klavier
geluidsgenerator wordt bestuurd.
114
Voorbeeld aansluiting: en MIDI-geluidsmodule vanaf de
ATELIER spelen
MIDI-aansluitingen
MIDI-apparaat
MIDI-kabel
MIDI IN
De aansluitingen maken
1. Draai het volume op de ATELIER, en op het apparaat dat u
gaat aansluiten, helemaal laag.
2. Zet de ATELIER en het apparaat dat u gaat aansluiten uit.
3. Met een MIDI-kabel (apart verkrijgbaar) sluit u de MIDI-
aansluitingen op elkaar aan.
4. Zet de ATELIER en het aangesloten apparaat aan.
5. Pas het volumeniveau op de ATELIER en het aangesloten
apparaat aan.
6. Het MIDI-zendkanaal dient zonodig ook ingesteld te worden
(p.105).
115
Probleemoplossing
Appendix
Probleemoplossing
Als u een storing vermoedt, leest u deze sectie eerst.
Stroom gaat niet aan
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Als u op de [Power] schakelaar drukt, wordt
de stroom niet aangezet.
De adapter is niet correct aangesloten. Sluit de adapter op juiste wijze aan.
Problemen met de schermweergave
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Er verschijnt niets in het scherm
De ATELIER gebruikt een liquid-crystal scherm,
daarom kan tekst mogelijk niet weergegeven
worden als de omgevingstemperatuur onder het
vriespunt ligt.
Dit is geen storing
Het lijkt alsof er verticale strepen door het
scherm lopen
Dit komt door het karakter van een liquid crystal
scherm, en is geen storing.
Dit is geen storing
Tekst wordt niet correct in het scherm
weergegeven
Bij sommige muziekbestanden kan de tekst niet
correct worden weergegeven.
Dit is geen storing
Een knop werd ingedrukt terwijl tekst in het
scherm werd getoond.
Tijdens de weergave van teksten kunt u naar een
ander scherm overgaan, als u op een knop drukt.
Als u de teksten weer wilt laten verschijnen, drukt
u op de [Rec] knop.
Er is geen geluid hoorbaar
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Het apparaat dat op de Input Jack is
aangesloten, is niet luid genoeg
Gebruikt u een aansluitkabel die een weerstand
bevat?
Wanneer aansluitkabels met weerstanden worden
gebruikt, kan het volumeniveau van apparatuur
die op de Input Jacks is aangesloten te laag zijn.
Als dit gebeurt, gebruik dan aansluitkabels zonder
weerstand.
Er is ruis in het geluid te horen
Als er een mobiele telefoon in de buurt is, kunt u
ruis van de ATELIER horen als u gebeld wordt of
zelf iemand belt of tijdens een conversatie.
Houd de mobiele telefoon op zoveel mogelijk
afstand of zet deze uit.
Er is geen geluid te horen
De [Master Volume] knop is te laag ingesteld. Draai de [Master Volume] knop naar ‘Max.
Een koptelefoon of luidsprekers zijn niet
aangesloten.
De ATELIER heeft geen ingebouwde luidsprekers.
Sluit een koptelefoon of luidsprekers aan.
Het volume op de Level [ ] [ ] knoppen is te
laag ingesteld.
Druk op de Level [
] [ ] knoppen om het volume
te verhogen.
Het volume van het expressiepedaal is te laag
ingesteld.
Druk het expressiepedaal in.
Er is geen stem geselecteerd.
Stemmen waarvan de knop verlicht is, kunnen
gespeeld worden.
Druk op een Voice knop om een stem te
selecteren.
Er is geen geluid te horen (wanneer externe
apparaten zijn aangesloten)
De stroom van de aangesloten apparaten is niet
aangezet.
Gebruik de correcte procedure om de stroom van
de aangesloten externe apparaten uit te zetten.
Er is geen geluid (van het onderste klavier)
hoorbaar
Drums/SFX zijn voor het onderste klavier
geselecteerd, maar u speelt een toets waaraan
geen drumklank is toegewezen.
Zet de Drums/SFX uit of speel toetsen waaraan
drumklanken toegewezen zijn.
Het onderste klavier produceert geen geluid
terwijl een intro of einde wordt gespeeld.
Dit is geen storing.
Er is geen geluid van de twaalf toetsen aan
de rechterkant van het onderste klavier
De V-LINK functie is op Mode 2 ingesteld.
Als de V-LINK instelling Mode 2 is, wordt de groep
van twaalf toetsen, uiterst rechts op het onderste
klavier, voor het besturen van videobeelden
gebruikt.
Om deze reden worden er geen geluiden
gespeeld als u deze toetsen indrukt.
Zet de V-LINK functie uit of selecteer Mode 1 voor
de V-LINK functie.
116
Probleemoplossing
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Kan de harmonische 1’ balk niet horen
Percussie [2 2/3’] knop of Percussie [4’] knop is
aangezet.
Als de Percussie [2 2/3’] knop of Percussie [4’] knop
aanstaat, is het geluid van de 1’ harmonische balk
niet te horen.
Dit is geen storing.
Problemen met het geluid
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Als de menselijke stem Jazz Scat’ is
geselecteerd, verandert de speeldynamiek
het geluid niet
De instelling van ‘Initial Touch is op OFF ingesteld. Zet ‘Initial Touch’ aan.
Het Rotary-eect wordt niet toegepast.
Bij sommige klanken kan het Rotary-eect niet
toegepast worden.
Dit is geen storing.
Het Overdrive-eect wordt niet toegepast
Bij sommige klanken kan het Overdrive-eect niet
toegepast worden.
Dit is geen storing.
Als u uw vingers van het onderste klavier
neemt, blijft de noot klinken.
De Easy One Finger staat op ON.
Druk op de Pedal [To Lower] knop om deze uit te
zetten (donker).
Zelfs als u slechts één toets indrukt, klinkt
een aantal noten tegelijk.
Harmony Intelligence staat op ON. Zet ‘Harmony Intelligence’ uit.
Chord Intelligence staat op ON. Zet Chord Intelligence uit.
Toonhoogte is niet juist
Transpositie is ingeschakeld.
Druk de Transpose [-] [+] knoppen tegelijk in, om
de transpositie te annuleren (de indicators van de
Transpose [-] [+] knoppen doven uit).
De stemming is niet juist. Pas de standaard toonhoogte aan.
U speelt toetsen buiten de aanbevolen reeks
terwijl Octave Shift is ingesteld. Dit duidt niet op
een storing.
Pas de Octave Shift instelling aan.
Geluid is vervormd/krakerig
Het Part Balance volume van elk Part is te hoog.
Druk op de Part Balance knop om het volume te
verlagen.
Het Reverb volume wordt verhoogd, terwijl het
volume van elke Part Balance knop al verhoogd is.
Verlaag het Reverb volume of stel de Part Balance
van elk Part bij.
De [Master Volume] schuifregelaar is verhoogd om
het algehele volume overmatig te verhogen.
Gebruik de [Master Volume] schuifregelaar om het
algehele volume te verlagen.
Sommige toetsen (van bepaalde klavier
Parts) klinken vreemd
U speelt noten buiten de aanbevolen reeks van
de stem.
Dit is geen storing.
Bas is hoorbaar, hoewel u het bas
voetklavier niet bespeelt.
De Pedal [To Lower] knop of de ‘Bass Split knop
is aan.
Als de Pedal [To Lower] knop aan is, wordt de bas
door het onderste klavier ten gehore gebracht.
In het Pedal Part drukt u op de Pedal [To Lower]
knop om de ‘Bass Split’ functie uit te zetten.
Als hetzelfde geluid op het bovenste en
onderste klavier wordt gespeeld, is het
volume verschillend.
Op één van de klavieren is ‘Initial Touch aangezet.
Stel de Initial Touch instellingen van het bovenste
klavier en onderste klavier allebei op ON of allebei
op O.
Het geluid wordt niet correct gespeeld.
Als u hetzelfde soort geluid stapelt (bijvoorbeeld
Strings 1 en Strings 5) of een Octave-Shifted
orgelgeluid speelt, kan de timing waarop u een
noot speelt of de faseverhouding tussen de twee
geluiden, de manier waarop geluiden hoorbaar
zijn beïnvloeden, maar dit is geen storing.
Anders kunt u een orgelklank met Octave Shift
spelen.
U stapelt geluiden van hetzelfde type (bijv. Strings
1 en Strings 5).
Dit is geen storing.
Als het expressiepedaal wordt ingedrukt
terwijl ATELIER uitvoeringsdata wordt
afgespeeld, wordt een krakend geluid
geproduceerd.
De functie van het expressiepedaal is tijdens
het afspelen van ATELIER uitvoeringsdata op
‘PEDAL+COMPOSER’ ingesteld.
Als deze instelling wordt gebruikt, kan het
bewegen van het expressiepedaal, terwijl
ATELIER uitvoeringsdata wordt gespeeld, een
verschil tussen de expressiepedaal informatie
in de uitvoeringsdata en het volume zoals dat
met het expressiepedaal is ingesteld creëren,
wat kan veroorzaken dat een geluid als dit wordt
geproduceerd.
Zet de functie van het expressiepedaal tijdens het
afspelen op ‘PEDAL.
117
Probleemoplossing
AppendicesAppendix
Probleemoplossing
Registraties schakelen niet correct over
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Het ritme verandert niet als u op de
registratieknoppen drukt.
De instelling waarop registraties worden
opgeroepen (Registration Arranger Update) is op
‘DELAYED’ ingesteld.
Zet de timing waarmee de Arranger instellingen
worden opgeroepen (Registration Arranger
Update) op ‘INSTANT.
Ritme of automatische begeleiding klinkt niet correct
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Ritme klinkt niet Rhythm Lock is aan. Zet Rhythm Lock uit.
Automatische begeleiding klinkt vreemd
Als Chord Intelligence op OFF staat, werden de
toetsen voor een akkoord niet tegelijk ingedrukt.
Zet de Chord Intelligence functie aan of speel het
akkoord op juiste wijze.
Als Chord Intelligence op OFF staat, wordt het
akkoord niet juist ingedrukt.
Zet de Chord Intelligence functie aan of speel het
akkoord op juiste wijze.
Als uitvoeringsdata van een ander apparaat
dan de ATELIER samen met de automatische
begeleiding wordt gespeeld, kan de automatische
begeleiding mogelijk niet juist klinken.
Dit is geen storing.
Ritme klinkt vreemd
Als uitvoeringsdata van een ander apparaat
dan de ATELIER samen met de automatische
begeleiding wordt gespeeld, kan de ritme-
uitvoering mogelijk niet juist klinken.
Dit is geen storing.
Als u een ritme met een intro start, is het
ritme niet te horen
Sommige ritmes hebben geen ritmegeluiden in
het intro.
Dit is geen storing.
De basnoot van de automatische
begeleiding is niet hoorbaar
Als een stem voor het Pedal Bass Part is
geselecteerd, is de bas van de automatische
begeleiding niet hoorbaar.
Dit is geen storing.
Kan de Chord Intelligence functie niet
gebruiken
Chord Intelligence is op OFF ingesteld. Zet Chord Intelligence aan.
Song wordt niet correct gespeeld
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Uitvoeringsdata kan niet worden
afgespeeld.
Terwijl het Utility menu in het scherm wordt
weergegeven (met uitzondering van Channel
Mute en Track Mute), kan er niet worden
afgespeeld.
Als u uitvoeringsdata wilt afspelen, drukt u op
de [Display/Exit] knop om het Utility menu te
verlaten.
Bepaalde instrumenten zijn niet hoorbaar
als een song wordt gespeeld.
De track is gedempt (Mute). Zet de demping van de track uit.
Opnemen is niet mogelijk
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Opnemen is niet mogelijk
Als u een eerder opgenomen track wilt wissen,
en dan opnieuw wilt opnemen, drukt u op de
track knop van de gewenste knop, zodat die knop
knippert, voordat u begint met opnemen.
Druk op de track knop van de gewenste track,
om de indicator van die knop te laten knipperen
voordat u begint met opnemen.
Terwijl het Utility menu in het scherm wordt
weergegeven, kan er niet worden afgespeeld.
Als u uitvoeringsdata wilt opnemen, drukt u op
de [Display/Exit] knop om het Utility menu te
verlaten.
De opgenomen uitvoering is verdwenen
Elke opgenomen uitvoering wordt verwijderd als
de ATELIER wordt uitgezet.
Een uitvoering kan niet hersteld worden nadat
deze is verwijderd. Zorg dat u deze in een USB-
geheugen opslaat voordat u de stroom uitzet.
118
Probleemoplossing
Problemen met afspeelfuncties
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Als u uw hand boven de D Beam Controller
beweegt, wordt er geen geluid gepro-
duceerd.
Als een D Beam knop rood verlicht is, en u uw
hand boven de D Beam Controller beweegt, wordt
een eect op de klank die u op het klavier speelt
toegepast.
Druk nogmaals op de D Beam knop, zodat de
knop groen is verlicht.
Demperpedaal werkt niet.
Het demperpedaal is alleen op het onderste
klavier van invloed. Het demperpedaal is niet
op het bovenste klavier en bas voetklavier van
invloed.
Dit is geen storing.
Het demperpedaal heeft geen eect op de
solostem.
Dit is geen storing.
Expressiepedaal werkt niet.
De functie van het expressiepedaal tijdens
opname of de functie tijdens het afspelen, is op
‘COMPOSER’ ingesteld.
Zet de expressiepedaal functie tijdens opnemen
op ‘PEDAL, en tijdens afspelen op ‘PEDAL of ‘PEDAL
+ COMPOSER’.
Kan de functies die aan de voetschakelaar
zijn toegewezen niet gebruiken.
Als ‘Registration Shift’ (van registratie veranderen)
op ‘RIGHT’, ‘LEFT of ‘RIGHT + Load Next
staat, wordt de voetschakelaar gebruikt voor het
schakelen van de registratie.
Zet ‘Registration Shift’ uit.
Problemen met geluidsbestanden
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Kan geen geluidsbestand afspelen
Wordt het formaat van het geluidsbestand door
de ATELIER ondersteund?
Om afgespeeld te kunnen worden, moeten
geluidsbestanden het volgende formaat hebben.
• Bestandsnaamextensie is .wav’.
• 16-bit lineaire sampling
• Samplesnelheid is 44.1 kHz
Dit is geen storing.
Kan niet samen met een geluidsbestand
opnemen/kan geen geluidsbestanden naar
het interne geheugen kopiëren
Op de ATELIER kan niet met gebruik van
geluidsbestanden worden opgenomen, en
kunnen geluidsbestanden niet naar het interne
geheugen gekopieerd worden.
Dit is geen storing.
Overige problemen
Probleem Oorzaak Handeling Pag.
Kan niet lezen van/opslaan in het
USB-geheugen
Gebruikt u een USB-geheugen dat niet door
Roland is gemaakt?
Een juiste werking kan niet gegarandeerd worden
als u een USB-geheugen dat niet door Roland is
gemaakt gebruikt.
De instelling van het USB-geheugen is niet correct. Verander de USB Memory instelling.
119
Storingsmeldingen
Appendix
Storingsmeldingen
Storingsmelding Betekenis
Copy Protected. Can’t Save.
Ter bescherming van het auteursrecht kan dit muziekbestand niet als SMF formaat worden
opgeslagen.
Write-Protected Media
De beveiligslipje van het opslagmedium is op de Protect positie (beveiligd tegen schrijven) ingesteld.
Schuif het lipje naar de Write (schrijven toegestaan) positie, en probeer de operatie opnieuw uit te
voeren.
Can’t Save This Song. U kunt het muziekbestand alleen afspelen. Dit kan niet op een opslagmedium worden opgeslagen.
Master Disk
Op dit opslagmedium kan niet geïnitialiseerd of opgeslagen worden. Plaats een ander opslagme-
dium en probeer het opnieuw.
Read Only File Een bestand op dit opslagmedium kan niet overschreven, opgeslagen of verwijderd worden.
No Media Het opslagmedium is niet aangesloten. Sluit een opslagmedium aan.
Media Full
Opslaan is niet mogelijk omdat er niet voldoende ruimte op het opslagmedium aanwezig is. Gebruik
een ander opslagmedium, dat op de ATELIER is geformatteerd.
Unknown Media Dit opslagmedium kan niet gebruikt worden. Formatteer het opslagmedium.
Media Ejected
Terwijl toegang tot het opslagmedium werd gezocht, werd het ontkoppeld. Probeer de operatie
opnieuw uit te voeren.
Damaged Media Er is een beschadigd gebied in het opslagmedium aangetroen.
Can’t Read. Deze data kan niet gelezen worden.
Can’t Play.
Afspelen is stopgezet omdat de song niet snel genoeg gelezen kon worden.
De song kon niet snel genoeg van het opslagmedium worden gelezen om afgespeeld te worden.
Druk op de [Reset] knop, en druk dan nog een keer op de [Play/Stop] knop.
No Rhythm
Er is geen ritme in het User-geheugen.
Het ritme dat door de geselecteerde registratie wordt gebruikt, is uit het User-geheugen verwijderd
of de volgorde is veranderd.
Memory Full
De songdata is overmatig groot, en kan niet geladen worden.
De uitvoeringsdata is overmatig groot, en kan niet geladen worden.
De data kan niet in het User-geheugen worden opgeslagen, aangezien het User-geheugen vol is.
MIDI Buer Full
De ATELIER kan de overmatige hoeveelheid MIDI-data, die vanaf een extern MIDI-apparaat wordt
verzonden, niet verwerken. Reduceer de hoeveelheid MIDI-data die naar de ATELIER wordt gestuurd.
Communication Error
Een MIDI-kabel of een computerkabel is ontkoppeld. Sluit deze stevig aan.
De ATELIER kan de data die werd verzonden niet verwerken.
Zend data die de ATELIER kan verwerken.
A MIDI transmission error has occurred. De dataoverdracht is mislukt. Probeer de data opnieuw over te brengen.
Memory Full Opnemen of bewerken is niet mogelijk, omdat het geheugen van de ATELIER vol is.
Memory Error
In het interne geheugen is een storing opgetreden.
Voer de operatie opnieuw uit. Als deze indicatie blijft verschijnen, nadat u de operatie herhaaldelijk
heeft geprobeerd, neemt u contact op met Roland onderhoud.
This is registration data of a type that is not supported. Dit instrument kan deze registratie niet gebruiken.
USB over current
Een USB-geheugen dat niet door de ATELIER wordt ondersteund is aangesloten. Dit USB-geheugen
kan niet met de ATELIER worden gebruikt.
120
Akkoordenlijst
symbool: geeft de grondtoon van een akkoord aan.
symbool: een akkoord dat met een wordt aangegeven, kan gespeeld worden door slechts de toets met de in te drukken.
E 6
Em7 5 Fm7 5Dm7 5C#m7 5Cm7 5
C C# D E E F
Cmaj7 C#maj7 Dmaj7 E maj7 Emaj7 Fmaj7
C7 C#7 D7 E 7 E7 F7
Cm C#m Dm E m Em Fm
Cm7 C#m7 Dm7 E m7 Em7 Fm7
Cdim C#dim Ddim E dim Edim Fdim
Caug C#aug Daug E aug Eaug Faug
Csus4 C#sus4 Dsus4 E sus4 Esus4 Fsus4
C7sus4 C#7sus4 D7sus4 E 7sus4 E7sus4 F7sus4
E m7 5
C6 C#6 D6 E6
Cm6 Dm6 Em6
F6
Fm6
C#m6 E m6
121
Akkoordenlijst
AppendicesAppendix
Akkoordenlijst
B 6
B m6
Gm7 5F#m7 5 Bm7 5
F# G A A B B
F#maj7 Gmaj7 A maj7 Amaj7 B maj7 Bmaj7
F#7 G7 A 7 A7 B 7 B7
F#m Gm A m Am B m Bm
F#m7 Gm7 A m7 Am7 B m7 Bm7
F#dim Gdim A dim Adim B dim Bdim
Am7 5
F#aug Gaug A aug Aaug B aug Baug
F#sus4 Gsus4 A sus4 Asus4 B sus4 Bsus4
F#7sus4 G7sus4 A 7sus4 A7sus4 B 7sus4 B7sus4
B m7 5A m7 5
G6
Gm6
A6A 6 B6
Bm6Am6A m6
F#6
F#m6
122
Woordenlijst
Akkoord
Noten van twee of meer toonhoogtes die gelijktijdig klinken.
Akkoorden die uit drie noten bestaan worden drieklanken’ genoemd,
en zijn de meest basale akkoordtypes.
Arrangement
Dit verwijst naar veranderingen die in een oorspronkelijk muziekstuk
zijn aangebracht, door een nieuwe begeleiding toe te voegen of door
de instrumenten te veranderen.
Automatic Accompaniment
Automatic Accompaniment is automatische begeleiding, waarbij
slechts enkele toetsen in de lage sectie van het klavier worden
ingedrukt om een akkoord te speciceren.
Basisakkoord
Dit verwijst naar de meest gebruikte akkoordtypes, die meestal
de volgende zes types zijn: majeur akkoorden, mineur akkoorden,
mineur septiemakkoorden, mineur septiem (5) akkoorden, dominant
septiemakkoorden en verminderde septiemakkoorden.
Einde
Dit is het laatste deel van de begeleiding. Als u de automatische
begeleiding stopt, speelt de ATELIER een einde dat bij het ritme past.
Geluidsgenerator
Dit is de sectie de het geluid produceert. De ATELIER serie gebruikt een
geluidsgenerator die met GM2/GS compatibel is.
Glide
Een eect dat de toonhoogte tijdelijk verlaagt, en dan geleidelijk naar
normaal terug laat keren.
Grondtoon
De grondtoon is de basis van een akkoord. Alle akkoorden zijn op een
grondtoon gebouwd, die het gedeelte van de naam dat in hoofdletters
wordt geschreven vormt.
Intro
Dit is het introductie gedeelte van een automatische begeleiding
uitvoering. Als de automatische begeleiding begint, kan de ATELIER
een passend intro voor elk ritme toevoegen.
Legato spel
Dit verwijst naar het spelen van opeenvolgende noten, zonder dat er
een onderbreking merkbaar is. Op een toetsinstrument speelt u de
volgende noot net iets voordat de daarvoor ingedrukte toets wordt
losgelaten, zodat de noten elkaar kort overlappen.
Mute
Een geluid dempen. De ATELIER heeft een Track Mute functie,
waarmee de Track knop indicator van een track waarop muziekdata is
opgenomen uitgezet kan worden, zodat de corresponderende track
tijdelijk wordt gedempt.
Omkering
Als de laagste noot van een akkoord de grondtoon is, bevindt het
akkoord zich aan de basis’. Daar tegenover worden vormen van
een akkoord, waarbij andere noten de laagste toonhoogte hebben,
omkeringen genoemd.
Paneelinstellingen
Instellingen zoals klankselecties, tempo, Rotary Fast/Slow.
Registratie
Een set data die de status van het instrument tijdens het spelen
speciceert, inclusief klanken en paneelinstellingen.
Reverb
Een eect dat de weerkaatsing van een kamer of concertzaal nabootst.
Rotary
Een eect dat de modulatie van het geluid, als een roterende
luidsprekers wordt gebruikt, simuleert. Het Rotary-eect produceert
twee types modulatie: snel en langzaam.
Split
Een functie waarmee het klavier in twee of meer gebieden verdeeld
kan worden, en een andere klank aan elk gebied toegewezen kan
worden. Het punt waarop het klavier wordt verdeeld, heet het
splitspunt’.
Staccato spel
Dit is het tegenovergestelde van Legato spel, en betekent dat alle
gespeelde noten duidelijk van elkaar zijn gescheiden . Met andere
woorden, u laat de toets die ingedrukt is los, voordat de volgende noot
wordt gespeeld.
Stem
De ATELIER kan de klanken van verscheidene instrumenten
produceren. Deze klanken worden stemmen genoemd.
Sustain
Een eect dat Decay aan elke noot toevoegt. Met de ATELIER kan
Sustain op de stemmen van het Upper Part, Lower Part en Pedal part
worden toegepast.
Vibrato
Een eect dat de toonhoogte op cyclische wijze moduleert.
123
Opgeslagen onderdelen
Appendix
Opgeslagen onderdelen
Instellingen die worden opgeslagen nadat de
stroom wordt uitgezet
Arranger Update
Auto Std Tempo (Auto Standard Tempo)
Aux Out Mode
D Beam gevoeligheid
Ez Touch
Exp. Curve (Expressie curve)
LCD Contrast
Teksten
ManualButtonAssign
Master Tune
Metronoomgeluid
MIDI IN modus
Registration Shift
Send PC Switch
Trans. Update (Transpose Update)
USB-driver
USB Memory modus
Registratienaam
Instellingen die onder de registratieknopen
worden opgeslagen
Arranger Update
Exp. Curve (expressie curve)
ManualButtonAssign
Registration Shift
Trans. Update (Transpose Update)
Registratienaam
Instellingen die onder de individuele
registratieknoppen worden opgeslagen
Reverbtype
Reverbdiepte
Solo [To Lower] knop (ON/OFF)
Pedal [To Lower] knop (ON/OFF)
Transpose [-] [+] knop (Key Transpose)
L Foot Switch Assignment (toewijzing voor linker voetschakelaar)
R Foot Switch Assignment (toewijzing voor rechter voetschakelaar)
[Harmony Intelligence] knoppen (ON/OFF)
Harmony Intelligence Type
Rotary [Fast/Slow] knop (ON/OFF)
Rotary [On/O ] knop (ON/OFF)
Vibrato/Chorus Part
Overdrive
Pedal Bass modus
Solo modus
Solo To Lower modus
Solo splitspunt
Bas splitspunt (ON/OFF)
Bas splitspunt
Sustain ON/OFF
Sustain lengte
Tx MIDI-kanaal
Initial Touch (Initial Touch gevoeligheid)
Vintage Organ type
Vintage Organ volume
PC nummer (Program Change nummer)
Bank LSB (Bank Select LSB)
Bank MSB (Bank Select MSB)
Muurtype
De stemmen die aan elk Part zijn toegewezen
Niveau [
] [ ] (Part Balance volume)
De Reverbdiepte voor elk Part
De Octave instellingen voor elke Part
De stem die aan de [Others] knop van elk Part is toegewezen.
[Drums/SFX] knop (ON/OFF)
Drum/SFX Set
[Manual Percussion] knop (ON/OFF)
Manual Percussion set
Geselecteerde ritme
[Intro/Ending] knop (ON/OFF)
Sync Start (ON/OFF)
Variatie
Chord Intelligence ON/OFF
Leading Bass ON/OFF
Arranger [ON/OFF] knop (ON/OFF)
AccompPartBalance
Lower Voice Hold (ON/OFF)
Tempo-instelling
Volume van het ritme Part
Reverbdiepte van het ritme begeleidingsgedeelte
Reverbdiepte van het ritme drumgedeelte
Reverbdiepte van het ritme basgedeelte
Pitch Bend Range
Instelling van de D Beam knop
124
Hoofdspecicaties
ATELIER Combo AT-350C: Music ATELIER
Klavier
Upper 49 toetsen (C3-C7)
Lower 64 toetsen (Waterfall klavier, A1-C7)
Initial Touch Upper, Lower (10 niveaus voor elk)
Geluidsgenerator
Geluidsgenerator In overeenstemming met GM2/GS/XGlite
Max. polyfonie 128
Stemmen 243 stemmen (inclusief 15 SuperNATURAL stemmen en 8 Active Expression stemmen)
Upper Part Orgel, Orkest
Lower Part Lower
Solo Part Solo
Pedal Part Pedaal
Vintage orgel Fluit (met volledige harmonische balken)
Ritme
Ritme 210 ritmes in 8 groepen x 4 variaties
User ritme 99 ritmes
Arranger functie
Tempo, Arranger On/O, Start/Stop, Sync Start, Intro, Einde, Intro Count Down, Break, Auto Fill In, Variation
(4 variaties), One Touch, Program, Chord Intelligence, Leading Bass, Auto Standard Tempo
Music Assistant Meer dan 240 titels x 3 variaties
One Touch Program 210 ritmes x 4 variaties
Drums/SFX Sets 17 drumsets + 1 SFX set
Manual Percussion sets 7 sets
Harmony Intelligence 18 types
Master Tuning 415.3-466.2 Hz (aan te passen in stappen van 0.1 Hz)
Key Transpose -4-+7 (in halve tonen)
Playback Transpose -6-+5 (in halve tonen)
Eecten Rotary Sound, RSS Reverb, Sustain, Vibrato, Glide, D Beam, Overdrive
Registratie
Registratie 8 geheugens
Functie Load Next, Registration Shift
Composer
Tracks 7 tracks
Nootopslag Ongeveer 40.000 noten
Songlengte Max. 999 maten
Tempo Kwartnoot = 20-500
Resolutie 120 tikken per kwartnoot
Opnemen Realtime (Replace)
Geluidsopname WAV (44.1 kHz, 16-bit lineair formaat)
Bestandopslag
Media USB-geheugen
Songs opslaan MUSIC ATELIER origineel formaat, SMF formaat 0, WAV
Songs Max. 99 songs voor elke map
Beeldscherm Grasch LCD 128 x 64 stippen
Aansluitingen
Main Out Jacks (L/Mono, R)
AUX Out (L/Mono, R)
Input Jacks (L/Mono,R)
Phones Jack (stereo)
Pedal Jacks (demper, expressie, Control)
MIDI-aansluitingen (In, Out)
PK IN aansluiting
USB (MIDI) aansluiting
USB Memory-aansluiting
DC IN Jack
Stroomvoorziening DC 9V (adapter)
Stroom 1,000 mA
Afwerking Zwart
Afmetingen
1.250 (B) x 510 (D) x 370 (H) mm (inclusief muzieksteun)
1.250 (B) x 510 (D) x 190 (H) mm (muzieksteun niet inbegrepen)
Gewicht
25.5 Kg (inclusief muzieksteun)
24.5 Kg (muzieksteun niet inbegrepen)
125
Hoofdspecicaties
AppendicesAppendix
Hoofdspecicaties
Accessoires
Muzieksteun
Adapter
Netsnoer
PK kabel
Gebruikershandleiding
Stemmen & Ritmegids
Opties (apart verkrijgbaar)
Klavierstandaard: KS-G8, KS-12
Voetklavier: PK-25A, PK-7A
Demperpedaal: DP-10, DP-2
Expressiepedaal: EV-7
Bank
Stereo koptelefoon
USB-geheugen
CD-drive
Keyboardversterker: KC-110, SA-1000
* In het belang van productverbetering kunnen de specicaties en/of het uiterlijk van dit apparaat zonder voorafgaande mededeling veranderen.
126
Index
A
Aardeklem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
AccompPartBalance . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
Accomp/SMF [ ] [ ] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Active Expression stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56
Adapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Aftelgeluid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
[Alternate] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
Arranger . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .62
Arranger [On/O] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .62
Arranger Update . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Audio Rec Gain . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
Auto [Fill In] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Auto Std Tempo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
Aux Out . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .112
Aux OUT Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .112
Aux Out modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .112
B
[Bass] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Bass Split . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Bas splitspunt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Bovenste klavier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
[Bwd] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
C
CD Audio Sync . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
CD/Audio Type . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
CD-drive . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .109
Center Cancel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .110
Channel Mute . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
Chord Intelligence . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95
Chorus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Computer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .113
Copy Registration . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .102
Copy Rhythm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .103
Copy Song . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .101
Count In . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Creëren, een map . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .100
D
D Beam Controller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
D Beam Controller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
D Beam gevoeligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
DC In Jack (adapteraansluiting) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Demosong. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Demperpedaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56
[Display/Exit] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
[Drums/SFX] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
E
Easy One Finger . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Einde . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Exp. Curve . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
Expressiepedaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Exp. Source . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
EZ Touch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
F
Factory Reset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .108
Fill-In . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
[Filter] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
[Fwd] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
G
Geluid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Gids . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .110
H
Handmatige percussie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Harmonische balk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
Harmony Intelligence . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
[Harmony Intelligence] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
[H-Bar Manual] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
I
Initial Touch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Input Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 111
Intro . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Intro Count Down . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
[Intro/Ending] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .60
K
Key Transpose . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Koptelefoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
KS-12 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
KS-G8. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
L
Laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
LCD Contrast . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106
Leading Bass . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
Lengte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
Level [ ] [ ] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .35
L Foot Switch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
[Load] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 80
Load Next . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
[Lower] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Luidspreker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
M
Maatsoort . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Main Out Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 23
[Manual] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Manual ButtonAssign . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .72
[Manual Percussion] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Master Tune . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106
[Master Volume] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Media formatteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104
[Media] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Memory aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .109
Metronoom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Metronoomgeluid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Metronoomvolume . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
MIDI . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .113
MIDI-aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 113
MIDI IN modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105
Music Assistant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
[Music Assistant] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .31
Muurtype . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .42
N
Naam
Map . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .100
Uitvoeringsdata . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82, 86, 87
Registratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
O
Octave Shift . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .37
Onderste klavier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28, 45
One Touch Program . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
[One Touch Program] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .74
Geluidsformaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Geluidsopname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .74
Ieder Part . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Opnieuw opnemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78, 80
Opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 81
SMF formaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 75
SMF opname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
[Others] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .30
Overdrive . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
P
Panel Reset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .107
Part Balance Monitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Parts . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
PC nummer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105
Pedaalschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Pedal Bass modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Pedal [Control] Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
127
Index
AppendicesAppendix
Index
Pedal [Damper] Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .26
Pedal [Expression] Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Pedal jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Pedal Level [ ] [ ] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 35
Pedalen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24
Pedal To Lower . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Pedal [To Lower] knop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Percussie [2 2/3’] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Percussie [4’] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Percussion [Fast Decay] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Phones Jack . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19, 24
Pitch Bend Range . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
[Pitch] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
PK In aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18, 24
Playback Transpose . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
[Play/Stop] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
R
[Rec] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Registratie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66, 67
Bewaren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67
Laden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Oproepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .67
Opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 73
[Registration] knop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Registratieset . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
Registration Shift . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
[Reset] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Reverb . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Reverb [
] [ ] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Reverbtype . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
R Foot Switch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Rhythm [Ballad/User] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Rhythm Lock . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106
Ritme . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .58
Rotary . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Rotary Sound [On/O] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
S
Send PC Switch . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105
SMF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 74
Solo modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Solo splitspunt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Solo To Lower . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Solo [To Lower] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Solo [To Lower] modus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
[Solo/Upper] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Solostem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
[Song] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Standaard . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
[Start/Stop] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Stroom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
SuperNATURAL stem . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Sustain . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40
T
Taal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106
Teksten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
Tempo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Tempo knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 62
Track Mute . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
Transpositie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Trans. Update . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Tx MIDI Channel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105
U
USB-driver . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .113
USB-geheugen
Formatteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .104
USB-geheugen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
USB Memory aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19, 26
USB (MIDI) aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .18
User-geheugen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .59
Utility . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 90
[Utility] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 90
V
Variatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Variatie knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .63
Vibrato . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
[Vib/Cho] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .34
Vibrato/Chorus Part . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
VIMA TUNES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 110, 111
Vintage Organ knop. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .32
Vintage Organ [On/O] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
VintageOrganVolume . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Vintage Orgel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
V-LINK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .106
Voetklavier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .24
Voetschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 57
Voice knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 29
[Volume] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44
W
[Write] knop . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 67
128
Informatie
Als u een reparatiedienst nodig heeft, neemt u contact op met een Roland Service Centrum of
erkende Roland distributeur in uw land. Deze zijn hieronder te vinden.
AFRICA
EGYPT
Al Fanny Trading O ce
9, EBN Hagar Al Askalany Street,
ARD E1 Golf, Heliopolis,
Cairo 11341, EGYPT
TEL: (022)-417-1828
REUNION
MARCEL FO-YAM Sarl
25 Rue Jules Hermann,
Chaudron - BP79 97 491
Ste Clotilde Cedex,
REUNION ISLAND
TEL: (0262) 218-429
SOUTH AFRICA
T.O.M.S. Sound & Music (Pty)Ltd.
2 ASTRON ROAD DENVER
JOHANNESBURG ZA 2195,
SOUTH AFRICA
TEL: (011) 417 3400
Paul Bothner(PTY)Ltd.
Royal Cape Park, Unit 24
Londonderry Road, Ottery 7800
Cape Town, SOUTH AFRICA
TEL: (021) 799 4900
ASIA
CHINA
Roland Shanghai Electronics
Co.,Ltd.
5F. No.1500 Pingliang Road
Shanghai 200090, CHINA
TEL: (021) 5580-0800
Roland Shanghai Electronics
Co.,Ltd. (BEIJING OFFICE)
3F, Soluxe Fortune Building
63 West Dawang Road, Chaoyang
District, Beijing, CHINA
TEL: (010) 5960-2565
HONG KONG
Tom Lee Music
11/F Silvercord Tower 1
30 Canton Rd
Tsimshatsui, Kowloon,
HONG KONG
TEL: 852-2737-7688
Parsons Music Ltd.
8th Floor, Railway Plaza, 39
Chatham Road South, T.S.T,
Kowloon, HONG KONG
TEL: 852-2333-1863
INDIA
Rivera Digitec (India) Pvt. Ltd.
411, Nirman Kendra Mahalaxmi
Flats Compound O . Dr. Edwin
Moses Road, Mumbai-400011,
INDIA
TEL: (022) 2493 9051
INDONESIA
PT. Citra Intirama
Ruko Garden Shopping Arcade
Unit 8 CR, Podomoro City
Jl.Letjend. S.Parman Kav.28
Jakarta Barat 11470, INDONESIA
TEL: (021) 5698-5519/5520
KOREA
Cosmos Corporation
1461-9, Seocho-Dong,
Seocho Ku, Seoul, KOREA
TEL: (02) 3486-8855
MALAYSIA/
SINGAPORE
Roland Asia Paci c Sdn. Bhd.
45-1, Block C2, Jalan PJU 1/39,
Dataran Prima, 47301 Petaling
Jaya, Selangor, MALAYSIA
TEL: (03) 7805-3263
PHILIPPINES
G.A. Yupangco & Co. Inc.
339 Gil J. Puyat Avenue
Makati, Metro Manila 1200,
PHILIPPINES
TEL: (02) 899 9801
TAIWAN
ROLAND TAIWAN ENTERPRISE
CO., LTD.
9F-5, No. 112 Chung Shan
North Road Sec. 2 Taipei 104,
TAIWAN R.O.C.
TEL: (02) 2561 3339
THAILAND
Theera Music Co. , Ltd.
100-108 Soi Verng Nakornkasem,
New Road,Sumpantawong,
Bangkok 10100, THAILAND
TEL: (02) 224-8821
VIET NAM
VIET THUONG CORPORATION
386 CACH MANG THANG TAM ST.
DIST.3, HO CHI MINH CITY,
VIET NAM
TEL: (08) 9316540
OCEANIA
AUSTRALIA/
NEW ZEALAND
Roland Corporation
Australia Pty.,Ltd.
38 Campbell Avenue
Dee Why West. NSW 2099,
AUSTRALIA
For Australia
TEL: (02) 9982 8266
For New Zealand
TEL: (09) 3098 715
CENTRAL/LATIN
AMERICA
ARGENTINA
Instrumentos Musicales S.A.
Av.Santa Fe 2055
(1123) Buenos Aires, ARGENTINA
TEL: (011) 4508-2700
BARBADOS
A&B Music Supplies LTD
12 Webster Industrial Park
Wildey, St.Michael, BARBADOS
TEL: (246) 430-1100
BRAZIL
Roland Brasil Ltda.
Rua San Jose, 211
Parque Industrial San Jose
Cotia - Sao Paulo - SP, BRAZIL
TEL: (011) 4615 5666
CHILE
Comercial Fancy II S.A.
Rut.: 96.919.420-1
Nataniel Cox #739, 4th Floor
Santiago - Centro, CHILE
TEL: (02) 688-9540
COLOMBIA
Centro Musical Ltda.
Cra 43 B No 25 A 41 Bododega 9
Medellin, COLOMBIA
TEL: (574) 3812529
COSTA RICA
JUAN Bansbach Instrumentos
Musicales
Ave.1. Calle 11, Apartado 10237,
San Jose, COSTA RICA
TEL: 258-0211
CURACAO
Zeelandia Music Center Inc.
Orionweg 30
Curacao, Netherland Antilles
TEL: (305) 5926866
DOMINICAN REPUBLIC
Instrumentos Fernando Giraldez
Calle Proyecto Central No.3
Ens.La Esperilla
Santo Domingo,
DOMINICAN REPUBLIC
TEL: (809) 683 0305
ECUADOR
Mas Musika
Rumichaca 822 y Zaruma
Guayaquil - ECUADOR
TEL: (593-4) 2302364
EL SALVADOR
OMNI MUSIC
75 Avenida Norte y Final Alameda
Juan Pablo II,
Edi cio No.4010 San Salvador,
EL SALVADOR
TEL: 262-0788
GUATEMALA
Casa Instrumental
Calzada Roosevelt 34-01,zona 11
Ciudad de Guatemala,
GUATEMALA
TEL: (502) 599-2888
HONDURAS
Almacen Pajaro Azul S.A. de C.V.
BO.Paz Barahona
3 Ave.11 Calle S.O
San Pedro Sula, HONDURAS
TEL: (504) 553-2029
MARTINIQUE
Musique & Son
Z.I.Les Mangle
97232 Le Lamantin,
MARTINIQUE F.W.I.
TEL: 596 596 426860
Gigamusic SARL
10 Rte De La Folie
97200 Fort De France
MARTINIQUE F.W.I.
TEL: 596 596 715222
MEXICO
Casa Veerkamp, s.a. de c.v.
Av. Toluca No. 323, Col. Olivar
de los Padres 01780 Mexico D.F.,
MEXICO
TEL: (55) 5668-6699
NICARAGUA
Bansbach Instrumentos
Musicales Nicaragua
Altamira D'Este Calle Principal
de la Farmacia 5ta.Avenida
1 Cuadra al Lago.#503
Managua, NICARAGUA
TEL: (505) 277-2557
PANAMA
SUPRO MUNDIAL, S.A.
Boulevard Andrews, Albrook,
Panama City, REP. DE PANAMA
TEL: 315-0101
PARAGUAY
Distribuidora De Instrumentos
Musicales
J.E. Olear y ESQ. Manduvira
Asuncion, PARAGUAY
TEL: (595) 21 492147
PERU
Audionet
Distribuciones Musicales SAC
Juan Fanning 530
Mira ores
Lima - PERU
TEL: (511) 4461388
TRINIDAD
AMR Ltd
Ground Floor
Maritime Plaza
Barataria TRINIDAD W.I.
TEL: (868) 638 6385
URUGUAY
Todo Musica S.A.
Francisco Acuna de Figueroa
1771
C.P.: 11.800
Montevideo, URUGUAY
TEL: (02) 924-2335
VENEZUELA
Instrumentos Musicales
Allegro,C.A.
Av.las industrias edf.Guitar import
#7 zona Industrial de Turumo
Caracas, VENEZUELA
TEL: (212) 244-1122
EUROPE
BELGIUM/FRANCE/
HOLLAND/
LUXEMBOURG
Roland Central Europe N.V.
Houtstraat 3, B-2260, Oevel
(Westerlo) BELGIUM
TEL: (014) 575811
CROATIA
ART-CENTAR
Degenova 3.
HR - 10000 Zagreb, CROATIA
TEL: (1) 466 8493
CZECH REP.
CZECH REPUBLIC DISTRIBUTOR
s.r.o
Voctárova 247/16
180 00 Praha 8, CZECH REP.
TEL: (2) 830 20270
DENMARK
Roland Scandinavia A/S
Skagerrakvej 7 Postbox 880
DK-2100 Copenhagen,
DENMARK
TEL: 3916 6200
FINLAND
Roland Scandinavia As, Filial
Finland
Vanha Nurmijarventie 62
01670 Vantaa, FINLAND
TEL: (0) 9 68 24 020
GERMANY/AUSTRIA
Roland Elektronische
Musikinstrumente HmbH.
Oststrasse 96, 22844 Norderstedt,
GERMANY
TEL: (040) 52 60090
GREECE/CYPRUS
STOLLAS S.A.
Music Sound Light
155, New National Road
Patras 26442, GREECE
TEL: 2610 435400
HUNGARY
Roland East Europe Ltd.
2045 Torokbalint, FSD Park,
building 3., HUNGARY
TEL: (23) 511011
IRELAND
Roland Ireland
E2 Calmount Park, Calmount
Avenue, Dublin 12,
Republic of IRELAND
TEL: (01) 4294444
ITALY
Roland Italy S. p. A.
Viale delle Industrie 8,
20020 Arese, Milano, ITALY
TEL: (02) 937-78300
NORWAY
Roland Scandinavia Avd.
Kontor Norge
Lilleakerveien 2 Postboks 95
Lilleaker N-0216 Oslo,
NORWAY
TEL: 2273 0074
POLAND
ROLAND POLSKA SP. Z O.O.
ul. Kty Grodziskie 16B
03-289 Warszawa, POLAND
TEL: (022) 678 9512
PORTUGAL
Roland Iberia, S.L.
Branch O ce Porto
Edifício Tower Plaza
Rotunda Eng. Edgar Cardoso
23, 9ºG
4400-676 Vila Nova de Gaia,
PORTUGAL
TEL: (+351) 22 608 00 60
ROMANIA
FBS LINES
Piata Libertatii 1,
535500 Gheorgheni, ROMANIA
TEL: (266) 364 609
RUSSIA
Roland Music LLC
Dorozhnaya ul.3,korp.6
117 545 Moscow, RUSSIA
TEL: (495) 981-4967
SERBIA
Music AP Ltd.
Sutjeska br. 5 XS - 24413 Palic,
SERBIA
TEL: (024) 539 395
SLOVAKIA
DAN Acoustic s.r.o.
Povazská 18.
SK - 940 01 Nové Zámky,
SLOVAKIA
TEL: (035) 6424 330
SPAIN
Roland Iberia, S.L.
Paseo García Faria, 33-35
08005 Barcelona, SPAIN
TEL: 93 493 91 00
SWEDEN
Roland Scandinavia A/S
SWEDISH SALES OFFICE
Mårbackagatan 31, 4 tr.
SE-123 43 Farsta, SWEDEN
TEL: (0) 8 683 04 30
SWITZERLAND
Roland (Switzerland) AG
Landstrasse 5, Postfach,
CH-4452 Itingen, SWITZERLAND
TEL: (061) 975-9987
UKRAINE
EURHYTHMICS Ltd.
P.O.Box: 37-a.
Nedecey Str. 30
UA - 89600 Mukachevo, UKRAINE
TEL: (03131) 414-40
UNITED KINGDOM
Roland (U.K.) Ltd.
Atlantic Close, SWANSEA SA7 9FJ,
UNITED KINGDOM
TEL: (01792) 702701
MIDDLE EAST
BAHRAIN
Moon Stores
No.1231&1249 Rumaytha
Building Road 3931,
Manama 339, BAHRAIN
TEL: 17 813 942
IRAN
MOCO INC.
NO.16 End of Nike St. Shariaty
Ave, Roberouye Cerah Mirdamad
Teheran, IRAN
TEL: (021)-2288-2998
ISRAEL
Halilit P. Greenspoon & Sons
Ltd.
8 Retzif Ha'alia Hashnia St.
Tel-Aviv-Yafo ISRAEL
TEL: (03) 6823666
JORDAN
MUSIC HOUSE CO. LTD.
FREDDY FOR MUSIC
P. O. Box 922846
Amman 11192, JORDAN
TEL: (06) 5692696
KUWAIT
EASA HUSAIN AL-YOUSIFI &
SONS CO.
Al-Yousi Service Center
P.O.Box 126 (Safat) 13002,
KUWAIT
TEL: 00 965 802929
LEBANON
Chahine S.A.L.
George Zeidan St., Chahine Bldg.,
Achra eh, P.O.Box: 16-5857
Beirut, LEBANON
TEL: (01) 20-1441
OMAN
TALENTZ CENTRE L.L.C.
Malatan House No.1
Al Noor Street, Ruwi
SULTANATE OF OMAN
TEL: 2478 3443
QATAR
AL-EMADI TRADING &
CONTRACTING CO.
P.O. Box 62, Doha, QATAR
TEL: 4423-554
SAUDI ARABIA
aDawliah Universal Electronics
APL
Behind Pizza Inn
Prince Turkey Street
aDawliah Building,
PO BOX 2154,
Alkhobar 31952,
SAUDI ARABIA
TEL: (03) 8643601
SYRIA
Technical Light & Sound Center
PO Box 13520 Bldg No.49
Khaled Abn Alwalid St.
Damascus, SYRIA
TEL: (011) 223-5384
TURKEY
ZUHAL DIS TICARET A.S.
Galip Dede Cad. No.33
Beyoglu, Istanbul, TURKEY
TEL: (0212) 249 85 10
U.A.E.
Zak Electronics & Musical
Instruments Co. L.L.C.
Zabeel Road, Al Sherooq Bldg.,
No. 14, Ground Floor, Dubai,
U.A.E.
TEL: (04) 3360715
NORTH AMERICA
CANADA
Roland Canada Ltd.
(Head O ce)
5480 Parkwood Way Richmond B.
C., V6V 2M4, CANADA
TEL: (604) 270 6626
Roland Canada Ltd.
(Toronto O ce)
170 Admiral Boulevard
Mississauga On L5T 2N6,
CANADA
TEL: (905) 362 9707
U. S. A.
Roland Corporation U.S.
5100 S. Eastern Avenue
Los Angeles, CA 90040-2938,
U. S. A.
TEL: (323) 890 3700
129
Voor EU-Landen
130
Dit product voldoet aan de voorwaarden van de Europese richtlijn 2004/108/EC.
Voor EU-Landen
13


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Roland AT-350C at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Roland AT-350C in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 51,34 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Roland AT-350C

Roland AT-350C User Manual - English - 132 pages

Roland AT-350C User Manual - German - 128 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info