bestell nr.
2,4 GHz: F 8050
FX-30
14.5 AILERON -> RICHTINGROER MIXER
In dit menu kan
een mixer
geprogramm-
eerd worden,
die bij het aan-
sturen van de
ailerons ook het
richtingroer en
eventueel aan-
wezige winglets
in dezelfde rich-
ting mee aan-
stuurt.
Bij de activering van deze functie worden de ailerons met het
richtingroer gekoppeld, zodat bij het bochten vliegen, slechts
één stuurknuppel bediend hoeft te worden. In het bijzonder bij
grote modellen is deze functie heel nuttig, omdat het nega-
tieve draai-rolmoment van het model opgeheven wordt.
De mixrate kan exact via een curve ingesteld worden. De func-
tie kan met een vrij te kiezen schakelaar geactiveerd worden
Bovendien kan, zoals bij veel functies, ingesteld worden , of de
instellingen voor alle vliegtoestanden (comb) , of alleen voor de
geactiveerde mixer(apart) moet gelden. Een extra gever kan
voor fijnafstemming geprogrammeerd worden.
Markeer met de 3D hotkey de ‘ail-richting’optie in het model-
menu en bevestig dit met EDIT. Het display heeft twee ven-
sters, die er als volgt uit zien.
Ook deze mixfunctie moet eerst in de regel ACT/INA geacti-
veerd worden. Eerst het veld markeren dan instellen met de 3D
hotkey en activeren met EDIT. In dit veld staat nu AAN of
UIT afhankelijk van de stand van de schakelaar.
Ook de werking en de instelling voor de mogelijke programme-
ring van “comb”-of apart”mode zijn reeds meerdere malen
beschreven. Ze worden in de regel ‘mode’ ingevoerd. In de
regel ‘schakelaar’ kan volgens de bekende procedure een
schakelaar en de bedieningsrichting ingevoerd worden. De
standaardinstelling staat op “NUL”, d.w.z. de mixer is altijd
ingeschakeld.
Zoals reeds eerder beschreven, kan in het eerste displayven-
ster een mixcurve vastgesteld en geprogrammeerd worden.
Via deze mixcurve wordt het mixaandeel ingevoerd en daar-
mee bepaald, hoeveel het richtingroer meedraait als de
ailerons aangestuurd worden.
In het tweede displayvenster worden in het vak ‘fijn-trim’de
instellingen voor de fijnafstemming ingevoerd. Er kan een
gever geprogrammeerd worden, waarmee een fijnafstemming
van de mixerinstelling uitgevoerd kan worden. Eerst moet er in
het veld ‘gever’een gever gekozen worden. Markeer het
betreffende veld en bevestig dit met EDIT. Kies nu een gever
uit het schakelaar-gever-keuzemenu. Ledere gever kan uitge-
kozen worden.
Nu moet de bedrijfsmode voor de gever bepaald worden De
keuze verloopt via de bekende procedure.Het veld ‘mode’ met
de 3D hotkey markeren en de keuze maken. Totaal staan hier-
bij vier modi ter beschikking, waarvan de functie schematisch
in het display weergegeven wordt. Hierbij betekent:
In de middenstelling van de gever bedraagt de mix-
rate 0%, wordt de gever naar rechts of links bewo-
gen, dan zal de waarde groter resp. kleiner worden.
In de linker eindpositie van de gever bedraagt de
mixrate 0%, wordt de gever naar rechts bewogen
dan neemt de waarde toe.
In de rechter eindpositie van de gever bedraagt de
mixrate 0%, wordt de gever naar links bewogen dan
neemt de waarde toe.
In de middenstelling van de gever bedraagt de mix-
rate 0%, wordt de gever naar rechts of links bewo-
gen, dan neemt de waarde toe.s
50
Aileron
(AIL2)
Chip-
Aileron
(AIL4)
Chip-
Aileron
(AIL3)
Aileron
(AIL)
HOOG
v-staart keuze fleugel
RICHT
Winglet
(RIC)
Winglet
(RIC2)