Connector A
1.
2.
3.
4. roze: geheugen +12 V
5. donkerblauw: uitgang autoantenne
6.
7. rood: +12V (aan het contactslot)
8. zwart: aarde
Opmerking:
De rode draad (connector A nr.7) moet aan de auto-ontsteking aangesloten worden om te
voorkomen dat zich de autoaccu kan ontladen, wanneer de auto langere tijd niet gebruikt
wordt.
Connector B
1. violet : luidspreker (+) rechtsachter
2. violet/zwart : luidspreker (-) rechtsachter
3. grijs : luidspreker (+) rechts voor
4. grijs/zwart : luidspreker (-) rechts voor
5. wit : luidspreker (+) links voor
6. wit/zwart : luidspreker (-) links voor
7. groen : luidspreker (+) links achter
8. groen/zwart : luidspreker (-) links achter
Onderhoud
Vervangen van de zekering
Indien de zekering doorgebrand is moet u de stroomaansluiting controleren en de zekering
vervangen. Wanneer een nieuwe zekering na het plaatsen opnieuw doorbrandt, ligt dit
eventueel aan een interne storing. Raadpleeg in dit geval het dichtstbijzijnde servicepunt.
Let op
Gebruik voor elke kabel de voorgeschreven ampèresterkte, wanneer u een zekering met
meer ampère gebruikt kan het toestel ernstige schade oplopen.
Beschrijving van de functies
Power AAN/UIT (1) (PWR)
Plaats het frontpaneel op het toestel en druk op de power-toets om het toestel in te scha-
kelen. Druk opnieuw op de PWR-toets om het toestel uit te schakelen en druk op de ont-
grendeltoets (14) om het frontpaneel te verwijderen.
Opmerking: Druk nooit op de ontgrendeltoets indien het toestel ingeschakeld is, er is nog
spanning aanwezig ook als het toestel uitgeschakeld is.