De apparaten zijn ontworpen
voor algemene en probleemloze
luchtontvochtiging.
Door hun compacte afmetingen
zijn ze eenvoudig te transporteren
en op te stellen.
De apparaten werken volgens het
condensatieprincipe en zijn voor-
zien van een hermetisch gesloten
koelinstallatie, een geluids- en
onderhoudsarme circulatielucht
-
ventilator, een bedrijfsurenteller en
een aansluitkabel met stekker.
De volautomatische elektronische
besturing, het condensaatreservoir
met geïntegreerde overloopbeveili
-
ging (niet bij de AMT 110-E) en
de aansluitstukken voor recht
-
streekse condensaatafvoer garan
-
deren een langdurig storingvrij
bedrijf.
De apparaten voldoen aan de fun-
damentele veiligheids en gezond-
heidsvereisten van de desbetref
-
fende EU-voorschriften.
De apparaten kunnen veilig en
eenvoudig worden bediend.
Inzetplaatsen
van de apparaten
De apparaten kunnen overal wor-
den ingezet waar men prijs stelt
op droge ruimten en financiële
gevolgschade (bijv. door schim
-
melvorming) wil voorkomen.
De apparaten worden onder an-
dere gebruikt voor het uitdrogen
en ontvochtigen van:
■
nieuwbouw, industriegebouwen
■
kelders, opslagruimtes
■
archieven, laboratoria
■
weekendhuisjes,
caravans
■
Badkamers, wasruimtes en
kleedkamers enz.
Tijdens de ontdooifase is de circu
-
latieluchtventilator buiten bedrijf.
Zodra de rijp (ijs) is ontdooid en
de sensortemperatuur weer stijgt,
wordt er omgeschakeld naar de
normale ontvochtigingsstand.
Wanneer de kamertemperatuur
hoog genoeg is, wordt het opper
-
vlak van de lamellen niet zo koud
dat er rijpvorming plaatsvindt en
ontdooiing noodzakelijk wordt.
Zo werken de luchtontvochtigers
bijzonder spaarzaam.
In de condensator (warmtewis-
selaar) wordt de afgekoelde en
ontvochtigde lucht weer verwarmd
en wordt deze via het uitblaasroos-
ter de kamer ingeblazen.
De bewerkte drogere en verwarm-
de lucht vermengt zich weer met
de kamerlucht.
Dankzij de voortdurende circulatie
van de kamerlucht door het appa-
raat, wordt de relatieve luchtvoch-
tigheid in het vertrek uiteindelijk
verlaagd tot de gewenste vochtig-
heidswaarde (% r.v.).
Afhankelijk van de kamertempera-
tuur en de luchtvochtigheid is voor
het koelvermogen slechts ca. 30-
40% elektrische energie nodig.
Werking
Door inschakeling van de appara-
ten wordt de elektronische bestu-
ring in werking gesteld.
Het groene controlelampje in
de aan/uit-schakelaar gaat bran-
den. Door de automatische druk-
vereffening starten de apparaten
met een vertraging van ca. 10
seconden.
De circulatieluchtventilator zuigt
de vochtige kamerlucht aan via
het stoffilter, de verdamper en de
daarachter gelegen condensator.
In de koude verdamper wordt er
warmte onttrokken aan de kamer-
lucht en wordt deze tot onder het
dauwpunt afgekoeld.
De waterdamp in de kamerlucht
slaat in de vorm van condensaat of
rijp neer op de verdamperlamellen.
Zodra de temperatuursensor hier
een bepaalde minimumwaarde
meet, wordt een timer met een
vertraging van 30 minuten geacti-
veerd.
Wanneer gedurende deze tijd de
verdampertemperatuur niet op-
nieuw stijgt, wordt na afloop van
de timertijd de koelkringloop om-
geschakeld op heetgasontdooiing.
Schematische weergave van de werking van een REMKO luchtontvochtiger
condensaatreservoir
vochtige kamerlucht
ontvochtigde
kamerlucht
compressor
condensator
verdamper
ventilator
Beschrijving
van het apparaat
8
REMKO AMT