Manual Remeha Gas 2d HR-E reminox (page 16 of 20) (Dutch)

611594

Zoom out

Zoom in

1/20

Gas 2d HR-E

reminox

Gasketel met

Hoog Rendement

Vermogen: 39 - 105 kW

Technische informatie

Gas 2d HR-E

<hoofdkop>inhoud

1. Toestelomschrijving

<kop>1.1 Algemeen

1.2 Branders

<hoofdkop>2. Konstruktiegegevens

<kop>2.1 Algemeen

2.2 Leden

2.3 Bemanteling

<hoofdkop>3. Technische gegevens en

afmetingen

<kop>3.1 Overdrukketel

3.2 Clysan ventilatorbrander voor

aardgas

3.3 Monarch ventilatorbrander voor

aardgas

3.4 Clysan ventilatorbrander voor olie

3.5 Monarch ventilatorbrander voor

olie

<hoofdkop>4. Rendementsgegevens

<kop>4.1 Waterzijdig rendement

4.2 Stooktechnisch rendement

<hoofdkop>5. Toepassingsgegevens

<kop>5.1 Algemeen

5.2 Warmwateruitvoering

<par>5.2.1 Watertemperatuur

5.2.2 Waterdruk

5.2.3 Watercirkulatie

5.2.4 Waterbehandeling

<kop>5.3 Geluidsproduktie

5.4 Economisers

5.5 Olietoevoer

<hoofdkop>6. Plaatsingsvoorschriften

<kop>6.1 Opstellingsmogelijkheden in

het ketelhuis

6.2 Steunoppervlak

6.3 Voorschriften

<hoofdkop>7. Komponenten van de

regel- en beveiligingsapparatuur

<kop>7.1 Overdrukketel voor aardgas

<par>7.1.1 Clysan ventilatorbrander

voor aardgas

7.1.2 Monarch ventilatorbrander voor

aardgas

<kop>7.2 Overdrukketel voor olie

<par>7.2.1 Clysan ventilatorbrander

voor olie

7.2.2 Monarch ventilatorbrander voor

olie

<hoofdkop>8. Montagerichtlijnen en

installatievoorschriften voor het water-

zijdig gedeelte

<hoofdkop>9. Installatievoorschrift

voor de elektrotechnische installateur

<hoofdkop>10.Inbedrijfstellingsvoorschrift

<kop>10.1 Overdrukketel met gasbran-

der

<par>10.1.1 In bedrijf stellen

10.1.2 Uit bedrijf nemen

<kop>10.2 Overdrukketel met olie-

brander

<par>10.2.1 In bedrijf stellen

10.2.2 Uit bedrijf nemen

<hoofdkop>11.Richtlijnen voor het

lokaliseren en opheffen van storingen

<kop>11.1 Overdrukketel met gasbran-

der

1. Algemene toestelomschrijving 3

1.1 Type 3

1.2 Algemene gegevens 3

1.3 Konstruktie 3

1.4 Toepassing 3

1.5 Ketelgebruiksrendement 3

1.6 Waterzijdig rendement 3

1.7 Stooktechnisch rendement 3

1.8 Gaskeur Schonere Verbranding 3

2. Afmetingen en technische gegevens 4

2.1 Afmetingen 4

2.2 Technische gegevens 5

3. Regel- en beveiligingsapparatuur 6

4. Installatievoorschrift voor de verwarmings-

installateur 7

4.1 Algemeen 7

4.2 Opstelling 7

4.3 Steunoppervlak 7

4.3.1 8 t/m 14 leden 7

4.3.2 16 t/m 20 leden 7

4.4 Demontagevoorschrift 8

5. Toepassingsgegevens 9

5.1 Geluidsproduktie 9

5.2 Kondensatiewaterafvoer 9

5.3 Wateraansluiting 9

5.4 Veiligheidsklep 9

5.5 Verbrandingsgasafvoer 9

5.5.1 Algemeen 9

5.5.2 Klasse-indeling 9

5.5.3 Aan het verbrandingsgasafvoersysteem

te stellen eisen 9

5.5.4 Maximaal toegestane lengtes van de

verbrandingsgasafvoerleiding 10

5.6 Toepassing thermostatische radiatorkranen 12

5.7 Waterbehandeling en circulatie 12

5.7.1 Algemeen 12

5.7.2 Stromingstechnische overwegingen 12

5.7.3 Rendementstechnische overwegingen 12

6. Installatievoorschrift voor de gas-technische

installateur 12

6.1 Gasaansluiting 12

6.2 Gasdruk 12

7. Installatievoorschrift voor de elektrotechnische

installateur 13

7.1 Algemeen 13

7.2 Aansluiting kamerthermostaat 13

7.3 Technische gegevens beveiligingsautomaat 13

7.4 Ontstekingstrafo 13

7.5 Totaal opgenomen vermogen 13

7.6 Elektrisch aansluitschema 14

8. Inbedrijfstellingsvoorschrift 15

8.1 In bedrijf stellen 15

8.2 Uit bedrijf nemen 15

8.3 Het ontluchten van de ketel 15

8.4 Verbrandingstechnische kontrole 16

8.5 Luchtdrukverschilschakelaar 16

9. Richtlijnen bij storingen 17

9.1 Algemeen 17

9.2 Storingen van de ventilator 17

9.3 Geen ontstekingsvonk 17

9.4 Geen hoofdvlam, wel ontstekingsvonk 17

9.5 Even hoofdvlam, daarna vlamstoring 17

9.6 Storingen van buitenaf 17

10. Onderhouds- en reinigingsvoorschrift 18

10.1 Onderhoud 18

10.2 Reiniging toestel 18

10.3 Aftappen 18

11. Service-artikelen 19

INHOUD

1. ALGEMENE TOESTELOMSCHRIJVING

1.4 Toepassing

De atmosferische branders en de verbrandingsgas-

afvoerventilator zijn geruisarm. Normale zolderopstelling

van de ketel is, gezien het verbrandingsgasafvoersys-

teem (enkelwandig aluminium of roestvast staal), zonder

bezwaar mogelijk. Kritische situaties zoals opstellingen

met voeringskanalen in systemen (bijv. bij opstellingen in

kelders) dienen apart te worden beoordeeld (zie § 5.3.3).

Gas 2d HR ketels dienen in geen geval direkt op bouw-

kundige kanalen te worden aangesloten (verbrandings-

gaskondensatie!).

Raadpleeg in deze gevallen het plaatselijk gasbedrijf

en/of onze Produkt Advies Dienst.

1.5 Ketelgebruiksrendement

Circa 90 % t.o.v. Hb bij een benuttingsgraad van 30 %

en een gemiddelde ketelwatertemperatuur van 45° C.

Opmerking:

Minimaal vereist ketelgebruiksrendement bij vermelde

situatie voor het verkrijgen van het VEG- en HR-keur

bedraagt 90 % t.o.v. Hb.

1.6 Waterzijdig rendement

Gemiddeld 85.5 % t.o.v. Hb bij een gemiddelde water-

temperatuur van 80/60° C.

1.7 Stooktechnisch rendement

Gemiddeld 87,2 % t.o.v. Hb bij een gemiddelde water-

temperatuur van 80/60° C.

Luchtfaktor n = 1,45 (8,2 % CO

1.8 Gaskeur Schonere Verbranding

De ketel voldoet aan de eisen van het Gaskeur Scho-

nere Verbranding. Door toepassing van

reminox

branders is de NO

-produktie laag. De NO

-uitstoot

bedraagt minder dan 60 ppm bij O

= 0 % droog.

1.1 Type

Atmosferische gasketel, geschikt voor het stoken van

alle kwaliteiten aardgas.

De ketel is uitgevoerd met een tweede warmtewisselaar

(economiser), geschikt voor terugwinning van voelbare

en latente warmte.

1.2 Algemene gegevens

* Verbruiksvoordruk bij aardgas volgens Givegkeur 20 tot

30 mbar.

* Ketel is ingesteld op de vereiste branderdruk.

* Maximum watertemperatuur 110° C.

* Maximum bedrijfstemperatuur 95° C.

* Maximum waterbedrijfsdruk 4 bar (40 mwk).

* Minimum waterbedrijfsdruk 0,8 bar (8 mwk).

* Minimum retourwatertemperatuur 20° C bij minimale

∆t = 10° C.

* Instrumentenpaneel bestaande uit:

- Ketelthermostaat instelbaar van 25 tot 95° C

- Maximaalthermostaat (110° C vast ingesteld)

- Ketelwatertemperatuurmeter

- Branderschakelaar

- Pompschakelaar

- Boilerschakelaar

- Storingslamp.

* Elektronische regel- en beveiligingsapparatuur 220 V

met ionisatiebeveiliging.

* Waterdrukschakelaar (0,8 bar).

* Vul- en aftapkraan.

* Atmosferische reminox branders.

* Verbrandingsgasventilator.

* Leden van perlitisch rem-

CAST

gietijzer met een grote

korrosiebestendigheid.

* Tweede warmtewisselaar uit aluminium met duurzame

coating rem-

COAT

* Bemanteling in rood en grijs, voorzien van bescherm-

folie.

1.3 Konstruktie

Het ketelblok bestaat uit rem-

CAST

perlitisch gietijze-

ren leden, die d.m.v. konische nippels zijn samen-

gebouwd. De tweede warmtewisselaar, opgebouwd uit

gevinde pijpen, is gemaakt van aluminium, voorzien van

een duurzame coating rem-

COAT

, waardoor een grote

korrosiebestendigheid ontstaat. Een verbrandingsgas-

afvoerventilator zorgt voor het transport van de

verbrandingsgassen door het ketelblok, de tweede

warmtewisselaar en de verbrandingsgasafvoerleiding.

Gas 2d HR-E

2. AFMETINGEN EN TECHNISCHE GEGEVENS

2.1 Afmetingen

achteraanzicht

Afmetingen 8, 10, 12 en 14 leden

1. Aanvoer R 1 1/4"

2. Retour R 1 1/4"

3. 8 + 10 ldn. vul- en aftapkraan R 1/2", 12 + 14 ldn. vul- aftapkraan R 3/4"

4. Condensafvoer Ø 32 inw.

5. Automatische ontluchter R 3/8"

6. Gasaansluiting R 3/4"

7. Aftapper G 1/2"

Gas- en wateraansluitingen voorzien van buitendraad

Aant. A B D E

ldn. mm mm mm mm

8 807 276 115 80

10 930 337 115 80

12 1053 399 115 80

14 1176 460 180 140

Afmetingen 16, 18 en 20 leden

1. Aanvoer R 1 1/4"

2. Retour R 1 1/4"

3. Vul- en aftapkraan R 3/4"

4. Condensafvoer Ø 32 inw.

5. Automatische ontluchter R 3/8"

6. Gasaansluiting R 3/4"

7. Aftapper G 1/2"

Gas- en wateraansluitingen voorzien van buitendraad

Aant. A B C D E

ldn. mm mm mm mm mm

16 1370 681 12 105 70

18 1442 668 35 170 130

20 1565 730 35 230 190

vooraanzicht

achteraanzicht

vooraanzicht

rechter zijaanzicht

In te stellen

gasverbruik

m /h

)

2.2 Technische gegevens

Aantal

leden

Gewicht

onverpakt

Water-

inhoud

liters

Water-

weerstand

∆t = 20°C

mbar

Inspuiter

Ø mm

Brander-

druk

mbar

Nominale

belasting

Ho Hb

kW kW

Nominaal

vermogen

143

230

273

300

338

377

415

114

140

107

133

15,5

14,5

4,9

6,3

7,7

9,1

10,5

11,9

13,2

45,4

58,4

71,4

84,4

97,4

110,4

122,0

40,9

52,6

64,3

76,0

87,7

99,4

109,8

39,0

49,9

60,7

71,5

82,9

94,3

105,0

2,10

) Cal. waarde: 33,3 MJ/m t.o.v. Hb

Gas 2d HR-E

3. REGEL- EN BEVEILIGINGSAPPARATUUR

Regel- en beveiligingsapparatuur

1.Beveiligingsautomaat

2.Ruimte voor weersafhankelijke regeling

3.Instrumentenpaneel

4.Ketelthermostaat

5.Maximaalthermostaat

6.Ketelwatertemperatuurmeter

7.Gasmultiblok

8.Ontstekings- en ionisatie-elektrode

9.Branders

10.Kijkglas

11.Opschriftplaat

12.Manometer

13.Luchtdrukverschilschakelaar

14.Vul- en aftapkraan

15.Ontstekingstrafo

16.Waterdrukschakelaar

4. INSTALLATIEVOORSCHRIFT VOOR DE VERWARMINGS-INSTALLATEUR

4.1 Algemeen

De Remeha ketel type Gas 2d HR-E, komt kompleet

bemanteld in de verpakking aan. Verwijder het verpak-

kingsmateriaal. Na verwijdering van de frontmantel kan

de ketel van de transportpallet worden verwijderd.

Indien de ketel te zwaar is om in zijn geheel op de juiste

plaats te zetten, dient de ketel in hanteerbare delen

gedemonteerd te worden. Zie hiervoor het

demontagevoorschrift in § 4.4.

4.2 Opstelling

Voor de opstelling dienen de normen NEN 3028 en NEN

1078 (GAVO 1987) te worden geraadpleegd. De nood-

zakelijke minimale opstellingsruimte van de ketel volgt

uit onderstaande schets.

4.3. Steunoppervlak

4.3.1 Steunoppervlak 8 t/m 14 leden

Steunoppervlak 8 t/m 14 leden

Steunoppervlak: kunststofvoetje Ø 30 mm (hoogte 25 mm).

4.3.2 Steunoppervlak 16 t/m 20 leden

Aantal

leden

362

485

608

731

468

591

714

837

Steunoppervlak: sledevoeten 265 x 35 mm (hoogte 25 mm).

a 500 mm

b 100 mm

c 700 mm

d 1000 mm

Hoogte boven

de ketel: min.

1000 mm.

Ketelopstelling

Om de goede werking van deze ketel met hoog rende-

ment te waarborgen is het aan te bevelen de ketel in een

goed geventileerde ruimte op te stellen met voldoende

luchttoevoer, die ook bij strenge koude vorstvrij blijft.

Zonodig dienen voorzieningen te worden getroffen om

bevriezing van het toestel en de leidingen te voorkomen.

Aantal

leden

997

1120

1243

366

428

489

194

143

Steunoppervlak 16 t/m 20 leden

Gas 2d HR-E

4.4 Demontagevoorschrift

1.Verwijder de frontmantel (1).

2.Verwijder de bovenmantel (2) en het isolatie-

materiaal dat op de verbrandingsgasverzamelkap

ligt.

3.Verwijder de bevestigingsschroeven (3) aan voor-

en achterzijde van de zijmantels (10 schroeven).

4.Verwijder mantelverbindingsprofiel (4).

5.Verwijder de zijmantels (5).

6.Draai de transportschroeven (6) op de transportpal-

let los (2 schroeven).

7.Verwijder het isolatiemateriaal, zodat de draag-

steunen (7) vrijkomen.

8.Demonteer zonodig de tweede warmtewisselaar (8)

van de ketel.

Demontagevoorschrift

9.Indien nodig kunnen, om gewicht te besparen, de

branders (9) uit de ketel worden genomen.

Verwijder de transportbevestigingsdraad (10).

Verwijder de beveiligingsschroeven (11) (4 schroe-

ven) van de stralingsplaat (12).

Verwijder de stralingsplaat.

10.Til het ketelblok (13) met behulp van de draagsteunen

(7) op de gewenste plaats.

11.Monteer de sifon in de kondensleiding van de tweede

warmtewisselaar.

12.Monteer het geheel in omgekeerde volgorde.

Let daarbij op dat de aansteekbrander (de tweede

brander van rechts, de brander zonder gaas maar met

uitgehoekte platen aan voorzijde) weer op dezelfde

positie onder het aansteekpunt gemonteerd wordt.

5.1 Geluidsproduktie

Het gemeten geluidsniveau van de ketel bedraagt 53 tot

59 dBA (op ca. 2 meter afstand). De spreiding wordt o.a.

veroorzaakt door akoestische eigenschappen van de

opstellingsruimten. Indien deze geluidsproduktie aanlei-

ding kan geven tot problemen in de direkte omgeving,

dan dienen hiertoe geluidswerende of absorberende

maatregelen te worden genomen. In deze gevallen kunt

u voor informatie kontakt opnemen met onze Produkt

Advies Dienst.

Opmerking

Een halfsteens gesloten scheidingswand tussen ketel-

huis en nevenvertrek zal reeds zoveel geluidsisolatie

opleveren, dat het geluidsniveau in het nevenvertrek niet

boven 25 dBA komt.

5.2 Kondensatiewaterafvoer

Het uit de HR-ketel tredende kondensatiewater, dat

gevormd wordt bij een retourwater-temperatuur lager

dan 55° C, dient naar het riool te worden afgevoerd.

Gezien de zuurgraad van dit kondensatiewater (pH 3 tot

5) kunnen alleen harde P.V.C.-materialen als

verbindingsleiding worden toegepast.

De kondensatiewaterbak van de tweede warmtewisse-

laar is voorzien van een kunststof afvoerleiding met aan

het uiteinde een P.V.C. sok Ø 32 mm inwendig.

De (los meegeleverde) sifon dient aan de sok te worden

gelijmd m.b.v. normale P.V.C.-lijm.

De verbinding tussen sifon en kondensatiewaterafvoer-

leiding dient met een P.V.C.-koppeling te worden uitge-

voerd, i.v.m. een eventuele reparatie.

De kondensatiewater afvoerende leiding dient een

afschot te hebben van minimaal 5 mm/m.

Afvoeren van kondensatiewater op een dakgoot is niet

toegestaan met oog op bevriezingsgevaar en aantasting

van de normaal toegepaste materiaalsoorten voor

dakgoten en regenwater-afvoersystemen.

5.3 Wateraansluiting

De aanvoer- en retouraansluiting bevinden zich aan de

rechterachterzijde van de ketel.

5.4 Veiligheidsklep

De veiligheidsklep moet qua afmeting en plaatsing vol-

doen aan de in de NEN 3028-1986 gestelde eisen (art.

10.3 en 12).

5.5 Verbrandingsgasafvoer

5.5.1 Algemeen

De aansluiting op de verbrandingsgasafvoerleiding moet

overeenkomstig de voorlopige richtlijnen van NEN 1078

(GAVO 1987, NPR 3378) worden uitgevoerd.

De ketel is voorzien van een ingebouwde verbrandings-

gasafvoerventilator, daar natuurlijke afvoer van

verbrandingsgassen niet zal plaatsvinden.

5.5.2 Klasse-indeling

In de klasse-indeling voor toestellen werkend met mecha-

nische afvoer van de verbrandingsgassen met een

belasting kleiner dan 130 kW (zoals c.v.-ketels en lucht-

verwarmers, waaronder HR-toestellen), zijn de Gas 2d

HR-E ketels ingedeeld in de volgende klassen:

Gas 2d HR-E 8 en 10 leden - toestelklasse B

Gas 2d HR-E 12 t/m 20 leden - toestelklasse C

Voor afvoerlengtes en diameters van het verbrandings-

gasafvoersysteem zie GAVO 1987 NEN 1078 art.nr.

2.7.1.1.1 en 2.7.1.1.2.

Voor afwijkende lengtes zie § 5.5.4.

5.5.3 Aan het verbrandingsgasafvoersysteem te

stellen eisen

Plaatsing

: De toe te passen verbrandingsgasafvoerleiding

(zie onderstaande specificatie en 1.3.9. van de GAVO

1987) dient qua uitmondingspositie te voldoen aan het

gestelde in de NPR 3378, 1987.

In situaties waarin niet aan deze eis kan worden voldaan,

adviseren wij u overleg te plegen met het plaatselijk

gasbedrijf of met onze Produkt Advies Dienst. Gezien de

ontwikkelingen op dit gebied zijn veelal andere oplossin-

gen mogelijk (b.v. voeren van het kanaal).

Materiaal

: Aluminium, roestvaststaal of kunststof (mits

GIVEG-gekeurd).

Uitvoering

: Enkelwandig, star (zie

Konstruktie

Ventilatoraansluiting

: Zie afbeeldingen in § 2.1.

Vernauwingen c.q. verwijdingen bij aansluitingen op het

verbrandingsgasafvoersysteem zijn toegestaan.

Maximale lengte bij minimale inw. diameter

: Zie tabellen

in § 5.5.4.

Bochten

: Zie tabellen in § 5.5.4.

Konstruktie

: De toe te passen verbrandingsgasafvoer-

leiding dient qua konstruktie op naden en verbindingen

lucht- en waterdicht te worden uitgevoerd of naadloos.

Indien voeringkanalen in bouwkundige systemen worden

toegepast, dan dienen deze te worden vervaardigd uit

een luchtdichte, enkelwandige starre aluminium of roest-

vaststalen konstruktie. Aluminium is toegestaan, mits er

geen kontakt is met het bouwkundige gedeelte van het

verbrandingsgasafvoersysteem.

Inspektie van het voeringkanaal moet mogelijk zijn.

De ketel dient m.b.v. de luchtregelschuif in de achterwand

van de tweede warmtewisselaar optimaal te worden

ingeregeld (zie § 8.4).

5. TOEPASSINGSGEGEVENS

Gas 2d HR-E

5.5.4 Maximaal toegestane lengtes van de verbrandingsgasafvoerleiding

12 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

180

190

200

1.1 - - -

3.0 1.9 1.1 -

5.9 4.7 3.8 -

10.0 8.7 7.8 4.0

15.8 14.4 13.3 9.3

23.4 21.9 20.8 16.5

33.5 31.9 30.7 26.1

46.6 44.9 43.6 38.7

63.2 61.4 60.0 54.8

+ + + +

- - - -

1.4 - - -

5.2 3.9 2.9 -

10.5 9.1 8.1 4.0

17.8 16.3 15.2 10.9

27.5 25.9 24.7 20.1

40.2 38.5 37.2 32.4

56.4 54.6 53.3 48.1

+ + + 68.0

+ + + +

10 leden 100

110

120

130

140

150

160

4.9 3.9 3.1 -

9.1 8.0 7.2 4.0

15.3 14.1 13.2 9.8

24.1 22.8 21.8 18.1

36.1 34.7 33.6 29.6

52.1 50.6 49.5 45.2

+ + + 65.7

1.1 - - -

5.0 3.9 3.0 -

10.8 9.6 8.7 5.3

19.2 17.9 16.9 13.2

30.8 29.4 28.4 24.3

46.5 45.0 43.9 39.6

67.1 65.5 64.3 59.7

+ Lengte verbrandingsgasafvoerleiding

groter dan 70 m.

- Niet toepasbaar

Uitmonding binnen GAVO-gebied

(I) 'vrije uitmonding'

Uitmonding binnen GAVO-gebied

(IIa) en in 'vrije uitmonding'-gebied

(I) met Tregakap

D (in mm)

8 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

1*) 2*) 3*) 4*)

6.4 5.4 4.7 1.8

11.6 10.5 9.7 6.5

19.2 18.0 17.1 13.6

29.8 28.5 27.5 23.8

44.4 43.0 42.0 37.9

63.9 62.4 61.3 56.9

+ + + +

1*) 2*) 3*) 4*)

2.7 1.7 0.9 -

7.5 6.4 5.5 2.4

14.7 13.5 12.6 9.1

24.9 23.6 22.7 18.9

39.2 37.8 36.7 32.7

58.3 56.8 55.6 51.3

+ + + +

Verbrandingsgasafvoerleiding

I Vrije uitmonding zonder kap

IIa Uitmonding slechts met kap voor toestel uit toestelklasse A. Uitmonding zonder kap voor toestel uit toestelklasse B en C.

IIb Geen uitmonding voor toestel uit toestelklasse A. Uitmonding slechts met kap voor toestel uit toestelklasse B en C.

III Geveluitmonding: Alleen voor toestel uit toestelklasse C, wanneer deze wordt opgesteld in een gesloten opstellingsruimte.

De verbrandingsgasafvoer en de luchttoevoer van dit toestel dienen zich in hetzelfde drukgebied te bevinden.

Maximaal toegestane lengte van de verbrandingsgasafvoerleiding (m)

*) Uitvoering van de verbrandingsgasafvoerleiding

1 = Verbrandingsgasafvoerleiding zonder bochten

2 = Verbrandingsgasafvoerleiding met twee bochten 45°

(R = D)

3 = Verbrandingsgasafvoerleiding met twee bochten 90°

(R = D)

4 = Verbrandingsgasafvoerleiding met een haakse instroming

en een bocht 90° (R = D) of verbrandingsgasafvoerleiding

met twee bochten 45° (R = D) en een regenkap.

Uitmonding binnen GAVO-gebied

(I) 'vrije uitmonding'

Uitmonding binnen GAVO-gebied

(IIa) en in 'vrije uitmonding'-gebied

(I) met Tregakap

16 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

180

190

200

D (in mm)

14 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

180

190

200

18 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

180

190

200

1*) 2*) 3*) 4*)

1.4 - - -

3.6 2.5 1.6 -

6.7 5.5 4.6 1.2

11.3 10.0 9.0 5.3

17.6 16.2 15.1 11.1

26.0 24.5 23.4 19.0

37.1 35.5 34.3 29.7

51.3 49.6 48.4 43.5

69.5 67.7 66.3 61.2

+ + + +

- - - -

1.4 - - -

3.3 2.0 1.1 -

6.1 4.7 3.6 -

9.7 8.2 7.1 2.8

14.6 13.0 11.8 7.2

21.0 19.3 18.0 13.1

29.1 27.3 25.9 20.8

39.3 37.4 35.9 30.5

51.9 49.9 48.4 42.6

- - - -

1.5 - - -

3.5 2.2 1.2 -

6.2 4.8 3.8 -

10.0 8.5 7.4 3.1

15.0 13.4 12.2 7.6

21.4 19.7 18.5 13.6

29.7 27.9 26.5 21.4

40.1 38.2 36.7 31.3

52.9 50.9 49.4 43.7

1*) 2*) 3*) 4*)

- - - -

2.2 1.0 - -

6.4 5.1 4.1 -

12.3 10.9 9.9 5.8

20.4 18.9 17.7 13.4

31.1 29.5 28.3 23.7

45.0 43.3 42.0 37.1

62.7 60.9 59.6 54.4

+ + + +

- - - -

0.8 - - -

4.1 2.6 1.5 -

8.6 7.0 5.8 1.2

14.6 12.9 11.6 6.7

22.3 20.5 19.2 14.0

32.1 30.2 28.8 23.3

44.4 42.4 40.9 35.1

- - - -

1.0 - - -

4.4 2.9 1.7 -

9.0 7.4 6.2 1.6

15.1 13.4 12.1 7.2

22.9 21.1 19.8 14.6

32.9 31.0 29.6 24.1

45.4 43.4 41.9 36.2

20 leden 100

110

120

130

140

150

160

170

180

190

200

- - - -

1.4 - - -

3.3 2.0 1.1 -

6.1 4.7 3.6 -

9.7 8.2 7.1 2.8

14.6 13.0 11.8 7.2

21.0 19.3 18.0 13.1

29.1 27.3 25.9 20.7

39.2 37.3 35.9 30.4

51.8 49.8 48.3 42.6

- - - -

0.8 - - -

4.1 2.6 1.5 -

8.6 7.0 5.8 1.2

14.6 12.9 11.6 6.7

22.3 20.5 19.2 14.0

32.1 30.2 28.8 23.3

44.3 42.3 40.8 35.1

+ Lengte verbrandingsgasafvoerleiding

groter dan 70 m.

- Niet toepasbaar

Maximaal toegestane lengte van de verbrandingsgasafvoerleiding (m)

Gas 2d HR-E

5.7.2 Stromingstechnische overwegingen

De minimale water

cirkulatie

in de ketel van de tweede

warmtewisselaar volgt uit de formule:

nominaal vermogen (kW) = ..... m

Deze hoeveelheid laat een temperatuurverschil

∆t (= t

aanvoer

- t

retour

) toe van 70° C. In deze situatie zal de in

de ketel geplaatste maximaalthermostaat niet aanspreken

c.q. vergrendelen.

Deze situatie zal bijvoorbeeld in installaties met ther-

mostatische radiatorkranen op alle radiatoren moeten

worden zekergesteld.

De maximale waterhoeveelheid volgt uit:

nominaal vermogen (kW) = ..... m

9,28

Deze waterhoeveelheid komt overeen met een ∆t van

8° C over de totale ketel.

5.7.3 Rendementstechnische overwegingen

Inzake het waterzijdig rendement is een maximale ∆t van

40° C als grenswaarde aan te houden. Deze waarde volgt

uit:

nominaal vermogen (kW) = ..... m

46,6

Het optimale waterzijdige rendement zal worden verkre-

gen bij een ∆t van 20° C. De daarbij behorende water-

hoeveelheid volgt uit:

nominaal vermogen (kW) = ..... m

23,2

Voor verdere informatie kunt U kontakt opnemen met

onze Produkt Advies Dienst.

5.6 Toepassing van thermostatische radiatorkranen

Bij toepassing van thermostatische radiatorkranen zal

de door de ketel stromende waterhoeveelheid steeds

variëren.

Wij adviseren U in deze situaties, tussen aanvoer- en

retourleiding een kortsluitleiding met regelventiel te

plaatsen (zie principeschema).

Het regelventiel dient eenmalig te worden ingesteld.

Hiertoe dienen alle thermostatische radiatorkranen

gesloten te worden.

De aanvoerleiding dient voorzien te zijn van een moge-

lijkheid tot ontluchting.

Indien de retourleiding niet via de ketel kan ontluchten,

dient ook deze te worden voorzien van een mogelijk-

heid tot ontluchting.

6. INSTALLATIEVOORSCHRIFT VOOR DE GAS-TECHNISCHE INSTALLATEUR

Principeschema bij toepassing van thermostatische radiator-

kranen

5.7 Waterbehandeling en circulatie

5.7.1 Algemeen

Waterbehandeling is onder normale omstandigheden

niet vereist (zie onze publ. ‘Waterbehandeling').

Het ongekontroleerd toevoegen van chemische midde-

len wordt dringend ontraden.

De installatie dient te worden gevuld met genormali-

seerd drinkwater.

De Ph-waarde van het installatiewater dient minimaal

7,0 en maximaal 11,0 te zijn.

6.2 Gasdruk

De verbruiksvoordruk bij aardgas volgens GIVEG-keur

bedraagt 20-30 mbar, max. voordruk 100 mbar.

De ketel is bij aflevering afgesteld op de nominale belas-

ting. Nastelling op basis van branderdruk kan noodzake-

lijk zijn (zie § 2.2).

6.1 Gasaansluiting

De ketel moet overeenkomstig de in de GAVO 1987

gestelde eisen op de gastoevoerleiding worden aange-

sloten. In de nabijheid van het toestel dient een gas-

hoofdkraan te worden opgenomen. De gasaansluiting

bevindt zich rechts achter de ketel.

Wij adviseren een gasfilter in de gastoevoerleiding op te

nemen.

Gas 2d HR-E

3. Stel het luchtdrukverschil in op 0,8 mbar d.m.v. de

luchtregelschuif. Naregeling is noodzakelijk i.v.m. de

verbrandingsgasafvoer-/diameterlengte verhouding

voor een optimale verbranding. De maat 'h' kan met

behulp van de luchtregelschuif groter, dan wel kleiner

gemaakt worden. Hiervoor dient de borgschroef van

de schuif verwijderd te worden. Nadat de luchtregel-

schuif op de juiste waarde is afgesteld, dient deze

weer geborgd te worden.

4. Kontroleer de verbranding door meting van het CO

percentage op de in onderstaande tekening aangege-

ven meetplaats. De gemeten CO

-waarde moet 7,5 à

8 % bedragen.

8.4 Verbrandingstechnische kontrole

Het verbrandingstechnisch kontroleren van de ketel

door meting van het CO

-percentage geschiedt aan de

achterzijde van de tweede warmtewisselaar. De tabel

voor maximaal toegestane schoorsteenlengtes (zie

§ 5.5.4) geldt alleen bij de hieronder vermelde sleuf-

maat.

De afmeting en eventuele naregeling kan als volgt

geschieden:

1. Stook de ketel op tot een minimale retourwater-

temperatuur van 60° C.

2. Stel de ketel in op de juiste branderdruk (zie

opschriftplaat).

Meetpunt CO

Kondensatiewaterafvoer-aansluiting

Doorsnede Eco.

Tabel luchtsleufinstelling

(richtwaarde).

Achteraanzicht Eco.

8.5 Luchtdrukverschilschakelaar

Ter beveiliging van het verbrandingsgastransport

tijdens bedrijf is de ketel voorzien van een luchtdruk-

verschilschakelaar (LD2). Deze is gemonteerd op de

montageplaat van de ketel (zie de afbeelding in § 3). Bij

voldoende onderdruk op de meetplaats zal de lucht-

drukverschilschakelaar schakelen en de regeling vrijge-

ven.

Inschakeldruk: 0,65 mbar.

Uitschakeldruk: 0,55/0,43 mbar.

Aantal

leden

maat 'h'

Verbrandingsgasventilator

Luchtre-

gelschuif

Meetpunt CO

Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

First, read the manual;
Check if your question has been asked previously;
Try to ask your question as clearly as possible;
Did you already try to solve the problem? Please mention this;
Is your problem solved by a visitor then let him/her know in this forum;
To give a response to a question or answer, do not use this form but click on the button 'reply to this question';
Your question will be posted here and emailed to our subscribers. Therefore, avoid filling in personal details.

new questions and answers
new manuals

You will receive an email to register for one or both of the options.

Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Remeha Gas 2d HR-E reminox in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 0,1 mb in size.

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Remeha Gas 2d HR-E reminox

Remeha Gas 2d HR-E reminox User Manual - Dutch - 2 pages

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.

Info

Remeha Gas 2d HR-E reminox Manual

Product: