Vóór uitleg over bedieningselementen moet de statuslamp toegelicht worden. Deze
lamp informeert de bestuurder over de toestand van de scootmobiel. Als iets uitvalt,
geeft zij aan wat er mis is. Dit is belangrijk wanneer u belt met uw servicecenter. De
statuslamp werkt als volgt:
• Schakel het contact in, de lamp brandt dan continu groen. Dit is de
normale toestand en geeft aan dat alles OK is en het voertuig
rijklaar is. Zolang het contact ingeschakeld is moet de lamp aan
zijn. Schakelt u het contact uit, dan gaat de lamp uit.
• Als u het contact inschakelt en het voertuig niet rijdt, controleer
dan de lamp. Knippert de lamp, dan is er een probleem. De lamp
knippert een bepaald aantalen keren, stopt dan een seconde en
begint opnieuw te knipperen. Tel het aantal flitsen voordat u uw
servicepunt belt.
• Wanneer u het servicepunt belt, is dit het eerste wat ze u vragen
dus zorg ervoor dat u deze informatie heeft. De volgende pagina
laat zien wat de aantallen flitsen betekenen. Als u niet zeker weet
wat het betekent, vertel dan het servicepunt hoe vaak de lamp