23
DROOGSTRIJKEN
1) Het netsnoer en het verbindingssnoer moeten gelijk gericht en ontward worden, d.w.z.
er mogen geen “verdraaiingen“ of “verwikkelingen“ meer voorhanden zijn.
2) Sluit de basis aan een geaard, reglementair geïnstalleerd stopcontact aan.
3) U hoort een zwak signaal en het LCD-display incl. de groene achtergrondverlichting
wordt automatisch aangeschakeld. Het controlelampje voor de opwarmmodus
(“STANDBY“) in de rechte bovenste hoek van het display gaat aan en signaleert dat
het apparaat warm wordt. Tegelijkertijd verschijnt in de display de aanduiding voor
“maximale stoomhoeveelheid“ evenals de aanduiding voor de opgeslagen
waterhardheidsgraad (bv. “MI“).
4) Om de stoomverwekking uit te schakelen, drukt u telkens zo lang op de functie-selec-
teertoets („ON / OFF“), tot er in het LCD-display het symbool “geen stoom“ = ver-
schijnt. Bij elke druk op de toets weerklinkt een zwak signaal. De stoomtoets van het
strijkijzer is nu uitgeschakeld.
5) Draai nu de temperatuurregelaar van het strijkijzer met de wijzers van de klok op het
gewenste temperatuurniveau. Kies , of overeenkomstig met de instructies
op het wasetiket. Het netcontrolelampje gaat aan.
6) Wacht ca. 1,5 minuut tot het controlelampje voor de opwarmmodus(“STANDBY“) uit-
gaat (opwarmmodus afgesloten) en een signaal te horen is. Het toestel is nu startklaar.
7) Zodra de het strijkijzer de ingestelde temperatuur bereikt heeft, gaat het netcontrole-
lampje uit en het toestel is strijkklaar Tijdens het strijken gaat het controlelampje aan en
uit en signaleert zo, dat de ingestelde strijktemperatuur constant gehouden wordt.