54
11 GEBRUIK EN ONDERHOUD
11.1 Veilig gebruiken:
Gebruik de telefoon niet op locaties waar dat
niet is toegestaan of is verboden. (ziekenhui-
zen, vliegtuigen, tankstations, etc.)
Gebruik de telefoon bij voorkeur niet waar
anderen daar hinder van zouden kunnen
hebben. (theater, bioscoop, etc.)
11.2 Kleine kinderen:
De telefoon is geen speelgoed; houd deze
daarom buiten bereik van (kleine) kinderen.
De accu bevat giftige stoffen. Voorkom dat
kinderen de accu uit de telefoon nemen en in
de mond stoppen.
De SIM-kaart is een klein voorwerp. Voorkom
dat kinderen deze uit de telefoon kunnen
nemen en kunnen inslikken.
11.3 Storing:
In de directe nabijheid van televisietoestel-
len, radio’s en computers kan de telefoon
mogelijke storing veroorzaken. Vergroot in
deze gevallen de afstand tussen de telefoon
en het toestel wat gestoord wordt.