60
10.4 Plaatsing:
• Bij voorkeur het toestel niet op met cellulose
behandelde oppervlakken plaatsen; de rubber
voetjes kunnen hierop sporen achterlaten.
• Plaats de telefoon niet in de directe nabij-
heid van andere telefoons of andere
elektronische (medische) apparatuur, TL
buizen en andere gasontladingslampen; de
uitgestraalde radiogolven van deze (en
andere) draadloze telefoon(s) kunnen het
functioneren van de apparatuur verstoren of
de uitgestraalde signalen van de apparaten
verstoren het functioneren van de telefoon.
10.5 Medische apparatuur:
Het kan voorkomen dat ingeschakelde DECT
telefoons gevoelige medische apparatuur
storen. Storing zou kunnen optreden wanneer
de telefoon in de onmiddellijke nabijheid van
het medisch apparaat wordt gehouden. Leg
een DECT-telefoon niet op of tegen een
medisch apparaat, ook niet als deze in de
stand-by mode staat.