12 GEBRUIK EN ONDERHOUD
12.1 Veilig gebruiken:
• Gebruik de telefoon niet op lokaties
waar dat niet is toegestaan of is ver-
boden. (Ziekenhuizen, vliegtuigen,
tankstations, etc.)
• Gebruik de telefoon bij voorkeur
niet waar anderen daar hinder van
zouden kunnen hebben. (Theater,
bioscoop, etc.)
12.2 Kleine kinderen:
• De telefoon is geen speelgoed;
houd deze daarom buiten bereik van
kinderen.
• De accu bevat giftige stoffen. Voor-
kom dat kinderen de accu uit de tele-
foon nemen en in de mond stoppen.
Een SIM-kaart is een klein voorwerp.
Voorkom dat kinderen deze uit de tele-
foon kunnen nemen en kunnen inslikken.
12.3 Omgevingscondities:
• De telefoon is een precisietoestel.
Laat de telefoon nooit vallen en
43