POWXG1007 NL
Copyright © 2019 VARO P a g i n a | 11 www.varo.com
10.2 Beveiliging van de kettingzaag
Gebruik de kettingzaag nooit in de regen of
in vochtige omstandigheden.
Wanneer het verlengsnoer beschadigd is, haal dan onmiddellijk de stekker
uit het stopcontact. Werk nooit met een beschadigd snoer.
▪ Controleer de kettingzaag op schade. Controleer vóór u uw gereedschap opnieuw
gebruikt de veiligheidsvoorzieningen en licht beschadigde onderdelen en zorg ervoor dat
ze in een goede staat verkeren om mee te werken.
▪ Zorg ervoor dat alle bewegende delen correct werken.
▪ Alle onderdelen moeten correct geassembleerd zijn en aan alle nodige voorwaarden
voldoen om ervoor te zorgen dat de kettingzaag correct werkt.
▪ Alle beschadigde veiligheidsvoorzieningen en onderdelen moeten onmiddellijk correct
worden hersteld of vervangen door een werkplaats van de klantendienst, tenzij er in de
gebruiksinstructies staat dat dit niet hoeft.
10.3 Opmerkingen over werkmethode
Terugslag (Fig. 8).
U kunt ongevallen vermijden door niet met de punt van het zwaard te zagen omdat dit ervoor
kan zorgen dat de zaag plots naar boven terugslaat.
Gebruik altijd een volledige veiligheidsuitrusting en –kledij wanneer u met de zaag werkt.
Terugslag is een opwaartse en/of achterwaartse beweging van het zwaard en kan optreden
wanneer de punt van het zwaard een obstakel ontmoet.
Zorg ervoor dat uw werkstuk stevig is vastgeklemd. Gebruik klemmen om het doorslippen van
een werkstuk te stoppen. Dit maakt het ook makkelijker om de zaag met beide handen te
gebruiken.
Terugslag zorgt ervoor dat de zaag oncontroleerbaar reageert en kan dus optreden met een
loshangende of stompe ketting. Een slecht geslepen ketting verhoogt het gevaar voor
terugslag. Zaag nooit boven schouderhoogte.
11 GEBRUIK VAN DE ZAAG
11.1 Zagen van hout (Fig. 7a, 7b)
Volg de veiligheidsregels en werk als volgt om hout te zagen:
− Zorg ervoor dat het te verzagen hout niet kan wegslippen.
− Klem korte stukjes hout op hun plek vóór het zagen.
− Zaag enkel hout of houten voorwerpen.
− Zorg er bij het zagen voor dat er geen stenen of nagels worden geraakt omdat die kunnen
worden weggeslingerd en de zaagketting kunnen beschadigen.
− Vermijd dat de draaiende zaag in contact komt met draadafsluitingen of de grond.
− Ondersteun bij het afzagen van takken de kettingzaag zo ver als mogelijk en zaag niet met
de punt van het zwaard.
− Let op voor obstakels zoals boomstronken, wortels, sloten en heuvels omdat die ervoor
kunnen zorgen dat u valt.
Onthoud!
De kettingzaag moet draaien vóór ze met het hout in contact komt.