POWPB30100 NL
Copyright © 2021 VARO P a g i n a | 8 www.varo.com
7.2 Laders
▪ Probeer nooit om niet-oplaadbare batterijen te laden.
▪ Laat defecte snoeren onmiddellijk herstellen.
▪ Niet blootstellen aan water.
▪ Open de lader niet.
▪ De behuizing van de lader niet doorboren.
▪ De lader is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
8 OPLADEN EN INBRENGEN OF UITNEMEN VAN DE BATTERIJ
8.1 Aanwijzingen op de lader (Fig. 1)
Sluit de lader aan op een stopcontact:
▪ Rood lampje brandt: lader op het net aangesloten.
▪ Rood lampje brandt en groen lampje knippert: de batterij laadt op.
▪ Rood en groen lampje branden: batterij is volledig geladen.
▪ Knipperend rood lampje: batterijpack is te heet. Laat het batterijpack ongeveer 30 minuten
afkoelen voordat u het opnieuw probeert op te laden.
▪ Rood en groen lampje knipperen om de beurt: batterijpack is defect en moet vervangen
worden.
▪ NOTA: wanneer u een defectindicatie krijgt, haal de batterij dan van de lader en breng ze
opnieuw aan. Wanneer de lampjes nog steeds een defect aangeven, probeer dan een
andere batterij op te laden. Wanneer de andere batterij normaal oplaadt, gooi de defecte
batterij dan weg. Wanneer een andere batterij ook de status “defect” vertoont, dan is het
mogelijk dat de lader defect is.
Opmerking: als de batterij niet goed in de lader past, koppel ze dan los en
controleer op de specificatiefiche of dit het juiste model batterijpack is voor
deze lader. Laad geen ander batterijpack of een batterijpack dat niet stevig
in de lader past.
1. Controleer de lader en het batterijpack geregeld tijdens het opladen.
2. Koppel de lader los van het stopcontact en van het batterijpack wanneer de batterij
opgeladen is.
3. Laat het batterijpack volledig afkoelen vóór u het gebruikt.
4. Berg de lader en het batterijpack binnen op, buiten het bereik van kinderen.
OPMERKING: als de batterij heet is na langdurig gebruik op het apparaat,
laat ze dan tot kamertemperatuur afkoelen vóór u ze oplaadt. Dit zal de
levensduur van uw batterijen verlengen.
8.2 Uitnemen/inbrengen van de batterij (Fig. 2)
WAARSCHUWING: Controleer vóór u het apparaat afstelt of het
uitgeschakeld is of verwijder het batterijpack.
▪ Houd het gereedschap met één hand vast en het batterijpack (9) met de andere.
▪ Om te installeren: duw en schuif het batterijpack in de batterijhouder tot de ontgrendelpal
aan de achterzijde van de batterij vastklikt en controleer of de batterij stevig vastzit vóór u
begint te werken.
▪ Om te verwijderen: duw op de ontgrendelpal van de het batterij en trek terzelfder tijd het
batterijpack uit zijn houder.