POWE30015 NL
Copyright © 2018 VARO P a g i n a | 7 www.varo.com
▪ Plaats de zaag nooit op een tafel of werkbank vóór het blad volledig tot stilstand gekomen
is.
▪ Het zaagblad blijft nog korte tijd in beweging nadat het apparaat werd uitgeschakeld.
▪ Houd elektrisch gereedschap vast bij de geïsoleerde greep tijdens werkzaamheden
waarbij het blad in contact kan komen met verborgen draden of met het snoer van het
apparaat zelf. Wanneer een zaagblad in contact komt met een kabel die onder spanning
staat, kunnen metalen onderdelen van het elektrisch gereedschap zelf onder spanning
komen, met een elektrische schok als mogelijk gevolg.
7 ASSEMBLAGE
Belangrijk: trek altijd de stekker uit het stopcontact vóór montage en
afstelling.
7.1 De zaagbladen vervangen (Fig. 1)
▪ Trek aan de hendel van de zaagbladklem (11) en schuif het zaagblad (14) met de tanden
naar voren in de geleidersleuf.
▪ Zorg ervoor dat de achterrand van het zaagblad in de zaagbladklem past en laat dan de
hendel van de zaagbladklem los.
▪ Het zaagblad verwijderen doet u in de omgekeerde volgorde.
7.2 In- en uitschakelen (Fig. 2)
▪ Steek de stekker in het stopcontact. Het 'ledlampje stroom aan" (5) blijft branden zolang
de stekker in het stopcontact zit.
▪ Druk de aan/uit-trekkerschakelaar (3) in om het gereedschap in te schakelen.
▪ Laat de trekkerschakelaar los om het gereedschap uit te schakelen.
▪ Druk voor continue werking de vergrendelknop (4) in.
7.3 Variabele snelheid (Fig. 3)
▪ U kunt de zaagsnelheid wijzigen door de snelheidsregelaar (2) naar voren of naar
achteren te draaien.
▪ Stel als algemene regel de snelheid in volgens het materiaal waarin u zaagt. Hogere
snelheden laten u sneller zagen, maar verkorten de levensduur van het zaagblad.
▪ Stand “1” is de laagste snelheid. Stand “6” is de hoogste snelheid.
7.4 Instellen van de zaaghoek (Fig. 4)
▪ De voetplaat (8) kan t.o.v. de lijn van de zaag onder een hoek tot 45° geplaatst worden
(links en rechts). Dit vergemakkelijkt het zagen van omtrekken.
▪ Draai de twee klemschroeven (9) onder de voetplaat (8) lost met behulp van de
inbussleutel (6) die meegeleverd werd met het gereedschap. Plaats de voetplaat in de
gewenste hoek, lijn de voetplaat uit in de lengte en draai de klemschroeven (9) weer vast
aan.
▪ Breng de voetplaat naar voren en kantel ze in de gewenste hoek. De hoek kan ingesteld
worden tussen 0° en 45° (links en rechts).
▪ Om nauwkeurig zaagwerk te kunnen afleveren, is het noodzakelijk om een testsnede te
maken. Meet daarna het werkstuk na en regel indien nodig de hoek bij tot de instelling
correct is.
7.5 De parallelgeleider (Fig. 5) afstellen.
Met randgeleider (13) kunt u evenwijdig aan een rand zagen. De maximale afstand is 15 cm.
▪ Zet vergrendelknop (15) los en breng de parallelgeleider in de houders in de
zaag/basisplaat (8).
▪ Zet de vergrendelknop voor de randgeleider vast.