POWE20025 NL
Copyright © 2021 VARO pagina | 9 www.varo.com
8 WERKWIJZE
8.1 Slijpen Hou de handgreep (4) en de hulphandgreep (7)
stevig vast en schakel het toestel in. Vermijd dat u
met uw handen de ventilatiesleuven blokkeert
omdat dit tot oververhitting van de slijper zou
kunnen leiden. Laat de schijf op volle snelheid
komen. De slijper beschikt over een
snelheidsregelwieltje (10) waarmee de snelheid
volgens de toepassing en materiaal kan worden
ingesteld. Er zijn 6 instellingen beschikbaar voor
snelheden tussen de 3000 en 12000 tpm. Verander de snelheidsinstelling wanneer de slijper
niet in werking is en test daarna het resultaat. Breng de schijf op het werkstuk. Een maximaal
effect wordt bereikt wanneer de slijper onder een hoek van 15 tot 30° wordt gehouden t.o.v.
het werkstuk. Beweeg de slijper zachtjes langsheen het werkstuk. Geef de slijper de tijd om
zijn werk te doen. Het is zelden nodig om de schijf met grote kracht tegen het te bewerken
oppervlak te duwen. Tijdens het werken kunnen er vonken in de motor ontstaan. Dit is
normaal en wijst niet op een defect. Schakel de slijper na het gebruik uit.
9 PLAATSING VAN DE FLENZEN BIJ GEBRUIK VAN SLIJPSCHIJVEN
MET GEBOGEN MIDDEN
9.1 Plaatsing van de flenzen bij gebruik van een gebogen of rechte slijpschijf:
slijpschijf/-wiel
1. Spanflens
2. Flensmoer 3 Slijpmachinekop
4 Wiel/schijf