POWDP2520 NL
Copyright © 2018 VARO P a g i n a | 9 www.varo.com
9.2 Uitnemen/inbrengen van de batterij (Fig. 2)
WAARSCHUWING: Controleer vóór u het apparaat afstelt of het
uitgeschakeld is of verwijder het batterijpack.
▪ Houd het gereedschap met één hand vast en het batterijpack (20) met de andere.
▪ Om te installeren: duw en schuif het batterijpack in de batterijhouder tot de ontgrendelpal
aan de achterzijde van de batterij vastklikt en controleer of de batterij stevig vastzit vóór u
begint te werken.
▪ Om te verwijderen: duw op de ontgrendelpal van de het batterij en trek terzelfder tijd het
batterijpack uit zijn houder.
9.3 Indicator batterijcapaciteit (Fig. 3)
Er zijn capaciteitsindicatoren op het batterijpack. U kunt de capaciteit van de batterij controleren
wanneer u de knop (22) indrukt. Druk vóór het gebruik van het apparaat de trekkerschakelaar
even in om te controleren of de batterij voldoende opgeladen is voor het werk.
Deze 3 leds geven de capaciteit van de batterij aan.
3 leds branden: batterij volledig opgeladen
2 leds branden: batterij 60% opgeladen
1 led brandt: batterij bijna ontladen
10 INSTELLINGEN
10.1 Verwisselen van het zaagblad (Fig. 4)
Gebruik alleen zaagbladen die scherp en onbeschadigd zijn. Gebarsten of verbogen
zaagbladen dient u meteen te vervangen.
▪ Plaats de cirkelzaag op haar kant op een vlak oppervlak. Om makkelijk te kunnen werken,
wordt het aangeraden om de voetplaat (10) zo laag mogelijk te zetten, dus op een zo klein
mogelijke zaagdiepte.
▪ Duw de asvergrendelingsknop in de richting van de motorbehuizing zoals de pijlen op
Fig.4 tonen en hou hem stevig ingedrukt.
▪ Draai de klembout van het zaagblad m.b.v. de meegeleverde inbussleutel in wijzerzin los.
▪ Verwijder de klembout en de buitenste flens.
▪ Til de onderste beschermkap (11) op m.b.v. zijn hendel (9) en verwijder het zaagblad.
▪ Reinig de zaagbladflenzen en monteer dan een nieuw zaagblad op de aandrijfas en tegen
de binnenste flens.
▪ Zorg ervoor dat de zaagtanden en de pijl op het blad in dezelfde richting wijzen als de pijl
op de onderste beschermkap.
▪ Monteer de buitenste flens terug op haar plaats en zet de klembout van het zaagblad vast.
▪ Verzeker u ervan dat het zaagblad vrij kan bewegen door er met de hand eens aan te
draaien.
10.2 Instellen van de zaagdiepte (Fig. 5)
De zaagdiepte is traploos instelbaar. Een nette zaagsnede ontstaat als het zaagblad ca. 3 mm
uit het materiaal steekt.
▪ Zet de instelschroef van de diepte-instelling (16) los.
▪ Hou de voetplaat (10) vlak tegen de rand van het werkstuk en til de
zaagmachinebehuizing op totdat het zaagblad op de juiste diepte zit die bepaald wordt
door de dieptestop (17), lijn uit met de schaal).
▪ Zet de instelschroef van de diepte-instelling terug vast.
10.3 Instellen van de verstekhoek (Fig. 6)
De verstekhoek is traploos instelbaar tussen 0° en 45°.
▪ Zet de vergrendelingshendel van de hoekinstelling (2) los.