POWDP1520 NL
Copyright © 2018 VARO P a g i n a | 10 www.varo.com
Dit helpt om ongewenst starten te voorkomen wanneer het gereedschap niet in gebruik is. Zet
de keuzeschakelaar voor de draairichting in zijn middenstand om de trekkerschakelaar te
vergrendelen.
9.5.2 Draairichting (Fig. 5)
De draairichting wordt bepaald door de keuzeschakelaar voor de draairichting die zich boven
de trekkerschakelaar bevindt.
9.5.2.1 In wijzerzin draaien:
Rechts: om de voorwaartse richting te kiezen, laat u de aan/uit-schakelaar los en duwt u de
voorwaarts/achterwaarts-hendel naar de linkerkant van het gereedschap.
9.5.2.2 In tegenwijzerzin draaien:
Links: om de omgekeerde draairichting te kiezen, duwt u deze hendel naar de rechterkant van
het gereedschap.
9.5.3 Regelbare snelheid
Dit gereedschap is uitgerust met een schakelaar met snelheidsregeling die een hogere
snelheid en draaimoment levert wanneer er meer drukkracht op de trekker wordt uitgeoefend.
De snelheid wordt bepaald door de mate waarin de trekker wordt ingeduwd.
9.6 Het draaimoment instellen
Het draaimoment wordt ingesteld d.m.v. de instelring; het draaimoment is groter wanneer
deze ring op een hogere stand wordt ingesteld. Het moment is kleiner wanneer de ring wordt
ingesteld op een lagere stand. “1” geeft de laagste stand aan en “21” de hoogste.
Het draaimoment wordt ingesteld op een stand die overeenstemt met de verschillende
schroeven of materialen. U kunt een geschikt draaimoment bv. als volgt instellen: wanneer de
schroef lang en het materiaal hard is, kunt voor een hogere stand kiezen.
9.7 Functiekeuzeschakelaar
▪ Voor de klopboorfunctie: draai de functiekeuzeschakelaar in de stand .
▪ Voor de boorfunctie: draai de functiekeuzeschakelaar in de stand .
▪ Voor de schroevendraaierfunctie: draai de functiekeuzeschakelaar in de stand .
9.8 Snelheidskeuzeschakelaar (Fig. 6)
NOTA: markering “1” op de knop van de snelheidskeuzeschakelaar is de
stand met de lage snelheid, markering “2” de stand met de hoge snelheid.
Deze boormachine heeft een tandwieloverbrenging met twee snelheden, bestemd om te
boren tegen snelheid 1 (LAAG/LOW) of 2 (HOOG/HIGH). De snelheidskeuzeschakelaar om
de hoge of lage snelheid te kiezen, bevindt zich boven aan de boormachine. Wanneer u de
knop (3) naar voor drukt en de lage snelheid selecteert, zal de snelheid lager zijn maar zal de
machine meer kracht en een groter draaimoment leveren. Wanneer u de boormachine op de
hoge snelheid gebruikt, zal de snelheid verhogen maar zal de boormachine minder kracht en
een kleiner draaimoment leveren. Gebruik de lage snelheid voor taken waarvoor u veel kracht
nodig hebt en de hoge snelheid voor snelboortoepassingen.