13
Let op: als de waarde van uw hartslag lager is dan de ingestelde T.H.R. zal de computer de weerstand
automatisch verzwaren. Als de waarde van uw hartslag hoger is dan de ingestelde T.H.R., zal de
computer de weerstand automatisch verlagen.
65%, 75% en 90%
Druk op de UP- en DOWN-toetsen om het 65%, 75% of 90%-programma te selecteren. Druk
vervolgens op de MODE-toets om de waardes TIME (tijd), DIST (afstand) of CAL (calorieën). Zodra u
een waarde selecteert begint deze te knipperen, waarna u de waarde kunt aanpassen met de UP- en
DOWN-toetsen. Bevestig door op de MODE-toets te drukken.
Let op: de waardes TIME (tijd), DIST (afstand) en CAL (calorieën) kunnen niet alle drie ingesteld
worden. U dient een keuze te maken uit één van deze drie waardes.
Druk op de START/STOP-toets om met de training te beginnen en houd uw handpalmen op de
handpulssensoren tijdens het trainen. De computer zal de weerstand tijdens de training automatisch
aanpassen om de ingestelde T.H.R. te bereiken. Zodra de ingestelde waarde is bereikt, klinkt er een
geluidssignaal en stopt het programma automatisch. Indien u door wilt trainen, drukt u nogmaals op
de START/STOP-toets.
Let op: als de waarde van uw hartslag lager is dan de ingestelde T.H.R. zal de computer de weerstand
automatisch verzwaren. Als de waarde van uw hartslag hoger is dan de ingestelde T.H.R., zal de
computer de weerstand automatisch verlagen.
Gebruikersprogramma
Onder gebruikersprogramma kunt u zelf een programma creëren.
Let op: uw instellingen kunt u alleen opslaan onder de profielen U1 t/m U4, niet onder U0.
Druk op de MODE-toets om in de programmakeuzemodus te komen. Druk op de UP- en DOWN-
toetsen om het gebruikersprogramma (USER) te selecteren. Druk vervolgens op de MODE-toets om
de 20 weerstandniveaus in te stellen. Druk nogmaals op de MODE-toets om de waardes TIME (tijd),
WATT, DIST (afstand), CAL (calorieën) en T.H.R. (hartslag) in te stellen. Zodra u een waarde selecteert
begint deze te knipperen, waarna u de waarde kunt aanpassen met de UP- en DOWN-toetsen.
Bevestig door op de MODE-toets te drukken.
Let op: de waardes TIME (tijd), DIST (afstand) en CAL (calorieën) kunnen niet alle drie ingesteld
worden. U dient een keuze te maken uit één van deze drie waardes.
Druk op de START/STOP-toets om met de training te beginnen. Gedurende de training kunt u de
weerstand aanpassen door op de UP- of DOWN-toets te drukken. Zodra de ingestelde waarde is
bereikt, klinkt er een geluidssignaal en stopt het programma automatisch. Indien u door wilt trainen,
drukt u nogmaals op de START/STOP-toets.
Voorgeprogrammeerde programma’s
Druk op de MODE-toets om in de programmakeuzemodus te komen. Druk op de UP- en DOWN-
toetsen om één van de voorgeprogrammeerde programma’s (P01 t/m P12)te selecteren. Druk
vervolgens op de MODE-toets om de waardes TIME (tijd), DIST (afstand), CAL (calorieën) en T.H.R.
(hartslag) in te stellen. Zodra u een waarde selecteert begint deze te knipperen, waarna u de waarde
kunt aanpassen met de UP- en DOWN-toetsen. Bevestig door op de MODE-toets te drukken.
Let op: de waardes TIME (tijd), DIST (afstand) en CAL (calorieën) kunnen niet alle drie ingesteld
worden. U dient een keuze te maken uit één van deze drie waardes.
Druk op de START/STOP-toets om met de training te beginnen. Gedurende de training kunt u de
weerstand aanpassen door op de UP- of DOWN-toets te drukken. Zodra de ingestelde waarde is