• Wanneer u weer begint met trainen nadat u meer dan een week niets heeft gedaan.
• Wanneer u niet geheel zeker bent van uw lichamelijke of geestelijke conditie, bijvoorbeeld wanneer
u nog niet bent hersteld van de vorige training of u zich niet lekker voelt of gestresst bent.
• Na het wijzigen van uw gebruikersinstellingen.
Voordat u uw OwnZone (Persoonlijke hartslagzoen) gaat bepalen, moet u er eerst voor zorgen dat:
• Uw gebruikersinstellingen juist zijn.
• De OwnZone (Persoonlijke hartslag) functie is geactiveerd. Als de OwnZone (Persoonlijke hartslag)
functie is ingeschakeld, dan bepaalt de fietscomputer telkens wanneer u begint met trainen
automatisch de OwnZone (Persoonlijke hartslagfunctie).
1. Draag de borstband volgens de instructies. Start de meting door te drukken op OK (tweemaal).
2. Als uw training begint, dan wordt OZ weergegeven en begint de bepaling van uw OwnZone
(Persoonlijke hartslagzone).
Het bepalen van uw OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) gebeurt in vijf fasen. Als het geluid is
aangezet, dan zal een pieptoon het einde van elke fase aangeven.
OZ > Fiets 1 minuut in een rustig tempo. Houd uw hartslag onder 100 hsm / 50% HR
max
tijdens deze
eerste fase.
OZ >> Fiets 1 minuut in een normaal tempo. Verhoog langzaam uw hartslag met ongeveer 10-20 hsm /
5% HR
max
.
OZ >>> Fiets 1 minuut in een vlot tempo. Verhoog uw hartslag met ongeveer 10 hsm / 5% HR
max
.
OZ >>>> Fiets 1 minuut in een vlot tempo. Verhoog uw hartslag met ongeveer 10 hsm / 5% HR
max
.
OZ >>>>> Fiets 1 minuut in een vlot tempo. Verhoog uw hartslag met ongeveer 10 hsm/ 5 % HR
max
.
3. Als u twee pieptonen achter elkaar hoort, dan betekent dit dat uw OwnZone (Persoonlijke
hartslagzone) is bepaald.
4. OwnZone Updated (Persoonlijke hartslagzone geüpdate) en de hartslagzone worden vervolgens
weergegeven. De zone wordt aangegeven in hartslagen per minuut (hsm), als een percentage van
de maximale hartslag (HF%), of als percentage van uw hartslagreserve (HRR%) afhankelijk van uw
instellingen.
5. Als de OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) bepaling niet succesvol was, wordt uw vorige
OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) gebruikt en wordt OwnZone Limits (Persoonlijke
hartslagzone-limieten) weergegeven. Als de OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) niet eerder is
bepaald, dan worden automatisch de op leeftijd gebaseerde limieten gebruikt.
U kunt nu doorgaan met uw training. Probeer binnen de opgegeven hartslagzones te blijven voor een
optimaal trainingsresultaat.
U kunt ook de OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) bepaling overslaan en de vorige OwnZone
(Persoonlijke hartslagzone) gebruiken. Druk hiervoor op OK tijdens elke fase van het proces.
De bij de OwnZone (Persoonlijke hartslagzone) bepaling verstreken tijd wordt opgenomen in uw
trainingsregistratie.
Stop Exercise
Pauzeer de trainingsregistratie door op STOP te drukken. Om de registratie volledig te stoppen, EXIT
kiezen.
6. NA DE TRAINING
Verzorg na het trainen uw borstband. Maak na gebruik het zendgedeelte los van het elastische bandje.
Houd de borstband schoon en droog.
Zie Onderhoud voor volledige verzorgings- en onderhoudsinstructies.
Polar CS600 Gebruiksaanwijzing 19