455207
89
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/104
Next page
AUDIO
/
VIDEO MULTI-KANAALS
VERSTERKER
VSA-AX10Ai
Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING:
GELIEVE DEZE ONDERRICHTINGEN GOED TE LEZEN
VOORALEER HET TOESTEL VOOR DE EERSTE KEER
OP HET ELEKTRISCHE NET AAN TE SLUITEN.
Aangezien de stroomsterkte verschilt van land tot
land, dient erop gelet dat de geleverde stroom op
de plaats van gebruik overeenstemt met de nodige
stroomsterkte zoals aangegeven op de achterkant
van het toestel (vb 230 V of 120 V).
D3-4-2-1-4_Du
WAARSCHUWING: Geen naakte vlammen, zoals
brandende kaarsen, op het toestel plaatsen. Indien
bij ongeval een naakte vlam op het toestel zou
vallen kan, door het verspreiden ervan over het
toestel, vuur ontstaan.
D3-4-2-1-7a_Du
Dit product voldoet aan de laagspanningsrichtlijn
(73/23/EEG, gewijzigd bij 93/68/EEG), EMC-
richtlijnen (89/336/EEG, gewijzigd bij 92/31/EEG en
93/68/EEG).
D3-4-2-1-9a_Du
VENTILATIE: Zorg dat u bij het installeren van dit
toestel rondom wat vrije ruimte laat voor de
ventilatie (tenminste 60 cm boven, 10 cm achter en
30 cm aan weerskanten van het toestel).
WAARSCHUWING: Spleten en openingen in het
omhulsel dienen voor ventilatie en een gepast
gebruik van het product, alsook om het te
beschutten voor oververhitting. Om het te
beschermen tegen vuur mogen deze openingen
nooit afgesloten of bedekt worden met
voorwerpen zoals dagbladen, tafellakens,
gordijnen, enz. Plaats het toestel ook nooit op een
dik tapijt, op een bed, sofa of om het even welk
zacht en dik materiaal.
D3-4-2-1-7b_Du
Plaats van gebruik
Temperatuur en vochtigheidsgraad op de plaats van
gebruik:
+5˚ C – +35˚ C (+41˚ F – +95˚ F); minder dan 85 %
RH (ventilatie niet geblokkeerd)
Niet installeren op de volgende plaatsen:
Onder rechtstreekse zonnestraling of onder sterke
kunstmatige belichting
Bij hoge vochtigheidsgraad of op een slecht verluchte
plaats
D3-4-2-1-7c_Du
WAARSCHUWING:
Het toestel is niet waterdicht;
het toestel niet blootstellen aan regen of vocht om
brand of een elektrische shock te vermijden. Plaats
ook geen waterhoudende voorwerpen, zoals vazen,
bloempotten, cosmetische containers en flessen met
geneesmiddelen, enz. in de nabijheid van dit toestel.
D3-4-2-1-3_Du
D3-4-2-1-1_Du
Het uitroepteken in een gelijkzijdige
driehoek is bedoeld om de aandacht van de
gebruiker te trekken op de aanwezigheid van
belangrijke bedienings- en
onderhoudsinstructies in de handleiding bij
dit toestel.
De lichtflash met pijlpuntsymbool in een
gelijkzijdige driehoek is bedoeld om de
aandacht van de gebruikers te trekken op
een niet geïsoleerde “gevaarlijke spanning”
in het toestel, welke voldoende kan zijn om
bij aanraking een elektrische shock te
veroorzaken.
BELANGRIJK
WAARSCHUWING:
OM HET GEVAAR VOOR EEN ELEKTRISCHE
SHOCK TE VOORKOMEN, DEKSEL (OF RUG)
NIET VERWIJDEREN. AAN DE BINNENZIJDE
BEVINDEN ZICH GEEN ELEMENTEN DIE
DOOR DE GEBRUIKER KUNNEN BEDIEND
WORDEN. ENKEL DOOR GEKWALIFICEERD
PERSONEEL TE BEDIENEN.
CAUTION
RISK OF ELECTRIC SHOCK
DO NOT OPEN
D3-4-2-1-1_Du
Hartelijk dank voor uw aankoop van dit
Pioneer product.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig
door, zodat u vertrouwd raakt met de
bediening van dit apparaat. Bewaar na
het doorlezen deze gebruiksaanwijzing op
een veilige, gemakkelijk te onthouden
plaats, voor latere naslag.
Dit apparaat is bestemd voor normaal huishoudelijk
gebruik. Indien het apparaat voor andere doeleinden
of op andere plaatsen wordt gebruikt (bijvoorbeeld
langdurig gebruik in een restaurant voor zakelijke
doeleinden, of gebruik in een auto of boot) en als
gevolg hiervan defekt zou raken, zullen de reparaties
in rekening gebracht worden, ook als het apparaat
nog in de garantieperiode is.
K041_Du
Als de stekker van het netsnoer niet geschikt is voor
het stopcontact waarop de apparatuur wordt
aangesloten, moet u de stekker verwijderen en een
gepaste stekker op het netsnoer aanbrengen. Het
vervangen en aanbrengen van een nieuwe stekker
dient uitgevoerd door een gekwalificeerde dienst.
Gooi de verwijderde stekker weg om het gevaar voor
een elektrische shock te vermijden, zo deze in een
stopcontact gestoken zou worden.
D3-4-2-2-1a_Du
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg zijn,
moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
D3-4-2-4-2_Du
De OFF/ON schakelaar is in het secundaire
voedingscircuit opgenomen. Dit betekent dat het
apparaat op OFF niet van het elektriciteitsnet is
afgesloten. Plaats het toestel daarom op een
geschikte plaats, waar de stekker gemakkelijk
uitgetrokken kan worden bij ongeval. Deze stekker
moet ook uitgetrokken worden indien het toestel
gedurende een langere periode niet gebruikt wordt.
D3-4-2-2-2a_Du
4
Du
Inhoud
Onze uitgangspunten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Kenmerken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
01 Voorbereidingen
Bijgeleverd toebehoren controleren . . . . . . . . . . . . . . 7
Gebruik van de afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . 7
Reikwijdte van de afstandsbediening . . . . . . . . . . . . 7
De afstandsbediening opladen. . . . . . . . . . . . . . . . . 7
De afstandsbediening naar wens instellen. . . . . . . . 8
Het scherm van de afstandsbediening ijken. . . . . . . 8
De klok gelijkzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Geluidssterkte van de toetspieptoon instellen . . . . . 9
Keuze van de spaarstand-uitschakeltijd . . . . . . . . . . 9
Terugstellen van de afstandsbediening . . . . . . . . . 10
Beveiligen van de afstandsbediening . . . . . . . . . . . 10
Herstarten van de afstandsbediening. . . . . . . . . . . 10
Vervangen van de lithium-ionenbatterijen . . . . . . . 11
02 Aansluiten van uw apparatuur
Achterpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Bij het aansluiten van kabels en snoeren . . . . . . . . . 13
Aansluiten van uw TV-toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Aansluiten van een DVD-speler . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Aansluiten van meerkanaals analoge uitgangen . . 16
Aansluiten van een satelliet-TV/kabel-TV ontvanger of
andere TV-top ontvanger. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Aansluiten van een videorecorder of DVD-recorder .18
Aansluiten van andere videobronnen . . . . . . . . . . . . 19
Gebruik van de component video-aansluitingen . . . . 20
Betreffende de video-omzetter . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Aansluiten van digitale geluidsbronnen . . . . . . . . . . 21
Aansluiten van analoge geluidsbronnen. . . . . . . . . . 22
Aansluiten van apparatuur op de ingangen op het
voorpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23
Installeren van uw luidsprekersysteem . . . . . . . . . . . 24
Aansluiten van de luidsprekers . . . . . . . . . . . . . . . 24
Opstellen van de luidsprekers . . . . . . . . . . . . . . . . 25
De versterker op het stopcontact aansluiten. . . . . . . 26
Betreffende de netstroomuitgang . . . . . . . . . . . . . 26
03 Knoppen en aanduidingen
Uitleesvenster. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 27
Voorpaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Voornaamste afstandsbedieningsschermen . . . . . 30
Afstandsbedieningsschermen voor andere
apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
04 Om te beginnen
Inleiding: uw eigen huisbioscoop . . . . . . . . . . . . . . . 35
Automatische instellingen voor rondom-akoestiek . . 35
Problemen die zich kunnen voordoen bij de Auto
Surround Setup . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Controleren van de instellingen op uw DVD (of andere)
speler . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
Afspelen van een geluidsbron . . . . . . . . . . . . . . . . . 37
05 Luisteren naar uw geluidssysteem
Omtrent de verschillende luisterfuncties . . . . . . . . . 39
Luisteren naar rondom-akoestische weergave . . . . 39
Gebruik van geavanceerde akoestiekeffecten. . . . . 41
Gebruik van de Home THX functies . . . . . . . . . . . . 41
Luisteren in stereo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Luisteren via een hoofdtelefoon . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Gebruik van de meerkanaals analoge ingangen . . . . 43
Gebruik van de Stream Direct functie. . . . . . . . . . . . 43
Luisteren met de akoestiek-equalizer . . . . . . . . . . . . 44
Keuze van het type ingangssignaal . . . . . . . . . . . . . 44
Keuze van de USB en analoge
meerkanaals-ingangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Luisteren naar geluidsbronnen met hoge
bemonsteringsfrequenties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Gebruik van het middenachterkanaal. . . . . . . . . . . . 46
Luisteren met virtuele middenachterluidsprekers. . . 47
Creëren van een middenluidspreker-effect . . . . . . . . 47
Gebruik van Hi-bit en Hi-sampling . . . . . . . . . . . . . . 48
Gebruik van de Midnight en Loudness
luisterfuncties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Gebruik van de toonregeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48
Aan en uit zetten van de toonregeling . . . . . . . . . . 48
Bijregelen van de lage en hoge tonen . . . . . . . . . . 49
Storing in de weergave onderdrukken . . . . . . . . . . . 50
Luisteren naar tweetalige of dubbele mono
geluidssporen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50
06 Het Surround Setup akoestiekmenu
De versterker instellen via het Surround Setup
akoestiekmenu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Luidsprekersystemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
Kanaalniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54
Luidsprekerafstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 55
Akoestiek-ijking met de equalizer. . . . . . . . . . . . . . 55
Professionele akoestiek-equalizer . . . . . . . . . . . . . 57
X-Curve . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Controleren van uw akoestiek-instellingen . . . . . . . . 60
5
Du
07 Bediening van andere apparatuur
Gebruik van de afstandsbediening voor andere
apparatuur. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 61
Vaste bedieningscodes activeren. . . . . . . . . . . . . . . 61
Signalen overnemen van een andere
afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63
Directe geluidsbron-bedieningsfunctie . . . . . . . . . . 64
Namen van de afstandsbedieningstoetsen
aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 64
Meervoudige bedieningsreeksen en systeem-
uitschakelfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 66
Programmeren van een bedieningsreeks of een
systeem-uitschakelcommando . . . . . . . . . . . . . . . 66
Componenten aan en uit schakelen met de 12-volts
schakelstroom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
Bediening van andere Pioneer componenten via de
sensor van dit apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 68
08 Gebruik van andere functies
Audio- of video-opnamen maken . . . . . . . . . . . . . . . 69
Meeluisteren naar de gemaakte opname . . . . . . . 69
Het niveau van een analoog signaal verminderen . . 70
Een geluidsspoor door vertraging synchroniseren . . 70
Tegelijk weergeven van afzonderlijke audio- en
videobronnen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Verbeteren van de SACD weergave . . . . . . . . . . . . . 71
Gebruik van de A/D-omzetters om
2-kanaals geluid een betere definitie te geven . . . . . 72
Dimmen van het uitleesvenster . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Omschakelen van de luidspreker-impedantie . . . . . 72
Controleren van uw systeem-instellingen. . . . . . . . . 73
Het systeem in de uitgangsstand terugstellen . . . . . 73
Oorspronkelijke versterker-instellingen . . . . . . . . . 73
09 Andere aansluitingen
Gebruik van luidsprekersysteem B. . . . . . . . . . . . . . 75
Omschakelen van het luidsprekersysteem . . . . . . 75
Gebruik van luidsprekersysteem B in een andere
kamer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Wisselend gebruik van akoestiekluidsprekers met luid-
sprekersysteem B (ITU-R) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 76
Dubbele versterking voor uw voorluidsprekers. . . . . 77
Dubbele bedrading voor uw luidsprekers. . . . . . . . . 77
Toevoegen van een tweede stel akoestiekluidsprekers
voor Bi-Surround . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 77
Gebruik van de voorversterkeruitgangen . . . . . . . . . 78
Aansluiten van extra versterkers . . . . . . . . . . . . . . 78
Aansluiten van een externe stereo
voorversterker . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 78
Gebruik van de i.LINK-aansluiting . . . . . . . . . . . . . . 78
Omtrent i.LINK. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Omtrent PQLS tijdssturing . . . . . . . . . . . . . . . . . . 79
Samenstellen van een i.LINK-netwerk . . . . . . . . . . 80
Gebruik van de USB-aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . 80
Aansluiten van een PC voor geavanceerde MCACC
weergave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 82
Geavanceerde MCACC weergave via uw PC . . . . . 82
10 Geavanceerde instellingen
Het ingang-toewijzingsmenu. . . . . . . . . . . . . . . . . . 83
Toewijzen van de digitale ingangen. . . . . . . . . . . . 83
Toewijzen van de component-video ingangen . . . . 84
Toewijzen van de i.LINK ingangen . . . . . . . . . . . . . 84
Toewijzen van de video-ingangen . . . . . . . . . . . . . 85
Het Expert Setup instelmenu. . . . . . . . . . . . . . . . . . 85
Bijstellen schermaanduidingen . . . . . . . . . . . . . . 86
Lagetonen-piekniveau . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 86
Dynamisch bereik-aanpassing . . . . . . . . . . . . . . . 87
Functies hernoemen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 87
Overleggen schermaanduidingen . . . . . . . . . . . . . 88
12-volts schakelstroom . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
THX Audio Setup instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . 88
THX Ultra2 Subwoofer-resonantiebeperking . . . . . 89
Middenachterluidspreker-tussenruimte . . . . . . . . 89
11 Aanvullende informatie
Optimaliseren van uw luidsprekeropstelling . . . . . . 90
Primaire akoestiekopstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . 90
THX luidsprekersysteem-opstelling . . . . . . . . . . . . 91
Luidsprekeropstelling voor DVD-Audio/meerkanaals-
muziekbronnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 91
Verhelpen van storingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Stroomvoorziening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 92
Geen geluid. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Andere problemen met geluidsweergave . . . . . . . 95
Video. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
Instellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
Afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 97
Uitleesvenster . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 98
i.LINK verbinding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
i.LINK berichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
USB verbinding. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Diversen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 100
Weergaveformaten voor rondom-akoestiek . . . . . . 101
Dolby. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101
DTS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101
Windows Media® Audio 9 Professional . . . . . . . 101
PCM (Puls-Code Modulatie) . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Omtrent THX® . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 102
Onderhoud van de buitenkant van het apparaat . . 102
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103
6
Du
Onze uitgangspunten
Pioneer stelt zich ten doel uw luisterervaring thuis zo
goed mogelijk te laten overeenkomen met de intenties
van de filmmakers en opnametechnici bij hun
samenstelling van het filmgeluid. Dit doen we door drie
belangrijke punten voorop te stellen:
1 De best bereikbare geluidskwaliteit leveren
2 Optimale akoestische aanpassing aan elk soort
luisterruimte mogelijk maken
3 De versterker perfectioneren met de hulp van
wereldklasse studiotechnici
1
Kenmerken
Gemakkelijke instellingen met geavanceerd
MCACC systeem
De voorbereidingen treffen voor uw huisbioscoop omvat
nauwelijks meer dan het aansluiten van uw
luidsprekers,een DVD-speler of andere beeld- en
geluidsbron en uw TV-toestel. De Auto Surround Setup
levert een vlotte maar nauwkeurige rondom-
akoestiekinstelling, terwijl u daarnaast zelf nog alle
gewenste aanpassingen kunt maken voor muziek op
maat.
Bovendien kunt u met de Professional Acoustic
Calibration EQ instelling de weerkaatsingen van uw
luisterruimte meten, zodat u met behulp van grafieken op
het scherm van dit apparaat of van een computer de
geluidsweergave optimaal kunt fijnregelen.
Digitale i.LINK aansluiting
De i.LINK-aansluiting stelt u in staat deze versterker aan
te sluiten op i.LINK-geschikte componenten, zodat u
gebruik kunt maken van zeer hoge
bemonsteringsfrequenties (tot 192kHz) van meerkanaals
PCM digitale audio van DVD-Audio en SACD discs,
evenals digitale audio van DVD-Video, CD en Video CD
discs, alles via een enkele kabel.
Digitale USB aansluiting
U kunt meerkanaals-geluidsbronnen via uw computer
weergeven, door ze aan te sluiten op de USB-aansluitbus
op het achterpaneel van deze versterker. Afhankelijk van
uw type computer en het programma dat u gebruikt, kunt
u luisteren naar elke geluidsbron die geschikt is voor uw
besturingssysteem, via de luidsprekers die zijn
aangesloten op deze versterker.
Dolby Digital en DTS decodering, inclusief Dolby
Digital EX, DTS 96/24 en DTS-ES
Dolby Digital en DTS decodering brengt een
indrukwekkend bioscoopgeluid in uw huiskamer met
tot zes kanalen aan "surround sound", inclusief een
afzonderlijk LFE (LaagFrequente Effecten) kanaal voor
diepe, realistische geluidseffecten.
Door toevoeging van een akoestiek-achterluidspreker
kunt u profijt trekken van de ingebouwde Dolby Digital EX
en DTS-ES decodeertrappen voor zes-kanaals rondom-
akoestiek.
Dolby Pro Logic IIx en DTS Neo:6 decodeertrappen
De ingebouwde Dolby Pro Logic IIx en DTS Neo:6
decodeertrappen zorgen niet alleen voor volledig
omringende akoestische decodering voor Dolby
Surround geluidsbronnen, maar bieden tevens de
mogelijkheid om alle gewone stereo geluidsbronnen in
een indrukwekkende akoestiek-weergave te beluisteren.
Ontwerp met officieel THX certificaat
Deze versterker kan staat maken op een officieel THX
Ultra2
TM
certificaat, hetgeen u laat genieten van nieuwe
THX technologie zoals ASA (Advanced Luidspreker
Array), geschikt voor de verwerking van elke 5.1-kanaals
geluidsbron tot volledige 6.1-kanaals (THX Surround EX)
of zelfs 7.1-kanaals (THX Ultra2
TM
Cinema en THX
MusicMode) weergave. Deze functies zijn tevens
beschikbaar voor de weergave van signalen die
binnenkomen via de i.LINK-aansluiting.
Windows Media
®
Audio 9 Professional
decodering
U kunt nu luisteren naar het Windows Media
®
Audio 9
Professional (WMA9 Pro) formaat voor discrete rondom-
akoestiek via de ingebouwde WMA9 Pro decodeertrap, of
anders via de USB-aansluiting met behulp van een
decodeerprogramma op uw computer.
Perfect aansluitende video-conversie
De veelzijdige Pioneer video-omzetter maakt het mogelijk
allerlei verschillende snoeren en kabels tegelijk te
gebruiken, voor probleemloze aansluiting van al uw
videobronnen.
Handige afstandsbediening
De afstandsbediening geeft u niet alleen toegang tot alle
functies van deze versterker, maar ook tot de
voornaamste functies van de andere toestellen die deel
uitmaken van uw thuistheater-installatie. Een systeem
van vooringestelde codes laat u de afstandsbediening
programmeren voor een uitgebreid scala aan
apparatuur.
Energiebesparend ontwerp
Deze versterker verbruikt in de ruststand niet meer dan
een minieme 0,65 W aan energie.
1
Na samenwerking met de AIR Studios is deze versterker
het predikaat verleend van AIR Studios Monitor Reference:
De term "i.LINK" en het i.LINK beeldmerk zijn
handelsmerken van de Sony Corporation.
Voorbereidingen
01
7
Du
Hoofdstuk 1
Voorbereidingen
Bijgeleverd toebehoren controleren
Maak even de inventaris op van de volgende bijgeleverde
accessoires:
• Microfoon
Afstandsbediening
Oplaadapparaat voor de afstandsbediening en
netspanningsadapter
Netstroom-verloopsnoeren
•Netsnoer
U-vormige kortsluitstekkers x 2 (bevestigd op het
achterpaneel van de versterker — zie onderdeel 8 in
het Achterpaneel-overzicht op pagina 12)
•IJkingsdisc
Gids voor de meerkanaals-audio
luidsprekerinstellingen
Deze gebruiksaanwijzing
Gebruik van de afstandsbediening
Houd rekening met de volgende vereisten bij het gebruik
van de afstandsbediening:
Reikwijdte van de afstandsbediening
Let op dat er geen obstakels zijn tussen de
afstandsbediening en de afstandsbedieningssensor
voorop het apparaat.
De afstandsbediening heeft een reikwijdte van
ongeveer 7 meter.
De werking van de afstandsbediening kan minder
betrouwbaar worden als er direct zonlicht of fel
lamplicht op de afstandsbedieningssensor van het
apparaat valt.
Afstandsbedieningseenheden voor verschillende
apparaten kunnen onderling wel eens storing
veroorzaken. Gebruik liever geen afstandsbediening
voor andere apparatuur in de buurt van dit toestel.
De afstandsbediening opladen
Wanneer de aanduiding voor het batterijspanning op het
schermpje van de afstandsbediening aangeeft dat de
oplaadbare batterijen bijna leeg zijn, dient u de
afstandsbediening op te laden, zoals hierna beschreven
wordt. Om te zorgen dat de batterijen niet helemaal
leegraken, kunt u de afstandsbediening het beste
gewoon in het oplaadapparaat laten zitten wanneer u
hem niet gebruikt.
30
30
7m
Voorbereidingen
01
8
Du
Waarschuwingen
Gebruik geen andere netspanningsadapter of
adaptersnoer dan alleen het bijgeleverde type.
Gebruik de netspanningsadapter of het adaptersnoer
niet voor andere doeleinden dan die hieronder staan
aangegeven.
1 Sluit eerst de netspanningsadapter aan op de
batterijlader en steek dan de stekker in het
stopcontact.
2 Plaats de afstandsbediening op de batterijlader,
zodat de uitsparing aan de onderkant van de
afstandsbediening over de nokjes van het
oplaadapparaat valt.
Terwijl de afstandsbediening wordt opgeladen, is
rechtsboven op het schempje de
batterijspanningsaanduiding te zien.
Opmerking
Als de afstandsbediening een tijdlang niet opgeladen
is, kan het scherm van de afstandsbediening enkele
minuten lang leeg blijven voordat het aanraakscherm
verschijnt. Als het scherm echter te lang leeg blijft,
kunt u de afstandsbediening even van het
oplaadapparaat af tillen en hem er dan weer op
plaatsen. Als dit ook na enkele pogingen niet het
gewenste resultaat heeft, leest u dan de aanwijzingen
onder
Vervangen van de lithium-ionenbatterijen
op
pagina 11.
De afstandsbediening naar wens instellen
Nadat u het scherm precies hebt geijkt en de klok hebt
gelijkgezet, kunt met de andere functies uw
afstandsbediening naar eigen inzicht instellen.
Opmerkingen
De afstandsbedieningsfuncties in dit hoofdstuk zijn
toegankelijk via het instelmenu voor de
afstandsbediening. Om het instelmenu voor de
afstandsbediening te openen, drukt u op in
het HOME beginmenu van de afstandsbediening
():
Er zijn drie menuschermen voor het instellen van de
afstandsbediening, waaruit u functies kunt kiezen en
waartussen u kunt overschakelen met de /
linker en rechter pijltoetsen op het aanraakpaneel:
Nadere aanwijzingen over de menuschermen van de
afstandsbediening vindt u onder
Voornaamste
afstandsbedieningsschermen
op pagina 30.
Het scherm van de afstandsbediening ijken
Hiermee zorgt u dat de afstandsbediening precies naar
behoren op uw aanrakingen reageert.
1 Druk op CALIBRATE.
SETUP
HOME
1/3
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVR
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3SETUP
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
SETUP 1/3
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
Voorbereidingen
01
9
Du
2 Druk op het midden van elk kruispunt om het
aanraakscherm precies gelijk te leggen met het
onderliggende LCD paneel.
Door deze justering zorgt u dat de afstandsbediening
precies goed geijkt is.
Wanneer u beide kruispunten aangeraakt hebt,
verschijnt er PLEASE WAIT op het scherm en dan komt
u na afloop van de ijking weer bij het afstandsbediening-
instelmenu uit.
De klok gelijkzetten
De afstandsbediening heeft een ingebouwde klok die de
tijd kan aangeven in een 12-uurs cyclus of een 24-uurs
aanduiding naar keuze.
1 Druk op CLOCK DISPLAY om te kiezen voor een
AM/PM of 24-uurs tijdsaanduiding.
Met elke druk op de toets schakelt u over naar de andere
tijdsaanduiding. De gekozen aanduiding wordt getoond
na CLOCK DISPLAY.
2 Druk op CLOCK SETTING om de datum in te
stellen.
Gebruik de + en toetsen om het jaar, de maand en het
dagnummer in te stellen.
3 Druk op NEXT om door te gaan met het instellen
van de juiste tijd.
Gebruik de + en toetsen om het juiste uur en de minuut
te kiezen.
4 Druk op ENTER wanneer de tijdsinstelling
voltooid is.
Dan komt u weer terug bij het afstandsbediening-
instelmenu.
Geluidssterkte van de toetspieptoon
instellen
Bij indrukken van een toets op de afstandsbediening
klinkt er een pieptoon, waarvan u de geluidssterkte als
volgt kunt instellen.
Druk op BEEP om de gewenste geluidssterkte te
kiezen.
Bij elke druk op de toets wordt er overgeschakeld tussen
zacht, luid of stil. De gekozen instelling wordt
aangegeven op het aanraakscherm.
Keuze van de spaarstand-uitschakeltijd
Oorspronkelijke instelling: 60sec
Om onnodig stroomverbruik te voorkomen, schakelt een
spaarcircuit de afstandsbediening automatisch uit als er
een bepaalde tijd lang geen toets wordt ingedrukt. U kunt
aparte uitschakeltijden instellen voor de LCD
schermaanduidingen en voor alleen de
achtergrondverlichting van de afstandsbediening.
PLEASE TOUCH
THE UPPER "+" MARK
"MUTE": CANCEL
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
DATE
1/2
CANCELNEXT
+++
2003 /10 /09
---
TIME
2/2
CANCELENTER
++
17 : 08
--
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
Voorbereidingen
01
10
Du
1 Druk op de TIMEOUT toets.
2 Gebruik de + en – toetsen om de tijdsduur voor
LCD TIMEOUT en voor BACKLIGHT TIMEOUT in te
stellen.
Deze uitschakeltijden kunt u kiezen van 20 – 120
seconden.
De uitschakeltijd voor de achtergrondverlichting kan
niet langer worden gekozen dan de uitschakeltijd
voor de LCD schermaanduidingen.
3 Druk op ENTER wanneer de instelling voltooid is.
Dan komt u weer terug bij het afstandsbediening-
instelmenu.
Terugstellen van de afstandsbediening
Gebruik deze functie wanneer u de afstandsbediening
wilt terugstellen op de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen.
Belangrijk
Door deze ingreep worden al uw zelf gekozen
instellingen gewist.
1 Druk op RESET TO DEFAULT.
2 Druk ter bevestiging op YES als u na het lezen
van het scherm inderdaad door wilt gaan.
Nu volgt er eerst een leeg scherm en dan na ongeveer
een minuut weer het Home beginmenu en dan is de
afstandsbediening teruggesteld in de uitgangsstand.
Beveiligen van de afstandsbediening
Deze versterker heeft een beveiligingsfunctie voor de
afstandsbediening waarmee u de toetsen op het
aanraakscherm en de andere toetsen van de
afstandsbediening kunt blokkeren.
1 Houd de gewone en toetsen beide tegelijk
ongeveer drie seconden lang ingedrukt.
Deze blokkeerfunctie is niet te bedienen via het
afstandsbedienings-instelscherm.
De aanduiding LOCKED! verschijnt op het
aanraakscherm om aan te geven dat de
afstandsbediening geblokkeerd is.
2 Om de blokkering van de afstandsbediening op
te heffen, herhaalt u stap 1.
Zodra de blokkering is opgeheven, toont het
aanraakscherm het Home beginmenu.
Herstarten van de afstandsbediening
Als de afstandsbediening tijdens het gebruikt "bevriest"
(zodat geen enkele toets meer werkt), kan het nodig zijn
de afstandsbediening te herstarten.
Belangrijk
Bij het herstarten worden uw eigen instellingen
niet
gewist.
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
TIMEOUT
CANCELENTER
LCD TIME OUT
60 sec
60 sec
+
+
BACKLIGHT TIME OUT
-
-
SETUP 3/3
RESET TO DEFAULT
RESET
NO
YES
Do you want to reset
the REMOTE to the
DEFAULT settings ?
RESET
NO
YES
ALL settings you made
will be ERASED.
Is it all right?
AV AMPLIFIRE
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
Voorbereidingen
01
11
Du
1 Verwijder met een kleine kruiskopschroeven-
draaier het schroefje waarmee het deksel van het
batterijvak aan de achterkant van de
afstandsbediening is bevestigd.
2 Verwijder het batterijdeksel.
3 Gebruik een potlood of een ander puntig
voorwerp om de terugsteltoets in het gaatje rechts
(boven de batterij) in te drukken.
Na het herstarten van de afstandsbediening geeft het
aanraakscherm weer het Home beginmenu te zien.
Vervangen van de lithium-ionenbatterijen
Als u merkt dat de afstandsbediening ook na opladen
niet erg lang meer werkt, kan het nodig zijn de lithium-
ionenbatterijen te vervangen.
Voorzichtig
Bij misbruik kunnen de lithium-ionenbatterijen
brandgevaar opleveren of chemische brandwonden
veroorzaken. In geen geval openmaken, verhitten
boven 100°C (212°F), of in het vuur werpen.
Vervang de batterijen uitsluitend door nieuwe van het
type AZW7264, vervaardigd door NEC TOKIN
Corporation. Het gebruik van enig ander type
batterijen kan gevaar voor brand of een ontploffing
veroorzaken. Neem contact op met de Pioneer
onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart als u nieuwe batterijen nodig heeft. De
vervangende batterijen worden niet gedekt door de
garantie.
Zorg dat u de versleten batterijen onmiddellijk na het
vervangen inlevert volgens de plaatselijke
voorschriften. Houd batterijen uit de buurt van
kinderen.
Voor het inleveren van gebruikte batterijen bij een
inzamelpunt dient u de plaatselijk geldende
milieuvoorschriften voor klein chemisch afval te
volgen.
1 Verwijder met een kleine kruiskopschroeven-
draaier het schroefje waarmee het deksel van het
batterijvak aan de achterkant van de
afstandsbediening is bevestigd.
2 Verwijder het batterijdeksel.
3 Maak de oude batterijen uit het batterijvak los.
Trek niet aan de draden om de verbinding los te maken.
Houd het aansluitstekkertje stevig met uw vingers vast, of
gebruik een kleine schroevendraaier (of ander puntig
gereedschap) om het stekkertje los te maken.
4 Breng de nieuwe oplaadbare batterijen aan.
Druk het aansluitstekkertje aan totdat het stevig vast zit.
Let op dat de bedrading niet klem komt te zitten en plaats
de batterijen zo dat u het deksel van het batterijvak weer
gemakkelijk kunt sluiten.
R
E
S
E
T
RESET
R
E
S
E
T
Aansluiten van uw apparatuur
02
12
Du
Hoofdstuk 2
Aansluiten van uw apparatuur
Deze versterker biedt een enorm aantal mogelijkheden voor het aansluiten van uw audio/video installatie, maar u hoeft
er niet voor terug te schrikken want moeilijk is het niet. Afhankelijk van uw vereisten, kunt u alles vlot voor gebruik
gereed hebben met slechts enkele eenvoudige aansluitingen. Dit hoofdstuk is zo opgezet dat u na het doorlezen van
deze korte inleiding direct door kunt gaan naar de specifieke aansluitingen die u nodig hebt. Voor de eerste vereisten
voor uw thuisbioscoop zult u wellicht alleen de aansluitingen van een TV-toestel, een DVD-speler en de luidsprekers
hoeven door te nemen.
Achterpaneel
Voorzichtig
Alvorens u enige aansluiting maakt of wijzigt,
schakelt u eerst de stroom uit en trekt u de stekker uit
het stopcontact. Het aansluiten van de
geluidsbronnen hoort gewoonlijk de laatste
aansluitiprocedure voor uw installatie te zijn.
1 USB audio-ingang
De USB audio-ingang stelt u in staat uw PC te gebruiken
als weergavebron voor stereo of meerkanaals digitale
audio. Zie
Gebruik van de USB-aansluiting
op pagina 80
voor nadere details over het aansluiten.
2 Digitale audio-uitgangen
Twee optische digitale audio-uitgangen voor het
aansluiten op een CD-speler, minidisc-recorder of ander
digitaal opname-apparaat. Zie
Aansluiten van een
videorecorder of DVD-recorder
op pagina 18 voor nadere
details over het aansluiten.
3 Digitale audio-ingangen
Drie optische en drie coaxiale digitale audio-ingangen
voor het aansluiten van digitale geluidsbronnen op deze
versterker.
Daarnaast is er ook een 2 RF IN aansluitbus voor
aansluiting op een laserdisc-speler met een 2 RF
uitgang.
Alle ingangen zijn vrijelijk toe te wijzen aan diverse
ingangsbronnen, voor maximale flexibiliteit.
Als een aangesloten component niet overeenkomt
met de aangegeven ingangsfunctie (DVD/LD, enz.),
volgt u dan de aanwijzingen onder
Toewijzen van de
digitale ingangen
op pagina 83 voor de juiste
toewijzing.
4 Stereo analoge geluidsbron-in/uitgangen
Vijf stel analoge audio-aansluitbussen voor het
aansluiten van geluidsbronnen zoals CD-spelers,
cassettedecks, platenspelers, of een tuner voor radio-
ontvangst. De CD-R/TAPE 1/MD en TAPE 2 MONITOR
functies zijn tevens voorzien van uitgangen voor
opnamedoeleinden. Zie
Aansluiten van analoge
geluidsbronnen
op pagina 22 voor nadere details over
het aansluiten.
5 Meerkanaals analoge audio-ingangen
7.1-kanaals analoge ingangen voor aansluiting op een
DVD-speler met meerkanaals analoge uitgangen. Zie
Aansluiten van meerkanaals analoge uitgangen
op
pagina 16 voor nadere details over het aansluiten.
6 i.LINK aansluitbussen
Twee S400-type i.LINK aansluitbussen bieden de
mogelijkheid deze versterker aan te sluiten op andere
voor i.LINK geschikte geluidsapparatuur voor scherp
gedetailleerde digitale meerkanaals audio-in/
uitgangssignalen. Zie
Gebruik van de i.LINK-aansluiting
op pagina 78 voor nadere details over het aansluiten.
FR
O
N
T
C
ENTE
R
R
R
OU
N
D
R
VIDEO
SPEAK
(Single)
DVR/
VCR1
OUT
R
L
R
L
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC
OU
T 12
V
T
O
TAL 1
00
mA MA
X
IN
IN
I
N
VCR2
OUT
IN
VCR
OUT
IN
L
AC IN
AC OUTLET
0
W MA
X
RROUND BACK & B )
VIDEO
TRI
C
S
S
SP
T
N
)
RROUND BACK & B )
1
15
1
Aansluiten van uw apparatuur
02
13
Du
7 Aardaansluiting voor platenspeler
Dit is een aardings-aansluitklem voor platenspelers die
dit vereisen. Zie
Aansluiten van analoge geluidsbronnen
op pagina 22 voor nadere details over het aansluiten.
8 Voorversterker-uitgangen/eindversterker-
ingangen
Verwijder de U-vormige kortsluitstekkers niet, tenzij u van
plan bent een externe eindversterker aan te sluiten op deze
versterker.
Bij gebruik van deze versterker als geïntegreerde
versterker kunt u de voorversterker-uitgangen verbonden
laten met de eindversterker-ingangen, met behulp van de
bijgeleverde U-vormige kortsluitstekkers.
Door deze kortsluitstekkers te verwijderen, kunt u dit
apparaat gebruiken als alleen voorversterker of alleen
eindversterker, of u kunt er een andere versterker tussen
koppelen, voor nog meer ingangsmogelijkheden. Zie
Gebruik van de voorversterker-uitgangen
op pagina 78
voor nadere details over het aansluiten.
9 Meerkanaals voorversterker-uitgangen
Deze meerkanaals voorversterker-uitgangen kunt u
gebruiken voor het aansluiten van afzonderlijke
versterkers voor het middenkanaal, de achterkanalen,
middenachterkanalen en het aparate lagetonenkanaal.
Zie
Gebruik van de voorversterker-uitgangen
op pagina
78 voor nadere details over het aansluiten.
10 Besturings-in/uitgang
Met deze ministekkerbussen voor het aansluiten van
andere Pioneer componenten verkrijgt u de mogelijkheid
al uw apparatuur te bedienen via een enkele infrarood-
afstandsbedieningssensor. Zie
Bediening van andere
Pioneer componenten via de sensor van dit apparaat
op
pagina 68 voor nadere details over het aansluiten.
11 Monitor video-uitgangen
Drie video-uitgangen, bestaande uit een standaard
composiet video-uitgang en twee S-video uitgangen, voor
het aansluiten van videomonitors en TV's. Zie
Aansluiten
van uw TV-toestel
op pagina 14 voor nadere details over
het aansluiten.
12 Audio/video-geluidsbron ingangen
Elk van de zeven geluidsbron-ingangsfuncties heeft
analoge stereo ingangsbussen, een composiet video-
aansluiting en een S-video aansluiting voor de
belangrijkste aansluitingen. Daarnaast kunt u ook
digitale audio en component-type video-aansluitingen
toewijzen aan de ingangsfuncties naar vereist. Behalve
de audio/video-ingangen, hebben de drie
ingangsfuncties DVR/VCR 1, VCR 2 en VCR 3 voor
videorecorders ook hun eigen audio/video-uitgangen
voor opnamedoeleinden. Zie
Aansluiten van een
videorecorder of DVD-recorder
op pagina 18 voor nadere
details over het aansluiten.
13 Component-type video-ingangen/uitgang
De drie component-type video-ingangen zijn vrijelijk toe
te wijzen aan elk van de audio/video ingangsfuncties. De
component video-uitgang is voor aansluiting van een
videomonitor of TV-toestel. Zie
Gebruik van de
component video-aansluitingen
op pagina 20 voor
nadere details over het aansluiten.
14 RS-232C aansluiting
Deze aansluitbus dient voor het aansluiten van een
personal computer voor grafische uitgangssignalen bij
het gebruik van de Advanced MCACC functies.
15 12-V schakelstroomaansluitingen
Deze aansluitingen geven 12 V gelijkstroom door,
afhankelijk van de ingangsfuncties (in totaal max.100
mA). Zie
Componenten aan en uit schakelen met de 12-
volts schakelstroom
op pagina 68 voor nadere details
over het aansluiten.
16 Luidsprekeraansluitingen
Dit zijn de voornaamste luidsprekeraansluitingen voor de
voorluidsprekers, de middenluidspreker,
achterluidsprekers en middenachterluidsprekers. Zie
Installeren van uw luidsprekersysteem
op pagina 24 voor
nadere details over het aansluiten.
17 Netstroomuitgang
(uitschakelbaar, maximaal 100 W)
Deze wisselstroomuitgang kunt u gebruiken voor de
stroomvoorziening van een ander apparaat in uw
installatie (tot maximaal 100 W). De stroomtoevoer via
deze stroomuitgang wordt onderbroken wanneer de
versterker in de ruststand staat.
18 Netstroomingang
Sluit hierop het bijgeleverde netsnoer aan.
19 B luidsprekeraansluitingen
Op deze stereo B luidsprekeraansluitingen kunt u een
afzonderlijk stel luidsprekers aansluiten, bijvoorbeeld
voor gebruik in een andere kamer. Zie
Gebruik van
luidsprekersysteem B
op pagina 75 voor nadere details
over het aansluiten.
Bij het aansluiten van kabels en
snoeren
Let op dat u de aangesloten snoeren en kabels niet in een
bundel of lus bovenop dit apparaat legt. Als er een
snoerbundel op dit apparaat ligt, kan het magnetisch
veld van de transformators in dit apparaat een elektrische
storing veroorzaken die als een bromtoon door de
aangesloten luidsprekers te horen zal zijn.
Bij het aansluiten van optische kabels dient u
voorzichtig te zijn bij het insteken van de stekker het
dekseltje van de optische aansluitbus niet te
beschadigen.
Bij het bundelen van optische kabels mag u er
slechts een flauwe bocht in maken en ze losjes
opwikkelen. De kabels kunnen gemakkelijk
beschadigd worden als u er een scherpe vouw of knik
in maakt.
Aansluiten van uw apparatuur
02
14
Du
Aansluiten van uw TV-toestel
Op deze pagina wordt getoond hoe u de versterker op uw
TV-toestel aansluit. Om het geluid van de TV-
afstemeenheid van uw TV-toestel via deze versterker weer
te geven, sluit u de analoge audio-uitgangen van uw TV-
toestel aan op deze versterker.
1 Verbind de MONITOR OUT 1 video-aansluiting
van deze versterker met een video-
ingangsaansluiting van uw TV-toestel.
U kunt een gewoon videosnoer met tulpstekkers
gebruiken voor de aansluiting op de composiet video-
aansluitbus, of voor een betere videokwaliteit kunt u
een S-videokabel aansluiten op de S-video uitgang
(S2 VIDEO).
•Zie
Gebruik van de component video-aansluitingen
op pagina 20 als u gebruik wilt maken van de
component video-uitgangen om deze versterker aan
te sluiten op uw TV-toestel.
2 Verbind de analoge audio-uitgangen van uw TV-
toestel met de TV/DVD AUDIo-ingangen van deze
versterker.
Gebruik een gewoon stereosnoer met tulpstekkers
voor deze aansluiting.
Opmerking
Als u verschillende typen snoeren gebruikt voor het
TV-toestel en voor uw geluidsbron-apparatuur, zullen
er geen aanduidingen op het TV-scherm verschijnen.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
PB
PR
PB
PR
2RF
IN
IN
IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
RL
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
R
L
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
TV
VIDEO
IN
S-VIDEO
IN
ANALOG AUDIO OUT
L
R
VSA-AX10Ai
1
2
Aansluiten van uw apparatuur
02
15
Du
Aansluiten van een DVD-speler
Verschillende DVD-spelers kunnen een uiteenlopend
repertoire aansluitingen bieden, maar ze omvatten
allemaal op zijn minst een digitale audio-uitgang,
analoge stereo audio-uitgangen en een video-uitgang.
Bovendien kunt u ook een speler aansluiten met
meerkanaals analoge audio-uitgangen en verschillende
soorten video-uitgangen waaruit u kunt kiezen.
1 Verbind een coaxiale digitale audio-uitgang van
uw DVD-speler met de DIGITAL 1 (DVD/LD) ingang
van deze versterker.
Gebruik voor deze aansluiting een coaxiaalkabel die
geschikt is voor digitale audio.
Als uw DVD-speler enkel een optische digitale
uitgang heeft, kunt u die verbinden met een van de
optische ingangen van deze versterker met behulp
van een optische kabel. Bij het instellen van de
versterker zult u die moeten vertellen op welke ingang
u de speler hebt aangesloten (zie tevens
Toewijzen
van de digitale ingangen
op pagina 83).
2 Als uw DVD-speler alleen analoge stereo audio-
uitgangen heeft, verbindt u die dan met de DVD/LD
AUDIO-ingangen van deze versterker.
Gebruik een gewoon aansluitsnoer met tulpstekkers
voor deze aansluiting.
Als uw DVD-speler meerkanaals analoge uitgangen
biedt, zie dan
Aansluiten van meerkanaals analoge
uitgangen
hieronder voor de juiste wijze van
aansluiten.
3 Verbind een composiet- of S-video uitgang van
uw DVD-speler met de DVD/LD VIDEO of DVD/LD S2
VIDEO ingang van deze versterker.
Gebruik een gewoon video-aansluitsnoer of een S-
videokabel voor deze aansluiting.
Als uw DVD-speler tevens een component video-
uitgang biedt, kunt u die ook nog aansluiten. Zie
Gebruik van de component video-aansluitingen
op
pagina 20 voor nadere bijzonderheden.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
PB
PR
PB
PR
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
AUDIOR L S-VIDEOOPTICAL
DIGITAL OUT ANALOG OUT VIDEO OUT
COAXIAL
DVD-speler
VSA-AX10Ai
1 2 3
Aansluiten van uw apparatuur
02
16
Du
Aansluiten van meerkanaals analoge uitgangen
Voor de weergave van DVD audio en SACD discs, kan uw
DVD-speler beschikken over 5.1-, 6.1- of 7.1-kanaals
analoge uitgangen (al naar gelang of de speler wel of niet
geschikt is voor het aansturen van akoestiek-
achterluidsprekers).
1 Verbind de uitgangsaansluitingen voor de
voorluidsprekers, de middenluidspreker en het
lagetonenkanaal van uw DVD-speler met de
overeenkomstige MULTI CH INPUT ingang van deze
versterker.
Gebruik gewone aansluitsnoeren met tulpstekkers
voor deze aansluiting.
Let op dat u elke uitgang verbindt met de
bijbehorende ingang van de versterker.
2 Als uw DVD-speler ook beschikt over uitgangen
voor de akoestiek-achterkanalen, verbindt u die dan
met de overeenkomstige MULTI CH INPUT ingangen
van deze versterker.
Gebruik gewone aansluitsnoeren met tulpstekkers
voor deze aansluiting.
Als er een enkele uitgang voor een
middenachterluidspreker is, verbindt u die met de
SURROUND BACK L (SINGLE) ingangsaansluiting
van deze versterker.
Opmerking
Voor het luisteren naar meerkanaals analoge audio
zult u de keuzeschakelaar voor het ingangssignaal
moeten instellen op MULTI CH INPUT (zie
Afspelen
van een geluidsbron
op pagina 37 voor nadere
aanwijzingen). Zie tevens
Keuze van de USB en
analoge meerkanaals-ingangen
op pagina 45.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
RL
RL
RL
MULTI CH. OUT
SURR.
BACK
FRONT SUB W. CENTER
SURR.
DVD-speler
MULTI CH
OUTPUT
VSA-AX10Ai
1 2
Aansluiten van uw apparatuur
02
17
Du
Aansluiten van een satelliet-TV/kabel-TV ontvanger of andere TV-top
ontvanger
Satelliet- en kabel-TV signaalversterkers en andere
digitale TV-ontvangers zijn voorbeelden van wat we
noemen 'TV-top ontvangers'.
1 Sluit een stel audio/video-uitgangen van de TV-
top ontvanger aan op de SAT AUDIO en VIDEO
ingangen van deze versterker.
Gebruik een gewoon stereo aansluitsnoer met
tulpstekkers voor de audio-aansluiting en een
videosnoer of S-videokabel voor de video-aansluiting.
2 Verbind een optische digitale audio-uitgang van
uw TV-top ontvanger met de DIGITAL 4 (SAT) ingang
van deze versterker.
Gebruik een optische kabel voor deze aansluiting.
Als uw TV-top ontvanger alleen een coaxiale digitale
uitgang biedt, kunt u die verbinden met een van de
coaxiale ingangen van deze versterker met behulp
van een digitale audio-coaxiaalkabel. Bij het instellen
van de versterker zult u die moeten vertellen op welke
ingang u de TV-top ontvanger hebt aangesloten (zie
tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op
pagina 83).
Opmerking
Als uw satelliet/kabel-TV ontvanger geen digitale
audio-uitgang heeft, kunt u stap 2 hierboven
overslaan.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
PB
PR
PB
PR
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
DIGITAL OUT
AV OUT
VIDEO S-VIDEOAUDIOLR
VSA-AX10Ai
TV-to
p
ontvan
g
er
Aansluiten van uw apparatuur
02
18
Du
Aansluiten van een videorecorder of DVD-recorder
Deze versterker heeft drie stel audio/video-ingangen en
uitgangen die geschikt zijn voor het aansluiten van
analoge of digitale videorecorders, inclusief DVD-
recorders en HDD-recorders.
1 Verbind een stel audio/video-uitgangen van uw
videorecorder met de DVR/VCR1 AUDIO en VIDEO
ingangen van deze versterker.
Gebruik een gewoon stereo aansluitsnoer met
tulpstekkers voor de audio-aansluiting en een
videosnoer of S-videokabel voor de video-aansluiting.
Voor een tweede en derde videorecorder gebruikt u
de VCR2 IN en VCR3 IN ingangen.
2 Verbind een stel audio/video-ingangen van uw
videorecorder met de DVR/VCR1 AUDIO en VIDEO
uitgangen van deze versterker.
Gebruik een gewoon stereo aansluitsnoer met
tulpstekkers voor de audio-aansluiting en een
videosnoer of S-videokabel voor de video-aansluiting.
Voor een tweede en derde videorecorder gebruikt u
de VCR2 en VCR3 uitgangen.
3 Verbind een optische digitale audio-uitgang van
uw videorecorder met de DIGITAL 5 (DVR/VCR1)
ingang van deze versterker.
Gebruik een optische kabel voor deze aansluiting.
Als uw videorecorder alleen een coaxiale digitale
uitgang biedt, kunt u die verbinden met een van de
coaxiale ingangen van deze versterker met behulp
van een digitale audio-coaxiaalkabel. Bij het instellen
van de versterker zult u die moeten vertellen op welke
ingang u de videorecorder hebt aangesloten (zie
tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op
pagina 83).
De digitale uitgangen van andere videorecorders
kunnen worden aangesloten op nog niet gebruikte
digitale audio-ingangen van deze versterker. U kunt
de betreffende ingangen dan toewijzen bij het
instellen van de versterker (zie tevens
Toewijzen van
de digitale ingangen
op pagina 83).
Opmerkingen
Als uw video-apparatuur geen digitale audio-uitgang
heeft, kunt u stap 3 hierboven overslaan.
Om te kunnen opnemen, zult u in elk geval analoge
audiosnoeren moeten aansluiten (de digitale
aansluitingen dienen alleen voor video-weergave).
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
AV OUT
VIDEOAUDIOLR
AV IN
S-VIDEO AUDIOLR
VIDEO S-VIDEO
OPTICAL COAXIAL
DIGITAL OUT
VSA-AX10Ai
Videorecorder, DVD-recorder, enz.
1 23
Aansluiten van uw apparatuur
02
19
Du
Aansluiten van andere videobronnen
In principe kunt u alle audio/video-ingangen van deze
versterker gebruiken voor elk type videobron. Het
onderstaande aansluitschema toont als voorbeeld een
videobron-apparaat dat is aangesloten op de VCR2
ingangen.
1 Verbind de analoge audio-uitgangen en een
video-uitgang van de videobron met een stel nog
niet gebruikte audio/video-ingangen van deze
versterker.
Gebruik een gewoon stereo aansluitsnoer met
tulpstekkers voor de audio-aansluiting en een
videosnoer of S-videokabel voor de video-aansluiting.
2 Als het videobron-apparaat een digitale audio-
uitgang heeft, verbindt u die met een nog niet
gebruikte digitale audio-ingang van deze versterker.
Gebruik een coaxiaalkabel die geschikt is voor
digitale audio of een optische kabel voor deze
aansluiting, al naar gelang het type ingang waarop u
de aansluiting maakt.
Het kan nodig zijn de gebruikte digitale ingang toe te
wijzen bij het instellen van de versterker (zie tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op pagina 83).
3 Als het videobron-apparaat een laserdisc-speler
is met een 2 RF digitale audio-uitgang, verbindt u
die met de 2 RF ingang van deze versterker.
Om te zorgen voor weergavemogelijkheid van alle
soorten laserdiscs, sluit u zowel de PCM uitgangen als de
2 RF uitgangen van uw laserdisc-speler aan.
Gebruik een coaxiaalkabel die geschikt is voor
digitale audio voor de 2 RF aansluiting.
Het kan nodig zijn de gebruikte 2 RF digitale ingang
toe te wijzen bij het instellen van de versterker (zie
tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op
pagina 83).
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
PB
PR
PB
PR
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
DIGITAL OUT
AV OUT
VIDEO S-VIDEOAUDIO
PCM 2 RF
LR
VSA-AX10Ai
Laserdisc-s
p
eler, videos
p
eler, TV-s
p
ela
pp
araat, enz.
1
2 3
Aansluiten van uw apparatuur
02
20
Du
Gebruik van de component video-aansluitingen
Met component-type video-aansluitingen kunt u een betere
beeldkwaliteit bereiken dan met composiet- of S-video
aansluitingen. Bovendien heeft dit het voordeel (mits uw
videobron en uw TV-toestel beide compatibel zijn), dat het
hierbij gaat om zogenaamde progressieve-scan video,
waarmee een uiterst stabiel, trillingsvrij beeld te verkrijgen is.
Zie de gebruiksaanwijzingen van uw TV-toestel en het
videobron-apparaat om te zien of ze geschikt zijn voor
progressieve-scan video. Houd er wel rekening mee dat er
geen beeldscherm-aanduidingen kunnen worden getoond
wanneer u de aansluitingen hebt gemaakt met component-
videokabels.
1 Verbind de component video-uitgangen of uw
videobron-apparaat met een stel component video-
ingangen van deze versterker.
Er zijn drie component video-ingangen; ze zijn alle vrij toe te
wijzen, zodat u ze vrijelijk kunt gebruiken voor elk van de
audio/video-ingangsfuncties van de versterker.
Overigens zult u in de meeste gevallen de component video-
ingang moeten toewijzen (zie
Toewijzen van de component-
video ingangen
op pagina 84), want anders zult u in plaats
daarvan slechts de S-video of composiet video-ingang zien.
Gebruik een drieweg component-videokabel voor deze
aansluiting.
2 Sluit de COMPONENT VIDEO MONITOR OUT
uitgangen van deze versterker aan op de
componentvideo-ingangen van uw TV-toestel of
videomonitor.
Gebruik een drieweg component-videokabel.
Betreffende de video-omzetter
De video-omzetter maakt het mogelijk diverse verschillende
videobronnen aan te sluiten via de beschikbare composiet-,
S-video of component-video aansluitingen, zodat het signaal
wordt weergegeven via elk van de MONITOR VIDEO OUT
aansluitingen. De enige uitzondering hierop is het
component-video ingangssignaal, dat alleen zal worden
weergegeven via de component video-uitgang. Als u dus een
videobron wilt aansluiten via de component video-
ingangsaansluiting, zult u ook uw TV-toestel moeten
aansluiten op een component video-uitgang. Als er
verscheidene videobronnen zijn aangesloten op hetzelfde
type ingang, zal de video-omzetter voorrang verlenen aan de
component-video, dan S-video en tenslotte composiet-video
(in die volgorde).
U zult geen afspeelinformatie op het scherm kunnen
zien als u verschillende snoertypes gebruikt voor het
aansluiten van uw TV-toestel en de weergavebron.
NTSC videosignalen kunnen in de meeste gevallen niet
worden omgezet, alleen wel van S-video naar
component-video signalen (maar niet andersom).
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
Y
P
B
P
R
COMPONENT
VIDEO
Y
P
B
P
R
COMPONENT
VIDEO
VSA-AX10Ai
DVD-speler
1
2
TV-toestel
Aansluiten van uw apparatuur
02
21
Du
Aansluiten van digitale geluidsbronnen
Deze versterker heeft zowel digitale ingangen als uitgangen,
zodat u digitale geluidsbron-apparatuur zowel voor weergave
als voor het maken van digitale opnamen kunt aansluiten.
Veel digitale apparatuur is ook voorzien van analoge
aansluitingen voor het opnemen van analoge
geluidsbronnen (zoals een grammofoonplatenspeler of een
cassettedeck). Zie
Aansluiten van analoge geluidsbronnen
hieronder voor nadere bijzonderheden.
1 Sluit een optische digitale audio-uitgang van uw
digitale geluidsbron aan op de DIGITAL 6 (CD-R/TAPE1/
MD) ingang van deze versterker.
Gebruik een optische kabel voor deze aansluiting.
Als uw digitale geluidsbronapparaat alleen een coaxiale
digitale uitgang heeft, kunt u die aansluiten op een van
de coaxiale ingangen van deze versterker met behulp
van een coaxialkabel. Bij het instellen van de versterker
zult u die moeten vertellen op welke ingang u de
betreffende component hebt aangesloten (zie tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op pagina 83).
De digitale uitgangen van andere geluidsbron-
componenten zijn aan te sluiten op de nog niet gebruikte
digitale audio-ingangen van deze versterker. De
toewijzing kunt u regelen tijdens het installeren van de
versterker (zie tevens
Toewijzen van de digitale ingangen
op pagina 83).
2 Verbind een van de DIGITAL uitgangen van deze
versterker met een digitale ingang van de component.
Gebruik een optische kabel om de aansluiting te maken
met DIGITAL OUT1 of OUT2 (de onderstaande
afbeelding toont OUT1).
Opmerkingen
Voor het opnemen van bepaalde digitale geluidsbronnen
zult u analoge aansluitingen moeten maken, zoals nader
uitgelegd bij
Aansluiten van analoge geluidsbronnen
hieronder.
Dit apparaat is voorzien van een ingebouwde WMA9 Pro
decodeertrap, die het mogelijk maakt WMA9 Pro
gecodeerde audio weer te geven via een coaxiale of
optische digitale aansluiting, mits die gemaakt is met
WMA9 Pro-compatibele afspeelapparatuur.De
aangesloten PC, DVD-speler, afspeeladapter e.d. moet
echter in staat zijn om WMA9 Pro formaat audiosignalen
weer te geven via een coaxiale of optische digitale
uitgang.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
OPTICAL COAXIAL
DIGITAL OUT
OPTICAL
DIGITAL IN
CD-R speler, minidisc-speler, DAT-cassettedeck, enz.
1 2
VSA-AX10Ai
Aansluiten van uw apparatuur
02
22
Du
Aansluiten van analoge geluidsbronnen
Deze versterker biedt vijf analoge stereo-ingangen voor
geluidsbronnen zoals een CD-speler, cassettedeck,
platenspeler of radio-ontvanger. Twee van deze ingangen
zijn gekoppeld aan bijbehorende uitgangen voor gebruik
met geluidsopname-apparatuur.
E‚n van de audio-ingangen (PHONO) is een speciale
platenspeler-ingang waarop geen ander soort apparaat
mag worden aangesloten. Deze ingang is tevens voorzien
van de aardaansluiting die veel platenspelers vereisen.
1 Verbind de analoge audio-uitgangen van de
geluidsbron-apparatuur met een stel ongebruikte
audio-ingangen van deze versterker.
Voor het aansluiten van een cassettedeck, minidisc-
recorder e.d. verbindt u de analoge opname-
uitgangen (REC) van dit apparaat met de analoge
audio-ingangen van de opname-apparatuur.
Gebruik stereo tulpstekkersnoeren voor het maken
van deze aansluitingen.
Als uw cassettedeck voorzien is van een
bandmonitorfunctie, kunt u het daarvoor aansluiten
op de TAPE 2 MONITOR aansluitbussen op het
achterpaneel. Zie
Meeluisteren tijdens opnemen
op
pagina 69 voor nadere bijzonderheden.
2 Alleen voor platenspelers: Verbind de stereo audio-
uitgangen met de PHONO ingangen van deze
versterker.
Als uw platenspeler is voorzien van een
aardingsdraad, verbindt u die met de aardaansluiting
van deze versterker.
Als uw platenspeler is voorzien van lijnuitgangen
(zonder aparte aardleiding), verbindt u die dan met
de CD ingangen.
PLAY
OUT
IN
REC
RL
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
PB
PR
PB
PR
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
AUDIO IN/OUT
1
2
Platenspeler
VSA-AX10Ai
Cassettedeck, enz.
Aansluiten van uw apparatuur
02
23
Du
Aansluiten van apparatuur op de ingangen op het voorpaneel
De ingangsaansluitingen op het voorpaneel omvatten
een composiet video-ingang (VIDEO), een S-video
ingang (S-VIDEO), stereo analoge audio-ingangen
(AUDIO L/R) en een optische digitale audio-ingang
(DIGITAL). Deze aansluitingen kunt u gebruiken voor
allerlei audio/video-apparatuur, maar ze zijn bij uitstek
handig voor het aansluiten van draagbare apparatuur,
zoals een video-camera/recorder, videospel-apparaten en
draagbare audio/video-apparatuur.
U kunt de ingangssignalen bekijken door in te stellen
op VIDEO met de INPUT SELECTOR keuzeknop op
het voorpaneel.
Klap het deksel van het voorpaneel open waar het
staat aangegeven, om toegang te krijgen tot de
ingangsaansluitingen op het voorpaneel.
De onderstaande afbeelding toont bij wijze van
voorbeeld het aansluiten van een draagbare DVD-
speler. Overigens kan er voor deze aansluiting een
speciale optische kabel nodig zijn.
VSA-AX10Ai
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
DIGITAL OUT (OPTICAL)
PHONES
HOLDON/OFF
COLOR BRIGHT MONITOR
VIDEO IN/OUT
AUDIO IN/OUT
Draagbare DVD-speler, enz.
Aansluiten van uw apparatuur
02
24
Du
Installeren van uw luidsprekersysteem
Om volledig profijt te hebben van de akoestische
mogelijkheden van deze versterker kunt u een stel
voorluidsprekers aansluiten, een middenluidspreker,
achterluidsprekers en middenachterluidsprekers, plus een
lagetonenluidspreker. Alhoewel dit de ideale configuratie is,
kunt u ook met minder luidsprekers - zonder
middenluidspreker of zonder lagetonenluidspreker, of zelfs
zonder achterluidsprekers - wel volstaan. Op zijn minst zult u
echter wel een linker en een rechter voorluidspreker moeten
aansluiten. Houd er ook rekening mee dat de voornaamste
achterluidsprekers altijd in een paar moeten worden
aangesloten, maar daarnaast kunt u desgewenst volstaan
met een enkele middenachterluidspreker (die u dan moet
aansluiten op de linker middenachter-aansluiting). U kunt
luidsprekers gebruiken met een nominale impedantie tussen
4 – 16 (zie vooral de paragraaf
Omschakelen van de
luidspreker- impedantie
op pagina 72 als u van plan bent
luidsprekers aan te sluiten met een impedantie van minder
dan 6 ).
Aansluiten van de luidsprekers
Elke luidsprekeraansluiting op de versterker bestaat uit een
positieve (+) rode en een negatieve (–) witte aansluitklem.
Voor een goede geluidsweergave is het belangrijk deze niet
te verwisselen, maar ze correct te verbinden met de
overeenkomende aansluitingen op de luidsprekerboxen zelf.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
SPEAKERS
(Single)
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
L
R
L
R
L
R
L
R
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA MAX
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
AC IN
B
AC OUTLET
SWITCHED 100W MAX
SELECTABLE (SURROUND BACK & B )
A
OUT IN
VSA-AX10Ai
Links
voor
Rechts
voor
Midden
Links
achter
Rechts
achter
Rechts
middenachter
Links
middenachter
LINE LEVEL
INPUT
Lagetonen-luidspreker
Aansluiten van uw apparatuur
02
25
Du
Voorzichtig
Deze luidsprekercontactpunten kunnen onder
Gevaarlijke spanning staan. Om het risico van een
elektrische shock te vermijden gelieve men, bij het
insteken of uittrekken van de luidsprekerkabeltjes, de
niet geïsoleerde punten niet aan te raken voordat het
stroomsnoer is uitgetrokken.
Let op dat alle stroomdraden van het
luidsprekersnoer stevig ineen gedraaid zijn en
volledig zijn ingestoken in de luidspreker-
aansluitklem. Als er stroomdraden van het
luidsprekersnoer uitsteken en contact maken met
het achterpaneel, kan een beveiligingscircuit de
stroomtoevoer uitschakelen.
Aansluiten van de stroomdraden
Alvorens u begint met het aansluiten van de luidsprekers,
dient u het betreffende luidsprekersnoer zorgvuldig voor
te bereiden, door ongeveer 1 cm van de isolatielaag van
het uiteinde van elke snoerader te verwijderen, om
vervolgens de stroomdraden stevig ineen te draaien.
Voor het aansluiten van een luidsprekersnoer draait u de
aansluitklem enkele slagen uit, tot er voldoende ruimte is
om de gestripte stroomdraad er veilig in te steken.
Wanneer de stroomdraad volledig in de aansluitklem is
gestoken, draait u de klem weer vast, zodanig dat het
snoer er stevig in vastzit.
Opmerkingen
Raadpleeg de bij uw luidsprekers behorende
handleiding voor nadere aanwijzingen over het
aansluiten van het andere uiteinde van de
luidsprekersnoeren op de luidsprekers zelf.
De luidsprekeraansluitingen van deze versterker zijn
aan te sluiten op diverse verschillende manieren,
afhankelijk van welke configuratie u kiest. Zie de
beschrijving onder
Luidsprekersystemen
op pagina
52 voor een overzicht van de mogelijke configuraties.
Andere aansluitingen
op pagina 75 biedt nadere
details over alternatieve luidsprekeropstellingen,
zoals gebruik van een luidsprekersysteem B (pagina
75), een dubbel akoestieksysteem (pagina 77),
dubbele versterking (pagina 77) en dubbele
bedrading (pagina 77).
Opstellen van de luidsprekers
De plaatsing van de luidsprekers in uw kamer bepaalt in
hoge mate de kwaliteit van de geluidsweergave. De
volgende richtlijnen kunnen u behulpzaam zijn om het
beste geluid uit uw luidsprekers te verkrijgen (zie tevens
Optimaliseren van uw luidsprekeropstelling
op pagina
90).
De lagetonenluidspreker kan het best op de grond
staan. In principe klinken de andere luidsprekers het
beste op oorhoogte voor uw normale luisterplaats.
Een opstelling waarbij alle luidsprekers op de vloer
staan (wat wel goed is voor de lagetonenluidspreker),
of hoog aan de wand hangen, is meestal niet aanbev-
olen.
Voor het beste stereo-effect plaatst u de voorluid-
sprekers 2 – 2,5 meter uiteen, op gelijke afstand van
uw TV-toestel.
Installeer de middenluidspreker boven of onder uw
TV-toestel, zodat het geluid van het middenkanaal zo
dicht mogelijk bij het TV-scherm klinkt.
Voor het opstellen van luidsprekers dichtbij een TV-
toestel dient u magnetisch afgeschermde
luidsprekers te gebruiken, om eventuele storing te
voorkomen, zoals een zekere kleurverschuiving in het
beeld wanneer de TV en de luidsprekers beide aan
staan. Als u niet beschikt over magnetisch
afgeschermde luidsprekers en u bespeurt een
dergelijke verkleuring in het TV-beeld, zet u dan de
luidsprekers iets verder van het TV-toestel vandaan.
Indien mogelijk, is het aan te bevelen de
achterluidsprekers iets boven oorhoogte op te
hangen.
Voorzichtig
Let op dat alle luidsprekers stevig en veilig zijn
opgesteld of opgehangen. Dat komt niet alleen de
geluidskwaliteit ten goede, maar vermindert tevens
de kans op schade of ongelukken door omvallende
luidsprekers wanneer er iemand tegenaan zou lopen.
Rechts voor
Links voor
Links achter
Rechts
middenachter
Rechts achte
r
Lageto-
nenluid-
spreker
Midden
Links
middenachter
Aansluiten van uw apparatuur
02
26
Du
De versterker op het stopcontact
aansluiten
Steek de netsnoerstekker pas in het stopcontact nadat
alle andere apparaten, inclusief de luidsprekers, goed op
deze versterker zijn aangesloten.
Voorzichtig
Pak het netsnoer altijd bij de stekker vast. Trek nooit
de stekker uit het stopcontact door een ruk aan het
snoer te geven, en pak het netsnoer nooit met natte
handen vast, want dat kortsluiting of een elektrische
schok kunnen veroorzaken. Zorg dat de versterker
niet op het netsnoer staat, plaats geen meubilair of
andere voorwerpen op het snoer en zorg dat het niet
tussen een deur of raam bekneld kan raken. Leg geen
knoop in het netsnoer en bind het niet samen met
andere snoeren. Leid al uw netsnoeren zorgvuldig zo
dat er niemand over kan struikelen. Schade aan een
netsnoer kan brand of een gevaarlijke elektrische
schok veroorzaken. Controleer uw netsnoeren
regelmatig op schade. Als er iets mis mee is,
raadpleegt u dan voor reparatie of vervanging de
Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart.
Gebruik geen ander netsnoer dan alleen datgene dat
bij dit apparaat is meegeleverd.
Gebruik het bijgeleverde netsnoer niet voor andere
doeleinden dan die hieronder staan aangegeven.
Wanneer u de versterker een tijdlang niet gebruikt,
zoals tijdens een vakantie e.d., kunt u het best de
stroomaansluiting van de versterker verbreken door
de stekker uit het stopcontact te trekken.
1 Sluit het bijgeleverde netsnoer aan op de AC IN
stroomingang op het achterpaneel van de
versterker.
2 Steek de stekker aan het andere uiteinde in een
wandstopcontact.
Betreffende de netstroomuitgang
(uitschakelbaar, maximaal 100 W)
De stroomvoorziening via de netstroomuitgang van de
versterker wordt aan en uit geschakeld door de
STANDBY/ON schakelaar van de versterker. Het totale
stroomverbruik van de apparatuur die u aansluit op de
netstroomuitgang mag niet meer bedragen dan 100 W
(0,4 A).
Voorzichtig
Sluit geen TV-toestel, videomonitor,
verwarmingsapparaat, of andere huishoudelijke
apparatuur aan op de netstroomuitgang van dit
apparaat.
Sluit geen apparatuur met een hoog stroomverbruik
aan op de netstroomuitgang, om gevaar voor
oververhitting en brand te voorkomen. Bovendien zou
een hoog stroomverbruik ook de versterker kunnen
beschadigen.
Knoppen en aanduidingen
03
27
Du
Hoofdstuk 3
Knoppen en aanduidingen
Uitleesvenster
1 SIGNAL aanduidingen (pagina 69)
Hier wordt het gekozen ingangssignaal aangegeven.
De AUTO aanduiding licht op wanneer de versterker
staat ingesteld op automatische ingangssignaalkeuze.
2 Weergavekanaal-aanduidingen
Deze lichten op om aan te geven welke kanalen actief zijn
bij de weergave van Dolby, DTS, DVD-A en SACD
geluidsbronnen.
LS, S en RS lichten tegelijk op om 6.1-kanaals bronnen
aan te geven.
L – Linker voorkanaal
C – Middenkanaal
R – Rechter voorkanaal
LS – Linker achterkanaal
S – Akoestiekkanaal (mono)
RS – Rechter achterkanaal
LFE – Lage-Frequentie-Effecten kanaal
3 ((( )))
Deze aanduiding licht op wanneer er een LFE signaal
binnenkomt.
4 Analoogniveau-aanduidingen
OVER aanduiding
Deze licht op wanneer een analoog ingangssignaal te
krachtig doorkomt, zodat er vervorming kan
optreden. Gebruik de verzwakkingsregeling om het
ingangsniveau te verminderen.
ATT aanduiding (pagina 70)
Deze licht op wanneer de ingangsverzwakker is
ingeschakeld.
5 Alfanumeriek venster
6 Digitaalformaat-aanduidingen
– Deze licht op wanneer een Dolby
Digital signaal wordt waargenomen.
– Deze licht op wanneer een DTS signaal
wordt waargenomen.
– Deze licht op wanneer een van de Home THX
functies is gekozen.
– Deze licht op tijdens de Surround EX matrix
verwerking.
Deze licht op tijdens het decoderen van DTS-
ES audio.
– Deze licht op tijdens DTS-ES discrete
processing.
– Deze licht op tijdens DTS-ES matrix
processing.
– Deze licht op tijdens de Dolby Pro
Logic II en Pro Logic IIx verwerking.
– Deze licht op tijdens de Neo:6 verwerking
van 2-kanaals geluidsbronnen.
– Deze licht op tijdens twee-kanaals
weergave.
7 Luidspreker-aanduidingen
Deze lichten op om het gekozen luidsprekersysteem, A
en/of B aan te geven.
8 TAPE 2 (pagina 69)
Deze licht op wanneer de TAPE 2 bandmonitor is
ingeschakeld.
DIGITAL
PRO LOGIC
2ch
PLAYBACK
DISC MTRX
Neo :6
OVER ATT
RDS
RF ATT
SP
A
B
L
LFE
TAPE 2
CR
L
S
SR
S
ENO
SIGNAL
AUTO
RF
DIGITAL
ANALOG
1 2 5 63 4
78
DISC
MTRX
2ch
PLAYBAC
K
Knoppen en aanduidingen
03
28
Du
Voorpaneel
1 INPUT SELECTOR knop (pagina 37)
Draai hieraan om een geluidsbron te kiezen. De
ingangsaanduidingen tonen het gekozen bronapparaat.
2 STANDBY/ON aan/uit-toets en OFF / ON
hoofdschakelaar
Druk op de STANDBY/ON toets om de versterker aan
te zetten of in de ruststand te schakelen. Met de OFF /
ON hoofdschakelaar zet u de stroomtoevoer geheel uit
of aan (en u kunt de versterker niet aan zetten met de
afstandsbediening zolang de hoofdschakelaar op OFF
staat).
3 STANDBY ruststandlampje
Dit brandt wanneer de versterker in de ruststand staat.
4 Afstandsbedieningssensor
Hier ontvangt het apparaat de signalen van de
afstandsbediening.
5 Uitleesvenster
Zie
Afstandsbediening
op pagina 30.
6 Adv. MCACC indicatorlampje (pagina 44)
Dit brandt wanneer de akoestiek-equalizer is
ingeschakeld. De akoestiek-equalizer wordt automatisch
ingesteld op ALL CH ADJ nadat de Auto Surround Setup
instelling is voltooid.
7 i.LINK indicatorlampje (pagina 78)
Dit brandt wanneer er is ingesteld op een voor i.LINK-
Audio geschikt apparaat.
8 Ingangsaanduidingen
Hier wordt de gekozen ingangsbron aangegeven. Het
MULTI CH INPUT lampje licht op wanneer er een
ingangsbron is gekozen die is aangesloten op de MULTI
CH INPUT ingangen. Er gaat niets branden wanneer er
wordt ingesteld op een nog niet toegewezen i.LINK-
component of op de USB aansluiting.
9 LISTENING MODE SELECTOR
weergavekeuzeknop (pagina 39)
Draai aan de knop en druk deze in om een
weergavefunctie te kiezen.
CH LEVEL
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
ACOUSTIC
CAL.
STANDBY/ON
OFF ON
STANDBY
DVD/LD TV/DVD SAT VIDEO
VIDEO AUDIO
DVR/VCR1 VCR2 VCR3 CD TUNER PHONO
CD-R/
TAPE1/MD
MULTI CH
INPUT
LISTENING MODE SELECTOR
TURN/PUSH
MASTER VOLUME
INPUT SELECTOR
VSA-AX10Ai
AUDIO/VIDEO MULTI-CHANNEL AMPLIFIER
1
1211 13 14 16 17 18
28
23 547
21 22 23 24 25 2726
1915 20
68 910
Knoppen en aanduidingen
03
29
Du
10 MASTER VOLUME sterkteregelaar
Hiermee regelt u de geluidssterkte.
11 Knoppen achter het voorpaneel
Voor het gebruik van deze knoppen achter het
voorpaneel, drukt u licht met uw vinger tegen de
onderrand van de klep.
12 ACOUSTIC CAL. toets (pagina 44)
Druk hierop om de akoestiek-equalizer aan of uit te
schakelen.
13 MIDNIGHT toets (pagina 48)
Druk hierop om de MIDNIGHT dempingsfunctie aan/uit
te schakelen.
14 LOUDNESS toets (pagina 48)
Druk hierop om de LOUDNESS klankverbetering aan/uit
te schakelen.
15 TONE schakelaar
Druk hierop om over te schakelen tussen TONE ON en
TONE BYPASS, voor wel of geen toonregeling.
16 OPTION (–/+) toetsen
Druk enkele malen op OPTION om een onderdeel uit het
optiemenu te kiezen en gebruik dan de –/+ toetsen om
het gekozen onderdeel naar wens in te stellen.
17 DIGITAL NR toets (pagina 50)
Druk hierop om de DIGITAL NR ruisonderdrukking aan/
uit te schakelen.
18 INPUT ATT verzwakkingstoets (pagina 70)
Druk hierop om de ingangsverzwakking aan/uit te
schakelen.
19 CH LEVEL (SELECT/–/+) kanaalregeltoetsen
(pagina 54)
Druk enkele malen op de SELECT toets om een kanaal te
kiezen en dan op de –/+ toetsen om het niveau bij te
regelen.
20 SB CH MODE akoestiektoets (pagina 46)
Hiermee kiest u de akoestiekfunctie/virtuele
achterkanalen.
21 PHONES hoofdtelefoonaansluiting (pagina 42)
Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten (waarna de
luidsprekers geen geluid meer geven).
22 SP SYSTEM A/B luidsprekerkeuzetoets (pagina 75)
Druk enkele malen hierop om te kiezen voor de
luidsprekers A,B, A/B of luidsprekers uit (in die volgorde).
(Zie
Gebruik van luidsprekersysteem B
op pagina 75 voor
uitzonderingen op deze regel).
23 SIGNAL SELECT signaalkeuzetoets (pagina 44)
Druk hierop om het soort ingangssignaal te kiezen voor
de huidige geluidsbron (DVD, DVR/VCR, enz.), en ook
om het aantal ingangskanalen te kiezen voor de USB en
analoge meerkanaals-ingangen.
24 VIDEO SELECT videokeuzetoets (pagina 71)
Druk enkele malen hierop om een videobron te kiezen.
25 TAPE 2 MONITOR toets (pagina 69)
Druk hierop om het opgenomen geluid te beluisteren bij
opnemen met een apparaat dat is aangesloten op de
TAPE 2 MONITOR in/uitgangen.
26 STREAM DIRECT toets (pagina 43)
Druk hierop om de Stream Direct functie aan/uit te
schakelen.
27 SETUP MIC microfoonaansluiting
Hierop kunt u de bijgeleverde microfoon aansluiten.
28 VIDEO INPUT ingangsaansluitingen (pagina 23)
DIGITAL IN – Voor het aansluiten van een
spelapparaat, een draagbare DVD-speler, een
videocamera (enz.), die voorzien is van een optische
digitale uitgangsaansluiting
S-VIDEO – Voor het aansluiten van een videocamera
(enz.), die beschikt over een S-video uitgang.
VIDEO / AUDIO (L/R) – Voor het aansluiten van een
videocamera (enz.), die beschikt over gewone audio/
video tulpstekkeraansluitingen.
Knoppen en aanduidingen
03
30
Du
Afstandsbediening
1 Datum en tijdsaanduiding
Zie
De klok gelijkzetten
op pagina 9 om hier de juiste tijd
in te stellen.
2 LCD aanraakscherm
Het LCD aanraakscherm verschijnt wanneer u het paneel
aanraakt of wanneer u een toets op de afstandsbediening
indrukt.
3 Cursortoetsen en ENTER invoertoets
Gebruik deze om de verschillende menu's door te nemen,
keuzes te maken en commando's uit te voeren.
4 CHANNEL +/– toetsen
Kies hiermee de kanalen.
5 MENU / SYSTEM SETUP toets
Druk hierop om het System Setup menu te laten
verschijnen (of een ander menu voor de bediening van
andere apparatuur, zoals een DVD-speler of TV-toestel).
6
Deze aanduiding toont de toestand van de oplaadbare
batterij. De oplaadaanduiding ( ) geeft aan wanneer de
batterij van de afstandsbediening wordt opgeladen.
7
Druk hierop om de achtergrondverliching van het
aanraakscherm aan of uit te zetten.
8 Menuschermnummer
Hier wordt het schermnummer van het huidige menu
aangegeven, evenals het totale aantal schermen waarvan
het deel uitmaakt.
9 Contrastregelaar
Hiermee regelt u het contrast van het LCD
aanraakscherm.
10 VOLUME +/– toetsen
Hiermee stelt u de geluidssterkte in.
11 MUTE dempingstoets
Hiermee dempt u alle geluidsweergave. Nogmaals
drukken (of een andere geluidssterkte kiezen met de
MASTER VOLUME regelaar) om weer geluid te horen.
12 Onderhoudsaansluiting
Voor gebruik door Pioneer onderhoudspersoneel.
Voornaamste afstandsbedieningsschermen
Het LCD aanraakscherm van de afstandsbediening heeft
een aantal basisaanduidingen voor het bedienen van de
versterkerfuncties, evenals voor de bediening van andere
apparaten. Hier volgt een uitleg van de voornaamste
schermaanduidingen.
HOME basismenu's
Er zijn drie HOME basismenu's, die u kunt doornemen
met behulp van de / links/rechts-toetsen op het
aanraakscherm of met de toetsen INPUT 1, 2 of 3.
AV AMPLIFIER
ENTER
CHANNEL
MENU MUTE
SYSTEM
SETUP
VOLUME
HOME 1/3
07/24 PM 3: 55
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVR
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
CONTRAST
  +
12
9
1
6
2
7
10
11
3
5
4
8
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
1
6
2
7
8
3
5
4
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
MULTI CH
INPUT
CD-R
/ TAPE1
VCR2
VIDEO
VCR3
INPUT 213
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
2/3
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
i.LINK USB PHONO
INPUT 312
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
Knoppen en aanduidingen
03
31
Du
1 AMPLIFIER toets
Druk hierop om de versterker aan te zetten of in de
ruststand te schakelen.
2 INPUT 1 / 2 / 3 toetsen
Druk op 1, 2 of 3 om door te gaan naar het scherm met
de gewenste ingangsbron. Na indrukken van de juiste
toets voor de keuze van een geluidsbron, verschijnt het
daarvoor bestemde functiemenu (zie
Bedieningsmenu's
voor andere apparatuur
hieronder).
3 TV CONT menutoets
Druk hierop om het TV-bedieningsmenu te openen (zie
TV-bedieningsmenu's
hieronder).
4 SETUP insteltoets
Druk hierop om het instelmenu voor de
afstandsbediening te openen (zie
De afstandsbediening
naar wens instellen
op pagina 8).
5 / (aanraakschermtoetsen)
Druk hierop om door te gaan naar het vorige/volgende
HOME menuscherm.
6 AMPLIFIER toets
Druk hierop om het hoofdmenu voor de versterker te
openen (zie
Versterker-menuschermen
hieronder).
7 SYSTEM OFF uitschakeltoets (pagina 66)
Druk hierop om alle Pioneer apparatuur in uw installatie,
of enige andere apparatuur die u hiervoor hebt-ge
programmeerd, in één keer alle tegelijk uit te schakelen.
8 MULTI OPERATION toets (pagina 66)
Druk op deze toets om een reeks bedieningsfuncties uit
te voeren.
Versterker-menuschermen
Er zijn drie versterker-menuschermen, die u kunt
doornemen met de / links/rechts-toetsen op het
aanraakscherm.
1 SIGNAL SELECT signaalkeuzetoets (pagina 44)
Druk hierop om het soort ingangssignaal te kiezen voor
de huidige geluidsbron (DVD, DVR/VCR 1, enz.), en ook
om het aantal ingangskanalen te kiezen voor de USB en
analoge meerkanaals-ingangen.
2 LISTENING MODE luisterfunctietoets (pagina 39)
Hiermee kiest u de gewenste luisterfunctie.
3 huis-menutoets
Druk hierop om terug te keren naar het HOME
basismenu (zie
HOME basismenu's
hierboven).
4 / (aanraakschermtoetsen)
Druk hierop om door te gaan naar het vorige/volgende
versterker-menuscherm.
5 STREAM DIRECT toets (pagina 43)
Druk hierop om de Stream Direct functie aan/uit te
schakelen.
6 ACOUSTIC CAL. toets (pagina 44)
Druk hierop voor keuze van een equalizer-instelling voor
akoestiek-ijking.
7 toets
Druk hierop om terug te keren naar het voorgaande
scherm (of stel schermen).
8 MIDNIGHT toets (pagina 48)
Druk hierop om de Midnight luisterfunctie aan/uit te
schakelen.
9 TONE toets (pagina 48)
Druk hierop om de toonregelaars aan/uit te schakelen.
10 OPTION (–/+) toetsen
Druk enkele malen op de OPTION toets om een optioneel
menu-onderdeel te kiezen, en gebruik dan de –/+ toetsen
om de gekozen instelling bij te regelen.
11 CH LEVEL (+/–) kanaalniveautoetsen (pagina 54)
Druk enkele malen op de CH LEVEL toets om een kanaal
te kiezen, en gebruik dan de –/+ toetsen om het niveau bij
te regelen.
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
1
5
2
3
4
6
7
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
8
13
9
10
11
12
14
Knoppen en aanduidingen
03
32
Du
12 TV CONT menutoets
Druk hierop om het TV-bedieningsmenu te openen (zie
TV-bedieningsmenu's
hieronder).
13 DIGITAL NR ruisonderdrukkingstoets
Druk hierop om de digitale ruisonderdrukking aan/uit te
schakelen (zie
Storing in de weergave onderdrukken
op
pagina 50).
14 LOUDNESS versterkingstoets (pagina 48)
Druk hierop om de Loudness versterking aan/uit te
schakelen.
15 INPUT ingangskeuzetoets (pagina 37)
Druk enkele malen op deze toets om alle beschikbare
ingangsbronnen door te nemen.
16 SPEAKER A/B luidsprekerkeuzetoets (pagina 75)
Druk enkele malen hierop om te kiezen voor de
luidsprekers A,B, A/B of luidsprekers uit (in die volgorde).
(Zie
Gebruik van luidsprekersysteem B
op pagina 75 voor
uitzonderingen op deze regel.)
17 VIDEO SELECT videokeuzetoets (pagina 71)
Druk enkele malen hierop om een videobron te kiezen.
18 TAPE 2 MONITOR toets (pagina 69)
Druk hierop om het opgenomen geluid te beluisteren bij
opnemen met een apparaat dat is aangesloten op de
TAPE 2 MONITOR in/uitgangen.
19 SB CH MODE akoestiektoets (pagina 46)
Hiermee kiest u de akoestiekfunctie/virtuele
achterkanalen.
20 INPUT ATT verzwakkingstoets (pagina 70)
Druk hierop om de ingangsverzwakking aan/uit te
schakelen.
21 DISPLAY DIMMER toets (pagina 72)
Druk hierop om de lichtsterkte van het voorpaneel-
uitleesvenster te regelen.
22 STATUS toets (pagina 73)
Druk hierop om de gekozen versterker-instellingen te
controleren.
Afstandsbedieningsschermen voor andere
apparatuur
De functies in deze schermen zijn beschikbaar nadat u
de afstandsbediening het geprogrammeerd voor de
bediening van het betreffende apparaat (bijvoorbeeld uw
TV-toestel of DVD-speler). Zie
Gebruik van de
afstandsbediening voor andere apparatuur
op pagina 61
voor nadere bijzonderheden. Deze schermen werken in
combinatie met de vaste toetsen van de
afstandsbediening (zie
Afstandsbediening
hierboven).
TV-bedieningsmenu's
1 TV toets
Druk hierop om het TV-toestel aan/uit te schakelen.
2 Cijfertoetsen
Voor directe keuze van een TV-zender.
3 INPUT ingangskeuzetoets
Voor keuze van de audio/video weergavebron.
4 huis-menutoets
Druk hierop om terug te keren naar het HOME
basismenu (zie
HOME basismenu's
hierboven).
5 / (aanraakschermtoetsen)
Druk hierop om door te gaan naar het vorige/volgende
TV-bedieningsmenuscherm.
6 SCREEN SIZE schermformaattoets
Stel hiermee in op het schermformaat van uw TV-toestel.
7CLR wistoets
Druk hierop om de laatste invoer te wissen.
8 CH ENTER zenderkeuzetoetsen
Hiermee voert u het gekozen zendernummer in.
CH RETURN zender-terug toets
Hiermee keert u terug naar de vorige zender.
9 terugkeertoets
Druk hierop om terug te keren naar het voorgaande
scherm (of stel schermen).
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
15
19
16
17
18
20
21
22
TV CONTROL
1/3
CH
RETURN
CH
ENTER
SCREEN
SIZE
INPUT
TV
123
456
789
0
CLR
1
6
3
2
7
8
4
5
9
Knoppen en aanduidingen
03
33
Du
10 MPX toets
Druk hierop om het geluid te dempen/weer geluid te
horen.
DISPLAY toets
Hiermee schakelt u over naar andere
schermweergave.
SPLIT toets
Hiermee deelt u het scherm in tweeën.
SELECT toets
Druk hierop om een van de deelbeeldschermen te
kiezen.
P in P toets
Hiermee kunt u een inzetbeeld laten verschijnen.
SWAP toets
Hiermee verwisselt u het hoofdbeeld en het
inzetbeeld.
11 IN1 / IN2 / IN3 / IN4
Druk hierop om een TV-ingangsbron te kiezen.
12 ANT toets
Hiermee kiest u het soort antenne dat u op het TV-toestel
hebt aangesloten.
13 AV selection keuzetoets
Druk hierop om de geprogrammeerde beeldkwaliteit te
kiezen.
14 BLU / GRN / RED / YEL kleurtoetsen
Gebruik deze om uw keuze te maken uit een TV-menu of
ander menu.
15 SLEEP sluimertoets
Druk hierop om de TV-uitschakelfunctie in te stellen.
16 FREEZE toets
Druk hierop om het beeld te bevriezen, wanneer u
beschikt over een plasmascherm.
17 RETURN toets
Druk hierop om terug te keren naar het hoofdmenu.
Bedieningsmenu's voor andere apparatuur
Het onderstaande voorbeeld toont het DVD
menuscherm.
1 DVD toets
Druk hierop om de DVD-speler aan/uit te schakelen.
2 Beeldweergavetoetsen
 /  (terug/vooruit zoektoetsen)
Houd een van deze toetsen ingedrukt om snel
terugwaarts of vooruit te zoeken.
(weergavetoets)
Druk hierop om het afspelen te starten of te
hervatten.
 /  (terug/vooruitspringtoetsen)
Druk op om direct terug te springen naar het
begin van het weergegeven hoofdstuk of muziekstuk
en vervolgens naar de voorgaande stukken.
Druk op om direct door te gaan naar het begin
van het volgende hoofdstuk of muziekstuk.
(stoptoets)
Druk hierop om het afspelen van de disc te stoppen
(om de weergave te hervatten drukt u op de
weergavetoets).
TV CONTROL
TV
2/3
P in P
SPLIT
SWAP
SELECT
MPX DISPLAY
IN 1 IN 2 IN 3 IN 4
11
10
TV CONTROL
TV
AV
selection
ANT
FREEZE
RETURN
BLU GRN RED
YEL
3/3
SLEEP
14
15
13
12
16
17
DVD 1/2
TV
CONT
DVD
AUDIO SUBTITLE
DISPLAY TOP MENU
1
6
2
4
5
3
7
Knoppen en aanduidingen
03
34
Du
(pauzetoets)
Druk hierop om de weergave te pauzeren. Nogmaals
drukken om de weergave te hervatten.
3 AUDIO toets
Druk hierop voor keuze van het geluidskanaal of de
gesproken taal.
SUBTITLE toets
Druk hierop voor keuze van de ondertitels.
DISPLAY toets
Druk hierop om de disc-informatie op het scherm te
tonen/om te schakelen.
TOP MENU toets
Druk hierop om het topmenu van een DVD disc te
tonen.
4 huis-menutoets
Druk hierop om terug te keren naar het HOME
basismenu (zie
HOME basismenu's
hierboven).
5 / (aanraakschermtoetsen)
Druk hierop om door te gaan naar het vorige/volgende
TV-bedieningsmenu-scherm.
6TV CONT menutoets
Druk hierop om het TV-bedieningsmenu te openen (zie
TV-bedieningsmenu's
hieronder).
7 versterker-menutoets
Druk hierop om het hoofdmenu voor de versterker te
openen (zie
Versterker-menuschermen
hierboven).
8 Cijfertoetsen
Hiermee kunt u rechtstreeks een muziekstuk, hoofdstuk
of titel opzoeken.
9 SEARCH MODE zoekfunctietoets
Hiermee schakelt u de zoekfunctie in (om rechtstreeks
naar een ander punt op de disc te gaan).
10 CLR wistoets
Druk hierop om de laatste invoer te wissen.
11 RETURN terugkeertoets
Druk hierop om terug te keren naar een vorig
menuscherm.
DVD
TV
CONT
DVD
SEARCH
MODE
123
CLR
456
+1 0
7890
RETURN
8
9
10
11
2/2
Om te beginnen
04
35
Du
Hoofdstuk 4
Om te beginnen
Inleiding: uw eigen huisbioscoop
U bent waarschijnlijk wel gewend om met uw stereo-
apparatuur naar muziek te luisteren, maar misschien
kent u nog niet het principe van de huisbioscoop,
waarmee u ook filmgeluid op spectaculaire wijze kunt
meebeleven, met een ruimtelijk effect door volledige
rondom-akoestiek.
De huisbioscoop werkt met meerdere geluidssporen die
u als luisteraar midden in de actie van de film plaatsen,
of u bij een concert een plaats op de eerste rij geven. De
rondom-akoestiek van uw huisbioscoop wordt niet alleen
mogelijk gemaakt door de luidsprekers in uw kamer,
maar evenzeer door de speciale geluidsbronnen en de
weergavemogelijkheden van uw versterker.
DVD-Video is sinds kort de belangrijkste weergavebron
voor de huisbioscoop, vanwege de beeld- en
geluidskwaliteit, het handzaam formaat en het
bedieningsgemak van dit medium. De uitgebalanceerde
meerkanaals geluidssporen van een DVD disc maken de
klank realistischer dan ooit tevoren, zodat u zich midden
in de actie zult voelen.
Volg de aanwijzingen onder
Automatische instellingen
voor rondom-akoestiek
in de hierna volgende paragrafen,
om de best mogelijke akoestiek te verkrijgen door uw
versterker optimaal af te stemmen op uw luisterruimte.
Automatische instellingen voor
rondom-akoestiek
De Auto Surround Setup functie meet de akoestische
eigenschappen van uw luisterruimte, rekening houdend
met het achtergrondgeluid, het formaat en de afstand
van uw luidsprekers, en de eigen testresulaten voor de
nagalm en het optimaal niveau van de diverse kanalen
Nadat u de microfoon hebt opgesteld die bij uw
installatie is geleverd, verwerkt de versterker de
informatie die wordt verkregen door weergave van een
aantal testtonen, om de luidsprekerinstellingen en het
klankbeeld precies op maat aan uw luisterruimte aan te
passen.
Verricht deze aanpassing zorgvuldig, voordat u doorgaat
met
Afspelen van een geluidsbron
op pagina 37.
Belangrijk
Let op dat de microfoon en de luidsprekers niet
worden verplaatst tijdens het gebruik van de Auto
Surround Setup functie.
Bij het gebruik van de Auto Surround Setup functie
zullen alle eerder gemaakte luisprekerinstellingen in
de versterker door nieuwe worden overschreven.
Als er langer dan drie minuten niets gebeurt tijdens
de Auto Surround Setup functie, zullen de
schermaanduidingen tijdelijk verdwijnen, totdat u
weer op een toets drukt.
Voorzichtig
De testtonen van de Auto Surround Setup functie
worden erg krachtig weergegeven.
1 Schakel de versterker en uw TV-toestel in.
Als er een hoofdtelefoon op de versterker is aangesloten,
maakt u die dan los.
2 Sluit de microfoon aan op de SETUP MIC
aansluitbus op het voorpaneel.
Zorg dat er geen obstakels zijn tussen de luidsprekers en
de microfoon.
Als u een geschikt statief hebt, plaatst u de microfoon
daar op, zodat die zich ongeveer op oorhoogte bevindt
voor uw normale luisterplaats.
Zet anders de microfoon zo goed mogelijk op oorhoogte
op een tafel of een stoel.
3 Gebruik de afstandsbediening, druk op de
AMPLIFIER toets op het aanraakscherm, en
vervolgens op de SYSTEM SETUP toets.
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
ACOUSTIC
CAL.
CH LEVEL
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
Om te beginnen
04
36
Du
Er verschijnen nu een aantal aanduidingen op uw TV-
scherm. Gebruik de vaste /// cursortoetsen en
de ENTER toets van de afstandsbediening om de
menuschermen door te nemen en de juiste onderdelen
te kiezen.
•Met de / op/neer-toetsen kiest u de menu-
onderdelen en met de / links/rechts-toetsen
regelt u de juiste instelling voor het gekozen
onderdeel.
4 Het onderdeel 'Auto Surround Setup' moet
verlicht zijn aangegeven. Druk op de ENTER toets.
5 Kies hoe u dit luidsprekersysteem gebruikt.
Zorg dat 'Go Next' oplicht en druk weer op ENTER.
Als u een normale akoestiekopstelling gebruikt, of u bent
er niet zeker van, laat u de instellingen dan ongewijzigd
in hun oorspronkelijke stand.
Keuze luidsprekersysteemNormal Surround
(Normale rondom-akoestiek)
SP-B (luidsprekersysteem B) – Second Zone (Tweede
luisterruimte)
X-CurveON (Aan)
Voor andere dan de oorspronkelijke instellingen vindt u
nadere informatie onder
Luidsprekersystemen
op
pagina 52.
6 Volg de aanwijzingen die op het scherm
verschijnen.
Let op dat de microfoon goed is aangesloten.
Als u beschikt over een aparte
lagetonenluidsprekers, zet u die dan aan en draai de
geluidssterkte ervan open.
Zie de opmerkingen hieronder voor plaatsen met
relatief veel achtergrondlawaai en andere mogelijke
bronnen van storing.
7 Let op dat er 'Start' is gekozen en druk op de
ENTER toets.
Op het scherm verschijnt nu een voortgangsrapport,
terwijl de versterker testtonen weergeeft om te bepalen
hoe de luidsprekers in uw systeem die tonen laten
klinken. Het is belangrijk dat u zich zo stil mogelijk houdt
tijdens dit proces.
Verminder niet de geluidssterkte tijdens de weergave
van de testtonen. Dat zou kunnen resulteren in
onjuiste luidsprekerinstellingen.
8 Controleer of uw luidsprekerconfiguratie juiste
worden aangegeven op het scherm.
De beeldschermaanduidingen moeten zoveel mogelijk
overeenkomen met de luidsprekerconfiguratie die u
daadwerkelijk gebruikt.
Als de getoonde luidsprekerconfiguratie niet juist is, stelt
u met de / op/neer-toetsen in op Retry voor een
nieuwe poging en dan drukt u op ENTER. Volg nu weer de
aanwijzingen vanaf stap 6.
Als de getoonde configuratie niet juist is, en u wilt de
instellingen handmatig corrigeren, kiest u dan voor
ERRFix SP en drukt u op ENTER. Gebruik de / op/
neer-toetsen om de betreffende luidspreker(s) te kiezen
en bepaal dan met de / links/rechts-toetsen het
formaat (en het aantal, voor de middenachter-
luidspreker(s)). Wanneer u hiermee klaar bent, kunt u
doorgaan met de volgende stap.
Als u een ERR foutmelding ziet verschijnen in de rechter
kolom, kan er een probleem zijn met de
luidsprekeraansluitingen. Als een nieuwe poging met
Retry (zie boven) dit probleem niet verhelpt, schaket u
dan de stroom uit en controleert u zorgvuldig de
luidsprekeraansluitingen.
System Setup
[ Auto Surround Setup ]
[1. Input Assign]
[2. Surround Setup]
[3. Expert Setup]
[4. THX Audio Setup]
[Exit]
Auto Surround Setup
Speaker System Select
[ Normal Surround ]
SP–B [Second Zone]
X–Curve [ ON ]
[Go Next]
[Return]
Auto Surround Setup
Connect microphone
Please be quiet
Move obstacles away
If you have a subwoofer
turn power on and
turn volume up
[Start]
[Cancel]
Auto Surround Setup
Please Wait
Caution!!
Test tone is
output loudly.
[Cancel]
Auto Surround Setup
Now Analyzing
•••
Environment Check
Ambient Noise [OK]
Microphone [OK]
Speaker Level [OK]
[Cancel]
Check!!
FRONT [ YES ]
CENTER [ YES ]
SURROUND [ YES ]
SURR BACK [ YES
X
2]
SUB WOOFER
[ YES ]
[OK,Go Next]
[Retry]
[ERR Fix SP.]
[Return to Menu]
Om te beginnen
04
37
Du
9 Zorg dat er 'OK, Go Next' is gekozen en druk dan
op ENTER.
Weer verschijnt op het scherm een voortgangsrapport,
terwijl de versterker meer testtonen weergeeft om de
optimale versterker-instellingen te bepalen voor het
niveau van de kanalen, voor de luidsprekerafstanden en
voor de equalizer akoestiek-ijking.
Hierbij zult u weer zo stil mogelijk moeten zijn voor de
beste resultaten. Dit proces kan in totaal ongeveer 6
minuten duren.
10 De Auto Surround Setup instelling is voltooid!
Druk op de SYSTEM SETUP toets om het System
Setup menu te sluiten.
De automatische instellingen van de Auto Surround
Setup functie kunnen u een uitstekende rondom-
akoestiek bieden die uw gehele installatie optimaal
benut, maar desgewenst kunt u ook zelf handmatig
aanpassingen maken via het Surround Setup
akoestiekmenu (vanaf pagina 51).
Als u van plan bent op dit punt al geavanceerde
instellingen te maken, kunt u nu kiezen voor Data Copy
om uw akoestiek-instellingen naar eigen inzicht aan te
passen. Zie Akoestiek-ijking met de equalizer op pagina 55
voor nadere bijzonderheden.
Ook kunt u nu eerst de gemaakte instellingen
controleren, door te kiezen voor Check. Zie Controleren
van uw akoestiek-instellingen op pagina 60 voor nadere
bijzonderheden.
Als u hebt gekozen voor Return kunt u vervolgens kiezen
voor Exit om het System Setup menuscherm te sluiten.
Opmerkingen
Als u kiest voor Cancel (Annuleren) op enig punt
tijdens het Auto Surround Setup proces, zal de
versterker automatisch het proces afsluiten en dan
worden er geen nieuwe instellingen gemaakt.
Vergeet niet om de microfoon los te maken na afloop
van de Auto Surround Setup procedure.
Problemen die zich kunnen voordoen bij de
Auto Surround Setup
Als de luisterruimte niet ideaal is voor de werking van de
Auto Surround Setup (te veel achtergrondlawaai, veel
echo van de wanden, obstakels tussen de luidsprekers en
de microfoon) kunnen de uiteindelijke instellingen niet
altijd optimaal zijn. Controleer of er bepaalde
huishoudelijke apparatuur (een ventilator, koelkast of
airconditioning, bijvoorbeeld) de resultaten ongunstig
beïnvloed kan hebben, schakel die appartuur uit en
probeer het nog eens.
Bepaalde oudere TV-toestellen kunnen een nadelig effect
hebben op de werking van de microfoon. Als dit op uw
situatie van toepassing kan zijn, schakelt u dan het TV-
toestel uit voor het gebruik van de Auto Surround Setup.
Controleren van de instellingen op
uw DVD (of andere) speler
Voordat u verder gaat, zult u wellicht de digitale audio-
uitgangsinstellingen op uw DVD-videospeler en digitale
satelliet-ontvangerwillen controleren.
Controleer of uw DVD-videospeler/satelliet-
ontvanger naar behoren staat ingesteld op
weergave van Dolby Digital, DTS en 88,2/96kHz PCM
(2-kanaals) audio.
Als er een instelmogelijkheid is voor MPEG audio, kiest u
daarbij dan voor de omzetting van MPEG audio naar PCM
audio
Als u de analoge meerkanaals-uitgangen van de speler
hebt aangesloten op deze versterker, dient u te zorgen
dat de speler staat ingesteld op het weergeven van
analoge meerkanaals-audio.
Opmerking
Afhankelijk van uw type DVD-videospeler of de discs
die u daarin afspeelt, bestaat de kans dat u daarmee
alleen analoge en digitale stereo geluidssignalen
kunt weergeven. In dat geval zult u de luisterfunctie
moeten omschakelen naar SURROUND als u wilt
genieten van meerkanaals rondom-akoestiek.
Afspelen van een geluidsbron
Hier volgen de primaire aanwijzingen voor het afspelen
van een beeld- en geluidsbron (zoals een DVD disc) met
uw huisbioscoop-systeem.
Auto Surround Setup
Please Wait
Caution!!
Test tone is
output loudly.
[Cancel]
Auto Surround Setup
Now Analyzing
•••
Surround Analysis
Speaker Systems [OK]
Speaker Distance [OK]
Channel Level [OK]
Acoustic Cal EQ [OK]
[Cancel]
Auto Surround Setup
! ! Complete ! !
[Data Copy]
[Check]
[Return]
Om te beginnen
04
38
Du
1 Schakel de stroomvoorziening van het
afspeelapparaat (bijvoorbeeld uw DVD-
videospeler), uw TV-toestel en (eventueel) uw
aparte lagetonenluidspreker in.
Als uw beeld- en geluidsbron de ingebouwde
ontvanger van uw TV-toestel is, schakelt u dan over
naar de zender waarvan u een uitzending wilt zien, of
zorg in andere gevallen dat de ingangskeuze van uw
TV-toestel staat ingesteld op de signalen van deze
versterker. (Als u bijvoorbeeld deze versterker hebt
aangesloten op de VIDEO 1 ingangen van uw TV-
toestel, zorgt u dan dat het toestel staat ingesteld op
weergave van het VIDEO 1 ingangssignaal.)
2 Als de versterker nog niet aan stond, drukt u nu
op AMPLIFIER om het apparaat in te schakelen.
3 Stel de versterker in op de geluidsbron die u wilt
afspelen.
U kunt dit doen met de INPUT SELECTOR knop op het
voorpaneel of met de speciale INPUT toetsen in het
HOME menu op het aanraakscherm van de
afstandsbediening (zie
Voornaamste
afstandsbedieningsschermen
op pagina 30 als u niet
zeker weet hoe u dit doet).
4 Start het afspelen van de DVD (of een andere
weergavebron).
Als u een DVD-disc met Dolby Digital of DTS surround
geluid afspeelt, zult u nu het volledige rondom-geluid
moeten horen. Als u een gewone stereo geluidsbron
afspeelt, zult u in de normale luisterstand alleen
weergave via de linker en rechter voorluidsprekers horen.
Zie tevens
Luisteren naar uw geluidssysteem
op
pagina 39 voor nadere aanwijzingen over het
beluisteren van allerlei geluidsbronnen.
5 Gebruik de MASTER VOLUME regelaar (op het
voorpaneel of de afstandsbediening) om de
geluidssterkte naar wens in te stellen.
Draai de geluidssterkte van uw TV-toestel terug, zodat
al het geluid dat u hoort komt van de luidsprekers die
zijn aangesloten op deze versterker.
Opmerkingen
Als u met de hand het ingangssignaal moet
overschakelen van digitaal naar analoog (stereo of
meerkanaals), drukt u op de SIGNAL SELECT toets op
het voorpaneel of in het versterkermenu van de
afstandsbediening (zie tevens
Gebruik van andere
functies
op pagina 69).
Nadere details over de surround-sound
akoestiekinstellingen vindt u onder
Het Surround
Setup akoestiekmenu
op pagina 51.
Met WMA9 Pro signalen, kunnen er wel eens
problemen in de geluidsweergave optreden,
afhankelijk van uw computersysteem. WMA9 Pro 7.1-
kanaals 96 kHz bronnen zullen bij de bemonstering
worden verminderd tot 5.1-kanaals 48 kHz signalen.
Als u problemen ondervindt met de geluidsweergave,
dan kunt u de aansluiting het best maken via de USB-
aansluitbus (zie
Gebruik van de USB-aansluiting
op
pagina 80).
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
39
Du
Hoofdstuk 5
Luisteren naar uw geluidssysteem
Omtrent de verschillende
luisterfuncties
Met deze versterker kunt u genieten van allerlei
geluidsbronnen, analoog of digitaal, in stereo weergave
of met rondom-akoestiek.
Welke luisterfuncties er met verschillende bronnen
beschikbaar zijn, zal echter afhangen van uw
luidsprekersysteem en de specifieke eigenschappen van
de geluidsbron.
Opmerkingen
De afstandsbedieningsfuncties in dit hoofdstuk zijn
toegankelijk via de diverse versterkermenu's (nadere
bijzonderheden vindt u onder
Versterker-
menuschermen
op pagina 31). Om het
versterkermenu te openen, drukt u op de
toets in het HOME menu ( ) van de
afstandsbediening en gebruikt u de / links/
rechts-toetsen om door te gaan naar het voorgaande/
volgende scherm.
U kunt de luisterfunctie niet kiezen wanneer de
Stream Direct weergave (zie pagina 43) is
ingeschakeld.
Met het WMA9 Pro formaat kunnen 2-kanaal
geluidsbronnen alleen in stereo worden
weergegeven.
Luisteren naar rondom-akoestische
weergave
Met deze versterker kunt u elke geluidsbron beluisteren
met een rondom-akoestische weergave. Welke functies u
precies kunt gebruiken, is afhankelijk van uw
luidsprekersysteem en de specifieke eigenschappen van
de geluidsbron.
Als u beschikt over een of twee
middenachterluidsprekers, zie dan ook
Gebruik van het
middenachterkanaal
op pagina 46.
Zie tevens
Gebruik van geavanceerde akoestiekeffecten
en
Gebruik van de Home THX functies
hieronder voor nog
meer mogelijkheden voor stereo en rondom-akoestische
weergave.
Tip
In de onderstaande stappen kunt u voor de keuze van
een luisterfunctie ook de LISTENING MODE
SELECTOR knop op het voorpaneel gebruiken, in
plaats van de afstandsbediening. Draai
eenvoudigweg aan de knop om de verschillende
mogelijkheden te zien, en druk de knop in om de
gewenste luisterfunctie in te schakelen.
Tijdens het luisteren naar een geluidsbron drukt
u op de STANDARD toets om rondom-akoestische
weergave te horen.
Met meerkanaals-geluidsbronnen
(zoals DVD-discs en
digitale satelliet-uitzendingen) zal het 2 DIGITAL of DTS
indicatorlampje op het voorpaneel oplichten, afhankelijk
van het digitale formaat van de geluidsbron.
Dan wordt een eventueel gekozen geavanceerd rondom-
effect of de Home THX functie uitgeschakeld.
Met tweekanaals-geluidsbronnen
drukt u enkele malen
op de STANDARD toets om te kiezen uit:
2 Pro Logic IIx MOVIE – Tot 7.1-kanaals geluid, bij
uitstek geschikt voor de weergave van filmgeluid
5CH MOVIE+VSB wordt aangegeven wanneer de
VSB MODE functie is ingeschakeld.
2 Pro Logic IIx MUSIC – Tot 7.1-kanaals geluid,
speciaal geschikt voor muziekweergave
5CH MOVIE+VSB wordt aangegeven wanneer de
VSB MODE functie is ingeschakeld.
2 PRO LOGIC – 4.1-kanaals rondom-akoestiek, met
mono geluid van de achterluidsprekers
5CH SURR+VSB wordt aangegeven wanneer de VSB
MODE functie is ingeschakeld.
7 CH SURROUND wordt aangegeven wanneer de SB
CH MODE functie is ingeschakeld.
AMPLIFIER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
40
Du
NEO:6 CINEMA – 6.1-kanaals geluid, speciaal
geschikt voor de weergave van filmgeluid
NEO:6 MUSIC – 6.1-kanaals geluid, speciaal geschikt
voor muziekweergave
Met meerkanaals-geluidsbronnen, als u middenachter-
luidspreker(s) hebt aangesloten en hebt gekozen voor
SB
CH MODE ON, kunt u enkele malen op de STANDARD
toets drukken om in te stellen op:
2 Pro Logic IIx MOVIE – Zie hierboven
2 Pro Logic IIx MUSIC Zie hierboven
SX (Studio-extensie) – Voegt geluid voor de
middenachterkanalen toe (op basis van de linker en
rechter akoestieksignalen) aan 5.1-kanaals
geluidsbronnen
EX (Extensie-decodering) – Stelt geluid voor de
middenachterkanalen samen voor 5.1-kanaals
geluidsbronnen en levert zuivere decodering voor 6.1-
kanaals geluidsbronnen (zoals Dolby Digital
Surround EX en DTS-ES)
Opmerkingen
•Als u de SB CH MODE functie naar OFF schakelt, of
voor de middenachter-luidsprekers de stand NO
kiest, wordt de 2 Pro Logic IIx functie (hierboven)
omgeschakeld naar 2 Pro Logic II (5.1-kanaals
geluid).
Bij de weergavefuncties met 6.1-kanaals geluid, zal
hetzelfde signaal worden weergegeven door beide
middenachter-luidsprekers.
Dolby Pro Logic IIx Music instellingen
Bij het luisteren met de Dolby Pro Logic IIx Music functie
zijn er nog drie parameters die u kunt bijstellen: de zgn.
Middenbreedte, Dimensie, en Panorama.
1 Met de '2 Pro Logic IIx MUSIC' luisterstand
ingeschakeld, drukt u enkele malen op de OPTION
toets om in te stellen op CENTER WIDTH, DIMENSION
of PANORAMA.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
CENTER WIDTH – De Middenbreedte parameter
biedt een betere menging van alle voorluidsprekers,
door het middenkanaal te spreiden tussen de linker
en rechter voorluidsprekers, zodat het breder klinkt
(bij een hoge instelling) of smaller (bij een lage
instelling). (Deze parameter werkt alleen wanneer uw
installatie een middenluidspreker omvat.)
DIMENSION – Met de Dimensie parameter regelt u
de diepte van het klankbeeld van voor naar achter,
zodat het geluid verder weg klinkt (bij een minus
instelling), of meer op de voorgrond komt (bij een
positieve instelling).
PANORAMA – De Panorama parameter verruimt het
stereo klankbeeld van de voorluidsprekers naar de
akoestiekluidsprekers voor een breed 'panoramisch'
effect.
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de gekozen
instelling bij te regelen.
De middenbreedte is instelbaar van 0 tot 7
(uitgangsstand : 3); de voor-achter dimensie van –3 tot
+3 (uitgangsstand : 0); de panoramische weergave is On
(Aan) of Off (Uit) (oorspronkelijke stand : Off (Uit)).
3 Druk nogmaals op OPTION als u nog andere
instellingen wilt maken.
Opmerking
•Als u de SB CH MODE functie naar OFF schakelt,
wordt de 2 Pro Logic IIx functie (hierboven)
omgeschakeld naar 2 Pro Logic II (5.1-kanaals
geluid), maar de hierboven gekozen instelling blijft
nog steeds gelden.
Neo:6 Music instellingen
Bij het luisteren met de Neo:6 Music functie kunt u het
midden van het klankbeeld extra nadruk geven voor een
breder stereo effect, vooral met zangstemmen.
1 Met de NEO:6 MUSIC luisterstand ingeschakeld,
drukt u enkele malen op de OPTION toets om in te
stellen op CENTER IMAGE.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
41
Du
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de gekozen
instelling bij te regelen.
U kunt het effect regelen van 0 (geen effect) tot 10 (de
meeste nadruk op het middenkanaal). De oorspronkelijke
instelling is 3.
Gebruik van geavanceerde
akoestiekeffecten
Met de geavanceerde akoestiekeffecten kunt u kiezen uit
een breed scala aan gespecialiseerde rondom-
akoestiekeffecten. De Advanced Cinema functies zijn
bestemd voor de weergave van speelfilms, terwijl de
Advanced Concert functies specifiek voor muziek
bestemd zijn.
Druk op de ADVANCED CINEMA of de
ADVANCED CONCERT toets om de gewenste
luisterfunctie te kiezen.
Druk enkele malen op de ADVANCED CINEMA toets om
te kiezen uit:
ACTION – Speciaal voor actiefilms met een
dynamische soundtrack
SCI-FI – Speciaal voor science fiction films, vol
speciale effecten
DRAMA – Speciaal voor speelfilms met veel dialogen
MUSICAL – Geeft de akoestiek van een
muziektheater voor musicals
MONOFILM – Creëert een ruimtelijke akoestiek uit
een mono geluidsspoor
5/7-D THEATER – Geeft een extra-breed stereo
klankbeeld
Druk enkele malen op de ADVANCED CONCERT toets
om te kiezen uit:
CLASSICAL – Geeft de ruimtelijke klank van een grote
concertzaal
CHAMBER – Creëert een een intieme zaal, rijk aan
geluidsreflecties
JAZZ – Geeft de directe geluidssfeer van een kleine
jazzclub
ROCK – Geeft de ruimtelijkheid van een groot live
rockconcert
DANCE – Speciaal voor muziek met een stevige bas
als ondergrond
5/7CH STEREO – Voor het beluisteren van stereo
geluidsbronnen via alle luidsprekers in uw installatie
Aanpassen van het effectniveau voor de
geavanceerde akoestiekeffecten
U kunt de geavanceerde akoestiekeffecten desgewenst
versterken, of verzwakken als u wilt. Voor elk van de
geavanceerde akoestiekeffecten is een afzonderlijk
effectniveau te kiezen.
1 Schakel een van de geavanceerde
akoestiekeffecten in en druk dan enkele malen op de
OPTION toets totdat de aanduiding EFFECT
verschijnt in het uitleesvenster op het voorpaneel.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om het gekozen
effect bij te regelen.
U kunt het effectniveau regelen van 10 (minimaal) tot 90
(maximaal).
Gebruik van de Home THX functies
THX en Home THX zijn twee technische
weergavesystemen, ontwikkeld door Lucasfilm Ltd. voor
de weergave van filmgeluid in de bioscoop,
respectievelijk de huisbioscoop. Home THX is ontworpen
om de weergave in uw huiskamer zo dicht mogelijk te
brengen bij de spectaculaire ruimtelijkheid van een
bioscoop. Zie
Omtrent THX
®
op pagina 102 voor nadere
bijzonderheden.
Verschillende THX mogelijkheden zijn beschikbaar,
afhankelijk van de geluidsbron en de gekozen SB CH
instelling (zie
Gebruik van het middenachter kanaal
op
pagina 46 voor nadere bijzonderheden).
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
42
Du
Druk op de THX toets om in te stellen op een THX
luisterfunctie.
Met tweekanaals-geluidsbronnen
, drukt u enkele malen
op de THX toets om een matrix-decodering te kiezen voor
de THX CINEMA functie (zie
Luisteren naar rondom-
akoestische weergave
hierboven voor een nadere uitleg
van elke luisterfunctie):
2 Pro Logic IIx MOVIE
2 PRO LOGIC
NEO:6 CINEMA
Met meerkanaals-geluidsbronnen
, drukt u enkele malen
op de THX toets om te kiezen uit
THX CINEMA – Geeft u een bioscoop-kwaliteit
geluidsweergave in uw huiskamer, met gebruik van
alle luidsprekers in uw installatie.
THX SURROUND EX – Laat u luisteren naar 6.1 of
7.1-kanaals weergave van alle 5.1-kanaals
geluidsbronnen
2 Pro Logic IIx MOVIE – Laat u luisteren naar 7.1-
kanaals weergave met 5.1-kanaals geluidsbronnen
(speciaal geschikt voor filmgeluid)
THX ULTRA2 CINEMA – Laat u luisteren naar 7.1-
kanaals weergave met 5.1-kanaals
filmgeluidsbronnen
THX MUSICMODE – Laat u luisteren naar 7.1-
kanaals weergave met DVD-A en SACD meerkanaals-
muziekbronnen
Opmerkingen
Als u slechts een enkele middenachter-luidspreker
hebt aangesloten, zijn de THX ULTRA2 CINEMA en
THX MUSICMODE niet beschikbaar.
Wanneer u kiest voor een van de Dolby Pro Logic
functies hierboven, toont het uitleesvenster eerst de
gekozen luisterfunctie en dan verschijnt na enkele
seconden de aanduiding THX CINEMA.
De THX functies zijn niet te gebruiken bij afspelen van
twee-kanaals DVD-A en SACD geluidsbronnen.
Met meer-kanaals DVD-A en SACD geluidsbronnen
kunt u alleen de THX MUSICMODE functie kiezen.
Luisteren in stereo
U kunt elke geluidsbron desgewenst ook weergegeven
horen via alleen de linker en rechter voorluidsprekers (en
eventueel uw 'subwoofer' lagetonenluidspreker,
afhankelijk van uw luidspreker-instellingen).
Tijdens het luisteren naar een geluidsbron drukt
u op de STEREO toets om over te schakelen naar
stereo weergave.
De aanduiding STEREO verschijnt in het uitleesvenster
op het voorpaneel. Een eventueel gekozen geavanceerde
akoestiekfunctie of Home THX luisterfunctie wordt
automatisch uitgeschakeld. Dolby Digital en DTS
meerkanaals-geluidsbronnen worden samengemengd
tot gewone stereo.
Luisteren via een hoofdtelefoon
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen
alleen de STEREO (uitgangsstand) en PHONES
SURROUND luisterfuncties beschikbaar zijn. PHONES
SURROUND is een virtuele akoestiekfunctie voor
hoofdtelefoon die een realistisch en dynamisch rondom-
klankbeeld biedt.
Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, schakelt de
luisterfunctie automatisch over naar STEREO of PHONES
SURROUND. Zodra u de hoofdtelefoon losmaakt, wordt
de oorspronkelijke luisterfunctie weer van kracht.
Met een hoofdtelefoon aangesloten, drukt u op
de STANDARD toets om te kiezen voor PHONES
SURROUND, of STEREO voor gewoon stereo geluid.
U kunt ook de LISTENING MODE SELECTOR knop op het
voorpaneel gebruiken om in te stellen op STEREO of op
PHONES SURROUND.
Opmerkingen
Diverse functies van deze versterker zijn niet
beschikbaar wanneer er een hoofdtelefoon is
aangesloten.
Als de U-vormige kortsluitstekkers (op het
achterpaneel) niet zijn aangebracht, zult u met deze
versterker niet via een hoofdtelefoon kunnen
luisteren.
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, geven
de luidsprekers geen geluid meer.
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
43
Du
Bij het luisteren naar een WMA9 Pro geluidsbron is
alleen de STEREO weergavestand beschikbaar voor
een hoofdtelefoon.
Gebruik van de meerkanaals analoge
ingangen
Als u geluidsbron-apparatuur hebt aangesloten op de
meerkanaals-ingangen op het achterpaneel (zie
Aansluiten van meerkanaals analoge uitgangen
op
pagina 16), zult u die ook kunnen kiezen als uw
weergavebron. Zie
Gebruik van de Stream Direct
functie
hieronder als u de signaalverwerking in deze versterker
wilt passeren, voor een zuiver analoog signaal.
1 Druk op de MULTI CH INPUT toets in het HOME
menu ( ) scherm van de afstandsbediening.
Ook kunt u de INPUT SELECTOR knop op het voorpaneel
van de versterker gebruiken.
2 Indien nodig, drukt u op SIGNAL SELECT om het
gewenste aantal kanalen te kiezen dat u wilt
beluisteren.
Zie
Keuze van de USB en analoge meerkanaals-ingangen
op pagina 45 voor nadere bijzonderheden.
Opmerking
Het aantal kanalen dat u zult horen is afhankelijk van
de geluidsbron en van de SB CH instelling (zie
Gebruik van het middenachterkanaal
op pagina 46
voor nadere bijzonderheden).
Gebruik van de Stream Direct functie
Oorspronkelijke instelling: SD:1 NORMAL (aan)
Gebruik de Stream Direct functie wanneer u de zuiverst
mogelijke weergave van een geluidsbron wilt horen,
zonder bijregeling. Alle niet strikt noodzakelijke
signaalverwerking wordt gepasseerd, zodat u alleen het
zuivere analoge of digitale geluid van de weergavebron
hoort.
1 Druk tijdens het luisteren naar een geluidsbron
op de STREAM DIRECT toets om deze functie aan of
uit te zetten.
Controleer de digitale formaat-aanduidingen in het
uitleesvenster van het voorpaneel, om te zien hoe de
geluidsbron nu verwerkt wordt.
2 Als u de Stream Direct functie wilt aanpassen,
drukt u enkele malen op de OPTION toets om in te
stellen op de Stream Direct (die op het voorpaneel
wordt aangegeven als SD:1, 2 of 3) en dan gebruikt
u de (OPTION) +/– toetsen om de gewenste stand te
kiezen.
SD:1 NORMALAnaloge en digitale geluidsbronnen
zijn te horen volgens de instellingen die gemaakt zijn
tijdens de Surround Setup (luidsprekerinstelling,
kanaalniveau, luidsprekerafstand, akoestiek-ijking
equalizer, en X-curve functie), evenals met dubbel
mono, de ingangsverzwakker en eventuele
geluidsvertraging en hi-bit/hi-sampling instellingen.
U zult elke geluidsbron weergegeven horen met het
aantal kanalen in het oorspronkelijke signaal.
SD:2 2CHDIRECT – Gberuik deze stand voor
analoge en digitale stereo geluidsbronnen. Alle
verwerking die onnodig is voor 2-kanaals signalen
wordt gepasseerd (zoals voor de luidsprekerafstand
en akoestiek-ijking equalizer) en u zult het geluid
horen volgens de kortst mogelijke signaalbaan. Al het
geluid zal weergegeven worden door de linker en
rechter voorluidsprekers (ook de
lagetonenluidspreker zal hierbij geen geluid
weergeven). Met meerkanaals-geluidsbronnen is de
weergave gelijk aan die bij de NORMAL instelling
(hierboven).
SD:3 ANADIRECT Alle analoge geluidsbronnen
worden hierbij weergegeven zonder enige digitale
verwerking. Alle nodige signaalverwerking wordt
door de analoge circuits gedaan en ook het
middenkanaal, indien aanwezig, wordt weergegeven
via de linker en rechter voorluidsprekers (waarbij het
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
MULTI CH
INPUT
CD-R
/ TAPE1
VCR2
VIDEO
VCR3
INPUT 213
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
2/3
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
44
Du
niveau van de kanalen automatisch wordt
gecorrigeerd). Met digitale geluidsbronnen is de
weergave gelijk aan die bij de NORMAL instelling
(hierboven).
Opmerkingen
U zult geen gebruik kunnen maken van de Digital NR
ruisonderdrukking, Midnight/Loudness
weergavecorrectie, de SB CH functie, toonregeling,
noch enige van de luisterfuncties wanneer de Stream
Direct functie is ingeschakeld.
Als u een hoofdtelefoon aansluit terwijl er voor SD:3
ANADIRECT is gekozen, zullen alleen de linker en
rechter voorkanalen te horen zijn met alle
meerkanaals-geluidsbronnen.
Stereo weergaveformaten met bepaalde akoestiek-
informatie (zoals Dolby Surround) worden net zo
verwerkt als meerkanaals-geluidsbronnen.
Wanneer de luidspreker-impedantie staat ingesteld
op 4 zoals beschreven onder
Omschakelen
van de
luidspreker-impedantie op pagina 72, of wanneer de
Digital Safety beveiligingsfunctie is ingeschakeld (zie
het hoofdstuk
Storingen
verhelpen, afdeling
Stroomvoorziening
op pagina 92), staat deze functie
vast ingesteld op SD:1 NORMAL.
Luisteren met de akoestiek-equalizer
U kunt geluidsbronnen beluisteren met de akoestiek-
equalizer-instelling die is gekozen met de
Automatische
instellingen voor rondom-akoestiek
op pagina 35 of
Akoestiek-ijking met de equalizer
op pagina 55. Zie deze
pagina's voor nadere bijonderheden over de akoestiek-
equalizer.
Tijdens het luisteren naar een geluidbron drukt u
op de ACOUSTIC CAL. toets om een akoestiek-
equalizer-instelling te kiezen.
Druk enkele malen achtereen om over te schakelen
tussen:
ALL CH ADJ – Geen speciale weging wordt toegepast
voor enig kanaal.
FRONT CH ALIGN – Alle luidsprekers worden
aangepast aan de voorluidspreker-instellingen.
CUSTOM 1/2 – Zelf te kiezen instellingen
OFF – Schakelt de akoestiek-equalizer uit.
Keuze van het type ingangssignaal
De meeste audio-ingangen hebben zowel analoge als
digitale aansluitingen. Voor die ingangen kunt u kiezen
welk soort signaal u wilt gebruiken.
Het type ingangssignaal van de op dat moment gebruikte
ingang wordt in het uitleesvenster aangegeven. Voor
digitale signalen wordt ook het akoestieksignaaltype
(Dolby Digital of DTS) in het uitleesvenster getoond.
De oorspronkelijke AUTO instelling zal in de meeste
gevallen goed voldoen, omdat de versterker daarmee het
meest geschikte signaaltype kan kiezen. Als u echter wilt
opnemen via de DVR/VCR1 IN/OUT aansluitingen, zult u
voor het ingangssignaal het analoge type moeten kiezen.
Als u voor de ingangsbron de USB-aansluiting of de
analoge meerkanaals-ingangen hebt gekozen, zie dan de
aanwijzingen bij
Keuze van de USB en analoge
meerkanaals-ingangen
hieronder.
Druk op de SIGNAL SELECT toets om het soort
ingangssignaal te kiezen voor de huidige
geluidsbron.
Op de afstandsbediening kan het nodig zijn om eerst op
de toets van het HOME basismenu ( ) te
drukken voordat u het versterker-menuscherm bereikt
dat hieronder wordt getoond (gebruik de / links/
rechts-toetsen op het aanraakscherm om door te gaan
naar het voorgaande/volgende menuscherm).
Druk enkele malen op de toets om te kiezen uit::
ANALOG – Voor keuze van een analoog signaal.
– Voor keuze van een i.LINK signaal.
DIGITAL – Voor keuze van een optisch of coaxiaal
digitaal signaal.
2 RF – Voor keuze van een 2 RF signaal.
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
LISTENING
MODE
AMPLIFIER
AMPLIFIER 1/3
STREAM
DIRECT
ACOUSTIC
CAL.
SIGNAL
SELECT
ADVANCED
CINEMA
ADVANCED
CONCERT
STEREO
STANDARD THX
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
45
Du
AUTO – Dit is de oorspronkelijke stand. Hierbij kiest
de versterker het eerste beschikbare signaal in de
volgorde: ; 2 RF; DIGITAL; ANALOG.
Opmerkingen
Als er geen digitale ingangen (inclusief de 2 RF
ingang) zijn toegewezen voor de huidige geluidsbron,
zal het type ingangssignaal automatisch op
ANALOG worden ingesteld.
Bij gebruik van de DIGITAL IN aansluitingen zijn de
volgende digitale signaalformaten bruikbaar: Dolby
Digital, DTS en PCM (32, 44,1, 48, 88,2 en 96 kHz
bemonsteringsfrequenties). Als u de i.LINK
aansluitingen gebruikt, zijn ook de DVD-A (inclusief
176,4/192 kHz) en SACD formaten bruikbaar. Als uw
geluidsbron echter niet tot deze toegestane formaten
behoort, kiest u dan voor ANALOG.
Sommige DVD-videospelers kunnen geen DTS
signalen uitsturen. Zie voor nadere informatie de
gebruiksaanwijzing van uw DVD-videospeler.
Ook als er naar behoren is ingesteld op i.LINK en
daarbij het i.LINK indicatorlampje brandt, zal er geen
geen geluid klinken zolang de uitgangsinstellingen
van uw i.LINK apparaat niet goed staan ingesteld.
De geluidssignalen van karaoke-microfoons en van
sommige laserdiscs worden niet doorgegeven door
de digitale uitgangen. Kies de stand ANALOG om te
luisteren naar dergelijke geluidssignalen.
Voor het beluisteren van DTS-gecodeerde
geluidsbronnen zult u digitale aansluitingen moeten
maken. Als er hierbij ANALOG is gekozen, zult u
slechts digitale ruis via uw luidsprekers horen.
Let op dat u een DVD/LD-speler of een laserdisc-
speler aansluit via de 2 RF aandluiting. Als uw disc-
speler een 2 RF uitgang heeft kunt u ervan op aan
dat alle laserdiscs kunnen worden afgespeeld. Zie
Aansluiten van andere videobronnen
op pagina 19.
Het ingangssignaal voor i.LINK-apparaten die niet
speciaal zijn toegewezen staat vast ingesteld op .
Zie
Toewijzen van de i.LINK ingangen
op pagina 84.
Keuze van de USB en analoge meerkanaals-
ingangen
Als u voor de ingangsbron de USB-aansluiting of de
analoge meerkanaals-ingangen hebt gekozen, kunt u
met de SIGNAL SELECT toets het aantal ingangskanalen
kiezen.
Na keuze van de USB of MULTI CH IN ingangen
als uw ingangsbron, drukt u op de SIGNAL SELECT
toets om het aantal ingangskanalen te kiezen.
Kies een van de volgende mogelijkheden:
2 CHANNEL
6 CHANNEL
7 CHANNEL
8 CHANNEL
De 8 CHANNEL instelling voor 8 kanalen is de
oorspronkelijke stand.
Luisteren naar geluidsbronnen met
hoge bemonsteringsfrequenties
Deze versterker is geschikt voor 88,2/96kHz (24-bit)
digitale formaten (zoals DTS 96/24 en PCM 96 kHz
bronnen tot 24-bit) wanneer het apparaat is aangesloten
op een hiervoor geschikte DVD-videospeler met digitale
aansluitingen. Als u deze versterker hebt aangesloten op
een i.LINK-apparaat, zijn de 176,4/192 kHz (24-bit) digitale
formaten (zoals DVD-A en SACD) ook te gebruiken.
U kunt deze geluidsbronnen beluisteren zonder de
bemonsteringsfrequentie te verlagen, op de volgende
drie manieren:
U kunt de Stream Direct functie inschakelen.
Zie
Gebruik van de Stream Direct functie
op pagina 43.
Bij de volgende methoden kunt u niet de 2 Pro Logic
functies kiezen voor DTS 96 kHz (24-bit) geluidsbronnen
zonder daarvoor een lagere bemonsteringsfrequentie te
gebruiken:
U kunt een van de Home THX luisterfuncties
kiezen.
Zie
Gebruik van de Home THX functies
op pagina 41.
U kunt de STEREO of STANDARD luisterfunctie
kiezen en alle andere verwerkingsfuncties
uitschakelen.
Deze functies omvatten:
Real Phantom (pagina 47)
Virtual Surround Back (pagina 47)
Midnight/Loudness (pagina 48)
Digital Noise Reduction (pagina 50)
Dynamic Range Control (pagina 87)
Overigens zult u nog wel gewoon gebruik kunnen maken
van de toonregeling (zie
Gebruik van de toonregeling
op
pagina 48).
Opmerkingen
U zult de bemonsteringsfrequentie in het
uitleesvenster zien (met DTS 96 kHz (24-bit) bronnen
zal er alleen 96 worden aangegeven wanneer het
signaal wordt verwerkt met 96 kHz).
Zelfs als uw DVD-videospeler geen 96 kHz (24-bit)
digitale signalen kan uitsturen, dan nog kunt u
luisteren naar DTS 96/24 geluidsbronnen die
verwerkt worden met 96 kHz als het apparaat wel een
DTS uitgangsfunctie heeft. Andere formaten (zoals
PCM 192/96 kHz geluidsbronnen) zijn niet geschikt,
tenzij de digitale uitgang van uw DVD-videospeler
geschikt is voor digitale signalen met hoge
bemonsteringsfrequenties.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
46
Du
Gebruik van het middenachterkanaal
Oorspronkelijke instelling: SB CH ON (aan)
U kunt de versterker automatisch 6.1 of 7.1 decodering
laten gebruiken voor 6.1 gecodeerde geluidsbronnen
(bijvoorbeeld, Dolby Digital EX of DTS-ES), of u kunt
kiezen om altijd 6.1 of 7.1 decodering te gebruiken met
andere geluidsbronnen (bijvoorbeeld, 5.1 gecodeerd
materiaal). Met in 5.1 formaat gecodeerde
geluidsbronnen wordt er wel een middenachterkanaal
gegenereerd, maar het materiaal kan wel eens beter
klinken in het 5.1 formaat waarvoor het oorspronkelijk
was gecodeerd, en in dat geval kunt u het
middenachterkanaal eenvoudigweg uitschakelen. De
tabel hieronder geeft aan wanneer u het
middenachterkanaal zult horen bij het afspelen van
verschillende geluidsbronnen. (
= Er klinkt geluid via
de middenachterluidspreker(s);
= Er verschijnt 7 CH
SURROUND in het uitleesvenster; = Er wordt Home
THX gekozen en er zijn twee middenachterluidsprekers
aangesloten)
Druk enkele malen op de SB CH MODE toets om
de diverse middenachter kanaal mogelijkheden te
doorlopen.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
Bij elke druk op de toets verandert de instelling als volgt
(zie de tabel hierboven voor een uitleg van de diverse
mogelijkheden):
SB CH AUTO – Schakelt automatisch over naar 6.1 of
7.1 decodering voor 6.1 gecodeerde geluidsbronnen
(bijvoorbeeld Dolby Digital EX of DTS-ES)
SB CH ON – 6.1 of 7.1 codering wordt altijd toegepast
(bijvoorbeeld met 5.1 gecodeerd materiaal)
SB CH OFF – Het middenachter-kanaal is
uitgeschakeld
Opmerkingen
U zult het middenachterkanaal alleen kunnen horen
wanneer u hebt gekozen voor SPA als de
luidspreker-instelling (zie
Omschakelen van het
luidsprekersysteem
op pagina 75). Bij omschakelen
van het luidsprekersysteem kan deze instelling
automatische veranderen (zie de opmerkingen
hieronder).
Als er voor de middenachterluidspreker(s) NO is
gekozen onder Luidsprekersystemen op pagina 52, of
wanneer u hebt gekozen voor SPA+B als de
luidspreker-instelling, zult u alleen het virtuele
middenachter-effect kunnen gebruiken (zie de
volgende pagina).
U zult de middenachter-instelling niet kunnen kiezen
(deze wordt automatisch uitgeschakeld) wanneer u
hebt gekozen voor SPB als de luidspreker-instelling
of wanneer er Bi-Surround is gekozen onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52.
U zult de middenachter-instelling niet kunnen
gebruiken wanneer de Stream Direct functie is
ingeschakeld of wanneer de STEREO weergavestand
is gekozen.
Wanneer de THX luisterfunctie is gekozen, zult u niet
kunnen kiezen voor SB CH OFFbij het luisteren naar
een DVD-Audio of SACD disc.
Type geluidsbron
SB CH
functie
Standaard / THX
Geavanceer-
de rondom-
akoestiek
Meerkanaals-
geluidsbronnen
Stereo geluidsbronnen
2
Pro Logic
II x
2
Pro Logic
NEO:6
Dolby Digital EX/DTS-ES gecodeerde
meerkanaals-geluidsbron met 6.1-
kanaals akoestiek
ON 
AUTO 
Dolby Digital/DTS gecodeerde
meerkanaals-geluidsbron
ON 
AUTO
Dolby Digital/DTS gecodeerde stereo
geluidsbron; andere digitale stereo
geluidsbron
ON

AUTO 
Analoge 2-kanaals (stereo)
geluidsbron
ON

AUTO 
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
47
Du
Luisteren met virtuele
middenachterluidsprekers
Oorspronkelijke instelling: VIRTUAL SB OFF (uit)
Als u geen feitelijke middenachterluidsprekers hebt
aangesloten, kunt u gebruik maken van de virtuele
middenachter kanaal functie om een luidspreker te
simuleren.
Soms kan het geluidsmateriaalbeter klinken in het 5.1
formaat waarvoor het oorspronkelijk was gecodeerd. In
dat geval kunt u de versterker dit effect alleen laten
toepassen met 6.1 gecodeerde geluidsbronnen zoals
Dolby Digital EX of DTS-ES (VSB AUTO), of u kunt het
effect simpelweg uitschakelen (VSB OFF).
Houd er rekening mee dat deze functie alleen werkt
wanneer de akoestiek-kanalen actief zijn en er voor de
middenachterluidspreker(s) NO is gekozen onder
Luidsprekersystemen op pagina 52. De functie is tevens
beschikbaar wanneer wanneer u hebt gekozen voor
SPAB als de luidspreker-instelling (zie
Omschakelen
van het luidsprekersysteem
op pagina 75).
Zie tevens Gebruik van het middenachter kanaal
hierboven.
Druk enkele malen op de SB CH MODE toets om
de virtuele middenachter kanaal mogelijkheden te
doorlopen.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
Bij elke druk op de toets verandert de instelling als volgt:
VSB AUTO
VSB ON
VSB OFF
Opmerkingen
U zult de virtuele middenachter-instelling niet
kunnen kiezen wanneer u hebt gekozen voor SPB
als de luidspreker-instelling (zie
Gebruik van
luidsprekersysteem B
op pagina 75) of wanneer er Bi-
Surround is gekozen onder Luidsprekersystemen op
pagina 52.
U zult de virtuele middenachter-instelling niet
kunnen gebruiken wanneer de Stream Direct functie
is ingeschakeld of wanneer de STEREO
weergavestand of een van de THX functies is
gekozen.
Creëren van een middenluidspreker-
effect
Als u geen middenluidspreker hebt aangesloten, wordt
het middenluidsprekerkanaal gespreid over uw twee
voorluidsprekers.
Met de Real Phantom instelling kunt u echter de
aanwezigheid van een middenluidspreker simuleren voor
een treffend akoestiekeffect recht voor u.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets om in te
stellen op R.PHANTOM.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de
gewenste instelling te kiezen.
Mid – Een subtiel middenluidspreker-effect wordt
toegepast op de linker en rechter voorkanalen.
Max – Een krachtig middenluidspreker-effect wordt
toegepast op de linker en rechter voorkanalen.
OFF – Het middenluidspreker-effect is uitgeschakeld.
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
48
Du
Opmerking
Het Real Phantom effect wordt automatisch
uitgeschakeld en de aanduiding R.PHANTOM
verschijnt niet in het uitleesvenster (bij stap 1) als de
Stream Direct functie of de STEREO luisterfunctie is
ingeschakeld. Bovendien moet er voor de
middenluidspreker de stand NO zijn gekozen onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52.
Gebruik van Hi-bit en Hi-sampling
U kunt zowel de Hi-bit als Hi-sampling functies gebruiken
om een groter dynamisch bereik te creëren voor digitale
geluidsbronnen zoals CD's of DVD's.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets om in te
stellen op HI-BIT of HI-SAMPLING.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de gekozen
instelling aan of uit te schakelen.
Opmerkingen
Hi-bit en Hi-sampling kunnen niet altijd werken met
Stream Direct of analoge geluidsbronnen.
De Hi-bit functie werkt niet met SACD of met
geluidsbronnen boven de 88,2 kHz wanneer u een
van de digitale ingangen gebruikt (inclusief i.LINK).
Gebruik van de Midnight en
Loudness luisterfuncties
Oorspronkelijke instelling: Off (uit)
De Midnight luisterfunctie geeft een duidelijke
akoestische weergave van speelfilmgeluid bij een
geringe geluidssterkte, zoals ‘s avonds laat.
De Loudness weergavecorrectie geeft een fraaie heldere
weergave van muziek bij een geringe geluidssterkte.
Druk op de MIDNIGHT of LOUDNESS toets om het
betreffende effect aan of uit te zetten.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
Opmerkingen
De Midnight en Loudness luisterfuncties zijn niet
tegelijk te gebruiken.
Geen van beide functies is beschibaar wanneer u de
toonregeling gebruikt of de Stream Direct functie of
een van de Home THX functies hebt ingeschakeld.
De Midnight en Loudness functies passen
automatisch de klank van de weergave aan bij de
geluidssterkte die u hebt gekozen.
De geluidssterkte moet echter onder de –20 dB zijn,
anders werken deze functies niet.
Gebruik van de toonregeling
Met de toonregeling kunt u precies de gewenste balans
voor de hoge en lage tonen instellen.
Aan en uit zetten van de toonregeling
Oorspronkelijke instelling: BYPASS (uit)
U zult eerst de toonregeling in moeten schakelen, als u
de hoge en lage tonen wilt bijregelen zoals hieronder
beschreven.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
49
Du
Druk op de TONE toets om de toonregeling aan
of uit te schakelen.
Wanneer de toonregeling is uitgeschakeld, verschijnt de
aanduiding BYPASS in het uitleesvenster. Het
afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt hieronder
getoond (zie de opmerking aan het begin van dit
hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
Opmerking
De toonregeling is niet samen te gebruiken met de
Stream Direct, Midnight of Loudness functies of met
enige van de Home THX functies.
Bijregelen van de lage en hoge tonen
Oorspronkelijke instelling: Bass (laag): 0, Treble
(hoog): 0
U kunt de lage en hoge tonen afzonderlijk bijregelen, om
zo de totale klank precies naar wens in te stellen.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets om te
kiezen voor BASS of TREBLE.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de klank bij
te regelen.
De lage en hoge tonen zijn beide in te stellen van –6 tot
+6.
3 Druk op de ENTER toets om de gekozen instelling
van kracht te maken.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Luisteren naar uw geluidssysteem
05
50
Du
Storing in de weergave
onderdrukken
Als u een geluidsbron afspeelt die te veel ruis of
bijgeluiden bevat (bijvoorbeeld cassettes of videoband
met veel ruis of storing), kunt u meestal de
geluidskwaliteit aanzienlijk verbeteren door de digitale
ruisonderdrukking (DIGITAL NR) in te schakelen.
Druk op de DIGITAL NR toets om de digitale
ruisonderdrukking aan of uit te zetten.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
Opmerkingen
Afhankelijk van de geluidsbron, kan er niet altijd een
aanzienlijke verbetering in de geluidskwaliteit te
horen zijn.
De digitale ruisonderdrukking is niet samen te
gebruiken met de Stream Direct of Home THX
functies.
Luisteren naar tweetalige of dubbele
mono geluidssporen
U kunt instellen hoe dubbel-mono gecodeerde Dolby
Digital geluidssporen moeten worden weergegeven.
Dubbel-mono is geen algemeen gebruikte vorm, maar
kan wel regelmatig worden toegepast als het nodig is om
twee talen via verschillende kanalen weer te geven.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets om in te
stellen op DUAL MONO.
Het afstandsbedieningsmenu voor deze stap wordt
hieronder getoond (zie de opmerking aan het begin van
dit hoofdstuk als u hulp nodig hebt).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de
gewenste instelling te kiezen.
CH1 – Alleen kanaal 1 wordt weergegeven
CH2 – Alleen kanaal 2 wordt weergegeven
CH1/CH2 – Beide kanalen worden weergegeven via
de voorluidsprekers
Opmerkingen
•Bij de CH1 en CH2 instellingen wordt het geluid
alleen weergegeven door de middenluidspreker (of
door de voorluidsprekers als er NO is gekozen voor de
middenluidspreker-instelling).
Deze instelling werkt alleen voor dubbel-mono
gecodeerde Dolby Digital en DTS geluidssporen.
Bij het luisteren naar een dubbel-mono geluidsbron
zullen de L en R aanduidingen op het voorpaneel
knipperen. Het kanaal dat u kiest, blijft verlicht in het
uitleesvenster zichtbaar.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
51
Du
Hoofdstuk 6
Het Surround Setup akoestiekmenu
De versterker instellen via het
Surround Setup akoestiekmenu
Deze versterker biedt een aantal gedetaileerde
instellingen voor een optimale surround-sound
akoestiekweergave. Deze instellingen hoeft u slechts
eenmaal te maken (in elk geval totdat u de opstelling van
uw luidsprekers drastisch verandert of nieuwe
luidsprekers toevoegt).
Deze instellingen zijn bedoeld voor het fijnregelen van uw
installatie, maar als u tevreden bent met de
automatische instellingen die zijn gemaakt onder
Inleiding: uw eigen huisbioscoop
op pagina 35, zult u
deze specifieke instellingen wellicht niet echt nodig
hebben.
Belangrijk
Voor veel van de onderstaande instellingen zult u de
instelmicrofoon op het voorpaneel moeten
aansluiten en die moeten opstellen op normale
oorhoogte voor uw favoriete luisterplaats. Zie de
Inleiding: uw eigen huisbioscoop
op pagina 35 als u
niet zeker weet hoe u dit doet. Zie tevens
Problemen
die zich kunnen voordoen bij de Auto Surround Setup
op pagina 37 voor advies over plaatsen met nogal veel
achtergrondlawaai en andere mogelijke bronnen van
storing.
Als u beschikt over een aparte lagetonenluidspreker,
schakelt u die dan in en zet u de geluidssterkte in een
gemiddelde stand.
Na ongeveer drie minuten dat er niets gebeurt tijdens
gebruik van de Auto Setup functies (inclusief de
Professionele akoestiek-equalizer meting), zullen de
aanduidingen van het scherm verdwijnen totdat u
weer op een toets drukt. Bij andere schermen zal de
versterker automatisch het proces afsluiten en dan
worden er geen geen instellingen gemaakt.
Voorzichtig
De testtonen voor de Surround Setup worden op
hoog volume weergegeven (de geluidssterkte wordt
automatisch verhoogd tot 0 dB).
1 Zet de versterker en uw TV-toestel aan.
Als er een hoofdtelefoon is aangesloten op de versterker,
maakt u die dan los.
2 Gebruik de afstandsbediening, druk op de
AMPLIFIER toets op het aanraakscherm, en
vervolgens op de SYSTEM SETUP toets.
Er verschijnen nu een aantal aanduidingen op uw TV-
scherm. Gebruik de vaste /// cursortoetsen en
de ENTER toets van de afstandsbediening om de
menuschermen door te nemen en de juiste onderdelen
te kiezen.
•Met de / op/neer-toetsen kiest u de menu-
onderdelen en met de / links/rechts-toetsen
regelt u de juiste instelling voor het gekozen
onderdeel.
3 Kies het onderdeel 'Surround Setup' en druk op
de ENTER toets.
4 Kies de instelling die u wilt bijregelen.
Als u dit voor de eerste keer doet, zult u wellicht deze
instellingen achtereenvolgens willen bijregelen:
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
System Setup
[Auto Surround Setup]
[1. Input Assign ]
[2. Surround Setup ]
[3. Expert Setup ]
[4. THX Audio Setup ]
[Exit]
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
52
Du
Speaker Systems (Luidsprekersystemen) – Kies het
aantal en het formaat van de luidsprekers die u hebt
aangesloten (pagina 52).
Channel Level (Kanaalniveau) – Regel de
totaalbalans van uw luidsprekersysteem (pagina 54).
Speaker Distance (Luidsprekerafstand) – Stel de
afstand van uw luidsprekers tot uw luisterplaats in
(pagina 55).
Acoustic Cal EQ (Akoestiek-ijking met de equalizer) –
Regel de equalizer af op de eigenschappen van uw
luisterkamer (pagina 55).
X-Curve – Bepaal de hoeveelheid 're-equalization'
bijregeling die nodig is om een vlakke
frequentierespons te verkrijgen met uw
huisbioscoopsysteem (pagina 60).
5 Maak de aanpassingen die u nodig acht voor elk
van de instellingen, en druk ter bevestiging op de
ENTER toets na elk scherm.
Wanneer u de instellingen voltooid hebt, kunt u ze
scherm voor scherm controleren door keuze van het punt
Check in het Surround Setup akoestiekmenu (zie
Controleren van uw akoestiekinstellingen
op pagina 60
voor nadere bijzonderheden).
Luidsprekersystemen
Hier kiest u het aantal luidsprekers dat deel uitmaakt van
uw installatie en in welke opstelling u ze voor weergave
wilt gebruiken. Het is een goed idee om hiermee te
controleren of de instellingen gemaakt onder
Inleiding:
uw eigen huisbioscoop
op pagina 35 inderdaad juist zijn.
1 Stel in op 'Speaker Systems' en druk dan op
ENTER.
2 Kies hoe u de instelling van uw luidsprekers wilt
regelen en druk weer op ENTER.
Manual Free – Voor handmatig instellen van alle
luidsprekers.
Manual THX – Alle luidsprekers worden ingesteld op
het formaat SMALL. Hierbij kunt u alleen het aantal
middenachter-luidsprekers zelf kiezen.
Auto – Alle luidsprekers worden automatisch
ingesteld. (Hiervoor moet de microfoon worden
aangesloten op het voorpaneel.)
3 Kies in welke configuratie u de luidsprekers wilt
gebruiken.
Gebruik de / links/rechts-toetsen om de
verschillende mogelijkheden te doorlopen:
Normal Surround – Kies deze stand voor een
normale huisbioscoop-installatie.
Front Bi-Amp – Kies deze stand als u dubbele
versterking gebruikt voor uw voorluidsprekers (zie
Dubbele versterking voor uw voorluidsprekers
op
pagina 77).
Bi-Surround – Kies deze stand als u beschikt over
twee stel akoestiekluidsprekers (zie
Toevoegen van
een tweede stel akoestiekluidsprekers voor Bi-
Surround
op pagina 77).
Als u kiest voor Normal Surround, zult u ook de
instelling voor luidsprekersysteem B moeten kiezen:
Second Zone – Kies deze stand als u
luidsprekersysteem B in een andere kamer wilt
gebruiken.
ITU-R – Kies deze stand voor het gebruik van twee
omschakelbare luidsprekersystemen naast elkaar,
inclusief luidsprekersysteem B (zie Wisselend gebruik
van akoestiekluidsprekers met luidsprekersysteem B
(ITU-R) op pagina 76).
OFF – Kies deze stand als er geen luidsprekers zijn
aangesloten op de B aansluitbussen.
4 Druk op de ENTER toets om door te gaan naar het
volgende scherm.
Als u hebt gekozen voor de Auto stand in stap 2, zult
u nu Next moeten kiezen om dan met een druk op
ENTER door te gaan met de automatische (testtoon)
instelling.
Kies Start en druk op ENTER om de testtonen weer te
geven, nadat u eerst gezorgd hebt dat de kamer voorlopig
vrij blijft van achtergrondgeluiden. Ga door met stap 8
wanneer u de aanduiding OK ziet verschijnen op het
scherm.
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2.1. Speaker Systems
[Manual Free]
[Manual THX]
(all small)
[Auto]
[Return]
2.1.Speaker Systems
Manual Free
Speaker System Select
[Normal Surround ]
SP
_
B:
[ Second Zone ]
[ Next]
2.1.Speaker Systems
Manual Free
Speaker System Select
[Normal Surround ]
SP
_
B:
[ Second Zone ]
[ Next]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
53
Du
5 Kies het stel luidsprekers dat u wilt instellen en
kies vervolgens het luidsprekerformaat.
Gebruik de / links/rechts-toetsen om het formaat
(en het aantal) voor elk van de volgende luidsprekers te
kiezen:
FRONT – Kies het formaat LARGE als uw
voorluidsprekers heel goed in staat zijn alle lage
tonen weer te geven, of als u geen aparte
lagetonenluidspreker hebt aangesloten. Kies het
formaat SMALL als u de lage frequenties wilt laten
weergeven door de aangesloten "subwoofer"
lagetonenluidspreker.
CENTER – Kies het formaat LARGE als uw
middenluidspreker goed in staat is om lage tonen
weer te geven, of kies voor SMALL om de lage
frequenties te laten weergeven door de andere
luidsprekers of door de "subwoofer". Als u geen
middenluidspreker hebt aangesloten, kiest u de
stand NO (zodat het gehele middenkanaal wordt
weergegeven door de linker en rechter
voorluidsprekers).
SURROUND – Kies het formaat LARGE als uw
achterluidsprekers goed in staat zijn alle lage tonen
weer te geven. Kies de stand SMALL om de lage
frequenties te laten weergave door de andere
luidsprekers of door de "subwoofer". Als u geen
achterluidsprekers hebt aangesloten, kiest u de
stand NO (zodat het geluid van de achterkanalen
wordt weergegeven door de voorluidsprekers en de
"subwoofer" lagetonenluidspreker).
SURR BACK – Kies het aantal
middenachterluidsprekers dat u gebruikt (een, twee
of geen). Kies het formaat LARGE als uw
middenachterluidsprekers goed in staat zijn alle lage
tonen weer te geven. Kies de stand SMALL om de
lage frequenties te laten weergeven door de andere
luidsprekers of door de "subwoofer". Als u geen
achterluidsprekers hebt aangesloten, kiest u de
stand NO.
SUBWOOFER – LFE lagetonensignalen en de lage
frequenties van de kanalen die zijn ingesteld op
SMALL worden weergegeven door de "subwoofer"
lagetonenluidspreker wanneer u hier YES kiest (zie
de opmerkingen hieronder). Kies de PLUS stand als u
de subwoofer voortdurend alle lage tonen wilt laten
weergeven of als u in het algemeen krachtiger
basweergave wilt horen (dan worden alle lage tonen
die tot dusverre door de voorluidsprekers en de
middenluidsprekers klonken nu ook door de
"subwoofer" lagetonenluidspreker weergegeven).
Als u geen aparte lagetonenluidspreker hebt
aangesloten, kiest u de stand NO (dan worden alle
lage tonen weergegeven door de andere
luidsprekers).
Opmerkingen
Als u hebt gekozen voor Manual THX (in stap 2) kunt
u alleen de instellingen voor de
middenachterluidsprekers aanpassen.
Als u hebt gekozen voor Front Bi-Amp (in stap 3)
kunt u de middenachter- instellingen niet aanpassen.
•Als u het formaat SMALL hebt gekozen voor de
voorluidsprekers, zal er voor de subwoofer
automatisch YES worden gekozen. Bovendien kunt u
voor de middenluidspreker en de achterluidsprekers
niet het formaat LARGE kiezen als er voor de
voorluidsprekers SMALL is gekozen. In dit geval
worden alle lage frequenties naar de "subwoofer"
lagetonenluidspreker gestuurd.
Als voor de achterluidsprekers de stand NO is
gekozen, wordt er voor de
middenachterluidspreker(s) automatisch ook NO
gekozen.
Als u een enkele middenachterluidspreker gebruikt,
dient u te zorgen dat die ene luidspreker is
aangesloten op de linker middenachter-aansluiting.
6 Druk op ENTER om door te gaan naar het
volgende scherm.
7 Kies een scheidingsfilter-frequentie.
Deze instelling bepaalt de grensfrequentie tussen de
lage tonen die worden weergegeven door de luidsprekers
die staan aangemerkt als LARGE of door subwoofer en de
lage middentonen die worden weergegeven door de
luidsprekers aangemerkt als SMALL. Tevens bepaalt
deze keuze waar de grensfrequentie komt te liggen voor
de lage tonen van het speciale LFE lagetonen-kanaal.
Kies met de / links/rechts-toetsen de
scheidingsfilterfrequentie:
50Hz – Stuurt de laagste frequenties onder 50 Hz
naar de subwoofer (of de LARGE luidsprekers).
80Hz – Stuurt de laagste frequenties onder 80 Hz
naar de subwoofer (of de LARGE luidsprekers).
100Hz – Stuurt de laagste frequenties onder 100 Hz
naar de subwoofer (of de LARGE luidsprekers).
150Hz – Stuurt de laagste frequenties onder 150 Hz
naar de subwoofer (of de LARGE luidsprekers).
200Hz – Stuurt de laagste frequenties onder 200 Hz
naar de subwoofer (of de LARGE luidsprekers).
2.1. Speaker Systems
Manual Free
” Normal Surround ”
FRONT [ LARGE ]
CENTER [ LARGE ]
SURROUND [ LARGE ]
SURR BACK [LARGE
X
2]
SUB WOOFER [ YES ]
( NEXT)
2.1. Speaker Systems
Manual Free
” Normal Surround ”
Crossover [ 80Hz ]
Normal Surround
(THX Speaker = 80Hz)
SP-B : Second Zone
[Return]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
54
Du
Opmerking
Als u hebt gekozen voor Manual THX (in stap 2)
wordt de scheidingsfilter-frequentie automatisch
ingesteld op 80Hz en dan verschijnt dit keuzescherm
niet.
8 Stel in op 'Return' en druk op ENTER om terug te
keren naar het Surround Setup menu.
Tip
Als u een "subwoofer" lagetonenluidspreker hebt en u
houdt wel van een stevige basweergave, kan het een
logische keuze lijken om het formaat LARGE te
kiezen voor uw voorluidsprekers en de stand PLUS
voor de subwoofer. Dit kan echter niet de beste
lagetonenweergave opleveren. Afhankelijk van de
opstelling van de luidsprekers in uw kamer kunnen
de bassen wel eens deels wegvallen door
interferentie-effecten. In dat geval kunt u het best de
plaats en de richting van uw luidsprekers wat
veranderen. Als u daarmee ook geen goed resultaat
verkrijgt, luistert u dan aandachtig naar de
basweergave met de subwoofer beurtelings in de
PLUS stand en de YES stand en/of de
voorluidsprekers in beurtelings de LARGE en SMALL
stand, en besluit dan op uw gehoor welke combinatie
het best voldoet. Als u op deze wijze het probleem
niet kunt verhelpen, is de eenvoudigste oplossing
vaak om de laagste tonen zo veel mogelijk naar de
subwoofer te sturen, door het formaat SMALL voor
uw voorluidsprekers te kiezen.
Kanaalniveau
Met de kanaalniveau-instellingen kunt u de algemene
balans van uw luidsprekersysteem aanpassen, een
belangrijke factor bij het opzetten van een huisbioscoop-
installatie. Als u niet zeker bent van de beste
kanaalniveau-instellingen, kiest u dan simpelweg de
Auto methode uit de mogelijkheden hieronder.
1 Stel in op 'Channel Level' en druk op de ENTER
toets.
2 Kies een instelmethode en druk op ENTER om de
weergave van de testtonen te starten.
Manual – Om de testtoon handmatig van luidspreker
naar luidspreker te verplaatsen en de afzonderlijke
kanaalniveaus handmatig te regelen.
Semi Auto – Om de kanaalniveaus bij te regelen
terwijl de versterker de testtoon automatisch van de
ene naar de andere luidspreker verplaatst.
Auto – Om de kanaalniveaus automatisch te laten
instellen door de versterker terwijl die de testtonen
weergeeft. (Voor deze instelmethode is het nodig de
microfoon aan te sluiten.)
3 Als u gekozen hebt voor 'Manual' of 'Semi Auto',
regelt u het niveau van elk kanaal met de vaste /
links/rechts-toetsen.
Als u gekozen hebt voor Manual, gebruikt u de / op/
neer-toetsen om over te schakelen tussen de
luidsprekers. Bij de Semi Auto methode worden de
testtonen weergegeven in de volgorde die op het scherm
getoond wordt:
Stel het niveau van elke luidspreker naar wens in terwijl
de testtoon klinkt.
Opmerkingen
Als u de beschikking heeft over een Sound Pressure
Level (SPL) geluidsdrukmeter, gebruikt u die dan voor
metingen vanuit uw voornaamste luisterplaats en
stelt u het niveau van elke luidspreker in op een vaste
75 dB SPL (C-weging/vertraagde aflezing).
De testtoon voor de "subwoofer"
lagetonenluidspreker wordt weergegeven met een
geringe geluidssterkte. Het kan nodig zijn om het
niveau naderhand bij te stellen, nadat u de weergave
hebt gecontroleerd aan de hand van uw favoriete
muziek of filmgeluid.
4 Als u hebt gekozen voor 'Manual' of 'Auto', stelt
u in op 'Return' en drukt u op ENTER omde instelling
af te sluiten. Met de 'Semi Auto' methode hoeft u
alleen op ENTER te drukken.
Na afloop van de Auto instelmethode verschijnt er !!
Complete !! op het scherm zodra de instelling van alle
kanaalniveaus is voltooid.
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2.2. Channel Level
[Manual]
[Semi Auto]
[Auto]
Normal Surround
[Return]
Your Speaker Systems
” Normal Surround ”
+1. 5
dB
+1. 5
dB
+2. 0
dB
-3. 5
dB
-1. 5
dB
+3. 0
dB
+2. 0
dB
+10. 0
dB
2.2. Channel Level
Semi Auto
LEFT [ ]
CENTER [ ]
RIGHT [ ]
SURROUND R [ ]
SURR BACK R [ ]
SURR BACK L [ ]
SURROUND L [ ]
SUB WOOFER [ ]
Return = Push Enter
2.2. Channel Level
[Manual]
[Semi Auto]
[Auto]
Normal Surround
[Return]
Your Speaker Systems
” Normal Surround ”
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
55
Du
Om de gemaakte instellingen te controleren, stelt u in op
Check en drukt u op ENTER, in plaats van te kiezen voor
Return zoals hierboven. Vervolgens stelt u na afloop van
de controle in op Return en drukt u op ENTER.
Tip
U kunt de kanaalniveaus later nog op elk gewenst
moment wijzigen met behulp van de CHANNEL +/–
toetsen op het voorpaneel of via het versterkermenu
van de afstandsbediening (zie
Voornaamste
afstandsbedieningsschermen
op pagina 30 voor
nadere bijzonderheden). U kunt verschillende
niveaus instellen voor elk van de luisterfuncties
(Standard/Home THX, Advanced Cinema/Advanced
Concert en Stereo) evenals voor de SB CH functie in
de ON stand.
Deze instellingen zullen echter gewist worden als u
later de Surround Setup of de Auto Surround Sound
Setup functie weer gebruikt om de kanaalniveaus
opnieuw in te stellen.
Luidsprekerafstand
Om een fraaie diepte en kanaalscheiding in de klank van
uw installatie te verkrijgen, zult u de afstand van de
luidsprekers tot uw luisterplaats moeten instellen. De
versterker kan dan aan elk signaal de vertraging
toevoegen die nodig is voor een uitgebalanceerde
akoestiekweergave.
1 Stel in op 'Speaker Distance' en druk op de ENTER
toets.
2 Kies een instelmethode en druk weer op ENTER.
Manual – Om elke luidspreker op zijn beurt te kiezen
en de afstand handmatig in te stellen.
Auto – Om de luidsprekerafstanden automatisch te
laten instellen door de versterker terwijl die de
testtonen weergeeft. (Voor deze instelmethode is het
nodig de microfoon aan te sluiten.)
3 Als u hebt gekozen voor 'Auto', stelt u nu in op
'Start' en drukt u op ENTER. Als u hebt gekozen voor
'Manual', stelt u de afstand van elk van de
luidsprekers in met de vaste / links/rechts-
toetsen.
Bij de Manual instelmethode kunt u de afstand van elke
luidspreker kiezen in eenheden van 0,05 meter.
Na afloop van de Auto instelmethode verschijnt er !!
Complete !! op het scherm zodra de instelling van alle
luidsprekerafstanden is voltooid. Als u de instellingen
wilt controleren, kiest u voor Check en drukt u op ENTER.
4 Stel in op 'Return' en druk op ENTER om deze
instelling af te sluiten.
Tip
Voor de beste akoestiekweergave is het van belang
om de beide middenachterluidsprekers op dezelfde
afstand te plaatsen.
Akoestiek-ijking met de equalizer
De equalizer voor akoestiek-ijking is een soort
kamerbrede equalizer voor uw luidsprekers
(uitgezonderd de lagetonenluidspreker). De
equalizerfunctie meet de akoestische eigenschappen
van uw kamer en compenseert voor de
omgevingseffecten die een kleuring kunnen geven aan
de weergave van de oorspronkelijke geluidsbron. U kunt
deze instellingen ook handmatig maken, om een
frequentiepatroon en klankkleur te krijgen volgens uw
eigen smaak. Daarnaast is er een meer geavanceerde
instelmethode beschikbaar, die u in staat stelt
gedetailleerde instellingen te maken na meting van de
akoestische eigenschappen van uw luisterruimte (zie
Professionele akoestiek-equalizer
op pagina 57). Voor elk
van deze instelmethoden is het nodig de microfoon aan
te sluiten.
Automatisch instellen van de akoestiek-equalizer
1 Stel in op 'Acoustic Cal EQ' en druk op ENTER.
2 Kies de stand 'Auto' en druk weer op ENTER.
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2.3. Speaker Distance
[Manual]
[Auto]
[Return]
Your Speaker Systems
Normal Surround ”
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2. 4. Acoustic Cal EQ
[Data Copy]
[Manual]
CUSTOM1 , CUSTOM2
[Auto]
ALL ADJ & FRONT ALIGN
[Professional]
[Return]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
56
Du
Terwijl de versterker een reeks testtonen weergeeft, wordt
de frequentiebalans automatisch bijgeregeld voor de
volgende instellingen:
ALL CH ADJ Om alle luidsprekers afzonderlijk in te
stellen, zonder speciale nadruk of weging van enig
kanaal.
FRONT CH ALIGN – Om alle luidsprekers aan te
passen aan de weergave van de voorluidsprekers.
Er verschijnt !! Complete !! op het scherm wanneer de
akoestiek-equalizer alle instellingen gemaakt heeft. Als u
de instellingen wilt controleren, kiest u voor Check en
drukt u op ENTER.
3 Stel in op 'Return' en druk op ENTER om deze
instelling af te sluiten.
Handmatig instellen van de akoestiek-equalizer
Voordat u de akoestiek-equalizer handmatig gaat
instellen, willen we u aanbevelen eerst de ALL CH ADJ of
FRONT CH ALIGN instellingen van de Auto
instelmethode hierboven over te nemen (of van de
Inleiding: uw eigen huisbioscoop
op pagina 35) als een
van de voorlopige eigen instellingen. Dit zal u, beter dan
enkel een vlakke equalizer-curve dat kan, als
uitgangspunt een goede benadering geven om mee te
beginnen (zie
Kopiëren van uw akoestiek-equalizer
instellingen
hieronder voor hoe u dit doet).
1 Stel in op 'Acoustic Cal EQ' en druk op ENTER.
2 Stel in op 'Manual' en druk op de ENTER toets.
3 Kies de CUSTOM1 of CUSTOM2 instelling en druk
op ENTER.
4 Kies het kanaal om bij te regelen, stel de
frequentiecurve naar wens bij, en ga dan door met
de volgende luidspreker.
Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om het
kanaal te kiezen, en druk op ENTER om uw keuze te
bevestigen.
Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om de
bijregelfrequentie te kiezen en de / op/neer-toetsen
om de Equalizer hoger of lager in te stellen. Wanneer de
curve naar wens is, drukt u op ENTER om door te gaan
naar het volgende kanaal.
Tip
Als u de frequentiecurve van een kanaal al te
drastisch bijstelt, zal de totale balans van de
weergave daaronder lijden. Als het klankbeeld van de
luidsprekers onevenwichtig overkomt, kunt u het
niveau van de verschillende kanalen verhogen of
verlagen met behulp van testtonen en de TRIM
functie. Gebruik de rechter cursortoets om naar
de uiterste rechterkant van het scherm te gaan en
gebruik dan de / op/neer-toetsen om het
kanaalniveau te verhogen of te verlagen voor de
huidige luidspreker.
5 Wanneer u klaar bent, drukt u op de (neer-
toets) om in te stellen op 'Return' en dan drukt u op
ENTER om de instelling af te sluiten.
Opmerking
Als de waarschuwing OVER !! op het scherm
verschijnt, geeft dat aan dat de gekozen
frequentiecurve kan resulteren in vervorming van de
luidsprekerweergave. Corrigeer dan de
frequentiecurve om dit te vermijden.
Kopiëren van uw akoestiek-equalizer instellingen
Als u de instellingen voor de akoestiek-equalizer
handmatig wilt maken (zie
Handmatig instellen van de
akoestiek-equalizer
hierboven), willen we u aanbevelen
eerst de ALL CH ADJ of FRONT CH ALIGN instellingen
van de Auto instelmethode hierboven over te nemen (of
van de
Inleiding: uw eigen huisbioscoop
op pagina 35)
als een van de voorlopige eigen instellingen. Dit zal u,
beter dan enkel een vlakke equalizer-curve dat kan, als
uitgangspunt een goede benadering geven om mee te
beginnen.
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2. 4. Acoustic Cal EQ
[Data Copy]
[Manual]
CUSTOM1 , CUSTOM2
[Auto]
ALL ADJ & FRONT ALIGN
[Professional]
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ
[ CUSTOM1 ]
A[ CUSTOM2 ]
[Return]
Manual
63
125
250
500
1k
2k
4k
8k
16k
TRIM
2.4. Acoustic Cal EQ
Manual
Target Curve : CUSTOM1
Channel [L•SMALL]
[Return]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
57
Du
1 Stel in op 'Acoustic Cal EQ' en druk op ENTER.
2 Stel in op 'Data Copy' en druk weer op ENTER.
3 Kies voor CUSTOM1 of CUSTOM2 en gebruik de
vaste / links/rechts-toetsen om de instelling te
kiezen die u wilt kopiëren.
U kunt de gegevens ook overkopiëren van de ene
eigen instelling naar een andere. Nadere details over
de ALL CH ADJ en FRONT CH ALIGN instellingen
vindt u onder
Automatisch instellen van de akoestiek-
equalizer
hierboven.
4 Stel in op 'Copy OK' en druk ter bevestiging op
ENTER.
Dan verschijnt het akoestiek-equalizer-instellingen
menu. Stel in op Return en druk op ENTER wanneer u
wilt terugkeren naar het Surround Setup menu.
Professionele akoestiek-equalizer
Deze functie vermindert de ongewenste effecten van de
nagalm in uw kamer, door uw installatie aan te passen
aan alleen het directe geluid van de luidsprekers. Dit
systeem kan u ook een schematische grafiek tonen van
de frequentierespons van uw luisterruimte.
Opmerking
Alvorens u gaat werken met de Professionele
akoestiek-equalizer, is het verstandig om eerst een
voorlopige instelling te maken met de Auto Surround
Setup op pagina 35.
Toepassing van de Professionele akoestiek-
equalizer
Als u vindt dat de lage frequenties te sterk resoneren in
uw luisterruimte (m.a.w. als u last hebt van
'boembassen'), of als de diverse kanalen een duidelijk
verschillende nagalm lijken te hebben, gebruikt u dan de
professionele instelling om de akoestiek-aanpassing
automatisch te verrichten. Dit kan een betere balans
geven dan de standaard akoestiek-equalizer. De
handmatige instelling biedt u de mogelijkheid om uw
installatie nauwkeurig af te regelen met behulp van een
grafiek op het scherm, of zelfs via een computer (met
programmatuur die daarvoor beschikbaar is van Pioneer
- zie
Aansluiten van een PC voor geavanceerde MCACC
weergave
op pagina 82 voor nadere bijzonderheden).
Aflezen van de grafiek
In de grafiek is het aantal decibels afgezet op de verticale
as en de tijd (in milliseconden) op de horizontale as. Een
rechte lijn geeft een vlakke respons van uw kamer aan
(geen nagalm), terwijl een kromme de aanwezigheid van
geluidsreflecties bij de weergave van testtonen aangeeft.
De kromme zal geleidelijk vlakker gaan verlopen,
wanneer de nagalm zich stabiliseert (hetgeen gewoonlijk
ongeveer 100 ms kan duren).
Aan deze grafiek kunt u de akoestiek van uw kamer bij
verschillende frequenties aflezen. Er wordt automatisch
rekening gehouden met verschillen in kanaalniveau en
luidsprekerafstand (ter vergelijking wordt de toegepaste
compensatie getoond), maar de frequentiemetingen
worden altijd aangegeven zonder het effect van de
equalizer van deze versterker.
Vanwege een effect dat bekend staat als
‘groepsvertraging' zal het opwekken van de lagere
frequenties meer tijd vergen dan de hogere frequenties
(dit blijkt het duidelijkst bij vergelijking van de frequenties
bij 0 ms). Deze kromming aan het begin is dus niet te
wijten aan een probleem (zoals teveel nagalm) van uw
luisterkamer.
Instellen van de Professionele akoestiek-equalizer
volgens de eigenschappen van uw kamer
Met de handmatige instelling kunt u kiezen hoe lang de
frequentierespons voor de ijking wordt waargenomen.
U kunt de tijdsduur kiezen die optimaal is voor de
aanpassing van uw installatie aan de eigenschappen van
uw luisterruimte. De onderstaande grafiek toont het
verschil tussen de standaard akoestiek-ijking en de
professionele ijking (de grijze gebieden geven de
perioden aan dat de microfoon het geluid opvangt voor
de frequentie-analyse).
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2. 4. Acoustic Cal EQ
[Data Copy]
[Manual]
CUSTOM1 , CUSTOM2
[Auto]
ALL ADJ & FRONT ALIGN
[Professional]
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ
[ CUSTOM1 ]
A[ CUSTOM2 ]
[Return]
Manual
2.4. Acoustic Cal EQ
A.Cal EQ Data Copy
To From
CUSTOM1 [ ALL ADJ ]
CUSTOM2 [CUSTOM2 ]
[Copy OK]
[Cancel]
0 16080
Testtoon
Tijd
(in msec.)
Niveau
IJkingsduur van de
professionele equalizer
IJkingsduur van de
standaard equalizer
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
58
Du
Zodra uw luidsprekersysteem geluid weergeeft, wordt dat
onderhevig aan de invloed van de akoestische
eigenschappen van uw kamer, bepaald door de wanden,
het meubilair en de afmetingen van de kamer. Hoe
eerder de frequentie-analyse, des te geringer zal de
invloed van de kamer zijn. We achten een vroege
tijdsinstelling van 20 – 40 ms aanbevelenswaardig, ter
compensatie van de twee factoren die het meest
bepalend zijn voor de akoestiek van de meeste kamers:
Weerkaatsing van hoge tonen vs. lagere
frequenties – Afhankelijk van uw kamer, kan het u
opvallen dat de lagere frequenties sterker resoneren
dan hoge tonen in uw kamer (m.a.w. dat u last hebt
van 'boembassen'). Dit kan leiden tot fouten in de
frequentie-analyse als de meting te laat wordt
verricht.
Nagalmkarakteristieken voor verschillende
kanalen – De nagalmkarakteristieken kunnen per
kanaal ietwat verschillend zijn. Aangezien deze
verschillen toenemen naarmate het geluid sterker
wordt beïnvloed door de eigenschappen van de
kamer, zal het vaak beter zijn de frequentie-analyse
vroeger te verrichten voor een betere menging van de
kanaalfrequenties in het totaalgeluid.
Als uw kamer niet of nauwelijks beïnvloed wordt door de
bovenstaande factoren, zal het vaak niet nodig zijn om
een 20 - 40 ms instelling te maken. Latere
tijdsinstellingen kunnen dan een meer gedetailleerd
klankbeeld opleveren voor uw luidsprekersysteem. Het is
de moeite waard om door uitproberen te vinden wat het
best werkt voor uw luisterkamer.
Houd er rekening mee dat veranderingen in uw kamer
(verplaatsen van het meubilair, schilderijen e.d.) de
resultaten van de akoestiek-ijking aanzienlijk kan
beïnvloeden.
Na een ingrijpende verandering is het verstandig uw
installatie opnieuw te ijken.
Gebruik van de Professionele akoestiek-equalizer
1 Stel in op 'Acoustic Cal EQ' en druk op de ENTER
toets.
2 Stel in op 'Professional' en druk weer op ENTER.
3 Kies een instelmethode en druk op ENTER.
Auto Pro. – De versterker kiest automatisch een
vroege meetperiode (20 - 40 ms of 60 - 80 ms) voor de
meting van de weerkaatsingen, zodat u een systeem-
ijking verkrijgt die gebaseerd is op het directe geluid
dat uit de luidsprekers komt. De frequentiebalans
voor elk kanaal wordt dan bijgesteld om het effect van
de eigenschappen van de kamer op het totale geluid
te minimaliseren.
Manual Pro. – Hierbij kunt u zelf een vroege
meetperiode instellen, hetgeen u de speelruimte
biedt om de directe weergave zodanig te ijken als het
best voldoet voor uw luisterkamer. Nadat u deze
instelling hebt gemaakt, wordt de frequentiebalans
voor elk kanaal automatisch bijgeregeld om uw
systeem te ijken volgens uw zelfgekozen instelling.
4 Als u hebt gekozen voor 'Auto Pro.', kiest u nu
'Start' en drukt u op ENTER.
0 16080
Lage
frequenties
Hoge
frequenties
Tijd
(in msec.)
Niveau
IJkingsduur van de
professionele equalizer
IJkingsduur van de
standaard equalizer
0 16080
Linker
akoestiek-
weergave
Rechter
akoestiek-
weergave
Tijd
(in msec.)
Niveau
IJkingsduur van de
professionele equalizer
IJkingsduur van de
standaard equalizer
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
2. 4. Acoustic Cal EQ
[Data Copy]
[Manual]
CUSTOM1 , CUSTOM2
[Auto]
ALL ADJ & FRONT ALIGN
[Professional]
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
” Professional ”
[Auto Pro. ]
Acou. Cal EQ Setup
[Manual Pro. ]al Surround
Reverb Measurement
Reverb View
Advanced EQ Setup
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Auto Pro
Connect microphone
Please be quiet
Move obstacles away
If you have a subwoofer
turn power on and
turn volume up
[Start]
[Cancel]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
59
Du
Er verschijnt !! Complete !! op het scherm nadat de
akoestiek-equalizer is ingesteld. Kies nu Return om
terug te keren naar het menu voor de professionele
akoestiek-equalizer.
5 Kies een handmatige instelmethode en druk op
ENTER.
Reverb Measurement – Gebruik deze om de
nagalm-karakteristiek van uw kamer te meten voor de
afzonderlijke kanalen in gekozen frequentiegebieden.
Reverb View (Normal) – Hiermee kunt u de
metingen voor de nagalm in bepaalde
frequentiegebieden controleren voor elk kanaal. Na
afloop van de meting verschijnt er ook een
mogelijkheid PC Output, voor computer-verwerking.
Zie
Aansluiten van een PC voor geavanceerde
MCACC weergave
op pagina 82 voor nadere
bijzonderheden.
Advanced EQ Setup – Hierbij kiest u de tijdsperiode
voor de frequentie-instelling en ijking, gebaseerd op
de meting van de nagalm in uw luisterruimte. Houd
er rekening mee dat deze instelmethode
veranderingen zal aanbrengen in de instellingen die
u hebt gemaakt onder
Automatische instellingen
voor rondom-akoestiek
op pagina 35.
6 Als u hebt gekozen voor 'Reverb Measurement',
kiest u nu 'Start' en drukt u op ENTER.
Er verschijnt !! Complete !! op het scherm nadat de
nagalm-meting is voltooid (dit kan 2 - 6 minuten duren).
Na keuze van Return kunt u instellen op Reverb View
(hierboven) om de resultaten op het scherm te
controleren. Zie
Aansluiten van een PC voor
geavanceerde MCACC weergave
op pagina 82 voor
nadere aanwijzingen om uw computer voor te bereiden
voor de grafieken die worden doorgegeven.
7 Als u hebt gekozen voor 'Reverb View', kunt u de
vaste cursortoetsen gebruiken om de nagalm-
karakteristieken voor elk kanaal te controleren. Stel
in op 'Return' en druk op ENTER wanneer u daarmee
klaar bent.
Gebruik de / links/rechts-toetsen om het kanaal te
kiezen en de frequentie die u wilt controleren. Gebruik de
/ op/neer-toetsen om hiertussen heen en weer te
schakelen. Overigens geven de markeringen op de
verticale as het aantal decibels aan in stapjes van 2 dB.
8 Als u hebt gekozen voor 'Advanced EQ Setup',
voert u de tijdsinstelling in die u voor de ijking wilt
gebruiken, en dan kiest u voor 'Go'. Stel in op 'Start'
in het volgende scherm.
Op basis van de hierboven beschreven nagalm-meting
kunt u handmatig de tijdsduur kiezen voor de
uiteindelijke frequentie-instelling en ijking. Ook al kunt u
deze instelling wel maken zonder nagalm-meting, het is
beter om uw tijdsinstelling te baseren op het resultaat
van de meting. Voor een optimale systeem-ijking
gebaseerd op het directe geluid van de luidsprekers,
raden we u aan de 20 – 40ms instelling te gebruiken.
Gebruik de / links/rechts-toetsen om het kanaal te
kiezen, de frequentie en de tijdsinstelling. Gebruik de
/ op/neer-toetsen om hiertussen heen en weer te
schakelen.
U kunt overschakelen tussen uw aangesloten
luidsprekers (behalve de subwoofer) en de
meetresultaten tonen voor de volgende frequenties: 63
Hz, 125 Hz, 250 Hz, 500 Hz, 1 kHz, 2 kHz, 4 kHz, 8 kHz en
16 kHz.
Kies de tijdsduur uit de volgende perioden (in
milliseconden): 0-20 ms, 10-30 ms, 20-40 ms, 30-50 ms,
40-60 ms, 50-70 ms en 60-80 ms. Deze instelling zal
gelden voor alle kanalen tijdens de ijking.
Wanneer u klaar bent met deze instellingen, kiest u voor
Go. Het kan 2 - 11 minuten duren voordat de ijking
voltooid is.
Er verschijnt !! Complete !! op het scherm nadat de
akoestiek-equalizer voltooid is. Om de instellingen te
controleren, kiest u voor Check en drukt u op ENTER.
Wanneer u wilt stoppen, kiest u voor Return om het
betreffende scherm te sluiten.
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Manual Pro.
[ Reverb Measurement ]
[ Reverb View ]
[ Advanced EQ Setup ]
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Reverb
Connect microphone
Please be quiet
Move obstacles away
If you have a subwoofer
turn power on and
turn volume up
[Start]
[Cancel]
dB
0 80 160ms
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Reverb View
[ C ]
[ 500Hz ]
[Return]
dB
080160ms
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
[ C ]
[ 500Hz ]
[20~40ms]
[Go]
[Return]
Het Surround Setup akoestiekmenu
06
60
Du
X-Curve
De meeste filmgeluidssporen die zijn gemaakt voor
weergave in een bioscoop zullen te schel klinken in de
huiskamer. De X-Curve functie werkt als een soort re-
equalizer voor weergave in uw huisbioscoop, om de juiste
klankkleur en balans voor het filmgeluid te herstellen.
1 Stel in op 'X-Curve' en druk op de ENTER toets.
2 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
de X-Curve functie ON of OFF te zetten.
Als u kiest voor OFF, verkrijgt u een vlak
frequentieverloop en dan zult u de X-Curve niet kunnen
bijstellen.
3 Kies een instelmethode en druk op ENTER.
Manual – Voor handmatig instellen van de X-Curve.
Semi Auto – Voor automatisch berekenen van de X-
Curve. Hoe groter uw luistergebied (zoals bepaald
door de instelling van de luidsprekerafstanden), des
te steiler de hellingshoek van de X-Curve (zie de
volgende stap voor nadere details).
4 Controleer de X-Curve instelling. Als u hebt
gekozen voor 'Manual', maakt u dan nu de nodige
aanpassingen aan uw X-Curve.
Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om de
instelling bij te regelen. De X-Curve wordt uitgedrukt als
een dalende lijn in decibels per octaaf, beginnend bij 2
kHz. Het geluid klikt minder schel naarmate de
hellingshoek toeneemt (tot een maximum van
-3.0 dB/oct). Volg de onderstaande richtlijnen om de X-
Curve optimaal aan te passen aan de afmetingen van uw
luisterruimte:
5 Stel in op 'Return' en druk op ENTER om de
instelling af te ronden.
Opmerking
Aangezien het principe voor beide hetzelfde is, zal de
X-Curve niet worden toegepast wanneer u een van de
Home THX luisterfuncties gebruikt (zie
Gebruik van
de Home THX functies
op pagina 41).
Controleren van uw akoestiek-
instellingen
U kunt de akoestiek-instellingen van de versterker
scherm voor scherm controleren, nadat u het Surround
Setup proces voltooid hebt.
1 Kies het onderdeel 'Check' in het Surround Setup
menu en druk op ENTER.
2 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
de gemaakte instellingen scherm voor scherm door
te nemen.
De instellingen verschijnen in dezelfde volgorde als in het
Surround Setup menu. Stel in op Return en druk op
ENTER om terug te keren naar het Surround Setup menu.
[ Check ]
[ 1. Speaker Systems ]
[ 2. Channel Level ]
[ 3. Speaker Distance ]
[ 4. Acoustic Cal EQ ]
[ 5. X-Curve ]
[ Return ]
2. Surround Setup
ON
2. 5. X-Curve
X-Curve [ ]
[ Manual ]
[ Semi Auto ]
[ Return ]
Your X-Curve
" –0.5dB/oct "
ON
2. 5. X-Curve
X-Curve [ ]
[ Manual ]
[ Semi Auto ]
[ Return ]
Your X-Curve
" –0.5dB/oct "
63
12
25
50
1k
2k
4k
8k
16
2.5. X-Curve Manual
X-Curve
[ –2.0dB/oct ]
[ Return ]
Kamerformaat
(m
2
)
36 48 60 72 300
1000
X-Curve (dB/oct)
–0,5 –1 –1,5 –2 –2,5 –3
2.Surround Setup
[ Check ]
[ 1.Speaker Systems ]
[ 2.Channel Level ]
[ 3.Speaker Distance ]
[ 4.Acoustic Cal EQ ]
[ 5.X-Curve ]
[Return]
Bediening van andere apparatuur
07
61
Du
Hoofdstuk 7
Bediening van andere apparatuur
Gebruik van de afstandsbediening
voor andere apparatuur
De bijgeleverde afstandsbediening werkt niet alleen voor
deze versterker, maar is ook geschikt voor de bediening
van uw TV-toestel, DVD-speler en andere apparatuur. Als
een bepaald apparaat staat vermeld in het geheugen van
de afstandsbediening, hoeft u slechts de aanwijzingen te
volgen onder
Vaste bedieningscodes activeren
hieronder. Als het apparaat niet in de lijst voorkomt, of als
u de afstandsbediening een nieuw commando wilt leren,
zie dan
Signalen overnemen van een andere
afstandsbediening
op pagina 63.
Opmerkingen
De afstandsbedieningsfuncties in dit hoofdstuk zijn
toegankelijk via het afstandsbediening-instelmenu.
Om dit instelmenu te openen, drukt u op in
het HOME basismenu ( ) van de
afstandsbediening:
Nadere aanwijzingen voor het gebruik van de
afstandsbedieningsmenu’s vindt u onder
Voornaamste afstandsbedieningsschermen
op
pagina 30. Zie tevens
TV-bedieningsmenu’s
op
pagina 32 en
Bedieningsmenu’s voor andere
apparatuur
op pagina 33.
Bij gebruik van een TV of videomonitor werkt het vaak
het best om de TV/DVD ingangskeuzetoets te
gebruiken voor de TV-weergavebron, en de TV CONT
toets voor de bediening van het TV-toestel of de
videomonitor.
Vaste bedieningscodes activeren
Op de volgende wijze kunt u de vast ingestelde
bedieningscodes voor een heel aantal ingangsbronnen
activeren. Gebruik hiervoor het aanraakscherm van de
afstandsbediening.
1 Zorg dat het apparaat dat u wilt bedienen is
ingeschakeld.
2 Druk op de PRESET RECALL toets in het
afstandsbedienings-instelmenu.
3 Kies uit het 'Select Function' keuzescherm de
ingangsfunctie die overeenkomt met de
aansluiting(en) voor het apparaat dat u wilt
bedienen.
Druk bijvoorbeeld op de DVD/LD toets als u de DVD-
speler wilt bedienen die is aangesloten op de DVD/LD
aansluitingen.
•Gebruik de / op/neer-toetsen om de lijst van de te
bedienen apparatuur te doorlopen.
Voor de bediening kunt u elke gewenste toets kiezen,
maar bij keuze van een al in gebruik zijnde toets
wordt de eerdere functie vervangen door de nieuwe
(zodat eerder geprogrammeerde functies niet meer
te gebruiken zijn).
SETUP
HOME
1/3
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVR
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3SETUP
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
1/3SETUP
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
PRESET RECALL
Select Function
DVD/LD
TV/DVD
SAT
CANCEL
Bediening van andere apparatuur
07
62
Du
4 Kies in het 'Replacing Device' scherm het type
apparaat dat u hebt aangesloten.
In dit voorbeeld gebruiken we de afstandsbediening om
een DVD-speler te bedienen, dus we kiezen hier DVD.
Het werkt het best als de toets voor de ingangsbron
(DVD/LD) overeenkomt met het te bedienen
apparaat.
5 Kies in het 'Setting Makers' scherm de merknaam
van het apparaat dat u wilt bedienen.
Gebruik de / op/neer-toetsen om de lijst met
geschikte merken door te nemen. Hier kiezen we Pioneer
in ons voorbeeld.
6 Kies het soort instelling.
Soms kan er slechts een enkele instelling vermeld staan
en soms zijn er meerdere. Begin met de eerste
beschikbare toets, waar de merknaam en het nummer 1
bij vermeld staat (in ons voorbeeld dus Pioneer-1).
7 Richt de afstandsbediening op het andere
apparaat en druk op TRY om te zien of de instelling
goed is gemaakt.
Als het te bedienen apparaat nu wordt aan/
uitgeschakeld, is de instelling voor dit apparaat in orde
en dan kunt u doorgaan met stap 8.
Als het apparaat niet reageert, kan dat komen doordat:
Er bij dit merk verschillende bedieningscodes voor
hetzelfde type apparaat bestaan. Druk op de BACK
toets om terug te gaan en kies nu een ander nummer
(als er inderdaad meerdere zijn) uit de lijst.
Het apparaat geen "standby" ruststand heeft (dus niet
met de afstandsbediening aan en uit geschakeld kan
worden).
Er een obstakel is tussen de afstandsbediening en de
afstandsbedieningssensor van het apparaat dat u
probeert te bedienen.
Er geen vaste bedieningscode bestaat voor dit type
apparaat. Druk op de CANCEL toets om deze poging
te staken en probeer dan de methode die wordt
beschreven bij
Signalen overnemen van een andere
afstandsbediening
hieronder, om de signalen voor dit
apparaat in de afstandsbediening vast te leggen. Als
het betreffende apparaat verschilt van het soort
commando’s dat gebruikelijk is voor de gekozen
ingangsbron (als u bijvoorbeeld probeert een
laserdisc-speler te bedienen met de DVD/LD toets),
kan het nuttig zijn om in de volgende stap INSTALL te
kiezen om over te schakelen naar een ander scherm
voor de bediening van het aangesloten apparaat.
8 Druk op INSTALL ter bevestiging, om dan terug
te keren naar het 'Select Function' scherm zodat u
een ander apparaat voor bediening kunt kiezen.
Vanuit het Select Function scherm (stap 3), kunt u met
een druk op de toets terugkeren naar het HOME
basismenu van de afstandsbediening.
PRESET RECALL
Replacing Device
DVD
TV
DVD recorder
CANCEL
PRESET RECALL
Setting Makers
Pioneer
AKAI
DENON
CANCELBACK
PRESET RECALL
Setting Type
Pioneer-1
Pioneer-2
CANCELBACK
PRESET RECALL
Following Setting?
CANCELBACK
TRYINSTALL
device : DVD
maker :
Pioneer
type :
Pioneer-1
PRESET RECALL
Following Setting?
CANCELBACK
TRYINSTALL
device : DVD
maker :
Pioneer
type :
Pioneer-1
PLEASE WAIT
Bediening van andere apparatuur
07
63
Du
Om het menu te sluiten zonder de gekozen instelling te
activeren, drukt u hierboven op CANCEL in plaats van op
INSTALL.
Tip
Pioneer DVD-recorders vallen onder de volgende in te
stellen types:
Pioneer-1 – DVR-7000
Pioneer-24 – DVR-3100, DVR-5100H
Als u meer dan één Pioneer DVD-recorder hebt die
onder het insteltype 24 valt, kunt u daarvoor
verschillende instellingen kiezen (zodat u ze met
afzonderlijke toetsen kunt bedienen).
Signalen overnemen van een andere
afstandsbediening
Als er geen vaste bedieningscode voor uw apparaat
beschikbaar is, of als de beschikbare codes niet goed
werken, kunt u de bedieningssignalen overnemen vanaf
de afstandsbediening die behoort bij het aangesloten
apparaat. Op deze manier kunt u ook extra
bedieningsfuncties programmeren (voor toetsen
waarvoor geen vaste instelling bestaat) nadat u een
bedieningscode hebt ingesteld zoals onder
Vaste
bedieningscodes activeren
op pagina 61.
1 Druk op de LEARNING toets in het
afstandsbedienings-instelmenu.
2 Kies in het 'Select Function' scherm de
ingangsfunctie die overeenkomt met de
aansluiting(en) voor het apparaat dat u wilt
bedienen.
Druk bijvoorbeeld op de DVD/LD toets als u
bedieningssignalen wilt overnemen voor de DVD-speler
die is aangesloten op de DVD/LD aansluitingen.
•Gebruik de / op/neer-toetsen om de lijst van de te
bedienen apparatuur te doorlopen (hierbij zijn de
AMPLIFIER en TUNER schermen niet beschikbaar).
3 Druk in het aanraakscherm op de toets voor het
commando dat u in deze afstandsbediening wilt
overnemen.
Druk bijvoorbeeld op de weergavetoets als u deze
afstandsbediening wilt programmeren voor het starten
van de weergave op uw DVD-speler.
Een pictogram van een afstandsbediening verschijnt in
de rechter bovenhoek van het aanraakscherm nadat u
een toets hebt gekozen (u kunt uw keuze nog ongedaan
maken door dezelfde toets opnieuw in te drukken).
Bepaalde toetsen op het aanraakscherm van de
afstandsbediening zoals , , de / links/
rechts-toetsen en de TV CONT toets dienen voor de
keuze van menuschermen (zelfs in de aanleerstand),
dus die zijn niet te gebruiken voor het overnemen van
andere commando’s.
•De Learn en L toetsen die verschijnen in
sommige bedieningsschermen zijn nog niet
toegewezen, zodat u die kunt gebruiken om nieuwe
commando’s onder te plaatsen. Zie
Namen van de
afstandsbedieningstoetsen aanpassen
op pagina 64
als u na het overnemen van een commando de naam
van de toets wilt aanpassen.
U kunt ook de vaste toetsen op de afstandsbediening
nieuwe commando’s geven (waarbij de VOLUME
+/– en MUTE toetsen alleen beschikbaar zijn in de TV
CONTROL stand), maar dan blijven de commando’s
gelijk voor alle schermen voor het te bedienen
apparaat.
•Druk op de END toets als u wilt stoppen zonder
wijzigingen aan te brengen.
4 Terwijl het pictogram zichtbaar is, richt u de
twee afstandsbedieningsheden op elkaar en drukt u
op de toets van de andere afstandsbediening voor
de bedieningsfunctie die u wilt overnemen.
Wanneer het commando is aangeleerd, d.w.z.
overgenomen, verschijnt er OK! op het aanraakscherm
van de afstandsbediening en dan keert de
afstandsbediening terug naar het scherm voor het
overnemen van een commando (stap 3).
SETUP 1/3
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
LEARNING
Select Function
DVD/LD
TV/DVD
SAT
CANCEL
DVD
LEARN
END
1/2
TOP MENUDISPLAY
SUBTITLE
TV
CONT
AUDIO
DVD
DVD 2/2
LEARN
END
RETURN
SEARCH
MODE
TV
CONT
DVD
1 2 3 CLR
4 5 6 +10
789
0
S
0
U
R
C
E
D
V
D
/
L
D
T
V
/
S
A
T
V
C
R
1
V
C
R
2
CD
T
V
V
O
L
T
V
F
U
N
C
M
EN
U
ENT
E
R
S
T
ER
E
O
E
FF
E
C
T
C
H
SE
L
T
H
X
D
S
P
A
T
T
M
U
T
E
T
V
V
O
L
U
M
E
MD
/
T
A
P
E
T
U
N
E
R
T
V
/
V
C
R
R
E
C
E
IV
E
R
M
U
L
T
I
O
P
E
R
A
T
I
O
N
P
I
N
P
S
W
A
P
G
U
ID
E
C
H
A
N
NE
L
S
T
A
T
I
O
N
S
U
B
C
H
T
U
N
I
N
G
E
N
T
E
R
T
V
/
V
C
R
C
L
A
S
S
T
V
C
O
N
T
R
O
L
FU
N
CT
I
O
N
S
IG
N
A
L
S
E
L
E
C
T
CH
A
N
NE
L
L
E
V
E
L
E
F
F
EC
T
L
E
V
E
L
D
IG
I
T
A
L
M
U
L
T
I
P
R
O
C
E
S
S
IN
G
A
M
P
L
IF
IE
R
R
E
M
O
T
E
C
O
N
T
R
O
L
U
N
IT
R
E
M
O
T
E
S
E
T
U
P
S
Y
S
T
E
M
S
E
T
U
P
D
T
V
M
E
N
U
S
Y
S
TE
M
O
F
F
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
0
D
I
S
C
+
Î
8
7
3
1
¡
4
¢
+
-
+
-
+
-
+
-
12 – 30 cm
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
Bediening van andere apparatuur
07
64
Du
Herhaal de stappen 3 en 4 voor het overnemen van nog
andere commando’s.
Als u bedieningssignalen voor nog andere apparatuur
wilt overnemen, drukt u op END om terug te keren naar
het Select Function scherm en dan begint u opnieuw
vanaf stap 2.
Opmerkingen
Als u de aanduiding Failed op het aanraakscherm
ziet (of er verschijnt geen OK!), of het overgenomen
commando werkt niet, ook al werd er wel OK!
aangegeven, probeer het overnemen van het
commando dan nog eens, maar kies een ietwat
andere afstand (dichterbij of verderaf) tussen beide
afstandsbedieningseenheden. Sommige signalen
komen duidelijker over dan andere en kunnen wel
eens een grotere afstand vereisen (bijvoorbeeld de
signalen voor een projector, e.d.).
Sommige afstandsbedieningssignalen zijn hoe dan
ook niet goed over te nemen.
De afstandsbediening heeft maar een beperkte
geheugencapaciteit voor nieuwe commando’s. Als u
de aanduiding Memory Full op het scherm ziet
verschijnen, gebruikt u dan de PRESET RECALL
functie onder
Vaste bedieningscodes activeren
op
pagina 61 om eerder geprogrammeerde toetsen die u
niet meer gebruikt te overschrijven. Zo maakt u meer
geheugencapaciteit beschikbaar voor het overnemen
van nieuwe commando’s.
Directe geluidsbron-
bedieningsfunctie
Oorspronkelijke instelling: Alle ingangenON (aan)
De oorspronkelijke instelling zorgt dat bij het indrukken
van een ingangskeuzetoets (DVD/LD, DVR/VCR1, enz.),
zowel de ingangsbron van de versterker als de
afstandsbediening beide worden ingesteld op het
gekozen apparaat.
Wanneer een ingangskeuzetoets in de stand OFF is
gezet, zal bij een druk op die toets alleen de
bedieningsfunctie van de afstandsbediening worden
overgeschakeld.
Dit kan handig zijn wanneer u een bepaald apparaat wilt
bedienen zonder de weergave van een ander apparaat te
onderbreken.
1 Druk op de DIRECT FUNCTION toets in het
afstandsbedienings-instelmenu.
2 Kies de instelling voor een ingangsfunctie door
op de ON/OFF toets in het aanraakscherm te
drukken.
Met elke druk op de toets schakelt u over tussen ON en
OFF.
•Gebruik de / op/neer-toetsen om de lijst met
apparaten te doorlopen.
3 Druk op de OK toets om de instellingen van
kracht te maken.
Namen van de
afstandsbedieningstoetsen
aanpassen
U kunt de toetsen in de menuschermen van de
afstandsbediening andere namen geven, voor andere
ingangsbronnen (zoals DVD/LD of SAT). U kunt dit
bijvoorbeeld doen als u de afstandsbediening een nieuw
commando hebt "aangeleerd" zoals beschreven in
Signalen overnemen van een andere afstandsbediening
hierboven, maar dat commando niet overeenstemt met
de naam op de toets.
1 Druk op de KEY LABEL toets in het
afstandsbedienings-instelmenu.
2 Kies in het 'Select Function' scherm het
ingangsbron-menu met de toets die u een andere
naam wilt geven.
1/3SETUP
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
DIRECT FUNCTION
DVD/LD : ON
TV/DVD : ON
SAT : ON
OK
SETUP 2/3
CLOCK DISPLAY : AM/PM
CLOCK SETTING
BEEP :
TIMEOUT
KEY LABEL
Bediening van andere apparatuur
07
65
Du
Druk bijvoorbeeld op de DVD/LD toets als u voor een
toets in het DVD/LD afstandsbedieningsscherm een
nieuw commando hebt overgenomen van uw DVD-
speler.
3 Kies de toets die u een nieuwe naam wilt geven.
Kies bijvoorbeeld de SEARCH MODE toets als u die hebt
geprogrammeerd voor het 'disc uitschuiven' commando
van de afstandsbediening voor uw DVD-speler.
Bepaalde toetsen op het aanraakscherm van de
afstandsbediening zoals , , de / links/
rechts-toetsen en de TV CONT toets dienen voor de
keuze van menuschermen (zelfs in de aanleerstand),
dus die kunt u niet van een andere naam voorzien.
•Druk op de END toets als u wilt stoppen zonder
wijzigingen aan te brengen.
4 Kies nu hoe u de naam van de toets eruit wilt
laten zien.
Kies een van de volgende mogelijkheden:
TEXT : LARGE – Kies deze als u een korte naam wilt
geven, zoals EJECT.
TEXT : SMALL – Kies deze als de nieuwe naam vrij
lang is, zoals bijvoorbeeld DVD-lade uitschuiven.
GRAPHIC – Kies deze mogelijkheid als u de naam van
de toets wilt vervangen door een symbool, zoals .
5 Stel uw nieuwe naam voor de toets samen.
Als u hebt gekozen voor tekstinvoer:
Gebruik de letter- en cijfertoetsen om de gewenste
naam samen te stellen.
•Druk op de SPACE toets als u een spatie in naam wilt
opnemen.
•Druk op de CLEAR toets om verkeerde letters één
voor één te wissen.
•Druk op de toets (alleen voor klein-formaat tekst)
om door te gaan naar de volgende regel.
•Gebruik de / links/rechts-toetsen om door te
gaan naar het vorige/volgende scherm.
Als u hebt gekozen voor een grafisch symbool:
Gebruik de symbooltoetsen om het gewenste
symbool te kiezen.
•Druk op de CLEAR toets om terug te keren naar de
oorspronkelijke aanblik van de toets.
Druk op de toets om terug te keren zonder de
toets aan te passen.
6 Druk op de OK toets wanneer u klaar bent.
Dan verschijnt er PLEASE WAIT in het scherm van de
afstandsbediening terwijl de gekozen naam of het
symbool wordt aangebracht en dan keert u terug naar
stap 3.
KEY LABEL
Select Function
DVD/LD
TV/DVD
SAT
CANCEL
DVD
KEY LABEL
END
RETURN
SEARCH
MODE
TV
CONT
DVD
1 2 3 CLR
4 5 6 +10
789
0
KEY LABEL
SEARCH
MODE
SELECT LABEL TYPE
TEXT : LARGE
TEXT : SMALL
GRAPHIC
DVD / LD
KEY LABEL
DVD/LD
SPACE
CLEAR
ABCDEFGH I
JKLMNOPQR
STUVWXYZ
OK
KEY LABEL
DVD / LD
OKCLEAR
Bediening van andere apparatuur
07
66
Du
Opmerkingen
Bij de aan/uitschakeltoets kunt u het '' symbool niet
vervangen. Deze toetsen kunnen het best
ongewijzigd blijven, voor het aan en uit zetten van het
apparaat.
Na het bevestigen van uw wijziging zult u niet kunnen
terugkeren naar de oorspronkelijke aanblik van de
toets zonder de gehele afstandsbediening in de
uitgangsstand terug te stellen (zoals beschreven op
pagina 10).
Meervoudige bedieningsreeksen en
systeem-uitschakelfunctie
Met de meervoudige bedieningsreeksen kunt u onder
een bepaalde toets een hele serie commando’s voor de
apparaten in uw installatie programmeren.
Zo kunt u bijvoorbeeld uw TV-toestel aanzetten, uw DVD-
speler inschakelen en het afspelen van de geplaatste
DVD starten, met slechts twee toetsen op de
afstandsbediening.
En net als bij de bedieningsreeksen zorgt de systeem-
uitschakelfunctie dat u maar één toets nodig hebt om
een heel stel apparaten in uw installatie tegelijk uit te
schakelen.
Opmerkingen
Voor dat u de meervoudige bedieningsreeksen en de
systeem-uitschakelfunctie kunt gebruiken, zult u de
afstandsbediening moeten instellen voor de
bediening van uw TV-toestel en uw andere
apparatuur (zie Vaste bedieningscodes activeren op
pagina 61 en Signalen overnemen van een andere
afstandsbediening op pagina 63 voor nadere
bijzonderheden).
De aan- en uitschakelcommando’s werken alleen
voor apparatuur die in de "standby" ruststand
geschakeld kan worden.
Programmeren van een bedieningsreeks of
een systeem-uitschakelcommando
1 Druk op de MULTI OPERATION toets in het
afstandsbedienings-instelmenu.
2 Kies in het 'Select Function' scherm de
ingangsbron.
Dit moet het apparaat zijn waarmee u de
bedieningsreeks start, wanneer u het als ingangsbron
kiest.
Druk bijvoorbeeld op de DVD/LD toets als de
bedieningsreeks moet dienen voor het inschakelen van
de DVD-speler aangesloten op de DVD/LD
aansluitbussen.
Als u een systeem-uitschakelcommando gaat
programmeren, kiest u eerst de AMPLIFIER aan het
einde van de lijst.
•Gebruik de / op/neer-toetsen om de lijst met
apparaten te doorlopen.
3 Druk op de 'Add' toets om een bedieningsfunctie
in de reeks te kiezen.
Als dit het eerste commando in de reeks is, zal de
gekozen bedieningsfunctie bovenaan komen te staan.
Anders komt het commando gewoon op de
eerstvolgende plaats in de reeks.
4 Kies het apparaat en het commando dat u wilt
toevoegen aan de bedieningsreeks of aan het
systeem-uitschakelcommando.
Kies bijvoorbeeld de DVD/LD uit het uit het
functiekeuzemenu (dit krijgt nu de naam van het
apparaat voor de bedieningsreeks) en kies dan
(afspelen) of (stoppen) uit het DVD menu om het
afspelen van uw DVD-speler te starten of te stoppen.
1/3SETUP
CALIBRATE
PRESET RECALL
LEARNING
MULTI OPERATION
DIRECT FUNCTION
MULTI OPERATION
Select Function
DVD/LD
TV/DVD
SAT
CANCEL
MULTI OPERATION
DVD/LD
Add
Replace
Run
Delete
Delay OK
MULTI OPERATION
DVD/LD
DVD/LD
TV/DVD
SAT
CANCEL
DVD
MULTI OPERATION
END
1/2
TOP MENUDISPLAY
SUBTITLE
TV
CONT
AUDIO
DVD
Bediening van andere apparatuur
07
67
Du
•Druk op de END toets om terug te keren zonder
wijzigingen aan te brengen.
U hoeft de versterker niet afzonderlijk te
programmeren om in te stellen op de ingangsbron
gekozen in stap 2, of om aan of uit te schakelen. Dat
wordt automatisch gedaan.
Met Pioneer apparaten is het niet nodig:
het uitschakelen van de stroom te programmeren in
een systeem-uitschakelreeks;
het inschakelen te programmeren waar het gaat om
de ingangsbron gekozen in stap 2;
een Pioneer TV-toestel of videomonitor in te
schakelen als de ingangsbron (gekozen in stap 2) is
voorzien van video-ingangsaansluitingen;
Deze functies krijgen de voorrang in de bedienings-
reeks (niet bij de systeem-uitschakelfunctie).
5 Indien nodig, kunt u een korte pauze tussen de
bedieningsfuncties inlassen, door op 'Delay' te
drukken.
Bepaalde apparatuur heeft enkele seconden tijd nodig
voor het in- of uitschakelen, of voor bepaalde
bedieningsfuncties. In dergelijke gevallen kan het nodig
zijn een kleine vertraging in te bouwen (tot maximaal
zestig seconden) tussen de commando’s.
Gebruik de + en toetsen in het Delay Time scherm om
de vertragingstijd in te stellen en druk dan op OK.
Als u na het instellen de vertragingstijd nog wilt
wijzigen, drukt u op de aangegeven vertragingstijd en
dan drukt u op SET om weer bij dit scherm uit te
komen.
6 Herhaal de stappen van 3 tot 5 voor het
toevoegen van andere commando’s.
Bij invoeren van een reeks commando’s, verschijnen die
in volgorde op het aanraakscherm van de
afstandsbediening.
Om de gemaakte bedieningsreeks uit te proberen,
drukt u op Run.
Om een commando in de reeks door een ander te
vervangen, kiest u het commando en dan drukt u op
Replace. Voeg dan het nieuwe commando toe zoals
bescherebven in de aanwijzingen hierboven.
Om een nieuw commando in te voegen vóór een
bestaand commando, drukt u op dat bestaande
commando en dan op de Add toets.
Om een commando te wissen, stelt u in op de
ongewenste bedieningsfunctie en dan drukt u op
Delete.
De commando’s worden zonder problemen
vastgelegd, ongeacht hoe u dit scherm sluit.
7 Druk op de OK toets wanneer u klaar bent.
Dan verschijnt er PLEASE WAIT op het scherm van de
afstandsbediening terwijl de bedieningsreeks wordt
vastgelegd en dan komt u weer uit bij stap 2.
Gebruik van een geprogrammeerde
bedieningsreeks
U kunt de bedieningsreeks starten wanneer de versterker
aan staat, of wanneer die in de ruststand is geschakeld.
1 Druk in het HOME basismenu van de
afstandsbediening op de MULTI OPERATION toets.
MULTI OPERATION
DVD/LD
CANCELOK
Delay Time
0.1 sec
+
MULTI OPERATION
DVD/LD
Add
DVD -
PLAY
Delay - 2.0sec
Replace
Run
Delete
Delay OK
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
Bediening van andere apparatuur
07
68
Du
2 Druk op een functietoets waaronder een
bedieningsreeks is vastgelegd.
De versterker wordt dan ingeschakeld (als die in de
ruststand stond) en de geprogrammeerde
bedieningsreeks wordt automatisch stap voor stap
uitgevoerd.
Gebruik van de systeem-uitschakelfunctie
Druk in het HOME basismenu van de
afstandsbediening op de SYSTEM OFF toets.
De door u geprogrammeerde commando’s worden
uitgevoerd en dan worden alle Pioneer apparaten
uitgeschakeld, tenslotte gevolgd door deze versterker.
Componenten aan en uit schakelen
met de 12-volts schakelstroom
U kunt een aantal apparaten in uw installatie (zoals een
videomonitor of een projector) zo aansluiten dat ze aan of
uit worden gezet met een 12-volts schakelstroom, zodra u
een bepaalde ingangsfunctie kiest. Hiervoor zult u echter
wel precies moeten kiezen welke ingangsfunctie welke
component(en) inschakelt, via het Expert Setup menu
(zie
12-volts schakelstroom
op pagina 88 voor hoe u dit
doet).
Overigens bestaat deze mogelijkheid alleen met apparaat
die in de "standby" ruststand geschakeld kunnen worden.
Sluit de 12V TRIGGER aansluiting van deze
versterker aan op de 12V TRIGGER aansluiting van
een ander apparaat.
Er zijn twee aansluitingen beschikbaar. Op elk ervan kunt
u een snoer met aan beide uiteinden een mono-
ministekker aansluiten.
Nadat u hebt gekozen welke ingangsfunctie welke
component(en) inschakelt, zult u de betreffende
apparatuur eenvoudig aan of uit kunnen zetten door
instellen op een van de ingangsfunctie(s) die u hebt
ingesteld op pagina 88.
Bediening van andere Pioneer
componenten via de sensor van dit
apparaat
Veel Pioneer componenten zijn voorzien van SR
CONTROL bedieningsaansluitingen, die kunnen dienen
voor het onderling verbinden van componenten, zodanig
dat u ze allemaal kunt bedienen via de
afstandsbedieningssensor van een enkele component .
Bij gebruik van de afstandsbediening wordt er dan een
bedieningssignaal doorgegeven via de aansluitketen
naar de component die u wilt bedienen.
Overigens zult u voor het gebruik van deze functie op
moeten letten dat er tenminste één stel analoge audio-
aansluitbussen is verbonden met een ander apparaat,
voor de aarding van het geheel.
1 Kies van welk apparaat u de
afstandsbedieningssensor wilt gebruiken.
Voor de bediening van alle andere apparaten in de keten,
wordt dit de afstandsbedieningssensor waarop u de
afstandsbediening zult moeten richten.
2 Verbind de CONTROL OUT aansluiting van het
gekozen apparaat met de CONTROL IN aansluiting
van een ander Pioneer apparaat.
Gebruik voor het aansluiten een snoer met aan beide
uiteinden een mono-ministekker.
3 Verbind de geschikte apparaten door op
dezelfde manier, voor al de componenten die u aldus
vauit één punt wilt bedienen.
Opmerking
Als u al uw apparatuur wilt bedienen met de
afstandsbediening van deze versterker, leest u dan
Gebruik van de afstandsbediening voor andere
apparatuur
op pagina 61 en
Signalen overnemen van
een andere afstandsbediening
op pagina 63.
MULTI OPERATION
TV
CONT
MULTI CH
INPUT
VIDEO
VCR2
CD-R
/ TAPE1
CD
VCR3
DVD
/ LD
TV
/ DVD
SAT
Select Function
DVR
/ VCR1
TUNER
CANCEL
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
IN OUT
CONTROL
IN OUT
CONTROL
VSA-AX10Ai
AUDIO POWER
AMP
IN
S400 (AUDIO)
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
P
B
PR
PB
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
R L
CONTROL
1
OUT IN
Gebruik van andere functies
08
69
Du
Hoofdstuk 8
Gebruik van andere functies
Audio- of video-opnamen maken
Via deze versterker kunt u audio- of video-opnamen
maken vanaf een beeld/geluidsbron die is aangesloten
op de versterker (zoals een CD-speler of een TV-toestel).
Houd er rekening mee dat u geen digitale opname kunt
maken van een analoge beeld/geluidsbron en andersom,
dus zorg dat de apparatuur waarvan/waarmee u opneemt
op dezefde wijze zijn aangesloten (zie
Aansluiten van uw
apparatuur
op pagina 12 voor nadere bijzonderheden
over het aansluiten).
U kunt wel opnemen met composiet- en S-video
aansluitingen door elkaar, maar u kunt geen opnamen
maken van bronnen die zijn aangesloten op de
component video-ingangen. Zie
Betreffende de video-
omzetter
op pagina 20 voor nadere bijzonderheden.
Nadere informatie over de video-aansluitingen vindt u
onder
Aansluiten van een videorecorder of DVD-recorder
op pagina 18 en onder
Aansluiten van andere
videobronnen
op pagina 19.
1 Stel in op de beeld/geluidsbron die u wilt
opnemen.
Gebruik de INPUT toetsen (of de INPUT SELECTOR knop
op het voorpaneel).
2 Kies het ingangssignaal (indien nodig).
Druk op de SIGNAL SELECT toets om het ingangssignaal
te kiezen voor het betreffende geluidsbron-apparaat (zie
Keuze van het type ingangssignaal
op pagina 44 voor
nadere bijzonderheden).
3 Tref de nodige voorbereidingen voor de
geluidsbron die u gaat opnemen.
Stem af op de gewenste radiozender, plaats de CD, de
videocassette, de DVD enz.
4 Tref de voorbereidingen op het opname-
apparaat.
Plaats een blanco cassette, een minidisc, videocassette
e.d. in het opname-apparaat en stel het opnameniveau
in.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het opname-
apparaat als u niet zeker weet hoe dit werkt. De meeste
videorecorders stellen het audio-opnameniveau
automatisch in – lees de gebruiksaanwijzing,vooral voor
een belangrijke opname.
5 Start het opnemen en start dan de weergave van
de beeld/geluidsbron.
Opmerkingen
De instellingen op de versterker voor geluidssterkte,
klankkleur (hoge en lage tonen, Midnight en
Loudness functies) en akoestiekeffecten zijn niet van
invloed op de gemaakte opname.
Sommige digitale bronnen zijn vanwege de
auteursrechtbeveiliging alleen op analoge wijze op te
nemen.
Sommige videobronnen zijn zodanig tegen kopiëren
beveiligd, dat ze helemaal niet opgenomen kunnen
worden.
Meeluisteren naar de gemaakte opname
U kunt uw opnamen beluisteren (met de
bandmonitorfunctie) terwijl u ze maakt, als u een
cassettedeck met een bandmonitorfunctie hebt
aangesloten op de TAPE 2 MONITOR aansluitingen op
het achterpaneel.
Druk op de TAPE 2 MONITOR toets om over te
schakelen tussen het opgenomen signaal en het
oorspronkelijke ingangssignaal.
Met de afstandsbediening kan het nodig zijn eerst op de
toets te drukken in het HOME basismenu ( )
alvorens u het onderstaande versterkermenu op het
scherm krijgt (gebruik de / links/rechts-toetsen om
door te gaan naar het vorige/volgende menuscherm).
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Gebruik van andere functies
08
70
Du
Tip
Om het TAPE 2 MONITOR signaal op te nemen met
een recorder die is aangesloten op de CD-R/TAPE 1
ingangen, kunt u elke andere ingangsstand kiezen
(behalve CD-R/TAPE 1) en dan de TAPE 2 MONITOR
inschakelen.
Het niveau van een analoog signaal
verminderen
De ingangsverzwakking dient om het ingangsniveau van
een analoog signaal te verminderen wanneer het al te
krachtig doorkomt. Deze functie kunt u gebruiken
wanneer u merkt dat de OVER aanduiding erg vaak
oplicht, of wanneer er vervorming in het geluid hoorbaar
is.
Druk in het versterkermenu van de
afstandsbediening op de INPUT ATT toets om de
ingangverzwakking aan of uit te schakelen.
Soms kan het nodig zijn eerst op de toets te
drukken in het HOME basismenu ( ) alvorens u het
onderstaande versterkermenu op het scherm krijgt
(gebruik de / links/rechts-toetsen om door te gaan
naar het vorige/volgende menuscherm).
Opmerking
De ingangsverzwakking werkt niet voor digitale
geluidsbronnen en kan niet worden ingeschakeld bij
gebruik van de Stream Direct functie 2 of 3.
Een geluidsspoor door vertraging
synchroniseren
Sommige videomonitors geven videomateriaal met een
lichte vertraging weer, zodat het geluidsspoor
voortdurend iets te vroeg klinkt en net niet bij de beelden
aansluit. Door nu de geluidsweergave iets te vertragen,
kunt u het geluid precies synchroniseren met de beelden.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets totdat er
SOUND DELAY in het uitleesvenster verschijnt.
Met de afstandsbediening kan het nodig zijn eerst op de
toets te drukken in het HOME basismenu ( )
alvorens u het onderstaande versterkermenu op het
scherm krijgt (gebruik de / links/rechts-toetsen om
door te gaan naar het vorige/volgende menuscherm).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de
hoeveelheid vertraging te kiezen.
De vertraging is regelbaar van 0,0 - 6,0 beeldjes (in
stapjes van 0,1 beeldje).
3 Druk op de ENTER om uw instelling vast te
leggen.
Opmerkingen
Bij het luisteren naar een analoge geluidsbron kunt u
de geluidsvertraging niet gebruiken zolang de
Stream Direct functie is ingeschakeld.
Eén seconde is gelijk aan 30 beeldjes in NTSC-
formaat video, en 25 beeldjes in PAL.
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Gebruik van andere functies
08
71
Du
Tegelijk weergeven van afzonderlijke
audio- en videobronnen
Tijdens het luisteren naar een geluidsbron kunt u een
heel andere videobron op uw TV bekijken.
Druk tijdens het luisteren naar een geluidsbron
op de VIDEO SELECT toets om de videobron te kiezen
die u wilt zien.
Met de afstandsbediening kan het nodig zijn eerst op de
toets te drukken in het HOME basismenu ( )
alvorens u het onderstaande versterkermenu op het
scherm krijgt (gebruik de / links/rechts-toetsen om
door te gaan naar het vorige/volgende menuscherm).
Druk enkele malen op de toets om de verschillende
videobronnen te doorlopen. U kunt kiezen uit DVD/LD,
TV, SAT, VIDEO, DVR/VCR1, VCR2, VCR3 of OFF (geen
videosignaal).
Opmerking
Wanneer u van weergavebron verandert met de
ingangskeuzetoetsen (of met de INPUT SELECTOR
knop op het voorpaneel), keert de installatie terug
naar normale weergave.
Verbeteren van de SACD weergave
Met SACD discs kunt u nog meer details in de weergave
uit laten komen door de dynamiek te vergroten (tjdens de
digitale verwerking) met behulp van de SACD GAIN
versterkingsfunctie.
1 Druk enkele malen op de OPTION toets totdat er
SACD GAIN in het uitleesvenster verschijnt.
Met de afstandsbediening kan het nodig zijn eerst op de
toets te drukken in het HOME basismenu ( )
alvorens u het onderstaande versterkermenu op het
scherm krijgt (gebruik de / links/rechts-toetsen om
door te gaan naar het vorige/volgende menuscherm).
2 Gebruik de (OPTION) +/– toetsen om de SACD
GAIN versterking over te schakelen tussen 0dB en
6dB.
Voor de meeste SACD geluidsbronnen zal de keuze van
6dB resulteren in een prima geluidskwaliteit en
gedetailleerde weergave. Het niveau wordt automatisch
gecompenseerd zodat de weergave op dezelfde
geluidssterkte klinkt.
3 Druk op ENTER om uw keuze vast te leggen.
Opmerking
Gewoonlijk zult u met deze functie geen problemen
hebben met de meeste SACD discs, maar als het
geluid vervormd klinkt, kunt u de SACD GAIN beter
terugschakelen naar 0dB.
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
AMPLIFIER
AMPLIFIER
2/3
AMPLIFIER
TV
CONT
MIDNIGHT DIGITAL NR
TONE LOUDNESS
OPTION
+
CH LEVEL
+
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Gebruik van andere functies
08
72
Du
Gebruik van de A/D-omzetters om
2-kanaals geluid een betere definitie
te geven
Deze versterker heeft topkwaliteit 192 kHz (24-bit) A/D-
omzetters die u in parallel kunt gebruiken om een hogere
resolutie in de digitale signaalverwerking te geven met
analoge 2-kanaals geluidsbronnen. Er zijn twee manieren
om 192 kHz A/D-omzetting te verkrijgen:
1 Schakel de SD:1 NORMAL Stream Direct functie
in.
Zie
Gebruik van de Stream Direct functie
op pagina 43
voor nadere bijzonderheden.
2 Kies de STEREO luisterfunctie en schakel alle
andere bijregelfuncties uit.
Die functies zijn onder andere:
Midnight/Loudness klankverbetering (pagina 48)
Digital Noise Reduction ruisonderdrukking
(pagina 50)
Dynamic Range Control dynamiekverruiming
(pagina 87)
Zorg tevens dat u de meerkanaals-ingangen overschakelt
naar 2 CHANNEL onder
Keuze van de USB en analoge
meerkanaals-ingangen
op pagina 45.
Dimmen van het uitleesvenster
U kunt kiezen uit vier helderheidsgradaties voor het
uitleesvenster op het voorpaneel. Overigens zal bij de
keuze van een ingangsbron het uitleesvenster
automatisch enkele seconden lang feller oplichten.
Druk in het versterkermenu van de
afstandsbediening enkele malen op de DISPLAY
DIMMER toets om de lichtsterkte van het
uitleesvenster op het voorpaneel te kiezen.
Met de afstandsbediening kan het nodig zijn eerst op de
toets te drukken in het HOME basismenu ( )
alvorens u het onderstaande versterkermenu op het
scherm krijgt (gebruik de / links/rechts-toetsen om
door te gaan naar het vorige/volgende menuscherm).
Omschakelen van de luidspreker-
impedantie
Oorspronkelijke instelling: Speaker 6
U kunt luidsprekers aansluiten met een nominale
impedantie van 4 - 16 , maar als u luidsprekers gebruikt
met een impedantie van minder dan 6 zult u de
impedantie-instelling moeten omschakelen, zoals
hieronder beschreven.
Schakel de versterker in de "standby" ruststand
en druk op de STANDBY/ON toets terwijl u de
OPTION toets ingedrukt houdt.
Telkens wanneer u dit doet, schakelt het apparaat over
tussen de verschillende impedanties:
Speaker 4 – Kies deze stand als uw luidsprekers
een impedantie van minder dan 6 hebben (tot
minimaal 4).
Speaker 6 – Kies deze stand als uw luidsprekers
een impedantie van 6 - 16 hebben.
Opmerking
Als u kiest voor de bovengenoemde Speaker 4
stand, zal de Stream Direct functie vast worden
ingesteld op SD:1 NORMAL (ziee
Gebruik van de
Stream Direct functie
op pagina 43).
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
RECEIVER
TV
CONT
STANDBY/ON
OFF ON
STANDBY
DVD/LD TV/DVD SAT VIDEO
VIDEO AUDIO
DVR/VCR1 VCR2 VCR3 CD TUNER P
CD-R/
TAPE1/MD
INPUT SELECTOR
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Gebruik van andere functies
08
73
Du
Controleren van uw systeem-
instellingen
Gebruik het STATUS scherm om de diverse instellingen
te controleren die u hebt gemaakt voor functies zoals
geluidsvertraging, digitale ruisonderdrukking en HI-
SAMPLING.
1 Druk in het versterkermenu van de
afstandsbediening op de STATUS toets om de
systeem-instellingen te controleren.
Soms kan het nodig zijn eerst op de toets te
drukken in het HOME basismenu ( ) alvorens u het
onderstaande versterkermenu op het scherm krijgt
(gebruik de / links/rechts-toetsen om door te gaan
naar het vorige/volgende menuscherm).
Deze aanduidingen verschijnen zowel op het
beeldscherm als in het uitleesvenster op het voorpaneel.
Het uitleesvenster op het voorpaneel toont elk van de
volgende instellingen twee seconden lang:
Opmerking
Wanneer de Stream Direct functie is ingeschakeld,
kunnen sommige van de bovengenoemde
instellingen OFF aangeven, ook al zijn ze in feite wel
ingeschakeld.
2 Wanneer u klaar bent, drukt u weer op de
STATUS toets om de aanduidingen uit te schakelen.
Het systeem in de uitgangsstand
terugstellen
Met deze functie kunt u het systeem terugstellen op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen (zie
Oorspronkelijke
versterker- instellingen
hieronder).
1 Zet de versterker in de "standby" ruststand.
2 Houd de DIGITAL NR toets op het voorpaneel
ingedrukt en houd dan tegelijk ook de STANDBY/
ON toets ongeveer drie seconden lang ingedrukt.
Dan verschijnt het verzoek om bevestiging RESET?
3 Druk op de OPTION + toets op het voorpaneel.
Dan toont het uitleesvenster OK?
4 Druk nu binnen 5 seconden op de OPTION –
toets.
De versterker wordt dan in de uitgangsstand
teruggesteld.
Opmerking
Deze procedure is niet van invloed op de
bedieningsinstellingen die u in de afstandsbediening
hebt geprogrammeerd (zie
Gebruik van de afstands-
bediening voor andere apparatuur
op pagina 61). Zie
Terugstellen van de afstandsbediening
op pagina 10
als u die instellingen wilt wissen.
Oorspronkelijke versterker-instellingen
De onderstaande tabel toont de oorspronkelijke
fabrieksinstellingen. Wanneer u het systeem in de
uitgangsstand terugstelt, gelden voor de versterker weer
deze uitgangsinstellingen:
Middenachterluidspreker/
Virtuele achterluidspreker
Videokeuze
Akoestiek-equalizer Dubbel-mono
Digitale ruisonderdrukking Geluidsvertraging
Midnight verzwakking Hi-bit weergave
Loudness klankverbetering High-sampling weergave
Toonregeling Real phantom
AMPLIFIER
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
SB CH MODE :
ACOUS. CAL EQ :
DIGITAL NR :
MIDNIGHT :
LOUDNESS :
TONE CONTROL :
VIDEO SELECT :
DUAL MONO :
SOUND DELAY :
HI-BIT :
HI-SAMPLING :
REAL PHANTOM :
ALL ADJ
OFF
ON
DVD/LD
CH1
0.0frame
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF
OFF
Functie
Oorspronkelijke
instelling
Pagina
Ingang DVD/LD
Hoofdvolume – – – dB (geen geluid)
Luisterfunctie STANDARD (video-ingangen,
meerkanaals-ingangen, USB)
STEREO (audio-ingangen)
pagina 39
Geavanceerd
akoestiekeffect-niveau
90 (5/7CH STEREO)
50 (alle andere standen)
pagina 41
Gebruik van andere functies
08
74
Du
Luisterfunctie (met
hoofdtelefoon)
STEREO pagina 42
Stream Direct functie SD:1 NORMAL (ON) (aan) pagina 43
Akoestiek-equalizer OFF (schakelt over naar ALL
CH ADJ na de Auto Surround
Setup)
pagina 44
Ingangssignaal-keuze AUTO behalve de
meerkanaals-ingangen
(ANALOG) en de USB
(DIGITAL)
pagina 44
Kanaalinstelling voor
USB / meerkanaals-
ingangen
8 kanalen pagina 45
Surround Back
Channel functie
ON (met
middenachterluidspreker(s)
aangesloten)
pagina 46
Virtual Surround Back
functie
OFF pagina 47
Hi-bit/Hi-sampling OFF pagina 48
Midnight/Loudness OFF pagina 48
Toonregeling BYPASS pagina 48
Digital NR
ruisonderdrukking
OFF pagina 50
Dubbel-mono CH1 pagina 50
Luidsprekersystemen Normal Surround pagina 52
Luidsprekers B
instelling
Second Zone pagina 52
Luidsprekers (voor,
midden, achter,
middenachter)
formaat-instelling
Alle SMALL (klein) pagina 53
Subwoofer instelling YES pagina 53
Scheidingsfilter-
frequentie
80Hz pagina 53
Kanaalniveaus Alle 0 dB (geen bijregeling) pagina 54
Luidsprekerafstand-
instellingen
Alle 3 m pagina 55
Akoestische ijking 0dB (geen ijking) pagina 55
X-Curve OFF (schakelt over naar ON
na de Auto Surround Setup)
pagina 60
Tape 2 bandmonitor OFF pagina 69
Ingangsverzwakker OFF (alle ingangen) pagina 70
Geluidsvertraging 0.0 beeldjes pagina 70
SACD GAIN
versterking
0dB pagina 71
Functie
Oorspronkelijke
instelling
Pagina
Luidspreker A/B
instelling
A pagina 75
Toewijzing digitale
aansluitingen
Digital-1 (coaxiaal) – DVD/LD
Digital-2 (coaxiaal) – TV/DVD
Digital-3 (coaxiaal) – CD
Digital-4 (optisch) – SAT
Digital-5 (optisch) –
DVR/VCR1
Digital-6 (optisch) –
CD-R/TAPE1/MD
2 RF (coaxiaal) – DVD/LD
pagina 83
Toewijzing component
video-aansluitingen
Component1OFF
Component2OFF
Component3OFF
pagina 84
Toewijzing video-
ingangen
MULTI INOFF
USBOFF
pagina 85
Lagetonen-piekniveau OFF (geen begrenzing) pagina 86
Dynamisch
bereikregeling
OFF pagina 87
Beeldscherm-
aanduidingen
ON pagina 88
12-volts
schakelsignaal
OFF · OFF pagina 88
THX Ultra2 subwoofer NO pagina 89
Afstand
middenachterluidspre
kers
0.0–0.3 m pagina 89
Functie
Oorspronkelijke
instelling
Pagina
Andere aansluitingen
09
75
Du
Hoofdstuk 9
Andere aansluitingen
Voorzichtig
Voor het maken of wijzigen van enige aansluiting
moet u eerst de stroom uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact trekken. Maak de
stroomaansluitingen op het stopcontact altijd pas
wanneer alle andere aansluitingen in orde zijn.
Let vooral goed op dat de luidsprekerdraden van
verschillende aansluitingen elkaar niet raken.
Merk op dat de + en – aansluitingen voor de
luidsprekeraansluitingen A en B in omgekeerde
opstelling zijn geplaatst.
U kunt luidsprekers aansluiten met een nominale
impedantie van 4 - 16 (zie de aanwijzingen onder
Omschakelen van de luidspreker-impedantie op
pagina 72 als u gebruik wilt maken van luidsprekers
met een impedantie van minder dan 6).
Gebruik van luidsprekersysteem B
U kunt een paar luidsprekers aansluiten op de B
luidspreker-aansluitbussen op het achterpaneel om te
luisteren naar stereo-weergave in een andere kamer, of u
kunt deze aansluitbussen gebruiken voor akoestiek-
weergave bij afspelen van DVD-Audio geluidsbronnen.
Nadat u eenmaal deze aansluitingen hebt gemaakt, zult
u de luidspreker-instelling onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52 moeten aanpassen, om te bepalen hoe u
luidsprekersysteem B wilt gebruiken.
Omschakelen van het luidsprekersysteem
Dit apparaat heeft drie luidsprekersysteem-instellingen,
waarmee u kunt kiezen welk luidsprekersysteem of -
systemen u wilt gebruiken.
Wat u zult horen, hangt af van de instellingen onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52. Als u hebt gekozen
voor Normal Surround voor luidsprekersysteem A, en
Second Zone (andere ruimte) voor luidsprekersysteem
B, dan wordt het geluid weergegeven volgens de
beschrijving hieronder.
Gebruik de SPEAKER A/B toets in het
versterkermenu van de afstandsbediening om een
instelling voor het luidsprekersysteem te kiezen.
Ook kunt u gebruik maken van de SP SYSTEM A/B toets
op het voorpaneel.
Druk enkele malen op de toets om de mogelijkheden voor
het luidsprekersysteem te doorlopen:
SPA – Het geluid wordt weergegeven door
luidsprekersysteem A en hetzelfde signaal wordt
uitgestuurd door de voorversterkeruitgangen.
SPB – Het geluid wordt weergegeven door de twee
luidsprekers die behoren tot luidsprekersysteem B.
Meerkanaals-geluidsbronnen worden
samengemengd en weergegeven door deze zelfde
twee luidsprekers. Hetzelfde signaal wordt
uitgestuurd door de voorversterkeruitgangen voor het
middenachterkanaal.
SPAB – Het geluid wordt weergegeven door
luidsprekersysteem A (tot 5 kanalen, afhankelijk van
de geluidsbron), door de twee luidsprekers van
luidsprekersysteem B, en door de “subwoofer”
lagetonenluidspreker.
Het geluid van luidsprekersysteem B is gelijk aan dat
van luidsprekersysteem A (meerkanaals-
geluidsbronnen worden samengemengd tot 2
kanalen). Hetzelfde signaal als voor de luidsprekers A
wordt uitgestuurd door de voorversterkeruitgangen,
behalve de voorversterkeruitgangen voor het
middenachterkanaal, die hetzelfde signaal
doorgeven als voor de luidsprekers B.
SP (uit) – Er wordt geen geluid weergegeven door
de luidsprekers. Hetzelfde geluid wordt weergegeven
door de voorversterkeruitgangen, net als bij keuze
van luidsprekersysteem A (hierboven).
AMPLIFIER
3/3
SB CH
MODE
INPUT
STATUS
INPUT
AT T
SPEAKER
A/B
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
DISPLAY
DIMMER
AMPLIFIER
TV
CONT
PHONES
SP SYSTEM
A/B
SIGNAL
SELECT
VIDEO
SELECT
TAPE2
MONITOR
STREAM
DIRECT
SETUP
MIC
SB CH
MODE
DIGITAL IN
S-VIDEO VIDEO
VIDEO INPUT
AUDIOLR
MIDNIGHT
LOUDNESS OPTIONTONE DIGITAL NR INPUT ATT
SELECT
CH LEVEL
ACOUSTIC
CAL.
Andere aansluitingen
09
76
Du
Opmerkingen
De weergave van de “subwoofer”
lagetonenluidspreker hangt af van de instellingen die
u hebt gemaakt onder
Luidsprekersystemen
op
pagina 52. Als u hierboven echter SPB kiest, zal de
subwoofer geen geluid weergeven (het LFE kanaal
wordt niet samengemengd).
Afhankelijk van de instellingen onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52 en
Gebruik van de
Stream Direct functie
op pagina 43, kan het
uitgangssignaal via de voorversterkeruitgangen voor
het middenachterkanaal veranderen.
Alle luidsprekersystemen worden uitgeschakeld
wanneer u een hoofdtelefoon aansluit.
Gebruik van luidsprekersysteem B in een
andere kamer
Sluit een paar luidsprekers aan op de luidspreker B
aansluitbussen op het achterpaneel op dezelfde manier
als u de luidsprekers hebt aangesloten onder
Aansluiten
van de luidsprekers
op pagina 24. Lees vooral ook even
Opstellen van de luidsprekers
op pagina 25 wanneer u de
luidsprekers in een andere kamer plaatst.
Wisselend gebruik van
akoestiekluidsprekers met
luidsprekersysteem B (ITU-R)
Na het aansluiten van een tweede stel
akoestiekluidsprekers kunt u luidsprekersysteem B
gebruiken voor de akoestiekweergave bij het beluisteren
van bijvoorbeeld DVD-Audio discs. Dat geeft u een
systeem van in totaal 9 luidsprekers met de midden- en
voorluidsprekers zowel voor 7.1-kanaals rondom-
akoestiek (luidsprekersysteem A), als voor 5.1-kanaals
akoestiek met DVD-Audio bronnen (luidsprekersysteem
B in ITU-R opstelling).
1 Sluit een tweede (ITU-R) stel
akoestiekluidsprekers aan zoals hieronder getoond.
Sluit de linker ITU-R achterluidspreker aan op de linker
luidsprekeraansluiting voor luidsprekersysteem B. Sluit
de rechter ITU-R achterluidspreker op dezelfde manier
aan.
Let op dat de + / draden niet verwisseld zijn en
stevig zijn aangesloten. (in omgekeerde opstelling
voor de luidsprekeraansluitingen A en B).
2 Kies de 'ITU-R' instelling in het
Luidsprekersystemen-menu.
Zie Luidsprekersystemen op pagina 52 om te bepalen hoe
u luidsprekersysteem B wilt gebruiken. Normal
Surround moet zijn gekozen voor het maken van deze
instelling.
3 Gebruik de SPEAKER A/B toets in het
versterkermenu van de afstandsbediening om de
instelling voor uw luidsprekersysteem te kiezen.
U kunt ook gebruik maken van de SP SYSTEM A/B toets
op het voorpaneel.
Kies uit de volgende instellingen (de gearceerde blokjes
geven de actieve luidsprekers aan in beide opstellingen):
SPA: Normal – Normale akoestiek (voor speelfilms,
enz.)
SPB: ITU-R – ITU-R akoestiekopstelling voor DVD-
Audio en andere meerkanaals-muziekbronnen. Zie
Luidsprekeropstelling voor DVD-Audio/meerkanaals-
muziekbronnen
op pagina 91 voor nadere
bijzonderheden.
SPOFF – Er wordt geen geluid weergegeven door de
luidsprekers.
Opmerking
Afhankelijk van de Stream Direct functie zullen de
signalen voor de akoestiekkanalen worden
uitgestuurd door de voorversterkeruitgangen voor de
achterkanalen of de middenachterkanalen wanneer
de SPB: ITU-R stand is gekozen.
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
(Single)
L
R
L
R
L
R
L
R
A
B
ITU-R linker
achterluidspreker
ITU-R rechter
achterluidspreker
Andere aansluitingen
09
77
Du
Dubbele versterking voor uw
voorluidsprekers
Dubbele versterking wil zeggen dat de
hogetoneneenheid en de lagetoneneenheid van dezelfde
luidspreker worden aangesloten op verschillende
versterkers (in dit geval op de voorluidspreker-
aansluitingen en de middenachter-aansluitingen) voor
een betere scheidingsfilterwerking. Voor deze
aansluitmethode moeten uw luidsprekers wel geschikt
zijn voor dubbele versterking (aparte aansluitingen voor
hoge en lage tonen bieden) en de verbetering in de
geluidsweergave zal afhangen van het soort luidsprekers
dat u gebruikt.
1 Sluit uw luidsprekers aan zoals hieronder
getoond.
De onderstaande afbeelding toont de aansluitingen voor
dubbele versterking van uw linker voorluidspreker. Sluit
uw rechter voorluidspreker op dezelfde wijze aan.
Aangezien zowel de voorluidspreker-aansluitingen als de
middenachter-aansluitingen hetzelfde geluidssignaal
doorgeven, maakt het niet uit welk stel (voor de
voorluidsprekers of de middenachterluidsprekers) welke
eenheid (Hi of Lo) van de luidspreker aandrijft.
Let op dat de + / draden niet verwisseld zijn en
stevig zijn aangesloten. (in omgekeerde opstelling
voor de luidsprekeraansluitingen A en B).
2 Kies de 'Front Bi-Amp' instelling in het
Luidsprekersystemen-menu.
Zie
Luidsprekersystemen
op pagina 52 om te bepalen hoe
u de middenachter-luidsprekeraansluitingen gebruikt.
Opmerking
Voor 7.1-kanaals akoestiekweergave met deze
configuratie moet u een extra versterker aansluiten
op de voorversterkeruitgangen voor de
middenachterkanalen. Zie
Aansluiten van extra
versterkers
hieronder voor nadere bijzonderheden.
Voorzichtig
De meeste luidsprekers met gescheiden Hi en Lo
aansluitingen hebben twee metalen plaatjes of
kortsluitstekkers die de Hi en Lo aansluitingen
onderling doorverbinden. Deze zult u moeten
verwijderen als u de luidsprekers dubbel gaat
versterken, anders zou de versterker ernstig
beschadigd kunnen worden. Zie de handleiding van
uw luidsprekers voor nadere informatie.
Als uw luidsprekers een uitneembaar
scheidingsfilternetwerk hebben, verwijdert u dit dan
niet voor de dubbele versterking. Het verwijderen zou
uw luidsprekers kunnen beschadigen.
Dubbele bedrading voor uw
luidsprekers
De redenen voor dubbele bedrading zijn feitelijk dezelfde
als voor dubbele versterking, maar bovendien kunnen
hierbij storingseffecten in de snoeren worden
verminderd, hetgeen een beter geluid oplevert. Ook voor
dubbele bedrading moeten uw luidsprekers wel speciaal
geschikt zijn (d.w.z. voorzien van afzonderlijke
aansluitingen voor de hoge en lage frequenties). Om
dubbele bedrading te gebruiken, moet u hebben
ingesteld op Normal Surround onder
Luidsprekersystemen
op pagina 52.
Voor dubbele bedrading van een luidspreker,
dient u twee luidsprekersnoeren aan te sluiten op
elke luidsprekeraansluiting van de versterker.
Voorzichtig
Let op dat u een parallelle aansluiting maakt
(aansluiten in serie is ongebruikelijk en hier vooral
niet te gebruiken) wanneer u dubbele bedrading
aansluit voor uw luidsprekers.
Pas op dat u niet meerdere luidsprekers op dezelfde
aansluitcontacten aansluit.
Toevoegen van een tweede stel
akoestiekluidsprekers voor Bi-
Surround
Als uw luisterruimte erg langwerpig van vorm is, en u
nogal ver van de voorluidsprekers zit, kan het nuttig een
tweede stel akoestiekluidsprekers links en rechts aan te
sluiten, in plaats van de middenachterluidsprekers.
Plaats dit nieuwe stal dan tussen uw voorluidsprekers en
uw eerste stel achterluidsprekers (die al aan weerszijden
van uw luisterplaats behoren te staan of hangen).
1 Sluit een tweede stel akoestiekluidsprekers aan
zoals hieronder wordt getoond.
Sluit de tweede linker akoestiekluidspreker aan op de
aansluitbussen voor de linker middenachterluidspreker.
Sluit de tweede rechter akoestiekluidspreker op dezelfde
wijze aan.
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
(Single)
L
R
L
R
L
R
L
Hi
Lo
R
A
B
Linker
voorluidspreker
Andere aansluitingen
09
78
Du
Let op dat de + / draden niet verwisseld zijn en
stevig zijn aangesloten. (in omgekeerde opstelling
voor de luidsprekeraansluitingen A en B).
2 Kies de ‘Bi-Surround’ instelling uit het
Luidsprekersystemen-menu.
Zie
Luidsprekersystemen
op pagina 52 om te bepalen hoe
u de aansluitingen voor de middenachterluidsprekers
gebruikt.
Gebruik van de
voorversterkeruitgangen
Aansluiten van extra versterkers
Deze versterker heeft meer dan genoeg vermogen voor
elke normale huiskamer, maar het is mogelijk om extra
versterkers toe te voegen voor elk kanaal van uw
installatie, via de voorversterkeruitgangen. Als u extra
versterkers voor de voorkanalen toevoegt, dient u de U-
vormige kortsluitstekkers te verwijderen (zie onderdeel 8
onder
Achterpaneel
op pagina 12).
Maak de aansluitingen zoals hieronder aangegeven om
extra versterkers voor uw luidsprekers aan te sluiten.
Opmerking
Alvorens u enige aansluiting maakt of verandert,
schakelt u eerst de stroom uit en trekt u de stekker uit
het stopcontact.
Als u een extra versterker aansluit voor de
middenachterkanalen, kunt u daar ook een enkele
luidspreker op aansluiten. In dat geval sluit u de
versterker aan op de linker aansluitbus (L (Single)).
Aansluiten van een externe stereo
voorversterker
Indien nodig, kunt u ook een aparte stereo voorversterker
aansluiten op deze versterker. Dit zou u bijvoorbeeld
kunnen doen als u meer geluidsbronnen wilt aansluiten
dan mogelijk is met deze versterker, of als u een bepaalde
voorversterker prefereert om reden van geluidskwaliteit
e.d. Dan kunt u de geluidsbronnen naar keuze aansluiten
op deze versterker of op de externe voorversterker (zodat
u een groter aantal aansluitmogelijkheden verkrijgt).
Overigens zal bij geluidsbronnen die zijn angesloten op
deze versterker, elk signaal dat wordt uitgestuurd naar de
twee voorkanalen eerst naar de voor-versterker gestuurd
worden voordat het wordt weergegeven door de beide
voorluidsprekers van uw installatie.
1 Verwijder de U-vormige kortsluitstekkers die de
FRONT PRE OUT voorversterkeruitgangen verbinden
met de POWER AMP IN ingangen.
2 Gebruik een gewoon stereo audiosnoer met
tulpstekkers om de FRONT PRE OUT
voorversteruitgangen van deze versterker aan te
sluiten op de stereo ingangen van uw
voorversterker.
Maak bijvoorbeeld de aansluiting op de CD of TAPE
ingangen op het achterpaneel van de voorversterker. Dan
zult u de bijbehorende geluidsbron moeten kiezen als u
het stereo signaal van deze versterker wilt horen.
3 Gebruik een gewoon stereo audiosnoer met
tulpstekkers om de stereo voorversterkeruitgangen
van de voorversterker aan te sluiten op de POWER
AMP IN aansluiting van deze versterker.
Dan kunt u een stereo geluidsbron die is aangesloten op
de externe voorversterker beluisteren via deze versterker.
Voor stereo geluidsbronnen die direct zijn aangesloten
op de externe voorversterker zal deze versterker werken
als een gewone eindversterker. Voor digitale
geluidsbronnen die zijn aangesloten op deze versterker,
zal de versterker werken als een digitaal
decodeerapparaat/digitaal-naar-analoog omzetter en ook
als eindversterker.
Gebruik van de i.LINK-aansluiting
Als u beschikt over apparatuur met een i.LINK-
aansluiting, kunt u die aansluiten op deze versterker met
behulp van een i.LINK kabel.
Aangezien de i.LINK verbinding geen videosignalen door-
geeft, moet het videosignaal van de i.LINK-aangesloten
apparatuur worden doorgegeven via andere kabels (zie
Aansluiten van uw apparatuur
op pagina 12 voor nadere
aanwijzingen over het maken van video-aansluitingen).
Als u al een videosignaal-aansluiting voor het apparaat
hebt gemaakt, wijst u dan de i.LINK ingang toe aan de
ingangsfunctie waarop u de videosignaal-aansluiting
hebt gemaakt (zie
Toewijzen van de i.LINK ingangen
op
pagina 84).
De twee i.LINK aansluitingen op het achterpaneel van uw
versterker zijn 4-polige aansluibussen. Gebruik een 4-
polige S400 i.LINK kabel voor het aansluiten van uw
i.LINK-apparatuur.
FRONT
CENTER
SUR-
ROUND
SUR-
ROUND
BACK
(Single)
L
R
L
R
L
R
L
R
A
B
2de linker
akoestiekluidspreker
2de rechter
akoestiekluidspreker
AUDIO POWER
AMP
IN
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
2RF
IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
IN
6
PRE OUT
Voorkanaal-
versterker
Achterkanaal-
versterker
Middenkanaal-
versterker (mono)
Middenachter-
kanaal-versterker
Lagetonenluidspreker
met eigen versterker
INPUT
LR
ANALOG
INPUT
LR
ANALOG
INPUT
LR
ANALOG
INPUT
ANALOG
INPUT
ANALOG
Andere aansluitingen
09
79
Du
Voorzichtig
Als uw i.LINK-aansluiting in contact komt met
metalen onderdelen van de versterker, anders dan
alleen de i.LINK-aansluiting, kan er kortsluiting
optreden. Sommige kabels hebben metalen delen die
bij aansluiten het apparaat kunnen raken. Pas op dat
de i.LINK kabelsdie u gebruikt geen gevaar voor
kortsluiting kunnen opleveren.
Belangrijk
Gebruik vooral 4-polige S400 kabels die minder dan
3,5 meter lang zijn. Alhowel langere kabels verkrijg-
baar zijn, kunnen die niet altijd erg betrouwbaar
werken.
In bepaalde gevallen kan de PQLS tijdssturing en/of
de i.LINK audio-weergave niet goed werken, ook al
zijn de juiste aansluitingen gemaakt op i.LINK Audio-
geschikte apparatuur.
U mag geen i.LINK kabels aansluiten/losmaken en
ook geen apparaten die via een i.LINK verbinding zijn
aangesloten in/uitschakelen terwijl de versterker aan
staat.
Tegen kopiëren beveiligde 96 kHz DVD-Video discs
kunnen worden weergegeven via een i.LINK-aanslu-
iting, maar de bemonsteringsfrequentie zal worden
verlaagd tot 48 kHz.
1 Gebruik een i.LINK kabel om één van de i.LINK
aansluitbussen achterop deze versterker te
verbinden met een i.LINK aansluitbus op uw i.LINK
apparaat.
De pijl op de kabelstekker moet omlaag gericht zijn,
recht tegenover de pijl onder de aansluitbus, voor een
juiste aansluiting met de aansluitbus op het appa-
raat. Wanneer u de i.LINK stekker op de juiste wijze
insteekt, zal die gemakkelijk vastklikken. Als de
aansluiting niet juist gemaakt wordt, zal de versterker
niet in staat zijn de aangesloten apparatuur te
herkennen. Houd er rekening mee dat de i.LINK kabel
vrij kwetsbaar is en gemakkelijk defect kan raken als
er bij het aansluiten teveel kracht op wordt
uitgeoefend.
2 Zorg dat het i.Link weergave-apparaat is
toegewezen aan de gewenste signaalingang en
maak dan de nodige uitgangsinstellingen op het
weergave-apparaat.
Zie de aanwijzingen onder Toewijzen van de i.Link
ingangen op pagina 84 om het apparaat toe te wijzen aan
een van de ingangen van deze versterker. Voor het maken
van de vereiste uitgangsinstellingen volgt u de
gebruiksaanwijzing van het betreffende weergave-
apparaat.
Opmerking
U kunt diverse apparaten onderling aansluiten met
behulp van de i.LINK-aansluiting. Zie
Samenstellen
van een i.LINK-netwerk
hieronder.
Omtrent i.LINK
i.LINK is een handelsmerknaam voor IEEE1394, een
snelle interface-verbinding voor digitale audio, video en
andere gegevens van personal computers, digitale
camcorders en andere soorten geluids- en audio/visuele
apparatuur. Een enkele i.LINK aansluitbus kan tegelijk-
ertijd gegevens verzenden en ontvangen, dus er is
hiermee maar één kabel nodig om de apparatuur te
verbinden voor een volledige tweerichtings-communi-
catie.
De term "i.LINK" en het "i.LINK" beeldmerk zijn handels-
merken van Sony Corporation.
Omtrent PQLS tijdssturing
Pioneer's PQLS (Precision Quartz Lock System)
technologie biedt uiterst accurate digitale
audioweergave van DVD-A, SACD en gewone muziek-CD
geluidsbronnen bij gebruik van de i.LINK verbinding. Een
precisie kwartsbesturings-chip in deze versterker
onderdrukt de vervorming veroorzaakt door tijdsfouten
(de zgn. jitter), voor de best mogelijke digitaal-naar-
analoog omzetting van de digitale geluidsbron.
Om volledig profijt te hebben van de PQLS, zult u een
muziekspeler met tijdssturing moeten hebben, die
ingeschakeld moet zijn en verbonden met deze versterker
via een i.LINK netwerk.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
P
B
P
R
P
B
P
R
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
P
R
Y
P
B
P
R
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
T
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
OUT IN
(AUDIO)
S400
i.LINK-geschikt apparaat
Andere aansluitingen
09
80
Du
Samenstellen van een i.LINK-netwerk
Met de i.LINK verbindingen kunt u tot 17 apparaten door-
verbinden, zodat de digitale audio en besturingssignalen
van elk apparaat toegankelijk zijn voor alle andere appa-
raten in het netwerk. Door toevoeging van een i.LINK
repeteerzender is het zelfs mogelijk tot 63 apparaten door
te verbinden.
i.LINK-aansluitbussen bestaan in 4-polige en 6-polige
configuraties. Dit apparaat gebruikt een 4-polige
aansluiting, maar de twee typen zijn door elkaar te
gebruiken in een netwerk.
Deze versterker is geschikt voor i.LINK Audio (A&M
protocol) apparaten, zoals DVD-spelers. Houd er
rekening mee dat bij aansluiting op een i.LINK MPEG-II
TS apparaat (zoals een digitale satelliet-ontvanger), een
i.LINK DV-apparaat (zoals een DVD-recorder of DV-
camcorder) of een van i.LINK-aansluiting voorziene
personal computer, de audio- en video-signalen niet
doorgezonden worden, zodat de aansluiting op dergelijke
apparaten soms netwerkstoringen kan veroorzaken.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzingen van uw andere
i.LINK apparatuur om te zien hoe het staat met de
compatibiliteit.
Deze versterker voldoet aan de DTCP (Digital Transmis-
sion Content Protection) normen, zodat u DVD-A, DVD-
Video, en SACD i.LINK audio kunt weergeven.
Bij het samenstellen van een i.LINK netwerk is het verder
belangrijk dat de apparaten worden doorgekoppeld in
een zogenaamde open keten (fig. 1), of in een vertak-
kingsstructuur (fig. 2).
Het systeem zal niet werken als de apparaten worden
doorgekoppeld tot een gesloten lusvormige keten. Als er
een lus wordt waargenomen, verschijnt de mededeling
LOOP CONNECT in het uitleesvenster. Fig. 3 en 4 tonen
aansluitingen die een dergelijke niet toegestane lus
vormen.
Nog een overweging bij het aansluiten van i.LINK
apparaten is de snelheid van het aansluit-interface. Op
het moment bestaan er drie snelheden: S100
(langzaamst), S200 en S400 (snelst). Deze versterker
gebruikt het S400 type. Alhoewel het mogelijk is om
apparaten van verschillende snelheden door elkaar te
gebruiken, raden wij u aan om apparaten met lagere
snelheden zo veel mogelijk aan de uiteinden van het
netwerk aan te sluiten (zoals aangegeven door de
gearceerde blokjes in fig. 1 en 2). Dat helpt om het
netwerk vrij te houden van "filevorming" en onnodige
vertraging.
Wanneer u deze versterker gebruikt als onderdeel van
een i.LINK network, moet de versterker zijn ingeschakeld
om de i.LINK verbinding in stand te houden. Andere
apparaten in het netwerk kunnen wel of niet de
verbinding in stand houden in de "standby" ruststand (in
geheel uitgeschakelde stand kan er van verbinding geen
sprake zijn) - lees hiervoor de handleidingen van de
diverse apparaten door. Overigens kan de
geluidsweergave wel even worden onderbroken wanneer
er een apparaat in het.LINK netwerk wordt aan/
uitgeschakeld of wanneer de i.LINK aansluiting ervan
wordt verbroken of hersteld.
Dit product voldoet aan de volgende i.LINK aansluit- en
verbindingsnormen:
1) IEEE Std. 1394a-2000, Standard for a High Performance
Serial Bus (normen voor een snelle seriële bus)
2) Audio and Music Data Transmission Protocol 2.0
(protocol voor de overdracht van audio- en
muziekgegevens)
In overeenstemming met de normen voor AM824
sequentiële aanpassings-lagen, is dit product compatibel
met IEC60958 bitstream, DVD-A en SACD.
Gebruik van de USB-aansluiting
Het is mogelijk om te luisteren naar meerkanaals-
geluidsbronnen via uw computer, door die te verbinden
met de USB-aansluiting op het achterpaneel van deze
versterker. Afhankelijk van uw model computer en de
programmatuur die u gebruikt, kunt u luisteren naar elke
geluidsbron die geschikt is voor uw besturingssysteem
via de luidsprekers die zijn aangesloten op deze
versterker.
1 Verbind de USB-aansluiting van uw computer
met de USB-aansluiting op het achterpaneel van
deze versterker.
fig. 1
fig. 2
i.LINK-kabel
i.LINK-kabel
fig. 3
fig. 4
i.LINK-kabel
i.LINK-kabel
Andere aansluitingen
09
81
Du
2 Schakel uw computer en deze versterker in.
3 Als u de aansluiting voor de eerste keer maakt,
wacht u dan even tot het installeren van het USB
stuurprogramma is voltooid.
Het installeren kan een minuut of twee in beslag nemen.
Let op dat u de USB kabel aangesloten laat totdat er een
dialoogkader aangeeft dat de USB-installatie is voltooid.
Overigens kan er voor bepaalde oudere
besturingssystemen een disc nodig zijn voor een juiste
installatie.
4 Druk op de 'USB' toets in het HOME menuscherm
( ) van de afstandsbediening.
Ook kunt u gebruik maken van de INPUT SELECTOR
knop op het voorpaneel om in te stellen op USB.
5 Maak de nodige instellingen voor keuze van de
USB-aansluiting als het audio-uitgangskanaal van
uw computer.
U zult de luidspreker-instellingen moeten aanpassen via
het Configuratiescherm van uw besturingssysteem:
Windows
®
XP Stel in op Geluid, spraak en audio-
apparatuur, en kies dan voor
Luidsprekerinstellingen wijzigen. Stel in op Audio
en dan op PIONEER AV Receiver/Amplifier in het
afrolmenu dat verschijnt.
Windows
®
98 Tweede Editie – Stel in op
Multimedia en kies dan voor Audio. Kies PIONEER
AV Receiver/Amplifier in het afrolmenu dat
verschijnt.
Windows
®
Me/Windows
®
2000 – Kies Geluid en
Multimedia en dan Audio. Kies PIONEER AV
Receiver/Amplifier in het afrolmenu dat verschijnt.
U zult ook moeten zorgen dat de juiste luidspreker-
instelling is gekozen met het programma dat u gebruikt
voor de muziekweergave.
Raadpleeg voor deze instellingen a.u.b. de handleiding of
het hulpsysteem van het programma.
6 Draai de volumeregelaar van uw computer en
van deze versterker open.
Het is verstandig om te beginnen met een vrij bescheiden
geluidssterkte op deze versterker, om die vervolgens naar
wens te verhogen wanneer u een indruk hebt van hoeveel
vermogen er beschikbaar is.
7 Start het afspelen van een geluidsbron op uw
computer.
8 Indien nodig, drukt u op de SIGNAL SELECT toets
om te kiezen hoeveel kanalen er moeten worden
weergegeven.
Zie Keuze van de USB en analoge meerkanaals-ingangen
op pagina 45 voor nadere bijzonderheden.
Opmerkingen
•De Windows
®
XP, Windows
®
2000, Windows
®
Millennium Edition en Windows
®
98 Tweede Editie
besturingssystemen zijn getest op geschiktheid voor
deze aansluitmethode, maar afhankelijk van uw
computersysteem kunt u wel eens ontdekken dat uw
huidige configuratie niet geschikt is.
Deze USB-aansluiting is geschikt voor
geluidsweergave van ten hoogste 8 kanalen.
Let op dat u een USB kabel gebruikt die geschikt is
voor aansluiting van een A-type aansluitbus (van uw
PC) naar een 4-polige B-type aansluitbus (op de
versterker).
De USB-specificatie komt overeen met versie 1.1 en
de USB Audio Class specificatie met versie1.0.
Het is niet mogelijk om deze versterker te bedienen
vanaf uw computer (of andersom).
Geluidsmateriaal met een bemonsteringsfrequentie
tot 48 kHz is te beluisteren via de USB-aansluiting
(formaten hoger dan 48 kHz moeten worden omgezet
naar een lagere bemonsteringsfrequentie).
Waarschuwingstonen van de computer zullen ook
door de luidsprekers worden weergegeven, tenzij u ze
uitschakelt via het configuratiescherm van uw
computer.
Het geluid dat binnenkomt via de USB-aansluiting
kan niet worden uitgestuurd via de digitale
uitgangsaansluitingen van de deze versterker.
Ook al is de versterker zelf uitgeschakeld, de
luidspreker-instellingen van uw computer blijven er
wel op ingesteld.
Houd er rekening mee dat verlengkabels en verdeel-
hubs aansluitproblemen kunnen veroorzaken.
Voorzichtig
Let op dat u de computer niet uitschakelt en de USB
kabel niet losmaakt tijdens het afspelen.
Om storende bijgeluiden in de weergave te
voorkomen, kunt u tijdens weergave beter geen
andere programma’s gebruiken op uw computer.
AUDIO POWER
AMP
IN
PRE OUT
AUDIO
PHONO
FRONT SUB W CENTER
SUR-
ROUND
BACK
SUR-
ROUND
SUB W.
CENTER
SUR-
ROUND
CD-R/
TAPE1/
MD
TAPE 2
MONITOR
IN
VIDEOAUDIO S2 VIDEO
USB AUDIO
S400 (AUDIO)
OUT 2
OUT 1
(CD-R/
TAPE1/
MD)
(DVR/
VCR1)
(SAT)
IN
(CD)
(TV/
DVD)
(DVD/
LD)
(DVD/
LD)
IN
DVR/
VCR1
OUT
DVD/
LD
IN
(DVD/
LD)
IN
Y
P
B
PR
PB
PR
2RF
IN
IN IN
CD
IN
TUNER
IN
PLAY
IN
PLAY
IN
Y
P
B
PR
Y
P
B
PR
Y
TV/
DVD
IN
SAT
IN
IN
IN
IN
IN
OUT
OUT
OUT
1
2
12V TRIGGER
DC OUT 12V
TOTAL 100mA M
A
IN
IN
IN
VCR2
OUT
IN
VCR3
OUT
IN
1 IN
OUT
REC
OUT
REC
DIGITAL
MONITOR
OUT 1
MONITOR
OUT 2
MONITOR
OUT
COMPONENT VIDEO
ASSIGNABLE MULTI CH INPUT
RS-232C
2 IN
3 IN
4
IN
5
R L
R L
RL
(Single)
1
(Single)
2
(Single)
RL
RL
R L
R L
R L
IN
6
ASSIGNABLE
CONTROL
3
1
2
OUT IN
PC
VSA-AX10Ai
Andere aansluitingen
09
82
Du
Pioneer is niet aansprakelijk voor schade aan het
computersysteem, vastgelopen programma’s,
verloren gegevens of enig ander probleem met de
computer dat te wijten kan zijn aan de hier
beschreven configuratie.
Microsoft Windows
®
XP, Windows
®
2000, Windows
®
Millennium Edition, Windows
®
NT en Windows
®
98
Tweede Editie zijn gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation, Inc.
Aansluiten van een PC voor
geavanceerde MCACC weergave
Als u de Professionele Akoestiek-equalizer (op pagina 57)
gebruikt hebt om de akoestische
weerkaatsingskarakteristiek van uw luisterkamer te
meten, zult u de resultaten grafisch kunnen weergeven
met een computer die u aansluit op deze versterker.
Gebruik een in de handel verkrijgbare RS-232C kabel om
de RS-232C aansluitbus van uw computer te verbinden
met de 9-polige RS-232C aansluitbus op het achterpaneel
van deze versterker (de kabel moet van het gekruiste type
zijn, met aan beide uiteinden contrastekkers).
Het programma waarmee u de resultataten kunt bekijken
is verkrijgbaar via de Support afdeling van de Pioneer
website (www.pioneer-eur.com/files/support/MCACC/
software.html).
Ook vindt u daar de nodige aanwijzingen voor het gebruik
van het programma. Met vragen heeft over het
programma kunt u zich wenden tot de Pioneer
onderhoudsdienst die vermeld staat op uw garantiekaart
Zorg dat uw computersysteem voldoet aan de volgende
vereisten:
Besturingssysteem Windows
®
XP, Windows
®
2000,
Windows
®
Millennium Editie, Windows
®
98 Tweede
Editie, of Windows
®
NT 4.0 (Service pack 6).
De processor moet tenminste een Pentium 3/300
MHz of AMD K6/300 MHz (of gelijkwaardig) zijn, met
tenminste 128 MB aan werkgeheugen, en uw
beeldscherm moet geschikt zijn voor een minimale
resolutie van 800 x 600 beeldpunten.
Een RS-232C aansluitbus is noodzakelijk voor het
doorgeven van de grafische gegevens. Zie de
gebruiksaanwijzing en/of vraag uw PC leverancier
om nadere informatie over het maken van de juiste
communicatie-instellingen.
Uw computersysteem moet toegang hebben tot het
internet.
Sluit uw computer aan op de RS-232C
aansluitbus op het achterpaneel van de versterker.
Voordat u dit doet, moet u de versterker en alle daarop
aaangesloten apparatuur uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact trekken.
Gebruik een in de handel verkrijgbare RS-232C kabel om
de RS-232C aansluitbus van uw computer te verbinden
met de 9-polige RS-232C aansluitbus van deze versterker.
Zie de gebruiksaanwijzing behorend bij het
Geavanceerde MCACC programma voor nadere
informatie.
Geavanceerde MCACC weergave via uw PC
Voordat u hiermee begint, volgt u eerst de aanwijzingen
van 1 – 6 onder “Gebruik van de professionele akoestiek-
equalizer” op pagina 58.
Opmerkingen
De overgebrachte gegevens zullen worden gewist
wanneer u de versterker uitschakelt.
1 Stel in op 'PC Output' en druk op de ENTER toets.
Wanneer de versterker klaar is voor de
gegevensoverdracht, verschijnt de aanduiding "Operate
a PC" op het beeldscherm.
•Als de PC Output functie niet wordt aangegeven,
beschikt de versterker waarschijnlijk niet over de
nodige transmissiegegevens. Zorg dat u de stappen
1 - 6 onder
Gebruik van de Professionele akoestiek-
equalizer
op pagina 58 naar behoren hebt uitgevoerd.
2 Start het MCACC programma op uw computer.
Volg de aanwijzingen behorend bij het programma. Het
zal ongeveer tien seconden duren voordat de
gegevensoverdracht voltooid is, en dan zult u de
gegevens met uw computer kunnen analyseren.
Aangezien de gegevens uit de versterker worden gewist
wanneer u de akoestiekmeting opnieuw start of wanneer
u de versterker uitschakelt, kan het verstandig zijn om de
gegevens na meting in elk geval op te slaan op uw
computer.
3 Wanneer u klaar bent, stelt u in op 'Return' in de
beeldscherm-aanduidingen.
Dan komt u bij de Advanced EQ Setup equalizer-
instellingen. Afhankelijk van de resultaten, zult u wellicht
willen doorgaan met de geavanceerde equalizer-
instellingen (zie
Instellen van de Professionele akoestiek-
equalizer volgens de eigenschappen van uw kamer
op
pagina 57 voor nadere bijzonderheden). Ook kunt u nu
gewoon nogmaals op Return drukken om de
Professionele akoestiek-equalizer functie te sluiten.
RS-232C
PC
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Manual Pro.
[ Reverb Measurement ]
[ Reverb View ]
_
[ PC Output ]
[ Advanced EQ Setup ]
[Return]
2.4. Acoustic Cal EQ Pro.
Operate a PC
[Return]
Geavanceerde instellingen
10
83
Du
Hoofdstuk 10
Geavanceerde instellingen
Het ingang-toewijzingsmenu
U zult de instellingen in het ingang-toewijzingsmenu
alleen hoeven te maken als u uw digitale apparatuur niet
hebt aangesloten volgens de oorspronkelijke instellingen
voor de digitale ingangen, of als u bepaalde apparatuur
hebt aangesloten met behulp van component-video of
i.LINK kabels.
Om het ingang-toewijzingsmenu te openen, volgt u de
onderstaande aanwijzingen.
1 Zorg dat uw versterker en uw TV-toestel beide
zijn ingeschakeld.
2 Op de afstandsbediening drukt u op de
AMPLIFIER toets op het aanraakscherm, en
vervolgens drukt u op de SYSTEM SETUP toets.
Er verschijnen nu beeldscherm-aanduidingen voor de
instelling op uw TV-scherm. Gebruik de vaste ///
cursortoetsen en de ENTER toets op de
afstandsbediening om de menuschermen te doorlopen
en menu-onderdelen hieruit te kiezen.
Met de vaste / op/neer-toetsen kiest u de menu-
onderdelen en met de vaste / links/rechts-
toetsen stelt u het gekozen onderdeel naar wens in.
3 Stel in op 'Input Assign' en druk op ENTER.
Het ingang-toewijzingsmenu verschijnt op het scherm:
Toewijzen van de digitale ingangen
Oorspronkelijke instellingen:
Digital-1 (coaxiaal) – DVD/LD
Digital-2 (coaxiaal) – TV/DVD
Digital-3 (coaxiaal) – CD
Digital-4 (optisch) – SAT
Digital-5 (optisch) – DVR (/VCR1)
Digital-6 (optisch) – CD-R (/TAPE1/MD)
2 RF (coaxiaal)DVD/LD
U zult dit alleen hoeven doen als u uw digitale apparatuur
niet hebt aangesloten volgens de oorspronkelijke
instellingen voor de digitale ingangen (zie hierboven).
Deze instellingen vertellen de versterker wat voor digitale
apparatuur er is aangesloten op welke aansluitbus, zodat
de toetsen van de afstandsbediening juist overeenkomen
met de apparatuur die u feitelijk hebt aangesloten.
1 Stel in op 'Digital In' in het Input Assign
toewijzingsmenu en druk op ENTER.
2 Kies het nummer van de digitale ingang waarop
u het (afwijkende) digitale apparaat hebt
aangesloten.
De nummers komen overeen met de nummers naast de
ingangen op het achterpaneel van de versterker.
3 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
in te stellen op het type apparaat dat u
daadwerkelijk hebt aangesloten op de gekozen
ingang.
U kunt kiezen uit DVD/LD, TV/DVD, SAT, DVR, VCR 2,
VCR 3, CD of CD-R (overigens omvat de RF IN instelling
niet de CD of CD-R).
Wanneer u een digitale ingang toewijst aan een
bepaalde functie (bijvoorbeeld DVD/LD) zal elke
andere digitale ingang die eerder aan die functie is
toegewezen, automatisch worden uitgeschakeld.
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
System Setup
[Auto Surround Setup]
[1. Input Assign ]
[2. Surround Setup ]
[3. Expert Setup ]
[4. THX Audio Setup ]
[Exit]
1.Input Assign
[ 1.Digital In ]
[ 2.Component Video In ]
[ 3.i.LINK In ]
[ 4.Video Assign ]
[Return]
1.Input Assign
[ 1.Digital In ]
[ 2.Component Video In ]
[ 3.i.LINK In ]
[ 4.Video Assign ]
[Return]
1.1. Digital-In
Digital-1 [ DVD/LD ]
Digital-2 [ TV/DVD ]
Digital-3 [ CD ]
Digital-4 [ SAT ]
Digital-5 [ DVR ]
Digital-6 [ CD-R ]
RF IN [ DVD/LD ]
[Return]
Geavanceerde instellingen
10
84
Du
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op de ENTER toets.
Dan komt u weer terug bij het Input Assign
toewijzingsmenu.
Toewijzen van de component-video
ingangen
Oorspronkelijke instellingen:
Component 1OFF
Component 2OFF
Component 3OFF
Als u component-videosnoeren hebt gebruikt voor het
aansluiten van uw video-apparatuur zult u de versterker
moeten vertellen wat voor apparaat het is, anders bestaat
de kans dat u alleen de S-video of composiet-video te zien
krijgt, in plaats van het component-videosignaal.
1 Stel in op 'Component Video In' in het Input
Assign menu en druk op ENTER.
2 Kies het nummer van de component-video
ingang waarop u uw videospeler hebt aangesloten.
De nummers komen overeen met de nummers naast de
ingangen op het achterpaneel van de versterker.
3 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
in te stellen op het type apparaat dat u hebt
aangesloten op de gekozen ingang.
Als u een TV-toestel of videomonitor hebt
aangesloten met een component-videosnoer, en een
DVD-speler met een composiet- of S-videosnoer, dan
zult u die ingang op OFF moeten zetten.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op de ENTER toets.
Dan komt u weer terug bij het Input Assign
toewijzingsmenu.
Toewijzen van de i.LINK ingangen
Als u apparatuur met i.LINK-aansluitingen hebt
aangesloten op een ingang (bijvoorbeeld op DVD/LD),
zult u zowel audio als videosignalen van de i.LINK-
apparatuur kunnen kiezen met behulp van de INPUT
toets (of de INPUT SELECTOR knop op het voorpaneel).
De toewijzing van i.LINK bronnen stelt u ook in staat de
geluidsinstellingen te behouden die u hebt gemaakt voor
andere ingangsfuncties.
1 Stel in op 'i.LINK Input' in het Input Assign menu
en druk op ENTER.
Als er geen i.LINK-geschikte apparaten zijn aangesloten,
zult u de i.LINK Input niet kunnen kiezen.
2 Kies een i.LINK-geschikt apparaat.
Als er een aantal i.LINK-geschikte apparaten is
aangesloten op uw versterker, kan het i.LINK-geschikte
apparaat waar u naar zoekt wel eens vermeld staan op
een later menuscherm.
De aanduiding i.LINK staat vermeld na de nog niet
toegewezen apparaatnamen (bijvoorbeeld DV-
868AVi [i.LINK]).
Als een aangesloten apparaat een bepaalde
geluidsbron niet kan weergeven (afspelen) via de
i.LINK connection, dan verschijnt er [- - - -] na de
naam van het ingangsapparaat (bijvoorbeeld DV-
868AVi [- - - -]). Niet-geschikte apparaten kunnen
niet worden toegewezen aan de ingangen.
Wanneer de kabels voor een toegewezen
ingangsapparaat zijn losgemaakt of de
stroomvoorziening van het apparaat is uitgevallen,
verschijnt er een sterretje (*) voor de naam van het
apparaat (bijvoorbeeld *DV-868AVi [CD]).
3 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
in te stellen op het apparaat dat u wilt toewijzen.
Voor het toewijzen van een i.LINK-geschikt video-
apparaat, kiest u de ingangsbron-aansluiting waarop u
het videosignaal van het apparaat hebt aangesloten.
Wanneer u een i.LINK ingang toewijst aan een
bepaalde functie (bijvoorbeeld DVD/LD) zal elke
digitale ingang die eerder aan die functie is
toegewezen, automatisch worden ingesteld op
i.LINK (niet toegewezen).
•De TUNER en PHONO ingangen kunnen niet worden
toegewezen.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op de ENTER toets.
Dan komt u weer terug bij het Input Assign
toewijzingsmenu.
1.Input Assign
[ 1.Digital In ]
[ 2.Component Video In ]
[ 3.i.LINK In ]
[ 4.Video Assign ]
[Return]
1.2. Component Video In
Component 1 [DVD/LD ]
Component 2 [ OFF ]
Component 3 [ OFF ]
[Return]
1.Input Assign
[ 1.Digital In ]
[ 2.Component Video In ]
[ 3.i.LINK In ]
[ 4.Video Assign ]
[Return]
Geavanceerde instellingen
10
85
Du
Toewijzen van de video-ingangen
Oorspronkelijke instellingen:
MULTI INOFF
USBOFF
Als u wilt, kunt u steeds een videobron bekijken, telkens
wanneer u luistert naar een geluidsbron die wordt
weergeven via de analoge meerkanaals-ingangen of de
USB-aansluitbus. Hiervoor zult u de versterker moeten
laten weten welk video-apparaat u wilt bekijken. Na het
maken van de onderstaande instellingen, zal de gekozen
videobron steeds automatisch worden ingeschakeld,
telkens wanneer u de MULTI IN of USB ingang kiest als
uw geluidsbron.
1 Stel in op 'Video Assign' in het Input Assign
menu en druk op ENTER.
2 Kies aan welke ingang u een videobron wilt
toewijzen.
Stel in op naar keuze MULTI IN of USB.
3 Gebruik de vaste / links/rechts-toetsen om
in te stellen op de gewenste videobron die u wilt
toewijzen.
Elke videobron die beschikbaar is op de versterker kan
worden toegewezen en u kunt desgewenst ook dezelfde
videobron toewijzen aan allebei de ingangen.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op de ENTER toets.
Dan komt u weer terug bij het Input Assign
toewijzingsmenu.
Het Expert Setup instelmenu
De instellingen in het Expert Setup menu omvatten nog
enkele geavanceerde mogelijkheden van deze versterker
die u kunt gebruiken om gedetailleerde weergave-
instellingen te maken wanneer u wat meer vertrouwd
bent met het systeem.
Deze instellingen zult u maar eenmaal hoeven te maken
(tenzij u de opstelling van uw luidsprekers wijzigt of er
nieuwe luidsprekers aan toevoegt).
1 Zorg dat uw versterker en uw TV-toestel beide
zijn ingeschakeld.
2 Op de afstandsbediening drukt u op de
AMPLIFIER toets op het aanraakscherm, en
vervolgens drukt u op de SYSTEM SETUP toets.
Er verschijnen nu beeldscherm-aanduidingen voor de
instelling op uw TV-scherm. Gebruik de vaste ///
cursortoetsen en de ENTER toets op de
afstandsbediening om de menuschermen te doorlopen
en menu-onderdelen hieruit te kiezen.
Met de vaste / op/neer-toetsen kiest u de menu-
onderdelen en met de vaste / links/rechts-
toetsen stelt u het gekozen onderdeel naar wens in.
3 Stel in op 'Expert Setup' en druk op ENTER.
1.Input Assign
[ 1.Digital In ]
[ 2.Component Video In ]
[ 3.i.LINK Input ]
[ 4.Video Assign ]
[Return]
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
System Setup
[Auto Surround Setup]
[1. Input Assign ]
[2. Surround Setup ]
[3. Expert Setup ]
[4. THX Audio Setup ]
[Exit]
Geavanceerde instellingen
10
86
Du
4 Kies de instelling die u wilt aanpassen.
OSD Adjustment – Hiermee kiest u de plaats van de
aanduidingen die op uw TV-scherm verschijnen.
Bass Peak Level – Hiermee voorkomt u dat al te
krachtige lage tonen vervorming in de weergave van
uw luidsprekers veroorzaken.
D-Range Control – Hiermee kiest u de hoeveelheid
aanpassing in het dynamisch bereik voor Dolby
Digital filmgeluid.
Function Rename – Hiermee wijzigt u de namen die
verschijnen op het beeldscherm en in het
uitleesvenster van de versterker.
OSD Overlay – Hiermee schakelt u de beeldscherm-
aanduidingen (voor basisfuncties) aan of uit.
12V Trigger – Hiermee kiest u welke apparaten
zullen worden in- of uitgeschakeld met het 12-volts
schakelsignaal.
5 Maak de gewenste aanpassingen voor elk van de
instellingen, en druk ter bevestiging op ENTER na elk
scherm.
Wanneer u klaar bent, stelt u in op Return en drukt u op
de ENTER toets om terug te keren naar het System Setup
instelmenu.
Bijstellen schermaanduidingen
Gebruik deze functie om de plaats van de aanduidingen
op uw TV-scherm bij te stellen als soms niet alle
aanduidingen goed leesbaar verschijnen.
1 Stel in op 'OSD Adjustment' in het Expert Setup
menu.
2 Gebruik de vaste /// cursortoetsen om
het gebied van de aanduidingen te verplaatsen
totdat u de plaats vindt die op uw TV-scherm het
beste uitkomt.
U kunt de aanduidingen omhoog en omlaag, naar links
en naar rechts verplaatsen totdat ze goed zichtbaar zijn
en de beeldweergave niet de weg zitten.
3 Druk op de ENTER toets.
Dan komt u weer terug bij het Expert Setup menu.
Lagetonen-piekniveau
Sommige geluidsbronnen (bijvoorbeeld Dolby Digital en
DTS) kunnen extreem lage tonen bevatten. Stel het
piekniveau voor de basbegrenzing zo in dat ook de
laagste tonen geen vervorming in de totale
geluidsweergave veroorzaken.
Opmerking
Aangezien ook de THX Ultra2 Subwoofer Setup
functie een basbegrenzing gebruikt om het
lagetonen-piekniveau te beperken, zult u deze
instelling niet kunnen kiezen als u voor uw installatie
de
THX Ultra2 Subwoofer-resonantiebeperking
hebt
gebruikt, zoals beschreven op pagina 89.
1 Stel in op 'Bass Peak Level' in het Expert Setup
menu.
De huidige instelling wordt getoond.
Wanneer er [- - -] verschijnt, worden er geen lage
tonen weergegeven.
Wanneer er [OFF] verschijnt, is de basbegrenzing
uitgeschakeld (zodat de basweergave niet wordt
aangepast).
2 Kies een instelstand.
Setting Start –De geluidssterkte wordt ingesteld op
MIN (----dB), er wordt een testtoon weergegeven en
dan maakt u de gewenste instelling.
Setting Cancel – Schakelt de basbegrenzing uit.
3 Als u hebt gekozen voor 'Setting Start', gebruikt
u de / links/rechts-toetsen om de testtonen bij
te regelen en het lagetonen-piekniveau te kiezen, en
vervolgens drukt u op ENTER.
Stel het lagetonen-piekniveau geleidelijk bij en druk op de
ENTER toets bij het punt waar de weergave nog net niet
gaat vervormen. Wanneer u klaar bent, zal het
uitleesvenster van de versterker RESUME aangeven en
dan keert de geluidssterkte terug naar de oorspronkelijke
stand.
3.Expert Setup
[1. OSD Adjustment ]
[2. Bass Peak Level ]
[3. D-Range Control ]
[4. Function Rename ]
[5. OSD Overlay ]
[6. 12V Trigger ]
[Return]
3.1. OSD Adjustment
[Return]
3.2. Bass Peak Level
Manager
[Setting Start]
[Setting Cancel]
[Return]
Present Level [OFF]
3.2. Bass Peak Level
Manager
[Setting OK]
Bass Peak Level
[–10]
[Setting Cancel]
Geavanceerde instellingen
10
87
Du
•Als de YES of PLUS instelling is gekozen voor uw
“subwoofer” lagetonenluidspreker (onder
Luidsprekersystemen op pagina 52), zal de testtoon
alleen worden weergegeven door uw
lagetonenluidspreker. Zo niet, dan zal de testtoon
worden weergegeven door de voorluidsprekers en de
achterluidsprekers waarvoor het formaat LARGE is
gekozen.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het Expert Setup menu.
Dynamisch bereik-aanpassing
Oorspronkelijke instelling: OFF
Met deze instelling kiest u de hoeveelheid aanpassing in
het dynamisch bereik voor de weergave van filmgeluid.
Deze instelling kan de klank verbeteren wanneer u
filmgeluid met akoestiekeffecten beluistert bij geringe
geluidssterkte.
1 Stel in op 'D-Range Control' in het Expert Setup
menu.
2 Kies de gewenste instelling.
OFF – Geen aanpassing van het dynamisch bereik
(gebruik deze stand wanneer u op volle
geluidssterkte wilt luisteren).
MID – Gemiddelde instelling.
MAX – Dynamisch bereik gereduceerd (de luidste
geluiden worden minder luid weergegeven terwijl de
zachtere geluiden wat worden opgehaald).
3 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het Expert Setup menu.
Functies hernoemen
U kunt kiezen welke namen er op het scherm verschijnen
wanneer u instelt op een ingangsbron (zo kunt u
bijvoorbeeld in plaats van VCR1/DVR de naam DVR-310
laten aangeven).
1 Stel in op 'Function Rename' in het Expert Setup
menu.
2 Kies de naam van de ingangsbron die u een
andere naam wilt geven en druk dan op ENTER.
De bron-aanduidingen zijn verdeeld over drie afzondelijke
beeldschermen, dus het kan dat u die even moet
doornemen om de weergavebron te vinden die u een
nieuwe naam wilt geven.
3 Pas de naam naar wens aan en druk op ENTER.
Gebruik de vaste / op/neer-toetsen om een letter voor
de naam te kiezen en gebruik de vaste / links/rechts-
toetsen om een positie vooruit/terug te gaan. De nieuwe
naam kan uit tien letters en cijfers bestaan (de
beschikbare lettertekens worden hieronder getoond).
ABCDEFGHIJKLMNOPQRSTUVWXYZ
abcdefghijklmnopqrstuvwxyz
0123456789
!”#$%&’()*+,–./:;<=>?@[ \ ]^_{|} (spatie)
4 Kies een andere naam die u wilt aanpassen, of
stel in op 'Return' onderin de lijst wanneer u klaar
bent. Druk daarna op ENTER.
Als u een andere naam voor aanpassing hebt gekozen,
herhaalt u stap 3, en andere komt u weer terug bij het
Expert Setup menu.
3.3. Dynamic Range
Control
Compression Level
[MID]
dts [OFF]
[Return]
3. 4. Function Rename
DVD/LD [ DVD/LD ]
DVD/LD [ DVD/LD ]
TV/DVD [ TV/DVD ]
SAT [ SAT ]
VIDEO [ VIDEO ]
DVR/VCR1 [ DVR/VCR1 ]
3. 4. Function Rename
VCR2 [ VCR2 ]
VCR2 [ VCR2 ]
VCR3 [ VCR3 ]
CD [ CD ]
CD
_
R [ CD
_
R ]
TUNER [ TUNER ]
3. 4. Function Rename
PHONO [ PHONO ]
PHONO [ PHONO ]
MULTI IN [ MULTI IN ]
USB [ USB ]
[Return]
Geavanceerde instellingen
10
88
Du
Overleggen schermaanduidingen
Oorspronkelijke instelling: ON
U kunt kiezen of voor de basisfuncties (zoals de keuze van
ingangsbronnen) wel of geen aanduidingen op het
scherm wilt laten verschijnen. Dan worden alleen het
System Setup instelmenu en de Status-aanduidingen (zie
Controleren van uw systeem-instellingen
op pagina 73)
op het beeldscherm getoond.
1 Stel in op 'OSD Overlay' in het Expert Setup
menu.
2 Kies de gewenste instelling.
OFF – De beeldscherm-aanduidingen worden
uitgeschakeld, uitgezonderd het System Setup
instelmenu en de Status-aanduidingen.
ON – Er verschijnen beeldscherm-aanduidingen voor
alle basisfuncties.
3 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het Expert Setup menu.
12-volts schakelstroom
Oorspronkelijke instelling: OFF · OFF (alle
apparatuur)
Nadat u een apparaat hebt aangesloten op een van de 12-
volts schakelsignalen (zie
Componenten aan en uit
schakelen met de 12-volts schakelstroom
op pagina 68),
zal het automatisch worden ingeschakeld wanneer u
instelt op een ingangsfunctie die is gekozen om het
schakelsignaal door te geven. Hieronder kiest u welke
ingangsfuncties welke schakelsignalen moeten
doorgeven.
1 Stel in op '12V Trigger' in het Expert Setup menu.
2 Kies een ingangsfunctie en kies de gewenste
instelling daarvoor.
Dit moet een ingangsfunctie zijn die bij inschakelen één
(of allebei) de 12-volts schakelsignalen doorgeeft.
OFF · OFF – 12-volts schakelsignalen 1 en 2 zijn beide
uitgeschakeld.
OFF · ON – 12-volts schakelsignaal 1 is
uitgeschakeld; 12-volts schakelsignaal 2 is
ingeschakeld.
ON · OFF – 12-volts schakelsignaal 1 is ingeschakeld;
12-volts schakelsignaal 2 is uitgeschakeld.
ON · ON – 12-volts schakelsignalen 1 en 2 zijn beide
ingeschakeld.
3 Herhaal dit voor elk van de ingangsfuncties
waarmee u een schakelsignaal wilt doorgeven.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het Expert Setup menu.
THX Audio Setup instellingen
De instellingen in het THX Audio Setup menu dienen om
u vol profijt te laten trekken van de THX technologie als u
gebruik maakt van een "subwoofer" lagetonenluidspreker
en middenachterluidsprekers in uw huisbioscoop-
installatie. Zie
THX luidsprekersysteem-opstelling
op
pagina 91 voor nadere bijzonderheden.
Voor gebruik van het THX Audio Setup menu, volgt u de
onderstaande aanwijzingen.
1 Zorg dat uw versterker en uw TV-toestel beide
zijn ingeschakeld.
2 Op de afstandsbediening drukt u op de
AMPLIFIER toets op het aanraakscherm, en
vervolgens drukt u op de SYSTEM SETUP toets.
Er verschijnen nu beeldscherm-aanduidingen voor de
instelling op uw TV-scherm. Gebruik de vaste ///
cursortoetsen en de ENTER toets op de
afstandsbediening om de menuschermen te doorlopen
en menu-onderdelen hieruit te kiezen.
Met de vaste / op/neer-toetsen kiest u de menu-
onderdelen en met de vaste / links/rechts-
toetsen stelt u het gekozen onderdeel naar wens in.
3. 5. OSD Overlay
Overlay [ON ]
[Return]
3.6. 12V Trigger
1 2
DVD/LD [OFF
.
OFF ]
TV/DVD [OFF
.
OFF ]
SAT [OFF
.
OFF]
VIDEO [OFF
.
OFF]
DVR/VCR1 [OFF
.
OFF]
VCR2 [OFF
.
OFF]
VCR3 [OFF
.
OFF]
( Next)
3.6. 12V Trigger
1 2
DVD/LD [ON
.
OFF ]
TV/DVD [OFF
.
OFF ]
SAT [OFF
.
OFF]
VIDEO [OFF
.
OFF]
DVR/VCR1 [OFF
.
OFF]
VCR2 [OFF
.
OFF]
VCR3 [OFF
.
OFF]
( Next)
AV AMPLIFIER
MENU MUTE
CHANNEL VOLUME
SYSTEM
SETUP
ENTER
HOME
SYSTEM
OFF
TV
CONT
MULTI
OPERATION
TV
/ DVD
DVD
/ LD
DVR
/ VCR1
SAT
INPUT 1 2 3
CD TUNER
SETUP
AMPLIFIER
AMPLIFIER
1/3
Geavanceerde instellingen
10
89
Du
3 Stel in op 'THX Audio Setup' en druk op ENTER.
THX Ultra2 Subwoofer-resonantiebeperking
Met een THX Ultra2 subwoofer (of een
lagetonenluidspreker die een frequentierespons tot 20 Hz
biedt) kunt u, afhankelijk van de opstelling van de
subwoofer en de hardheid van de wanden in uw
luisterruimte, wel eens storende resonantiefrequenties
in de basweergave bespeuren. Als u last hebt van dit
probleem, gebruikt u dan de THX Ultra2 SW Setup
functie om de Boundary Gain Compensation
resonantiebeperking in te schakelen (zie
Omtrent THX
®
op pagina 102 voor nadere bijzonderheden).
Opmerkingen
Als u niet beschikt over een "subwoofer"
lagetonenluidspreker, zult u deze instelling niet
kunnen kiezen.
Bij instellen op YES in stap 2 (hieronder) vervalt
automatisch de instelling die u hebt gemaakt voor
het
Lagetonen-piekniveau
op pagina 86.
1 Stel in op 'Ultra2 SW Setup' in het THX Audio
Setup menu.
2 Kies of uw subwoofer een THX Ultra2 certificatie
heeft (of een respons tot 20 Hz kan bieden).
U zult de Boundary Gain Compensation
resonantiebeperking (hieronder) alleen kunnen
inschakelen wanneer u YES kiest voor deze stap.
3 Kies nu ON of OFF voor wel of geen gebruik van
de Boundary Gain Compensation
resonantiebeperking.
4 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het THX Audio Setup menu.
Middenachterluidspreker-tussenruimte
Voor de meest effectieve resultaten bij gebruik van de
THX Ultra2 Cinema en THX MusicMode luisterfuncties
(zie
Gebruik van de Home THX functies
op pagina 41) met
het Advanced Speaker Array (ASA) systeem (zie
Omtrent
THX
® op pagina 102), is het noodzakelijk de
onderstaande instelling te maken.
Opmerking
Als u niet beschikt over middenachterluidsprekers, of
u gebruikt er slechts één, dan zult u deze instelling
niet kunnen kiezen.
1 Stel in op 'SB SP Position' in het THX Audio Setup
menu.
2 Kies de afstand die er tussen uw beide
middenachterluidsprekers bestaat.
0.0–0.3 m – Middenachterluidsprekers tot 30 cm
uiteen (het beste voor THX akoestiekweergave).
<0.3–1.2 m – Middenachterluidsprekers tussen 30
cm en 1,2 meter uiteen.
1.2 m< – Middenachterluidsprekers meer dan 1,2
meter uiteen.
3 Wanneer u klaar bent, stelt u in op RETURN en
drukt u op ENTER.
Dan komt u weer terug bij het THX Audio Setup menu.
System Setup
[Auto Surround Setup]
[1. Input Assign ]
[2. Surround Setup ]
[3. Expert Setup ]
[4. THX Audio Setup ]
[Exit]
Aanvullende informatie
11
90
Du
Hoofdstuk 11
Aanvullende informatie
Optimaliseren van uw
luidsprekeropstelling
Naast de tips voor uw luidsprekeropstelling die al
gegeven werden onder Opstellen van de luidsprekers op
pagina 25, kunt u de onderstaande schematische
voorstellingen en uitleg gebruiken als leidraad voor een
optimale plaatsing van elk stel luidsprekers dat u
gebruikt.
Primaire akoestiekopstelling
Als u gebruik maakt van een middenluidspreker, zet u de
voorluidsprekers dan iets verder uiteen. Gebruikt u geen
middenluidspreker, zet u de andere dan iets dichter
bijeen.
Zorg dat de middenluidspreker niet dichterbij of verder
naar voren staat dan de denkbeeldige lijn die de voorkant
van de linker en rechter voorluidsprekers verbindt.
Meestal kunt u de luidsprekers het beste ietwat
binnenwaarts richten, op uw favoriete luisterplaats. De
hoek is afhankelijk van de afmetingen van uw kamer. In
een grotere kamer kunt u de luidsprekers meer parallel,
dus rechter naar voren richten.
Achterluidsprekers en middenachterluidsprekers
kunnen het beste 60 cm – 90 cm boven oorhoogte staan
of hangen, ietwat omlaag gericht. Let op dat de
luidsprekers niet pal tegenover elkaar staan. Voor DVD-
Audio kunnen de luidsprekers beter iets verder naar
achteren staan dan voor de huisbioscoop-filmweergave.
Geen middenachterluidsprekers
Eén middenachterluidspreker
F L
C
F R
45~60
F L
C
F R
F L
C
F R
LS
LS
RS
RS
90 -120
90 -120
LS
LS
RS
RS
S B
Aanvullende informatie
11
91
Du
Twee middenachterluidsprekers
THX luidsprekersysteem-opstelling
Als u beschikt over een compleet THX
luidsprekersysteem, volgt u dan de schematische
afbeelding hieronder voor de opstelling van uw
luidsprekers. Merk op dat de achterluidsprekers ( staat
voor bipolair stralende luidsprekers) zo opgesteld moeten
worden dat de weergaverichting parallel aan de
luisteraar is.
Als u beschikt over twee middenachterluidsprekers,
raadt THX aan om die samen te plaatsen, op dezelfde
afstand van uw luisterplaats, zodat u kunt profiteren van
de ASA functie. Nadere bijzonderheden vindt u onder
Advanced Speaker Array™ (ASA) op pagina 102.
Zie tevens THX Audio Setup instellingen op pagina 88 over
hoe u de instellingen maakt voor de meest
indrukwekkende weergave bij het gebruik van de Home
THX functies (zie pagina 41).
Luidsprekeropstelling voor DVD-Audio/
meerkanaals-muziekbronnen
De beste luidsprekeropstelling voor DVD-Audio (en
andere meerkanaals-muziekbronnen) kan ietwat anders
zijn dan voor gewone DVD discs. Voor deze formaten
gebruiken bepaalde geluidsstudio’s de opstelling die
getoond wordt in de schematische voorstelling hieronder
(zoals aanbevolen door de ITU-R) in plaats van de
standaard opstelling beschreven bij Primaire
akoestiekopstelling hierboven.
Opmerkingen
Als u een tweede stel akoestiekluidsprekers aansluit,
kunt u dit luidsprekersysteem B gebruiken om extra
mogelijkheden voor akoestiekweergave te creëren
met meerkanaals-geluidsbronnen. Zie Wisselend
gebruik van akoestiekluidsprekers met
luidsprekersysteem B (ITU-R) op pagina 76 voor
aanwijzingen over deze toepassing.
Als u gebruik maakt van twee
middenachterluidsprekers, kunt u de STANDARD SX
luisterfunctie kiezen tijdens de DVD-Audio weergave
om het geluid te simuleren dat u zou verkrijgen van
de luidsprekeropstelling getoond in de schematische
voorstelling hierboven. Het geluid van de
achterluidsprekers en de middenachterluidsprekers
wordt hierbij gecombineerd voor het creëren van een
virtuele akoestiekluidspreker.
LS
RS
0 - 60
SBL
SBL
SBR
SBR
90 -
FL
LS
Surround
Surround back
Surround
SBL SBR
RS
CFR
Aanvullende informatie
11
92
Du
Verhelpen van storingen
Problemen en schijnbare storingen in de werking zijn vaak te wijten aan onjuiste bediening. Als er iets mis schijnt te
zijn met dit apparaat, neemt u dan even de tijd om de onderstaande punten te controleren. Soms wordt het probleem
veroorzaakt door een ander apparaat. Controleer uw andere audio- en video-apparatuur en ook huishoudelijke
apparatuur die is ingeschakeld. Als een storing aan de hand van de onderstaande controlepunten niet te verhelpen is,
raadpleegt u dan de Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw garantiekaart.
Stroomvoorziening
Probleem Oorzaak Oplossing
Het apparaat kan niet
ingeschakeld worden.
• De stekker is uit het stopcontact getrokken. Steek de stekker in een werkend wandstopcontact
• Het beveiligingscircuit kan zijn
ingeschakeld.
• Trek de stekker uit het stopcontact en sluit die even later
weer aan.
• De koelventilator in het achterpaneel wordt
ergens door geblokkeerd.
• Trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op
met de Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart.
De versterker wordt plotseling
uitgeschakeld.
• De luidsprekerdraden zijn uitgerafeld of
steken uit de aansluitbus en maken contact
met het achterpaneel van de versterker of met
een ander stel draden.
• Maak het luidsprekersnoer opnieuw vast, zorg dat elke
draad stevig vast zit in de aansluiting en zorg dat er geen
losse draadjes uitsteken.
• Er is iets ernstig mis met de versterker. • Trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op
met de Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart.
Tijdens luide weergave valt de
stroom plotseling weg.
• Het beveiligingscircuit is ingeschakeld,
waarschijnlijk omdat de laagste feitelijke
impedantie van de luidsprekers (in
tegenstelling tot de nominale luidspreker-
impedantie) aan de gevaarlijk lage kant is.
• Verminder de geluidssterkte.
• Bij de eerste goede gelegenheid volgt u de aanwijzingen
onder Akoestiek-ijking met de equalizer op pagina 55 en
vermindert u de 63 Hz en 125 Hz equalizer-niveaus met
handmatige instelling.
• Door aanpassen van de digitale beveiliging kunt u
wellicht de weergave nog iets luider instellen. Om over te
schakelen tussen SAFETY 1 (gemiddeld effect), SAFETY 2
(meer effect) en SAFETY OFF, zet u de versterker in de
“standby” ruststand en drukt u op de STANDBY/ON
toets terwijl u de OPTION toets op het voorpaneel
ingedrukt houdt. Als de stroom zelfs in de SAFETY 2
stand nog steeds uitgeschakeld wordt, vermindert u dan
de geluidssterkte.
Er knippert AMP ERR in het
uitleesvenster en dan wordt de
stroom automatisch
uitgeschakeld.
• Er is iets ernstig mis met de versterker. • Na ongeveer een minuut (gedurende welke de
versterker hoe dan ook niet zal reageren), zet u de de
versterker weer aan. Als de foutmelding weer verschijnt,
neemt u dan contact op met de Pioneer
onderhoudsdienst die vermeld staat op uw garantiekaart.
Er knippert FAN STOP in het
uitleesvenster en dan wordt de
stroom automatisch
uitgeschakeld.
• De koelventilator aan de onderkant van het
apparaat wordt ergens door geblokkeerd.
• Trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op
met de Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart.
• De koelventilator werkt niet goed. • Trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op
met de Pioneer onderhoudsdienst die vermeld staat op uw
garantiekaart.
Er knippert OVERHEAT in het
uitleesvenster en er wordt geen
geluid weergegeven.
• De temperatuur binnenin het apparaat is te
hoog opgelopen.
• Laat het apparaat eerst een tijdje afkoelen op een goed
geventileerde plaats en probeer dan de versterker weer in
te schakelen. Let op dat de opstelling van het apparaat
voldoet aan de voorwaarden voor een goede ventilatie,
zoals beschreven onder Ventilatie op pagina 2.
Aanvullende informatie
11
93
Du
Geen geluid
Probleem Oorzaak Oplossing
Na keuze van een ingangsbron
klinkt er geen geluid.
• Er is iets mis met de aansluitingen. • Controleer of het gekozen apparaat naar behoren is
aangesloten op de geschikte ingang(en) aan de
achterzijde van de versterker (zie Aansluiten van uw
apparatuur op pagina 12).
• Het geluid klinkt gedempt of de
geluidssterkte is veel te gering.
• Druk op de MUTE dempingstoets of stel de
geluidssterkte hoger in.
• De TAPE 2 bandmonitorfunctie is
ingeschakeld.
• Druk op de TAPE 2 MONITOR toets om de
nabandcontrole uit te schakelen (zie Meeluisteren naar de
gemaakte opname op pagina 69).
• De luidsprekers zijn uitgeschakeld of niet
goed gekozen met de SP SYSTEM A/B
schakelaar.
• Druk op de SP SYSTEM A/B toets om het juiste stel
luidsprekers te kiezen (zie Omschakelen van het
luidsprekersysteem op pagina 75).
• Het type ingangssignaal is niet juist. • Druk op de SIGNAL SELECT toets om in te stellen op het
juiste ingangssignaal (zie Keuze van het type
ingangssignaal op pagina 44).
• De i.LINK geluidsbron voor weergave in de
eerste luisterkamer is ook gekozen als
geluidsbron in de andere luisterkamer.
• Kies een andere geluidsbron of kies een ander type
ingangssignaal voor de eerste luisterkamer, zoals
DIGITAL of ANALOG (zie Keuze van het type
ingangssignaal op pagina 44).
De voorluidsprekers geven geen
geluid.
• De U-vormige kortsluitstekkers waarmee de
POWER AMP IN aansluitbussen zijn
doorverbonden met de voorkanaal-
voorversterkeruitgangen zijn verwijderd.
• Verbind de POWER AMP IN aansluitbussen weer met
de voorkanaal-voorversterkeruitgangen met de
bijgeleverde U-vormige kortsluitstekkers (zie onderdeel 8
in de lijst onder Achterpaneel op pagina 12).
• De voorluidsprekers zijn aangesloten op de
B luidsprekersysteem-aansluitingen.
• Sluit de voorluidsprekers aan op de A
luidsprekersysteem-aansluitingen (zie Installeren van uw
luidsprekersysteem op pagina 24).
De achterluidsprekers of de
middenluidspreker geven geen
geluid.
• De luidspreker-instellingen zijn niet juist. (Er
kan bijvoorbeeld zijn gekozen voor de stand
NO.)
• Controleer uw luidspreker-instellingen onder
Luidsprekersystemen op pagina 52.
• Het niveau van de achterkanalen en/of het
middenkanaal is helemaal teruggedraaid.
• Controleer de kanaalniveaus onder Kanaalniveau op
pagina 54.
• De aansluitingen van de achterluidsprekers
en/of de middenluidspreker zijn niet goed
vastgemaakt.
• Volg de aanwijzingen onder Installeren van uw
luidsprekersysteem op pagina 24 om te zorgen dat de
luidsprekers naar behoren zijn aangesloten.
• De STEREO luisterfunctie is ingeschakeld. • Kies een luisterfunctie met akoestiekweergave (zie
Luisteren naar rondom-akoestische weergave op pagina
39).
• Luidsprekersysteem B is gekozen. • Stel in op luidsprekersysteem A (zie Omschakelen van
het luidsprekersysteem op pagina 75).
• De 2-kanaals ingangsinstelling is gekozen
bij gebruik van de analoge meerkanaals-
ingangen of de USB-aansluiting.
• Kies de juiste instelling (zie Keuze van de USB en
analoge meerkanaals-ingangen op pagina 45).
De middenachterluidsprekers
geven geen geluid.
• De middenachterluidsprekers zijn bij de
formaatkeuze op NO ingesteld.
• Stel de middenachterluidsprekers in op LARGE of
SMALL (zie Luidsprekersystemen op pagina 52).
• De SB CH weergavefunctie is uitgeschakeld. Stel het middenachterkanaal in op SB CH ON (zie
pagina 46).
• De geluidsbron is geen 6.1-kanaals
weergavebron.
• Kies een geavanceerde akoestiek-luisterfunctie (zie
Luisteren naar rondom-akoestische weergave op pagina
39).
• De middenachterluidsprekers zijn niet
aangesloten.
• Volg de aanwijzingen onder Installeren van uw
luidsprekersysteem op pagina 24 om te zorgen dat de
luidsprekers naar behoren zijn aangesloten.
• Het middenachterkanaal is ingesteld op
weergave via 1 luidspreker en uw luidspreker
is aangesloten op de aansluiting voor het
rechterkanaal.
• Sluit de luidspreker aan op de linker aansluiting voor het
middenachterkanaal (zie Installeren van uw
luidsprekersysteem op pagina 24).
• De verkeerde ingangsinstelling is gekozen
bij gebruik van de analoge meerkanaals-
ingangen of de USB-aansluiting.
• Kies de juiste instelling (zie Keuze van de USB en
analoge meerkanaals-ingangen op pagina 45).
• De SB CH MODE functie staat ingesteld op
AUTO en de Dolby Surround EX / DTS ES
geluidsbron die u afspeelt heeft geen
vlagsignaal om aan te geven dat de bron
geschikt is voor 6.1-kanaals weergave.
• U kunt deze geluidsbron toch afspelen met
akoestiekweergave via de middenachterluidsprekers door
instellen van het middenachterkanaal op SB CH ON
(pagina 46).
Aanvullende informatie
11
94
Du
De lagetonenluidspreker geeft
geen geluid.
• De "subwoofer" lagetonenluidspreker is niet
goed aangesloten of uitgeschakeld.
• Sluit de subwoofer aan of schakel de luidspreker in (zie
Installeren van uw luidsprekersysteem op pagina 24).
• De instellingen van de "subwoofer"
lagetonenluidspreker zijn niet juis.
• Stel de subwoofer naar behoren in (zie
Luidsprekersystemen op pagina 52).
• Stel de voorluidsprekers in op het SMALL formaat (zie
Luidsprekersystemen op pagina 52).
• De scheidingsfilterfrequentie is te laag
ingesteld.
• Stel de scheidingsfilterfrequentie in op een (hogere)
frequentie die beter past bij de eigenschappen van uw
luidspreker (zie Luidsprekersystemen op pagina 52).
• De basbegrenzing is te laag ingesteld. • Zie Lagetonen-piekniveau op pagina 86 om een betere
instelling te kiezen.
• Het niveau van de subwoofer staat te laag
ingesteld.
• Zie Kanaalniveau op pagina 54 om de
luidsprekerniveaus te controleren.
• Controleer de volumeregelaar van de
lagetonenluidspreker zelf om te zien of die ver genoeg is
opengedraaid.
Eén luidspreker geeft geen
geluid.
• De luidspreker is bij de formaatkeuze op NO
ingesteld.
• Wijzig de instelling onder Luidsprekersystemen op
pagina 52.
• Het luidsprekerniveau is te laag ingesteld. • Controleer de instelling onder Kanaalniveau op
pagina 54.
• De luidspreker is niet goed aangesloten. • Verricht het Installeren van uw luidsprekersysteem op
pagina 24 om de luidspreker naar behoren aan te sluiten.
• De geluidsbron bevat geen geluid voor dat
kanaal.
• Kies een geavanceerde akoestiek-luisterfunctie (zie
Luisteren naar rondom-akoestische weergave op pagina 39)
om te zien of u een extra kanaal voor die luidspreker kunt
creëren.
De programma-aanduiding licht
wel op voor een kanaal, maar de
betreffende luidspreker geeft
geen geluid.
• Er is een gedempt signaal opgenomen op
dat kanaal.
De analoge geluidsbronnen
geven wel geluid, maar de
digitale bronnen niet (DVD, LD,
CD-ROM enz.).
• De digitale ingangstoewijzing is niet juist. • Zorg voor een juiste toewijzing van de digitale ingangen
(zie Toewijzen van de digitale ingangen op pagina 83).
• De digitale weergave-apparatuur is niet juist
aangesloten.
• Controleer of de digitale geluidsbron is aangesloten op
de juiste ingang op het achterpaneel van de versterker (zie
Aansluiten van uw apparatuur op pagina 12).
• De muziekspeler is niet geschikt voor de
geluidsbron (disc) die u er in probeert af te
spelen, of de instellingen van de speler zijn
niet juist.
• Kies een geschikte geluidsbron, of volg de
gebruiksaanwijzing van het weergave-apparaat voor de
juiste instellingen.
• Het digitale uitgangsniveau is
teruggedraaid op de CD-speler of een ander
apparaat dat voorzien is van een digitale
uitgangsniveauregelaar.
• Zet het digitale volumeniveau van de muziekspeler in de
maximale of de neutrale stand.
• Er is een analoge ingang gekozen. • Stel in op een digitale ingang (zie Keuze van het type
ingangssignaal op pagina 44).
Bij het afspelen van een
laserdisc is voor het
ingangssignaal type 2RF
gekozen, maar toch klinkt er
geen geluid.
• Deze laserdisc is geen Dolby Digital disc. • Stel het ingangssignaal in op AUTO (zie Keuze van het
type ingangssignaal op pagina 44). Zorg tevens dat uw
laserdisc-speler is aangesloten via analoge aansluitingen,
naast de vereiste digitale en 2RF aansluitingen (zie
Aansluiten van andere videobronnen op pagina 19).
De hoofdtelefoon geeft geen
geluid.
• De U-vormige kortsluitstekkers waarmee de
POWER AMP IN aansluitbussen zijn
doorverbonden met de voorkanaal-
voorversterkeruitgangen zijn verwijderd.
• Verbind de POWER AMP IN aansluitbussen weer met
de voorkanaal-voorversterkeruitgangen met de
bijgeleverde U-vormige kortsluitstekkers (zie onderdeel 8
in de lijst onder Achterpaneel op pagina 12).
Er is geen geluid te horen of
alleen stoorgeluiden bij afspelen
van een Dolby Digital/DTS
geluidsbron.
• De DVD-speler is niet geschikt voor Dolby
Digital/DTS codering.
• Gebruik een DVD-speler die geschikt is voor Dolby
Digital/DTS.
• De instellingen op de DVD-speler zijn niet
juist en/of het DTS uitgangssignaal is niet
ingeschakeld.
• Corrigeer de instellingen van de speler en/of zorg dat
het DTS signaal wordt uitgestuurd. Zie de
gebruiksaanwijzing die bij de DVD-speler is geleverd.
• Het digitale uitgangsniveau is geheel
teruggedraaid op de CD-speler of een ander
apparaat met een digitale
uitgangsniveauregelaar. (Het DTS signaal is
veranderd door de speler en is niet meer te
lezen.)
• Zet het digitale volumeniveau van de muziekspeler in de
maximale of de neutrale stand.
Er is geen digitaal
uitgangssignaal van de DVD-
speler bij afspelen van een
meerkanaals DVD-Audio of
SACD disc.
• DVD-spelers geven geen digitale
audiosignalen door bij het afspelen van deze
typen discs.
• Om te genieten van meerkanaals DVD-Audio en SACD
discs, zult u de DVD-speler moeten aansluiten op deze
versterker via de analoge meerkanaals-ingangen. Zie
Aansluiten van meerkanaals analoge uitgangen op pagina
16 en tevens de gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler.
Probleem Oorzaak Oplossing
Aanvullende informatie
11
95
Du
Andere problemen met geluidsweergave
Er is geen digitaal
uitgangssignaal bij afspelen van
een DVD-Audio disc met een
192/176,4 kHz
bemonsteringsfrequentie.
• DVD-spelers geven geen digitale
audiosignalen door bij deze
bemonsteringsfrequenties. Gewoonlijk geven
ze deze discs weer op een lagere
bemonstering van 96/88,2 kHz of 48/44,1 kHz.
Sommige discs blokkeren alle digitale
uitgangssignalen.
• Dit duidt niet op storing. Om te genieten van deze discs,
sluit u de DVD-speler aan op deze versterker via de
analoge meerkanaals-ingangen. Zie Aansluiten van
meerkanaals analoge uitgangen op pagina 16 en tevens de
gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler.
Tijdens afspelen van een Dolby
Surround EX / DTS ES
geluidsspoor lichten wel de LS, S
en RS aanduidingen op maar er
klinkt geen geluid van het
middenachterkanaal.
• De luisterfunctie is niet juist gekozen. • Stel het middenachterkanaal in op SB CH AUTO (zie
Gebruik van het middenachterkanaal op pagina 46).
Probleem Oorzaak Oplossing
Probleem Oorzaak Oplossing
Er klinken storende geluiden bij
het aflezen van een DTS compact
disc.
• De afleesfunctie van de speler verandert de
digitale informatie een beetje, waardoor die
onleesbaar wordt.
• Dit duidt niet op defecten, maar u kunt wel beter de
geluidssterkte verminderen, om te voorkomen dat uw
luidsprekers plotselinge harde geluiden te verwerken
krijgen.
Bij afspelen van een 96 kHz/24-
bit disc klinkt de weergave veel te
luid.
• Verschillende discs hebben verschillende
opnameniveaus, dus sommige klinken luider
dan andere.
• Verminder de geluidssterkte.
Bij afspelen van een DTS-formaat
laserdisc klinken er storende
bijgeluiden in het geluidsspoor.
• Het type ingangssignaal staat ingesteld op
ANALOG.
Stel het type ingangssignaal in op DIGITAL (zie Keuze van
het type ingangssignaal op pagina 44).
Het maken van geluidsopnamen
lukt niet.
• Wellicht probeert u een analoge opname te
maken van een digitaal signaal, of een
digitale opname van een analoge
geluidsbron.
• Opnemen is alleen mogelijk van analoog naar analoog,
en digitaal naar digitaal.
• De digitale geluidsbron is tegen opnemen
beveiligd.
• Het is niet mogelijk digitale geluidsbronnen met een
kopieerbeveiliging op te nemen.
• De analoge REC opname-uitgangen zijn niet
goed aangesloten.
• Controleer uw analoge aansluitingen (zie Aansluiten van
analoge geluidsbronnen op pagina 22).
Het geluid vervormt en/of de
OVER aanduiding blijft steeds
oplichten.
• Het analoge ingangssignaal is te krachtig. • Schakel de ingangsverzwakking in (zie Het niveau van
een analoog signaal verminderen op pagina 70).
• Als de geluidsbron een analoge uitgangsregelaar heeft,
draait u die dan terug naar een geschikt niveau.
De luidsprekers geven alleen
hoge tonen weer.
• De voorluidsprekers staan ingesteld op het
SMALL formaat.
• Kies voor de voorluidsprekers het formaat LARGE (zie
Luidsprekersystemen op pagina 52).
De "subwoofer"
lagetonenluidspreker geeft
nauwelijks geluid.
• De luidspreker-instellingen zijn zodanig dat
er maar heen weinig audiosignalen naar de
subwoofer gestuurd worden.
• Om meer audiosignalen naar de subwoofer te sturen,
kiest u daarvoor de stand PLUS, of kiest u het formaat
SMALL voor de voorluidsprekers (zie
Luidsprekersystemen op pagina 52).
Alles lijkt goed te zijn ingesteld,
maar de weergave klinkt vreemd.
• De luidsprekers zijn niet in fase
aangesloten.
• Controleer of de positieve/negatieve luidspreker-
aansluitingen op de versterker goed zijn doorverbonden
met bijbehorende aansluitingen op de luidsprekers (zie
pagina 24).
Er klinkt een bromtoon of
storende geluiden, ook als er
niets wordt afgespeeld.
• Er is electrische storing van een andere
component of van huishoudelijke apparatuur.
• Controleer of de storing wordt veroorzaakt door een
personal computer of andere digitale apparatuur
aangesloten op hetzelfde stopcontact.
Aanvullende informatie
11
96
Du
Video
Instellingen
Probleem Oorzaak Oplossing
Na keuze van een ingangsbron
worden er geen beelden
weergegeven.
• De video-aansluitingen zijn niet juist. • Zorg dat uw video-apparatuur naar behoren is
aangesloten (zie de pagina’s 15 - 19).
• U gebruikt wel component-video
aansluitingen voor uw weergavebron, maar
niet voor uw TV-toestel.
• Met de video-omzetter kunnen videosignalen wel
worden omgezet van een composiet of S-video
ingangssignaal naar een component-video
uitgangssignaal, maar niet andersom. Zie Betreffende de
video-omzetter op pagina 20 voor nadere bijzonderheden.
• U gebruikt component-video aansluitingen,
maar de component-video ingangen zijn niet
naar behoren toegewezen.
• Volg de aanwijzingen onder Toewijzen van de
component-video ingangen op pagina 84 om te zien of u
wel de juiste ingang hebt toegewezen.
• De DVD/videospeler is niet juist ingesteld. • Maak de juiste instellingen. Zie de gebruiksaanwijzing
geleverd bij uw DVD/videospeler.
• De video-ingang die is gekozen op uw TV-
toestel of videomonitor is niet juist.
• Kies de juiste video-ingang. Zie gebruiksaanwijzing
geleverd bij uw TV-toestel.
Het System Setup instelscherm
verschijnt niet.
• De MONITOR OUT uitgangsaansluiting is
niet aangesloten.
• Sluit de MONITOR OUT aansluiting aan op uw TV-
toestel of videomonitor (zie Aansluiten van uw TV-toestel
op pagina 14).
Er verschijnen geen
beeldscherm-aanduidingen op
het TV-scherm of de
videomonitor.
• De beeldscherm-aanduidingen verschijnen
niet als u gebruik maakt van verschillende
soorten videosnoeren voor de weergavebron
en de TV-aansluitingen, of wanneer u gebruik
maakt van component-video aansluitingen.
• Gebruik geen component-video kabels als u de
beeldscherm-aanduidingen wilt zien en gebruik dan ook
hetzelfde soort videokabel (bijvoorbeeld, alleen composiet,
of alleen S-video) voor zowel de weergavebron als de TV-
aansluitingen.
Er worden geen
televisieprogramma’s
weergegeven.
• De video-ingang die is gekozen op uw TV-
toestel of videomonitor is niet juist.
• Stel de TV-ingang in op de zender die u wilt zien, in
plaats van op de versterker ingang.
Na de beeldscherm-
aanduidingen blijft er wat storing
in beeld zichtbaar.
• Dit kan zich met sommige TV-toestellen
voordoen.
• Dit verschijnsel wijst niet op storing in de werking van
deze versterker.
Het opnemen van videobronnen
lukt niet.
• Wellicht probeert u een videobron op te
nemen die is aangesloten op de component-
video ingangen.
• Sluit de videobron die u wilt opnemen aan op de
composiet-video of de S-video aansluitingen (zie
Aansluiten van uw apparatuur op pagina 12).
• De videobron is tegen opnemen beveiligd. • Videobronnen met een kopieerbeveiliging zijn niet op te
nemen.
Probleem Oorzaak Oplossing
De Auto Surround Setup functie
geeft steeds een foutmelding te
zien.
• Het achtergrondlawaai in de kamer is te
luid voor een nauwkeurige instelling.
• Zorg dat de kamer zo stil mogelijk is voor de Auto
Surround Setup. Als het niet mogelijk is het
achtergrondlawaai te verminderen, zult u de
akoestiekinstellingen handmatig moeten maken (zie
pagina 51).
Na gebruik van de Auto
Surround Setup is de
afstandsinstelling voor de
"subwoofer"
lagetonenluidspreker verder dan
de feitelijk gemeten afstand.
• Het laagdoorlaatfilter van bepaalde
subwoofers kan een vertraging in de
weergave veroorzaken.
• Dit is geen fout in de werking. De Auto Surround Setup
functie heeft alleen gecompenseerd voor de vertraging
veroorzaakt door het filter.
Na gebruik van de Auto
Surround Setup is de
luidsprekerformaat-instelling
(LARGE of SMALL) niet juist.
• Er kan onhoorbaar laagfrequent geluid in de
kamer hebben geklonken.
• De laagfrequente geluiden kunnen afkomstig zijn van
een airconditioning of een motor. Schakel zo veel mogelijk
alle apparatuur in de kamer uit en verricht de Auto
Surround Setup instelling opnieuw.
Aanvullende informatie
11
97
Du
Afstandsbediening
Probleem Oorzaak Oplossing
De versterker reageert niet op de
afstandsbediening.
• Wellicht bevindt u zich te veraf of buiten de
bedieningshoek voor de afstandsbediening.
• Bedien de versterker binnen 7 meter afstand en binnen
30° van de afstandsbedieningssensor op het voorpaneel
(zie Gebruik van de afstandsbediening op pagina 7).
• Er is een obstakel tussen de versterker en
de afstandsbediening.
• Verwijder het obstakel of bedien de versterker vanuit een
andere plaats of hoek.
• Er schijnt direct zonlicht of fel lamplicht op
het voorpaneel.
• Zorg dat de afstandsbedieningssensor op het
voorpaneel niet erg fel wordt beschenen.
• De afstandsbediening kan te weinig stroom
leveren.
• Laad de afstandsbediening op (zie De afstandsbediening
opladen op pagina 7). Overigens kunt u de
afstandsbediening ook gebruiken terwijl die zich op het
oplaadapparaat bevindt.
• De afstandsbediening is geblokkeerd. • Hef de blokkering van de afstandsbediening op (zie
Beveiligen van de afstandsbediening op pagina 10).
• Er is iets aangesloten op de CONTROL IN
aansluiting.
• Verbreek de aansluiting op de CONTROL IN stekkerbus
(zie Bediening van andere Pioneer componenten via de
sensor van dit apparaat op pagina 68).
Andere apparaten reageren niet
op de afstandsbediening.
• De juiste code voor het betreffende
apparaat is niet geactiveerd in de
afstandsbediening.
• Activeer de juiste bedieningscode in de
afstandsbediening (zie pagina 61).
• Er is iets aangesloten op de CONTROL IN
aansluiting
• Richt de afstandsbediening op de
afstandsbedieningssensor van het apparaat dat is
aangesloten op de CONTROL IN aansluiting of verbreek
de aansluiting op de CONTROL IN stekkerbus en bedien
de versterker op normale wijze (zie Bediening van andere
Pioneer componenten via de sensor van dit apparaat op
pagina 68).
De afstandsbediening kan niet
goed worden opgeladen (het
oplaadlampje licht niet op) of is
erg snel weer ontladen.
• De afstandsbediening is niet goed op het
oplaadapparaat geplaatst.
• Plaats de afstandsbediening zorgvuldig op het
oplaadapparaat, zodat de uitsparing aan de onderkant van
de afstandsbediening over de nokjes van het
oplaadapparaat valt.
• De batterijen van de afstandsbediening zijn
aan vervanging toe.
• Zie Vervangen van de lithium-ionenbatterijen op
pagina 11.
Op het scherm van de
afstandsbediening knippert de
aanduiding LOW BATTERY of
verschijnt helemaal niets.
• De afstandsbediening moet worden
opgeladen.
• Plaats de afstandsbediening opp het oplaadapparaat.
Als de afstandsbediening een tijdlang niet is opgeladen,
kan het scherm enkele minuten lang niets aangeven,
maar na een tijdje zal het aanraakscherm verschijnen. Zie
voor nadere aanwijzingen De afstandsbediening opladen
op pagina 7.
Het scherm van de
afstandsbediening toont niet of
nauwelijks enige aanduiding.
• Het contrast van het
afstandsbedieningsscherm moet worden
bijgesteld.
• Gebruik de contrastregelaar aan de rechter zijkant van
de afstandsbediening om het contrast naar wens in te
stellen.
• De verlichting van het
afstandsbedieningsscherm is ingeschakeld in
een helder verlichte kamer.
• Schakel de schermverlichting uit.
Bij indrukken van een
ingangskeuzetoets op het HOME
menuscherm wordt de
ingangsbron van de versterker
niet ingesteld op het gekozen
apparaat.
• De Direct Function geluidsbron-bediening is
uitgeschakeld, voor het apparaat dat u wilt
bedienen.
• Volg de aanwijzingen onder Directe geluidsbron-
bedieningsfunctie op pagina 64 om de directe bediening
weer te kunnen gebruiken.
Het overnemen van
afstandsbedieningssignalen met
de aanleerfunctie werkt niet voor
bepaalde toetsen.
• Wellicht hebt u een toets gekozen die niet
geschikt is voor het aanleren van nieuwe
commando’s.
• Kies een andere toets die wel geschikt is voor het
aanleren van commando’s (zie Signalen overnemen van
een andere afstandsbediening op pagina 63).
• U had al eerder een toets voor het aanleren
gekozen.
• Druk nogmaals op dezelfde toets om uw keuze
ongedaan te maken of druk op de END toets om een
scherm terug te gaan (zie Signalen overnemen van een
andere afstandsbediening op pagina 63).
Het overschakelen naar een
ander scherm met de op/neer-
beeldschermtoetsen lukt niet.
• Er is voor deze functie maar één enkel
keuzescherm of u hebt het laatste scherm
bereikt voor de gekozen functie.
• Dit is geen storing in de werking. U kunt kiezen uit de
getoonde mogelijkheden.
Het uitleesvenster verandert na
keuze van een toets bij gebruik
van de aanleerfunctie.
• U hebt een toets gekozen die dient voor het
openen van een menu.
• Deze toetsen zijn niet te programmeren (zie Signalen
overnemen van een andere afstandsbediening op
pagina 63).
Aanvullende informatie
11
98
Du
Uitleesvenster
De SR bedieningskabel is
aangesloten, maar de
aangesloten apparatuur reageert
niet op de afstandsbediening.
• De SR bedieningskabel is niet naar behoren
aangesloten.
• Sluit de SR kabel opnieuw aan en let op dat de
kabelstekker is aangesloten op de juiste aansluitbus (zie
Bediening van andere Pioneer componenten via de sensor
van dit apparaat op pagina 68).
• De rest van de nodige component-
aansluitingen is nog niet gemaakt.
• Zorg voor een gewone analoge signaalaansluiting
tussen de betreffende apparaten.
• Het apparaat dat u hebt aangesloten is
geen Pioneer apparaat.
• Deze bedieningsfunctie werkt alleen met Pioneer
apparaten.
Het aanraakscherm van de
afstandsbediening reageert niet.
• Het scherm van de afstandsbediening is
vastgeraakt (gestopt met werken).
• Start de afstandsbediening opnieuw op (zie Herstarten
van de afstandsbediening op pagina 10).
De datum en de tijd zijn
plotseling niet juist meer.
• De afstandsbediening heeft niet voldoende
batterijspanning meer en daardoor is de
datum automatisch teruggesteld.
• Stel de datum en de tijd opnieuw in (zie De klok
gelijkzetten op pagina 9).
Probleem Oorzaak Oplossing
Probleem Oorzaak Oplossing
Het uitleesvenster blijft donker of
werkt niet.
• Het uitleesvenster is ingesteld op een
donkere stand.
• Druk enkele malen op de DIMMER toets van de
afstandsbediening om een andere helderheid voor het
scherm te kiezen.
Na het maken van een instelling
dooft het uitleesvenster.
• Het uitleesvenster is ingesteld op
automatisch uitschakelen.
• Druk enkele malen op de DIMMER toets van de
afstandsbediening om een andere helderheid voor het
scherm te kiezen.
De DIGITAL of 2RF aanduiding
verschijnt niet, na indrukken van
de SIGNAL SELECT toets.
• Er is iets mis met de digitale aansluitingen
of de digitale ingang is niet goed toegewezen.
• Controleer de digitale aansluitingen en/of corrigeer de
toewijzing van de digitale ingangen (zie Toewijzen van de
digitale ingangen op pagina 83).
• De TAPE 2 bandmonitorfunctie is
ingeschakeld.
• Druk op de TAPE 2 MONITOR toets om de
nabandcontrole uit te schakelen (zie Meeluisteren naar de
gemaakte opname op pagina 69).
• U hebt ingesteld op een nog niet
toegewezen i.LINK ingangsbron.
• Kies een andere ingangsbron of zorg voor een goede
toewijzing van de i.LINK aansluitingen (zie Toewijzen van
de i.LINK ingangen op pagina 84).
Het Dolby/DTS indicatorlampje
licht niet op bij afspelen van een
Dolby/DTS geluidsbron.
• De speler staat in de pauzestand. • Druk op de weergavetoets.
• De uitgangsinstellingen van de speler zijn
niet juist.
• Stel de speler naar behoren in (raadpleeg zonodig de
gebruiksaanwijzing van de speler).
Bij afspelen van een DVD-Audio
CD geeft het uitleesvenster van
de DVD-speler 96kHz aan. Het
uitleesvenster van de versterker
echter niet.
• Het geluidssignaal van deze discs wordt
alleen uitgestuurd door de analoge audio-
aansluitingen van de DVD-speler; de
versterker toont niet de oorspronkelijke
bemonsteringsfrequentie van het
ingangssignaal via de analoge ingangen.
• Dit is geen storing in de werking. Zie ook de
gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler.
Tijdens afspelen van een DTS
96/24 geluidsbron geeft het
uitleesvenster geen 96kHz aan.
• De geluidsbron wordt weergegeven met een
lagere bemonsteringsfrequentie.
• Zie Luisteren naar tweetalige of dubbele mono
geluidssporen op pagina 50 voor diverse manieren om
geluidsbronnen te beluisteren zonder verlaging van de
bemonsteringsfrequentie.
• Eén of meer van de DIGITAL NR,
MIDNIGHT of LOUDNESS
klankverbeteringsfuncties is ingeschakeld.
• Schakel ze uit met een druk op de betreffende toets van
de afstandsbediening of op het voorpaneel.
Bij afspelen van een Dolby
Digital of DTS geluidsbron gaan
de digitaalformaat-aanduidingen
van de versterker niet branden.
• Geen digitale aansluiting, of de digitale
aansluiting is niet juist gemaakt.
• Controleer de digitale audio-aansluitingen (zie
pagina 15).
• Het type ingangssignaal van de versterker
staat ingesteld op analoog.
• Stel de versterker in op AUTO of DIGITAL (zie Keuze van
het type ingangssignaal op pagina 44).
• De DVD-speler staat ingesteld op weergave
van Dolby Digital en/of DTS audio als PCM-
signalen.
• Controleer de instellingen op de speler. Stel het
uitgangssignaal in op Dolby Digital en DTS (geen PCM-
conversie). Zie tevens de gebruiksaanwijzing van uw DVD-
speler.
• Deze disc kan verschillende audiosporen
bevatten; waaronder het op dat moment
weergegeven spoor in PCM-formaat.
• Schakel het audio-weergavekanaal van uw DVD-speler
om. Zie de gebruiksaanwijzing van uw DVD-speler.
Bij het afspelen van bepaalde
discs gaat geen van de formaat-
aanduidingen van de versterker
branden.
• Het audioformaat van de weergegeven disc
is geen 5.1/6.1-kanaals akoestieksignaal.
• Dit is geen storing in de werking. Controleer de
verpakking van de disc voor nadere informatie over de
audioformaten die op de disc gebruikt worden.
Aanvullende informatie
11
99
Du
i.LINK verbinding
i.LINK berichten
U kunt de volgende berichten zien verschijnen in het uitleesvenster op het voorpaneel, bij gebruik van de i.LINK
verbinding.
Bij het afspelen van een disc
gaat de 2 Pro Logic II of Neo:6
aanduiding branden op de
versterker.
• Het type ingangssignaal staat ingesteld op
analoog.
• Stel de versterker in op AUTO of DIGITAL (zie Keuze van
het type ingangssignaal op pagina 44).
• Er wordt een 2-kanaals geluidsspoor
weergegeven.
• Dit is geen storing in de werking. Controleer de
verpakking van de disc voor nadere informatie over de
audioformaten die op de disc gebruikt worden.
• Het weergegeven geluidsspoor is
gecodeerd voor Dolby Surround.
• Dit is geen storing in de werking. Controleer de
verpakking van de disc voor nadere informatie over de
audioformaten die op de disc gebruikt worden.
Tijdens afspelen van een
Surround EX of DTS ES
geluidsbron met de Stream
Direct of SB CH AUTO instelling,
gaan de EX en ES aanduidingen
niet branden, of wordt het
signaal niet op de juiste wijze
verwerkt.
• De geluidsbron kan wel Dolby Surround EX/
DTS ES geluidssignalen bevatten, maar heeft
geen vlagsignaal om de 6.1-kanaals
geschiktheid aan te geven.
• Schakel de middenachterkanaal-instelling (zie pagina
46) over naar SB CH ON en stel dan in op de THX
Surround EX of Standard EX luisterfunctie (zie Luisteren
naar rondom-akoestische weergave op pagina 39).
Probleem Oorzaak Oplossing
Probleem Oorzaak Oplossing
Er wordt geen geluid
weergegeven.
• Er wordt geen signaal uitgestuurd door de
i.LINK aansluitbus van het geluidsbron-
apparaat.
• Raadpleeg de handleiding van het geluidsbron-
apparaat.
• De gekozen weergavebron is niet geschikt
voor i.LINK audio.
• Raadpleeg de handleiding van het geluidsbron-
apparaat.
• Het ingangssignaal staat ingesteld op 2RF,
DIGITAL of ANALOG.
• Stel in op i.LINK of AUTO met de SIGNAL SELECT toets
(zie Keuze van het type ingangssignaal op pagina 44).
De i.LINK aanduiding gaat niet
branden wanneer er wordt
ingesteld op een i.LINK-geschikt
weergave-apparaat.
• Het 2RF, DIGITAL of ANALOG
ingangssignaal is gekozen.
• Stel in op i.LINK of AUTO met de SIGNAL SELECT toets
(zie Keuze van het type ingangssignaal op pagina 44).
De weergaveformaat-
aanduidingen verdwijnen niet na
afloop van de SACD weergave.
• De weergaveformaat-aanduidingen blijven
branden totdat er een ander soort
geluidsbron wordt gekozen.
• Dit is geen storing in de werking.
De i.LINK aanduiding gaat
branden bij indrukken van de
SIGNAL SELECT toets.
• De i.LINK-geschikte apparatuur is niet in
gereedheid.
• Schakel de apparatuur in en maak die gereed.
• De i.LINK ingangsinstelling is niet juist. Kies de juiste i.LINK ingangsinstelling (zie Toewijzen van
de i.LINK ingangen op pagina 84).
Na een “upgrade” of een
vernieuwing van een apparaat
wordt het niet meer herkend en
kan er niet op worden ingesteld
via de i.LINK verbinding.
• Afhankelijk van hoe ingrijpend de “upgrade”
of vernieuwing is, kunnen bepaalde
apparaten niet meer herkend worden door de
versterker.
• Het kan nodig zijn de i.LINK geheugenbank in de
versterker op te frissen:
Zet de versterker in de “standby” ruststand en druk op de
STANDBY/ON toets terwijl u de OPTION+ toets
ingedrukt houdt. Wanneer er DB CLEAR? in het
uitleesvenster verschijnt, drukt u op OPTION–, en dan ter
bevestiging weer op OPTION+. Nadat u de i.LINK
geheugenbank aldus hebt teruggesteld, verschijnt er
DB CLEAR SET in het uitleesvenster. Als er DB ERROR
verschijnt, volgt u de bovenstaande aanwijzingen
opnieuw.
Bericht Betekenis
BUS FULL De i.LINK bus voor gegevensoverdracht is vol en kan niet meer gegevens doorzenden.
CANNOT LINK 1 De verbinding tussen de versterker en het gekozen i.LINK-apparaat is onstabiel. Als de i.LINK kabels wel
goed lijken te zijn aangesloten en zowel de versterker als het i.LINK-geschikte apparaat staat
ingeschakeld, schakelt u dan beide apparaten eenmaal uit en dan weer in, om de verbinding tussen beide
te herstellen.
CANNOT LINK 2 De versterker herkent de gekozen i.LINK-geschikte apparatuur niet. Zo kan bijvoorbeeld de versterker een
bepaalde personal computer met een i.LINK-aansluiting niet herkennen.
LINK CHECK De versterker controleert het i.LINK-netwerk. Het apparaat doet dit wanneer er apparaten aan het netwerk
worden toegevoegd of verwijderd. De geluidsweergave kan even onderbroken worden als deze controle
plaatsvindt tijdens het afspelen van een geluidsbron.
Aanvullende informatie
11
100
Du
USB verbinding
Diversen
Opmerking
Als het apparaat niet goed werkt en dat kan te wijten
zijn aan externe oorzaken zoals statische electriciteit,
trekt u dan de stekker uit het stopcontact en steek die
even later weer in, om de normale werking van de
versterker te herstellen.
LOOP CONNECT Het i.LINK-netwerk functioneert niet goed omdat de aangesloten apparatuur een gesloten lus vormt. Zie
Samenstellen van een i.LINK-netwerk op pagina 80 en 80 voor nadere bijzonderheden.
NO NAME Wanneer een i.LINK-geschikt apparaat geen naam heeft, verschijnt dit bericht in plaats van de
apparaatnaam.
NO SIGNAL Een apparaat verstuurt een i.LINK-signaal dat de versterker niet kan weergeven. Deze versterker kan
alleen signalen weergaven van i.LINK-Audio-geschikte apparaten. Zie Omtrent i.LINK op pagina 79 voor
nadere bijzonderheden.
PQLS OFF Deze aanduiding verschijnt wanneer de PQLS functie wordt uitgeschakeld tijdens het afspelen. De
geluidsweergave kan even onderbroken worden wanneer dit gebeurt.
PQLS ON Deze aanduiding verschijnt wanneer de PQLS functie wordt ingeschakeld tijdens het afspelen. De
geluidsweergave kan even onderbroken worden wanneer dit gebeurt.
UNKNOWN Wanneer de naam van een i.LINK-geschikt apparaat niet herkend wordt, verschijnt dit bericht in plaats
van de apparaatnaam.
Bericht Betekenis
Probleem Oorzaak Oplossing
Er klinkt geen geluid. • De computer-instellingen zijn niet juist. • Zorg dat u het computersysteem goed hebt ingesteld
voor weergave via de USB verbinding (zie Gebruik van de
USB-aansluiting op pagina 80).
• De geluidsbron, althans het materiaal dat u
probeert weer te geven, is niet geschikt voor
weergave door de USB-aansluiting.
• Probeer het met een meer recente versie van het
programma dat u gebruikt, schakel over op een ander
programma of probeer een andere geluidsbron.
• Op uw computer staat de geluidssterkte te
ver teruggedraaid.
• Stel de geluidssterkte op uw computer wat hoger in.
Eén of meer kanalen geven geen
geluid.
• De instellingen van het programma zijn niet
juist, of het programma dat u gebruikt is niet
geschikt voor meerkanaals-geluidsweergave.
• Probeer of u de instellingen van het programma kunt
aanpassen. Als dat niet werkt, gebruik dan een ander
programma of meer recente versie van het gebruikte
programma of probeer een andere geluidsbron.
• Er is een verkeerde ingangsinstelling
gekozen voor de USB-aansluiting.
• Kies de juiste ingang (zie Keuze van de USB en analoge
meerkanaals-ingangen op pagina 45).
Probleem Oorzaak Oplossing
De versterker schijnt niet goed te
reageren op indrukken van de
toetsen.
• Statische electriciteit door te droge lucht. • Schakel de stroom eenmaal uit en dan weer in. Als dat
niet het gewenste effect heeft, trekt u dan even de stekker
uit het stopconact en steekt u die even later weer in.
Eén van de Home THX 7.1-kanaal
luisterfuncties is gekozen, maar
er zijn bepaalde mogelijkheden
niet beschikbaar.
• Er is maar één middenachterluidspreker
aangesloten, of de huidige instellingen gelden
voor maar één middenachterluidspreker.
• Zorg dat er twee middenachterluidsprekers zijn
aangesloten (zie Aansluiten van de luidsprekers op pagina
24) en maak de nodige instellingen, zoals beschreven
onder Luidsprekersystemen op pagina 52.
Er schijnt een zekere vertraging
te zijn tussen de weergave van de
gewone luidsprekers en die van
de “subwoofer
lagetonenluidspreker.
• Het subwoofer-kanaal kan ietwat vertraagd
worden als het door een laagdoorlaatfilter
wordt uitgestuurd.
• Zie Automatische instellingen voor rondom-akoestiek op
pagina 35 om uw installatie opnieuw in te stellen met
behulp van het MCACC systeem (dit zal automatisch
compenseren voor de vertraging in de subwoofer-
weergave).
De versterker schijnt de laatst
gekozen geluidssterkte voor het
uitschakelen niet te onthouden.
• De versterker was uitgeschakeld
onmiddellijk na het kiezen van een andere
geluidssterkte.
• Wacht na het veranderen van de geluidssterkte
tenminste twee seconden voordat u de versterker
uitschakelt.
De versterker schijnt de laatst
gemaakte instellingen voor het
uitschakelen niet te onthouden.
• De versterker was uitgeschakeld
onmiddellijk na het kiezen van een andere
instelling.
• Wacht na het veranderen van de instelling tenminste
twee seconden voordat u de versterker uitschakelt.
Aanvullende informatie
11
101
Du
Weergaveformaten voor rondom-
akoestiek
Hieronder volgt een beknopt overzicht van de voornaamste
weergaveformaten voor rondom-akoestiek zoals u die kunt
aantreffen op DVD discs, satelliet-uitzendingen, aardstation- en
kabel-TV uitzendingen en videocassettes.
Dolby
De diverse Dolby technieken worden hieronder kort beschreven.
Zie de www.dolby.com website voor meer gedetailleerde
informatie.
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal meerkanaals-audio codeersysteem
dat algemeen toegepast wordt in bioscopen, en ook in filmgeluid
voor in de huiskamer, op DVD discs en in digitale uitzendingen.
Dit formaat biedt tot zes afzonderlijke geluidskanalen, inclusief
vijf kanalen met volledig bereik plus een speciaal LFE (lage-
frequentie effecten) kanaal dat voornamelijk dient voor diepe,
dreunende geluidseffecten; vandaar de term "5.1-kanaals" Dolby
Digital.
Naast deze standaard weergave biedt de Dolby Digital
decodeertrap ook de mogelijkheid kanalen samen te mengen
voor aanpassing aan mono, stereo en Dolby Pro Logic geluid,
met een ruime keuze aan bitwaarden en kanalen. Nog een extra
functie, dialoog-normalisatie (kortweg Dialnorm), past de
geluidssterkte aan bij het gemiddelde niveau van de dialoog ten
opzichte van het piekniveau, om een gelijkmatige weergave te
bereiken.
Dolby Digital Surround EX
Dolby Digital Surround EX (de EX staat voor EXtended,
uitgebreid) is een uitbreiding van de Dolby Digital codering
waarbij een middenachterkanaal via een matrix wordt
opgebouwd en toegevoegd aan de linker/rechter achterkanalen,
voor een complete 6.1-kanaals weergave. Dit maakt het formaat
geschikt voor Dolby Digital 5.1-kanaals decodering, naast de
eigen decodering van Dolby Digital EX.
Dolby Pro Logic IIx en Dolby Surround
Dolby Pro Logic IIx is een verbeterde versie van het Dolby Pro
Logic II (en Dolby Pro Logic) decodeer - systeem. Door toepassing
van een nieuw ontwikkeld "sturingslogica" circuit, creëert dit
systeem rondom-akoestiekweergave uit diverse geluidsbronnen,
als volgt:
Dolby Pro Logic – 4.1-kanaals geluid (mono achterkanalen)
voor elke stereo geluidsbron
Dolby Pro Logic II – 5.1-kanaals geluid (stereo
achterkanalen) voor elke stereo geluidsbron
Dolby Pro Logic IIx – 6.1 of 7.1-kanaals geluid (stereo
achterkanalen en middenachterkanalen) voor twee-kanaals
of 5.1(en 6.1)-kanaals geluidsbronnen
Met twee-kanaals geluidsbronnen wordt het ".1" lagetonen-kanaal
opgewekt door de basverwerkingscircuits in de versterker.
Dolby Surround is een codeer-systeem dat informatie voor de
akoestiekweergave vastlegt binnen een stereo geluidsspoor, op
grond waarvan een Dolby Pro Logic decodeertrap dan een
ruimtelijke akoestiekweergave kan leveren, met helder
gedetailleerd geluid.
Vervaardigd onder licentie van Dolby Laboratories.
"Dolby", "Pro Logic", "Surround EX" en het dubbele-D symbool zijn
handelsmerken van Dolby Laboratories.
DTS
De diverse DTS technieken worden hieronder kort beschreven.
Zie de www.dtstech.com website voor meer gedetailleerde
informatie.
DTS Digital Surround
DTS Digital Surround is een 5.1-kanaals audiocodeersysteem
van Digital Theater Systems Inc. dat ruime toepassing heeft
gevonden voor DVD-Video, DVD-Audio, 5.1-kanaals muziekdiscs,
digitale uitzendingen en videospelletjes. Dit formaat levert tot zes
afzonderlijke geluidskanalen, met vijf breedbandkanalen plus
een LFE kanaal. Een betere geluidskwaliteit wordt bereikt door
toepassing van een lage compressieverhouding en
hoogwaardige gegevensoverdracht tijdens de weergave.
DTS-ES
DTS-ES (de ES staat voor Extended Surround) is een
decodeerfunctie die geschikt is voor de decodering van zowel
DTS-ES Discrete 6.1 als DTS-ES Matrix 6.1 gecodeerde
geluidsbronnen. DTS-ES Discrete 6.1 geeft een 'reëel' 6.1-kanaals
geluid, met een volkomen gescheiden (discreet)
middenachterkanaal.
DTS-ES Matrix 6.1 voegt via een matrix een middenachterkanaal
toe aan de linker/rechter achterkanalen. Beide geluidsbronnen
zijn ook geschikt voor verwerking door een conventionele DTS
5.1-kanaals decodeertrap.
DTS Neo:6
DTS Neo:6 kan 6.1-kanaals akoestiekweergave leveren met elke
matrix-gebaseerde stereobron (zoals video en TV) en ook met 5.1-
kanaals bronnen. Dit formaat gebruikt zowel de kanaal-
informatie die al in de bron gecodeerd is, als zijn eigen
verwerkingssysteem voor het lokaliseren van de kanalen (met
twee-kanaals geluidsbronnen wordt het ".1" lagetonen-kanaal
opgewekt door de basverwerkingscircuits in de versterker). Er
zijn twee luisterfuncties (Cinema en Muziek) beschikbaar bij
gebruik van DTS Neo:6 met twee-kanaals geluidsbronnen.
DTS 96/24
DTS 96/24 is een uitbreiding van de oorspronkelijke DTS Digital
Surround, die topkwaliteit geluidsweergave biedt van 96 kHz / 24-
bit audio met behulp van een DTS 96/24 decodeertrap. Dit
formaat is ook volledig geschikt voor alle bestaande
decodeersystemen. Dat houdt in dat ook DVD-spelers dit soort
geluidsbronnen kunnen weergeven met een conventionele DTS
5.1-kanaals decodeertrap.
"DTS", "DTS-ES", "DTS 96/24" en "Neo:6" zijn handelsmerken van
Digital Theater Systems, Inc.
Windows Media
®
Audio 9 Professional
Windows Media
®
Audio 9 Professional (WMA9 Pro) is een
discreet akoestiekformaat ontwikkeld door de Microsoft
Corporation.
WMA9 Pro is geschikt voor volledige 5.1/7.1-kanaals weergave
met bemonsteringsfrequenties tot 24-bit/96 kHz. Met de eigen
unieke WMA compressietechniek levert WMA9 Pro
meerkanaals-muziek en filmgeluid over snelle internet-
netwerken met lage bitwaarden en minimale aantasting van de
geluidskwaliteit. De weergave kan plaatsvinden via de Windows
Media
®
Player 9 Series (of door anderen ontwikkelde
mediaspelers) op een personal computer, of met een audio/
video-versterker met ingebouwde WMA9 Pro decodeertrap.
Windows Media
®
en het Windows beeldmerk zijn handelsmerken
of gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de
Verenigde Staten en/of andere landen.
Aanvullende informatie
11
102
Du
PCM (Puls-Code Modulatie)
PCM (ook bekend als lineaire PCM) is een digitaal audio-
codeersysteem dat geen gebruik maakt van compressie om de
hoeveelheid gegevens te beperken die nodig is voor de weergave
van analoge geluidssignalen. PCM audio wordt aangetroffen op
CD’s en sommige DVD’s.
Omtrent THX
®
THX is een exclusief stel normen en technieken ontwikkeld door
de wereldberoemde filmproductie-maatschappij, Lucasfilm Ltd.
Deze normen en technieken werden ontwikkeld voor het
samenstellen van filmgeluid, voor weergave in bioscoopzalen
evenals in uw huisbioscoop, om zo levensecht mogelijk de
intenties van de filmakers over te brengen.
De THX technieken worden hieronder kort beschreven. Zie de
www.thx.com website voor meer gedetailleerde informatie.
THX Cinema™ verwerking
De THX technici ontwikkelden diverse gepatenteerde technieken
om zo accuraat mogelijk het ruimtelijke bioscoopgeluid in de
huiskamer weer te geven, met correctie van de inherente
afwijkingen in klankkleur en ruimtelijke diepgang. Wanneer de
THX aanduiding oplicht in het uitleesvenster, worden de THX
functies automatisch toegevoegd aan de Cinema luisterfuncties
(zie Gebruik van de Home THX functies op pagina 41).
Re-Equalization™
De klankkleur van een filmgeluidsspoor kan vaak extreem scherp
en schel overkomen bij weergave via gewone geluidsapparatuur
in de huiskamer, omdat het filmgeluid werd samengesteld voor
weergave in grote bioscoopzalen via totaal andere professionele
apparatuur. Re-Equalization zorgt voor correctie van de
klankkleur, zodat u kunt genieten van een fraai natuurlijk
klinkend filmgeluid in uw eigen huiskamer.
Timbre Matching™
Deze functie filtert het geluid dat naar de achterluidsprekers
gestuurd wordt, om het beter aan te passen bij het geluid via de
voorluidsprekers. Dit zorgt voor een soepele, ongemerkte
overgang tussen de voor- en achterluidsprekers bij alle
bewegingseffecten.
Adaptive Decorrelation™
Door de tijd en fase van het ene akoestiekkanaal ietwat te
verschuiven ten opzichte van het andere akoestiekkanaal, zorgt
de Adaptive Decorrelation voor een verruiming van de optimale
luisterpositie, met dezelfde ruimtelijke akoestiekbeleving als in
een bioscoopzaal met behulp van slechts twee gewone
luidsprekers.
THX Ultra2™
Voordat enige huisbioscoop-apparatuur de THX Ultra2™
certificatie kan verdienen, moet de apparatuur voorzien zijn van
alle hier genoemde functies en bovendien een strenge serie tests
hebben doorstaan op ontwerpkwaliteit en prestaties. THX
Ultra2™ vereisten strekken zich uit tot elk aspect van het product,
inclusief de werking en prestaties van de voorversterkertrap en
letterlijk honderden andere parameters op zowel digitaal als
analoog audiogebied.
THX Surround EX™
THX Surround EX-Dolby Digital Surround EX is een gezamelijke
ontwikkeling van THX Ltd. en Dolby Laboratories. Deze techniek
biedt een extra middenachterkanaal, voor een grotere diepte,
ruimtelijke akoestiek, een duidelijk gelocaliseerd geluidsbeeld en
een heldere detaillering achter de luisteraar.
Dit product kan de THX Surround EX functie ook inschakelen
tijdens de weergave van 5.1-kanaals geluidsmateriaal dat niet
met Dolby Digital Surround EX gecodeerd is. In een dergelijk
geval kan de informatie die wordt overgebracht naar het
middenachterkanaal wel eens onverwachte resultaten
opleveren.
Advanced Speaker Array™ (ASA)
Door het opstellen van uw huisbioscoop-installatie met gebruik
van alle acht luidsprekeruitgangen en de twee
middenachterluidsprekers dicht bijeen geplaatst, zoals getoond
in de schematische voorstelling onder
THX luidsprekersysteem-
opstelling
op pagina 91, zal de rondom-akoestiekbeleving ideaal
geschikt zijn voor de THX Ultra2™ Cinema en THX MusicMode
functies.
THX's ASA-circuits zullen automatisch alle DTS-ES (Matrix en
6.1Discrete) en Dolby Digital Surround EX gecodeerde
filmgeluidssporen optimaal verwerken voor een juiste weergave
met gebruik van alle 8 luidsprekers.
Houd er rekening mee dat in sommige Dolby Digital Surround EX
filmgeluidssporen het digitale vlagsignaal ontbreekt waarmee de
ASA automatisch wordt ingeschakeld. Als u weet dat de film die
u bekijkt is opgenomen met een Surround EX codering, kunt u zo
nodig ook handmatig de THX Surround EX weergavefunctie
inschakelen.
THX Ultra2™ Cinema functie
Deze functie dient voor weergave van 5.1-kanaals filmgeluid met
gebruik van alle 8 luidsprekers, voor de best mogelijke beleving
van speelfilms. Bij deze functie zorgt de ASA verwerking voor een
uitgebalanceerde menging van de achterluidsprekers opzij en de
middenachterluidsprekers, voor een harmonisch samenspel van
achtergrondgeluid en specifiek gerichte akoestiekweergave.
THX MusicMode™
De ASA techniek optimaliseert de weergave van 5.1-gecodeerde
muziekbronnen zoals DTS en Dolby Digital, met gebruik van alle
8 luidsprekers in uw opstelling.
Boundary Gain Compensation™
Afhankelijk van uw luisterplaats en de opstelling van uw
"subwoofer" lagetonenluidspreker, kunt u wel eens
geconfronteerd worden met al te opdringerige bassen. Dit
resonantiebeperkingssysteem compenseert voor de boemerige
lage tonen die worden veroorzaakt door het zgn. "boundary gain
effect". Deze functie werkt in combinatie met een subwoofer die
gewaarmerkt is volgens de THX Ultra2™ specificaties.
THX en Ultra 2 zijn handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken van THX Ltd. Surround EX is een in samenwerking
ontwikkelde technologie van THX en Dolby Laboratories en is een
handelsmerk van Dolby Laboratories. Gebruikt met toestemming
van de eigenaar. Alle rechten voorbehouden.
Onderhoud van de buitenkant van
het apparaat
Gebruik een zachte, droge doek om stof en vuil van de
ombouw te verwijderen.
Hardnekkig vuil kunt u verwijderen met een zachte, licht
vochtige doek met wat zeepsop van een scheutje mild
afwasmiddel in vijf of zes delen water, grondig
uitgewrongen, om het apparaat vervolgens goed na te
drogen met een droge doek. Gebruik nooit andere
reinigingsmiddelen of wrijfwas.
Gebruik geen thinner, wasbenzine, spuitbusmiddelen of
andere chemicaliën op of vlakbij dit apparaat, want dat zou
corrosie van het oppervlak kunnen veroorzaken.
Aanvullende informatie
11
103
Du
Technische gegevens
Versterker-gedeelte
Continu uitgangsvermogen (stereo-weergave)
Voorkanalen. . . . .170 W + 170 W (DIN 1 kHz, THV 1 %,
6 )
Continu uitgangsvermogen (akoestiek-weergave)
Voorkanalen. . . . .170 W + 170 W (DIN 1 kHz, THV 1 %, 6 )
Middenkanaal . . . . . . . . . . .170 W (DIN 1 kHz, THV 1 %,
6 )
Achterkanalen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 170 W + 170 W
(DIN 1 kHz, THV 1 %,
6 )
Middenachterkanalen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 170 W + 170 W
(DIN 1 kHz, THV 1 %,
6 )
Nominaal uitgangsvermogen . . . . . . . . . . . . 150 W + 150 W
(20 Hz–20 kHz, THV 0,09%,
6 )
Bovenstaande specificaties gelden bij een
stroomvoorziening van 230 V.
Audio-gedeelte
Ingangen (gevoeligheid/impedantie)
PHONO MM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4,7 mV/47 k
LINE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .382 mV/47 k
Phono-oversturingsniveau (T.H.V. 0,1%, 1kHz)
PHONO MM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120 mV
Frequentiebereik
PHONO MM . . . . . . . . . . . . 20 Hz tot 20.000 Hz ± 0,3 dB
LINE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Hz tot 100.000 Hz dB
Uitgangen (niveau/impedantie)
LINE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 382 mV/2,2 k
Toonregeling
BASS (laag) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ± 6 dB (100 Hz)
TREBLE (hoog) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ± 6 dB (10 kHz)
LOUDNESS (fysiologisch). . . +4/+2 dB (100Hz/10 kHz)
(bij volume-instelling –40 dB)
Signaal/ruisverhouding (IHF, kortgesloten, A-netwerk)
PHONO MM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .86 dB
LINE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .105 dB
Signaal/ruisverhouding [DIN (continu nominaal
uitgangsvermogen/50 mW)]
PHONO MM . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70/68 dB
LINE. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 93/73 dB
Video-gedeelte
Ingangen (gevoeligheid/impedantie) . . . . . . . . . . 1 Vt-t/75
Uitgangen (niveau/impedantie). . . . . . . . . . . . . . . 1 Vt-t/75
Signaal/ruisverhouding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .70 dB
Frequentiebereik . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Hz tot 10 MHz dB
Component-video gedeelte
Ingangen (gevoeligheid/impedantie) . . . . . . . . . . 1 Vt-t/75
Uitgangen (niveau/impedantie). . . . . . . . . . . . . . . 1 Vt-t/75
Signaal/ruisverhouding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .70 dB
Frequentiebereik . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Hz tot 100 MHz dB
Algemeen
Stroomvereiste. . . . . . . . . 220-230 V Wisselstroom, 50/60 Hz
Stroomverbruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .725 W
Stroomverbruik in “standby” ruststand . . . . . . . . . . . 0,65 W
Netstroomuitgang
SWITCHED (geschakeld) . . . . . . . . . . 100 W (0,4 A) MAX
Afmetingen. . . . . . . . . . . . . . .440 (B) × 210 (H) × 476 (D) mm
Gewicht (netto). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34,0 kg
Bijgeleverd toebehoren
Microfoon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Afstandsbediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Afstandsbediening-oplaadapparaat. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Netspanningsadapter . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Netstroom-verloopsnoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Netsnoer. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
U-vormige kortsluitstekkers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
IJkingsdisc . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Gids voor de meerkanaals-audio luidsprekerinstellingen . . 1
Deze gebruiksaanwijzing . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1
Opmerking
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
zonder kennisgeving voorbehouden, in verband met
eventuele verbeteringen.
<04B00001> Printed in Japan <ARC7503-A>
Uitgegeven door Pioneer Corporation.
Copyright © 2004 Pioneer Corporation.
Alle rechten voorbehouden.
89


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Pioneer VSA-AX10AI at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Pioneer VSA-AX10AI in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 3,03 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info