4
1.1 AFSTANDSBEDIENING
Met uw “5 in 1-afstandsbediening” kunt u de meeste Philips audio/videotoestellen in diverse
modi bedienen:
satellietontvanger, TV, videocassetterecorder, DVD en versterker/tuner.
Door één druk op de MODE-knop wordt u via knipperlichtjes herinnerd aan de modus waarin u
zich bevindt: links voor SAT, midden voor TV, rechts voor VCR, links/midden voor DVD,
midden/rechts voor Amp/Tuner.
Om de modus in te stellen, moet u meerdere keren op de MODE-toets drukken tot de gewenste
modus verschijnt. De volgorde is: SAT->TV->VCR->DVD->Amp/Tuner.
Bij iedere druk op een toets knipperen lichtjes om aan te geven in welke modus u zich bevindt.
Opmerking:
sommige toetsen zijn sneltoetsen om naar andere modi over te schakelen. In dit geval wordt de
actieve modus niet aangegeven! (wanneer u zich bijvoorbeeld in VCR-modus bevindt, gaat bij
een druk op de volumetoetsen het controlelampje TV in het midden branden).
In Hoofdstuk 16 vindt u informatie over de beschikbare TV-, videocassetterecorder-, DVD- en
versterker/tunerfuncties.
SATELLIETMODUS (SAT)
+
: Uitgebreide
informatie over een
programma of het
instellen van taal
en/of ondertiteling.
INFO : Voor het in beeld
brengen van infor-
matiebalken met
informatie over het
programma.
OK : Toets waarmee u
een gekozen optie
bevestigt.
MENU : Om toegang te
krijgen tot het
hoofdmenu.
cc
: Uitzetten van het
geluid.
TV/SAT: Om te schakelen
tussen ontvangst via
uw digitale decoder
of direct via uw TV-
kabelaansluiting.
: Het activeren en
deactiveren van u
favoriete kanalen
EPG: ELECTRONISCHE
PROGRAMMAGIDS
met informatie over
de programma’s.
CB : Toetsen om door de
VW menu’s heen te
lopen, door de
programma’s te
lopen of om het
volume in te stellen
A, B, C, : Functietoetsen.
D, E
22
: Aan/Uit knop
(stand-by).
SERV : Informatie over het
abonnement.
+ - : regelt het volume
van de TV
.
: Om terug te gaan
naar een
TV-programma.