Tijdens het kalilbratieproces verschijnen er een aantal voorgedefinieerde zwart-wit vlakken op
het beeldscherm. De bundelstromen van het rode, groene en blauwe kanon worden nauwkeurig
gemeten en vergeleken met de oorspronkelijke standaardwaarden. Door de versterkingswaarde
per kanon opnieuw in te stellen, worden afwijkingen tot nul gereduceerd. Standaardwaarden
worden bij de productie ingesteld. Als de gebruiker een nieuwe kleurtemperatuur vastlegt, geldt
deze instelling als de nieuwe standaardwaarde.
29. Wanneer moet een monitor gekalibreerd worden?
Het kalibratieproces neemt minder dan zes seconden in beslag. Tijdens het kalibreren worden
er verschillende vlakken getoond. Na beëindiging van het proces wordt het oorspronkelijke
beeld weer getoond. Het is niet nodig de monitor telkens opnieuw te kalibreren. Hij moet wel
opgewarmd zijn. ‘Auto Calibration’ wordt uitgevoerd als de monitor een signaal ontvangt dat
erop duidt dat de slaap- / standby-stand wordt geactiveerd.
30. Welke monitors van Philips zijn uitgerust met ‘Auto Calibrate’?
’Auto Calibrate’ is momenteel verkrijgbaar bij de nieuwe 202P, 201B en 109P.
31. In het Main Menu (Hoofdmenu) verschijnt ‘OSD MAIN MENU LOCKED’ (OSD-hoofdmenu
geblokkeerd). Het indrukken van de regelaars aan de voorzijde heeft geen effect. Hoe kan
ik deze functie deblokkeren?
Houd de OSD-toets circa tien seconden ingedrukt tot de melding ‘OSD MAIN MENU
UNLOCKED’ (OSD-hoofdmenu gedeblokkeerd) verschijnt.
32. Ik krijg de boodschap ‘NO SYNC INPUT’; hoe verwijder ik die?
Controleer de volgende onderdelen:
● Kijk of de pennen van de videokabel verbogen zijn.
● Zet de computer aan als dit nog niet het geval is.
● Kijk of de VGA-kabel goed is aangesloten.