2
i
COMFORT
48
5. Airconditioning AAN/UIT
(handbediende airconditioning)
De airconditioning kan tijdens
alle seizoenen effectief ge-
bruikt worden, mits de ruiten
zijn gesloten:
De achterruitverwarming kan
worden ingeschakeld met de
toets op het bedieningspaneel
van de verwarming of aircondi-
tioning.
ACHTERRUITVERWARMING
Schakel, zodra de omstandighe-
den het toelaten, de achterruit-
en buitenspiegelverwarming uit
omdat een gering stroomver-
bruik leidt tot een verlaging van
het brandstofverbruik.
Als de motor wordt afgezet
voordat de achterruitverwarming
automatisch wordt uitgeschakeld,
wordt de achterruitverwarming
weer ingeschakeld als de motor
weer wordt gestart.
AAN
De achterruitverwarming werkt uitslui-
tend bij draaiende motor.
Druk op deze toets om de achter-
ruit en de buitenspiegels te ontwa-
semen. Het verklikkerlampje van de
toets gaat branden.
UIT
De achterruitverwarming wordt automa-
tisch uitgeschakeld om onnodig brand-
stofverbruik te voorkomen.
U kunt de achterruitverwarming ook
eerder uitschakelen door nogmaals
op de toets te drukken. Het verklik-
kerlampje van de toets gaat uit.
- 's zomers: om de temperatuur in het
interieur te verlagen,
- 's winters, bij vorst: om de ruiten snel
te ontwasemen.
AAN
Druk op de toets "A/C", het
verklikkerlampje gaat branden.
De airconditioning werkt niet als de
knop van de luchtopbrengst 2 in de
stand "0" staat.
UIT
Druk nogmaals op de toets "A/C",
het verklikkerlampje gaat uit.