1
CONTROLE TIJDENS HET RIJDEN
25
Koelvloeistoftemperatuurmeter
De koelvloeistoftemperatuurmeter geeft
de bestuurder tijdens het rijden informa-
tie over de koelvloeistoftemperatuur.
Als bij draaiende motor de wijzer zich
bevindt in:
- zone A, is de temperatuur in orde,
- zone B, is de temperatuur te hoog. Het
verklikkerlampje te hoge koelvloeistof-
temperatuur 1 gaat branden in combi-
natie met het verklikkerlampje STOP,
een geluidssignaal en een melding op
het multifunctionele display.
Stop zo snel mogelijk op een veilige
plaats.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt.
De temperatuur en de druk in het koel-
circuit beginnen na enkele minuten rij-
den te stijgen.
Alvorens koelvloeistof bij te vullen:
wacht tot de motor is afgekoeld,
draai de dop twee omwentelingen
los om de druk te laten dalen,
verwijder vervolgens de dop,
vul bij tot aan het merkteken
"MAXI".
Motorolietemperatuurmeter
De motorolietemperatuurmeter geeft de
bestuurder tijdens het rijden informatie
over de motorolietemperatuur.
Als bij draaiende motor de wijzer zich
bevindt in:
- zone C, is de temperatuur in orde,
- zone D, is de temperatuur te hoog.
Het verklikkerlampje motoroliedruk
gaat branden in combinatie met het
verklikkerlampje STOP, een geluids-
signaal en een melding op het multi-
functionele display.
Stop zo snel mogelijk op een veilige
plaats.
Raadpleeg een PEUGEOT-service-
punt.