deze positie worden gedraaid.
Plaats twee grote koppen vlak naast 5.
elkaar op het rooster (1).
Druk één van de beide starttoetsen 6.
(9) of (13) in om het ontluchten
te starten. Tijdens de ingebruikname
wordt het aantal vereiste spoelproce-
dures elektronisch vastgesteld. Als er
meerdere noodzakelijk zijn, dan wordt
er na telkens 45 seconden afgebroken
en de gereedheidsindicator
(11) knip-
pert weer groen.
Maak eventueel de opvangbak leeg 7.
en druk opnieuw op één van de beide
starttoetsen
(9) of (13).
Zodra er voldoende werd gespoeld, 8.
gaat de gereedheidsindicator
(11)
rood branden en het water wordt ver-
hit. Draai de regelknop (7) in de uit-
gangspositie
.
Grijp tijdens de spoelprocedures niet
in. Neem de watertank (5) er niet uit en
trek niet aan de netstekker, anders moet u
de ingebruikname opnieuw starten.
Koffie
Koffie-softpads
U kunt alle gangbare koffie-softpads met
7 cm buitendiameter gebruiken (koffieho-
eveelheid ca. 7 g). Koffiepads met kleinere
diameter leveren geen optimale koffie.
Hardpads die voor espressomachines
worden aangeboden en pads met toe-
voegingen voor cappuccino e.d. zijn niet
bruikbaar.
Doe nooit beschadigde pads, los
koffiepoeder of instantkoffie in de pad-
cassette (4), deze zou verstopt raken
en de regelknop (7) blokkeren, zodat de
padcassette (4) er niet meer kan worden
uitgehaald. Mocht dit toch eens een keer
gebeuren, lees dan a.u.b. de instructies in
de paragraaf „Hulp bij storingen“ door.
De hoeveelheid koffiepoeder in een pad
is optimaal afgestemd op een kopje à
125 ml. In aanleveringstoestand zijn de
volgende vulhoeveelheden standaard in-
gesteld:
Starttoets
(9) ca. 125 ml optimaal
voor 1 pad
Starttoets
(13) ca. 250 ml optimaal
voor 2 pads
U kunt de vulhoeveelheid per kop volgens
uw persoonlijke wensen variëren en zodo-
ende de sterte van de koffie veranderen.
Lees hiervoor de paragraaf “Program-
meermodus” door.
Padcassette
Draai de regelknop (7) tot in de positie
en meteen weer terug naar de uitgangs-
positie
. De padcassette (4) wordt daar-
door enigszins uit de koffiezetkamer ge-
schoven zodat deze er gemakkelijker kan
worden uitgehaald.
De padcassette (4) kan van twee kanten
worden gebruikt. De met aangeduide
kant is bestemd voor één koffiepad en de
met aangeduide kant voor twee koffie-
pads.
Hoe zorgvuldiger u de koffiepads erinlegt,
des te beter lukt de koffie. Volg daarom de
volgende instructies op:
Verdeel het poeder in de koffiepad, •
voordat u dit erinlegt, gelijkmatig tot aan
de rand.
Gebruik van een koffiepad: klop het kof-•
fiepad na het aanbrengen lucht aan met
de vingertoppen, zodat er in het midden
ervan een kleine uitsparing ontstaat.
Let erop dat de papieren rand van het
koffiepad vlak in de uitsparing van de
padcassette (4) ligt en er niet uitsteekt
of naar binnen gevouwen is. Gebruik
van twee koffiepads: Druk het onderste
koffiepad stevig in de uitsparing van
de padcassette (4), hierbij wordt de
papieren rad ervan omhooggedrukt.
Breng vervolgens het tweede koffiepad
in overeenstemming met de hierboven
beschreven methode voor één koffie-
pad aan.