40698
5
Zoom out
Zoom in
Previous page
1/219
Next page
Handleiding
De fabrikant behoudt zich het recht voor zonder voorafgaande berichtgeving wijzigingen in
specificaties, ontwerp en beschikbaarheid aan te brengen.
AP025705/NL Copyright © PENTAX Corporation 2007
FOM 01.07.2007 Printed in Europe
PENTAX Corporation 2-36-9, Maeno-cho, Itabashi-ku, Tokyo 174-8639, JAPAN
(http://www.pentax.co.jp/english)
PENTAX Europe GmbH
(European Headquarters)
Julius-Vosseler-Strasse, 104, 22527 Hamburg, GERMANY
(HQ - http://www.pentaxeurope.com)
(Germany - http://www.pentax.de)
Hotline: 0180 5 736829 / 0180 5 PENTAX
Austria Hotline: 0820 820 255 (http://www.pentax.at)
PENTAX U.K. Limited PENTAX House,
Heron Drive, Langley, Slough, Berks SL3 8PN, U.K.
(http://www.pentax.co.uk) Hotline: 0870 736 8299
PENTAX France S.A.S.
112 Quai de Bezons - BP 204, 95106 Argenteuil Cedex, FRANCE
(http://www.pentax.fr)
Hotline: 0826 103 163 (0,15€ la minute) Fax: 01 30 25 75 76
Email: http://www.pentax.fr/_fr/photo/
contact.php?photo&contact
PENTAX Italia S.r.l. Via Dione Cassio, 15 20138 Milano, ITALY
(http://www.pentaxitalia.it)
Hotline: + 39-02-509958.1
PENTAX (Schweiz) AG Widenholzstrasse 1, 8304 Wallisellen,
Postfach 367, 8305 Dietlikon, SWITZERLAND
(http://www.pentax.ch)
PENTAX Scandinavia AB P.O. Box 650, 75127 Uppsala, SWEDEN
(http://www.pentax.se)
PENTAX Imaging Company
A Division of PENTAX
of America, Inc.
(Headquarters)
600 12th Street, Suite 300 Golden, Colorado 80401, U.S.A.
(PENTAX Service Department)
12000 Zuni Street, Suite 100B
Westminster, Colorado 80234, U.S.A.
(http://www.pentaximaging.com)
PENTAX Canada Inc. 1770 Argentia Road Mississauga, Ontario L5N 3S7, CANADA
(http://www.pentax.ca)
Handleiding
Lees voor optimale cameraprestaties eerst de handleiding
door voordat u deze camera in gebruik neemt.
Digitale spiegelreflexcamera
e
_
kb459
_
cover
_
7
.
fm
Page
1
Thursday
,
June
14
,
2007
3:49
PM
Fijn dat u hebt gekozen voor de PENTAX s digitale camera.
Lees dit document voor gebruik door om de functies van de camera optimaal
te kunnen benutten. Bewaar deze handleiding op een veilige plaats; hij kan
een waardevol hulpmiddel zijn om inzicht te krijgen in alle mogelijkheden van
de camera.
Geschikte objectieven
Voor deze camera zijn alle DA, D FA en FA J-objectieven en objectieven met een s-stand
(automatisch) op de diafragmaring geschikt.
Zie pagina 37 en 188 als u een ander objectief of accessoire wilt gebruiken.
Auteursrechten
Met de s gemaakte opnamen die voor elk ander doel dan strikt persoonlijk
gebruik zijn bestemd, mogen niet worden gebruikt zonder toestemming volgens de rechten
zoals neergelegd in de auteursrechtwetgeving. Houd altijd rekening met het volgende:
in sommige gevallen is zelfs het fotograferen voor persoonlijk gebruik aan beperkingen
gebonden, zoals bij demonstraties, voorstellingen of presentaties. Opnamen die zijn
gemaakt met het doel om auteursrechten te verkrijgen, kunnen ook niet worden gebruikt
buiten het gebruiksbereik van het auteursrecht zoals beschreven in de
auteursrechtwetgeving. Ook hiermee dient men rekening te houden.
Handelsmerken
PENTAX, s en smc PENTAX zijn handelsmerken van PENTAX Corporation.
PENTAX PHOTO Browser, PENTAX PHOTO Laboratory en SMD zijn handelsmerken
van PENTAX Corporation.
Dit product ondersteunt PRINT Image Matching III. Met digitale fotocamera’s, printers en
software die PRINT Image Matching ondersteunen, kunnen fotografen opnamen produceren
die hun bedoelingen beter benaderen. Sommige functies zijn niet beschikbaar op printers
die PRINT Image Matching III niet ondersteunen.
Copyright 2001 Seiko Epson Corporation. Alle rechten voorbehouden.
PRINT Image Matching is een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
Het PRINT Image Matching-logo is een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
Het SDHC-logo is een handelsmerk.
Alle overige merk- of productnamen zijn handelsmerken of wettig gedeponeerde
handelsmerken van de betreffende bedrijven.
Aan de gebruikers van deze camera
De kans bestaat dat opgenomen gegevens worden gewist of dat de camera niet naar
behoren functioneert bij gebruik in omgevingen met installaties die sterke elektromagnetische
straling of magnetische velden opwekken.
Het paneel met vloeibare kristallen in het LCD is gemaakt met behulp van extreem hoge-
precisietechnologie. Hoewel het percentage werkende pixels 99,99% of hoger is, dient
u er rekening mee te houden dat 0,01% of minder van de pixels niet oplicht of juist wel
oplicht wanneer dat niet zou moeten. Dit heeft echter geen effect op het opgenomen beeld.
Meer over PictBridge
Met PictBridge kan de gebruiker de digitale camera rechtstreeks aansluiten op een printer,
waarbij gebruik wordt gemaakt van de universele standaard voor de rechtstreekse uitvoer
van opnamen. Met een paar eenvoudige handelingen kunt u opnamen rechtstreeks vanuit
de camera afdrukken.
De illustraties en het weergavescherm van de LCD-monitor in deze handleiding kunnen
afwijken van het feitelijke product.
e_kb459.book Page 0 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
1
We hebben de grootst mogelijke aandacht besteed aan de veiligheid van dit
product. Bij gebruik van dit product vragen we om uw speciale aandacht voor
zaken die zijn aangeduid met de volgende symbolen.
Waarschuwing
Probeer de camera niet uit elkaar te halen of te veranderen. De camera bevat
onderdelen die onder hoogspanning staan, waardoor er gevaar voor elektrische
schokken bestaat.
Mocht het binnenwerk van de camera open liggen, bijvoorbeeld doordat de camera
valt of anderszins wordt beschadigd, raak dan nooit het vrijgekomen gedeelte aan,
aangezien er gevaar is voor een elektrische schok.
Houd de SD-geheugenkaart buiten bereik van kleine kinderen om het risico te vermijden
dat de kaart per ongeluk wordt ingeslikt. Mocht de kaart toch worden ingeslikt, ga dan
onmiddellijk naar een arts.
De camerariem om uw nek wikkelen kan gevaarlijk zijn. Pas vooral op dat kinderen
de riem niet om hun nek wikkelen.
Kijk niet rechtstreeks naar de zon door de camera, omdat uw ogen bij blootstelling
aan direct zonlicht beschadiging kunnen oplopen. Kijk niet recht in de zon door
een teleobjectief, aangezien dit kan leiden tot blindheid.
Bewaar batterijen altijd buiten het bereik van kinderen. Mocht een kind per ongeluk
een batterij inslikken, dan moet u onmiddellijk een arts raadplegen.
Gebruik uitsluitend de exclusief voor dit product ontwikkelde netvoedingsadapter met
het juiste vermogen en de juiste spanning. Gebruik van een netvoedingsadapter met
andere specificaties dan voorgeschreven voor dit product, kan brand, elektrische
schokken of schade aan de camera veroorzaken.
Als zich tijdens het gebruik onregelmatigheden voordoen, zoals rook of een vreemde
geur, houd dan onmiddellijk op de camera te gebruiken. Verwijder de batterijen of
de netvoedingsadapter en neem contact op met het dichtstbijzijnde PENTAX Service
Center. Verder gebruik van de camera kan brand of elektrische schokken veroorzaken.
Schakel tijdens onweer de netvoedingsadapter uit en haal deze uit het stopcontact.
Onweer kan storing in de apparatuur, brand of elektrische schokken veroorzaken.
VEILIG GEBRUIK VAN DE CAMERA
Waarschuwing
Dit symbool geeft aan dat het niet in acht nemen van deze
waarschuwing ernstig persoonlijk letsel kan veroorzaken.
Pas op
Dit symbool geeft aan dat het niet in acht nemen van deze
waarschuwing minder ernstig tot gemiddeld persoonlijk
letsel of materiële schade kan veroorzaken.
OVER DE CAMERA
e_kb459.book Page 1 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
2
Pas op
Probeer nooit de batterijen kort te sluiten of aan vuur bloot te stellen. Demonteer de
batterijen nooit. De batterijen kunnen exploderen of vlam vatten.
Van de batterijen die u in deze camera kunt gebruiken (type AA, Ni-MH, lithium of
alkaline, en CR-V3), zijn alleen de Ni-MH-batterijen oplaadbaar. Het opladen van
andere batterijen kan brand of een explosie veroorzaken.
Als de batterijen heet worden of beginnen te roken, moet u deze onmiddellijk uit de
camera halen. Pas op dat u zichzelf niet brandt bij het verwijderen van de batterij.
Sommige delen van de camera worden tijdens het gebruik heet. Als dergelijke
onderdelen lang worden vastgehouden, is er gevaar voor lichte verbrandingen.
Leg uw vingers of een kledingstuk niet over de flitser wanneer u deze gebruikt.
Uw huid of kleding kan verbranden.
Verminder de kans op ongelukken: gebruik uitsluitend een stroomsnoer met CSA/UL-
certificering, snoertype SPT-2 of zwaarder, minimaal AWG-koper NO.18, met aan
het ene uiteinde een gegoten mannelijke stekker (met een gespecificeerde NEMA-
configuratie), en aan het andere uiteinde een gegoten vrouwelijke connector (met een
gespecificeerde IEC-configuratie van een niet-industrieel type) of een gelijkwaardig
stroomsnoer.
Gebruik alleen de aangegeven batterijen in deze camera. Het gebruik van andere
batterijen kan brand of ontploffing veroorzaken.
Vervang alle batterijen tegelijk. Combineer geen batterijen van een verschillend merk
of type, of oude met nieuwe. Exploderen of brand kan het gevolg zijn.
De batterijen dienen correct te worden geplaatst volgens de poolaanduidingen (+ en –)
op de batterijen en in de camera. Onjuist plaatsen van batterijen kan een explosie of
brand veroorzaken.
Demonteer de batterijen nooit. Van de batterijen die u in deze camera kunt gebruiken,
zijn alleen de Ni-MH-batterijen oplaadbaar. Het demonteren van batterijen of het
proberen niet-oplaadbare batterijen op te laden, kan leiden tot een explosie of lekkage.
Neem, als u op reis gaat, het document Worldwide Service Network mee dat deel
uitmaakt van het pakket. Dit komt van pas bij problemen in het buitenland.
Wanneer de camera lange tijd niet is gebruikt, ga dan na of alles nog goed werkt,
vooral als u er belangrijke opnamen mee wilt maken (bijvoorbeeld huwelijksfoto’s
of opnamen op reis). Opnamen kunnen niet worden gegarandeerd als opnemen,
weergeven of het overzetten van de gegevens naar een computer enz. niet mogelijk is
als gevolg van een defect aan de camera of aan de opnamemedia (SD-geheugenkaart)
enz.
Maak het product niet schoon met organische oplosmiddelen zoals verfverdunner,
alcohol of wasbenzine.
Stel de camera niet bloot aan hoge temperaturen of hoge luchtvochtigheid. Laat de
camera niet achter in een voertuig, omdat met name in auto’s de temperatuur zeer
hoog kan oplopen.
BATTERIJGEBRUIK
Aandachtspunten tijdens het gebruik
e_kb459.book Page 2 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
3
Berg de camera niet op een plaats op met conserveermiddelen en chemicaliën.
Opslag in ruimten met hoge temperaturen en een hoge luchtvochtigheid kan
schimmelvorming veroorzaken. Haal de camera uit de tas en berg deze op een
droge en goed geventileerde plaats op.
Deze camera is niet waterdicht en dient niet te worden gebruikt in de regen of op
plaatsen waar de camera nat zou kunnen worden.
Stel de camera niet bloot aan zware trillingen, schokken of druk. Gebruik een kussen
om de camera te beschermen tegen trillingen van een motor, auto of schip.
Het temperatuurbereik voor gebruik van de camera is 0° tot 40° C (32°F tot 104°F).
Het LCD kan zwart worden bij hoge temperaturen, maar wordt weer normaal bij een
normale omgevingstemperatuur.
De reactiesnelheid van het LCD kan traag worden bij lage temperaturen. Dit ligt aan
de eigenschappen van de vloeistofkristallen en is geen defect.
Laat de camera om de één tot twee jaar nakijken teneinde de prestaties van het
product op peil te houden.
Plotselinge temperatuurschommelingen veroorzaken condensvorming aan de binnen-
en buitenkant van de camera. Doe de camera in de draagtas of een plastic zak en
haal deze er pas uit als het temperatuurverschil tussen de camera en de omgeving
minimaal is geworden.
Vermijd contact met afval, modder, zand, stof, water, gifgassen of zouten, aangezien
de camera hierdoor defect kan raken. Als er regen- of waterdruppels op de camera
komt, veeg deze dan droog.
Zie “Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een SD-geheugenkaart” (p.30) voor
meer informatie over de SD-geheugenkaart.
Verwijder stof dat zich op het objectief of de zoeker heeft verzameld met een lenskwastje.
Gebruik nooit een spuitbus voor het schoonmaken, omdat het objectief hierdoor
beschadigd kan raken.
Druk niet met kracht op de LCD-monitor. De kans bestaat dat de monitor hierdoor
breekt of niet meer naar behoren functioneert.
Informatie over registratie van uw product
Wij willen u graag optimaal van dienst zijn. Daarom vragen wij u vriendelijk om uw product
te registreren. Het formulier hiervoor kunt u vinden op de bijgeleverde CD-ROM of op de
website van PENTAX. Bij voorbaat dank voor uw medewerking.
Zie de bedieningshandleiding PENTAX PHOTO Browser 3/PENTAX PHOTO Laboratory 3
voor meer informatie (Windows-gebruikers: p.9, Mac OS-gebruikers: p.10) voor meer
informatie.
e_kb459.book Page 3 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
4
VEILIG GEBRUIK VAN DE CAMERA ..................................................1
OVER DE CAMERA .............................................................................1
BATTERIJGEBRUIK.............................................................................2
Aandachtspunten tijdens het gebruik....................................................2
Inhoudstafel ..........................................................................................4
Indeling van de handleiding ..................................................................9
Voor u de camera gaat gebruiken 11
s Kenmerken van de camera .......................... 12
De inhoud van het pakket controleren....................................... 13
De verschillende onderdelen ...................................................... 14
Camera ...............................................................................................14
Indicaties op de LCD-monitor .............................................................16
Indicaties in de zoeker ........................................................................20
Indicaties op het LCD-display .............................................................22
Voorbereidingen 23
Draagriem bevestigen ................................................................. 24
Batterijen plaatsen....................................................................... 25
Batterijen.............................................................................................26
Indicatie batterijniveau ........................................................................27
Geschatte opslagcapaciteit voor opnamen en Weergavetijd
(nieuwe batterijen) ..............................................................................27
Gebruik van de netvoedingsadapter (optioneel).................................28
De SD-geheugenkaart plaatsen/uitnemen ................................. 29
Opnamepixels en Kwaliteitsniveau .....................................................31
De camera aan- en uitzetten ....................................................... 32
Standaardinstellingen ................................................................. 33
De weergavetaal instellen...................................................................33
Datum en tijd instellen ........................................................................35
Het objectief bevestigen.............................................................. 37
De zoekerdioptrie aanpassen ..................................................... 39
INHOUDSTAFEL
e_kb459.book Page 4 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
5
Basisbediening 41
Basishandelingen bij opnamen .................................................. 42
De camera vasthouden.......................................................................42
De camera de optimale instellingen laten bepalen .............................43
Opnamen maken met de functie Bewegingsreductie............... 47
De functie Bewegingsreductie inschakelen ........................................48
De functie Bewegingsreductie instellen ..............................................49
De juiste opnamefunctie selecteren........................................... 50
De opnamescène selecteren ..............................................................51
Werken met een zoomobjectief .................................................. 53
Ingebouwde flitser gebruiken ..................................................... 54
Andere opnamefuncties .............................................................. 58
Continuopnamen ................................................................................58
Opnamen met de zelfontspanner .......................................................60
Opnamen via de afstandsbediening
(Afstandsbediening F: afzonderlijk verkrijgbaar).................................64
Gebruik van de functie Spiegel omhoog om bewegingen
van de camera te voorkomen .............................................................67
Foto’s weergeven......................................................................... 68
Opnamen weergeven .........................................................................68
Vergrote weergave Opnamen.............................................................70
Weergave van negen opnamen tegelijk .............................................71
Diavoorstelling ....................................................................................73
De camera aansluiten op audiovisuele apparatuur .................. 75
Opnamen verwerken met filters ................................................. 76
Opnamen wissen ......................................................................... 79
Eén opname wissen ...........................................................................79
Alle opnamen wissen..........................................................................80
Geselecteerde opnamen wissen
(uit de weergave met negen opnamen) ..............................................81
Opnamen beveiligen tegen wissen(Beveiligen)..................................83
Afdrukservice instellen (DPOF) .................................................. 85
Afzonderlijke opnamen afdrukken ......................................................85
Instellingen voor alle opnamen ...........................................................86
Afdrukken met PictBridge........................................................... 88
Instellen van [Transfer functie]............................................................89
Camera op de printer aansluiten ........................................................90
Afzonderlijke opnamen afdrukken ......................................................91
e_kb459.book Page 5 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
6
Alle opnamen afdrukken .....................................................................93
Opnamen laten afdrukken op basis van DPOF-instellingen ...............95
De USB-kabel loskoppelen.................................................................95
Menu-referentie 97
De knopfuncties gebruiken......................................................... 98
Opnamestand .....................................................................................98
Weergavestand.................................................................................100
Het menu gebruiken .................................................................. 102
Bediening van het menu ...................................................................102
[A Opname] Onderdelen van menu ................................................104
[Q Weergeven] Onderdelen van menu...........................................104
[H Set-up] Onderdelen van menu....................................................105
[A Pers.inst.] Onderdelen van menu................................................106
Het functiemenu gebruiken....................................................... 108
Opnamestand ...................................................................................108
Weergavestand.................................................................................109
De functiekiezer gebruiken ....................................................... 110
Functiereferentie 113
De opnamepixels en het kwaliteitsniveau instellen................ 114
Beeldtint instellen..............................................................................114
Opnamepixels instellen.....................................................................115
Kwaliteitsniveau instellen..................................................................116
Kleurverzadiging/Scherpte/Contrast instellen...................................117
Witbalans instellen............................................................................118
Gevoeligheid instellen.......................................................................121
Kleurgebied instellen ........................................................................123
Scherpstellen ............................................................................. 124
De Autofocus gebruiken ...................................................................124
De AF-functie instellen......................................................................127
Het scherpstelkader instellen (AF-punt) ...........................................128
Scherpstelling vastzetten (Scherpstelvergrendeling)........................130
Handmatig scherpstelling wijzigen (Handmatig scherpstellen).........132
Belichting instellen .................................................................... 134
Effect van diafragma en sluitertijd.....................................................134
De lichtmeetmethode selecteren ......................................................136
De belichtingsfunctie wijzigen...........................................................138
De belichting instellen.......................................................................147
Wijzigen van belichting en opname (Auto Bracket) ..........................149
e_kb459.book Page 6 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
7
Compositie, belichting en scherpstellen beoordelen
vóór opname .............................................................................. 152
Voorbeeld weergeven.......................................................................152
De voorbeeldmethode selecteren.....................................................153
Ingebouwde flitser gebruiken ................................................... 154
corrigeren van de flitsintensiteit ........................................................154
Opnamen maken terwijl de flitser nog bezig is met opladen ............155
Flitseigenschappen bij elke belichtingsfunctie ..................................155
Afstand en diafragma bij gebruik van de ingebouwde flitser ............156
Compatibiliteit objectieven DA, D FA, FA J, FA en F met
de ingebouwde flitser........................................................................158
Gebruik van een externe flitser (optioneel).......................................160
Instellingen tijdens de weergave.............................................. 167
Weergavefunctie wijzigen ................................................................167
Weergave-interval diavoorstelling instellen ......................................168
Camera-instellingen................................................................... 169
SD-geheugenkaart formatteren ........................................................169
Het geluidssignaal in- en uitschakelen .............................................170
Datum/tijd en weergavestijl wijzigen .................................................170
Wereldtijd instellen............................................................................171
Weergavetaal instellen .....................................................................174
De schermaanwijzingen aan en uitzetten .........................................174
De helderheid van de LCD-monitor aanpassen................................175
Het video-uitgangssignaal selecteren...............................................175
Automatisch uitschakelen instellen...................................................176
De mapnaam selecteren...................................................................176
Het bestandsnummer opnieuw instellen...........................................177
De weergave voor Momentcontrole en Digitaal
voorbeeld instellen............................................................................177
Standaardinstellingen herstellen.............................................. 179
Menu Opname/Weergeven/Set-up herstellen ..................................179
Menu Pers. inst. herstellen ...............................................................180
e_kb459.book Page 7 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
8
Bijlage 181
Standaardinstellingen ............................................................... 182
Beschikbare functies bij verschillende
objectiefcombinaties ................................................................. 186
Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring] ....................................... 188
De CCD schoonmaken .............................................................. 189
Stof verwijderen door de CCD te schudden .....................................189
Stof verwijderen met een blaaskwastje ............................................190
Optionele accessoires............................................................... 192
Foutberichten ............................................................................. 194
Problemen oplossen.................................................................. 196
Belangrijkste technische gegevens ......................................... 199
Specificaties van optionele afstandsbediening F..............................201
Verklarende woordenlijst .......................................................... 202
Index............................................................................................ 206
GARANTIEBEPALINGEN........................................................... 210
e_kb459.book Page 8 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
9
Deze handleiding bevat de volgende hoofdstukken.
De betekenis van de in deze handleiding gebruikte symbolen wordt hierna
uitgelegd.
Indeling van de handleiding
1 Voor u de camera gaat gebruiken
Beschrijft de kenmerken van de camera, accessoires en de namen van
de verschillende onderdelen.
2 Voorbereidingen
Beschrijft uw eerste stappen, van de aankoop van de camera tot het maken van
opnamen. Lees dit hoofdstuk aandachtig door en volg alle aanwijzingen op.
3 Basisbediening
Legt de procedures uit voor het maken, weergeven en afdrukken van foto’s. Lees
deze aanwijzingen om alle basisbedieningen te leren voor opnemen, weergeven
en afdrukken.
4 Menu-referentie
Legt de functies van de knoppen en menu’s van s uit.
5 Functiereferentie
Beschrijving van functies voor optimaal werken met s.
6 Bijlage
Behandelt het oplossen van problemen en geeft een overzicht van afzonderlijk
verkrijgbare accessoires en verschillende informatiebronnen.
1
Geeft het nummer aan van de pagina waarnaar wordt verwezen voor een
uitleg van het betreffende bedieningsonderdeel.
Geeft nuttige informatie weer.
Geeft aandachtspunten aan voor de bediening van de camera.
1
6
5
4
3
2
e_kb459.book Page 9 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
10
e_kb459.book Page 10 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
1 Voor u de camera gaat
gebruiken
Controleer de inhoud van het pakket en de namen van
de diverse onderdelen voor het gebruik.
s Kenmerken van de camera ...... 12
De inhoud van het pakket controleren .................. 13
De verschillende onderdelen ................................. 14
e_kb459.book Page 11 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
12
1
Voor u de camera gaat gebruiken
s Kenmerken
van de camera
Voorzien van een CCD van 23,5×15,7 mm met effectief 6,1 miljoen pixels,
voor een zeer hoge precisie en een groot dynamisch bereik.
Voorzien van Bewegingsreductie, een systeem voor het reduceren van onscherpte
door het bewegen van de CCD. Daarmee kunt u scherpe opnamen maken die
minimaal worden beïnvloed door het bewegen van de camera, ongeacht het
gebruikte objectief.
Op de CCD is een speciale SP-coating aangebracht die stofwerend is. Bij
toepassing van de functie Sensor stofvrij wordt de CCD geschud om stof
te verwijderen.
Uitgerust met een 11-punts AF-sensor. Bij lichtmeting met nadruk op het midden
wordt een breed scherpstelveld met 9 scherpstelpunten gebruikt.
Voorzien van een zoeker die vergelijkbaar is met die van een conventionele
kleinbeeldcamera, met een vergroting van 0,85× en een beeldveld van 96% voor
comfortabeler handmatig scherpstellen. Bovendien uitgerust met een functie die
de AF-punten in de zoeker rood doet oplichten.
Werkt op CR-V3-batterijen, AA-lithiumbatterijen, oplaadbare AA Ni-MH
batterijen of AA-alkalinebatterijen.
Voorzien van een grote LCD-monitor van 2,5 inch met 210.000 pixels en
helderheidsregeling voor een zo nauwkeurig mogelijke weergave van een
grote beeldhoek.
Voorzien van een functie Digitaal voorbeeld voor inspectie van het beeld om
zeker te weten dat het gewenste resultaat wordt bereikt.
Maakt geruisloze, gelijkmatige autofocus mogelijk bij gebruik van een objectief
met een sonic-wave motor.
Het gebied dat door de camera wordt vastgelegd (de beeldhoek) is bij de s
en 35 mm-kleinbeeldreflexcamera’s verschillend, zelfs wanneer hetzelfde objectief wordt
gebruikt. Dit komt doordat het formaat van kleinbeeldfilm en de CCD verschillend zijn.
Afmetingen van kleinbeeldfilm en CCD
35 mm-kleinbeeldfilm : 36×24 mm
s CCD : 23,5×15,7 mm
Bij gelijke beeldhoeken moet de brandpuntsafstand van een objectief dat voor een
35 mm-kleinbeeldcamera wordt gebruikt, ongeveer 1,5 keer langer zijn dan die voor de
s. Om een beeldhoek te bereiken die hetzelfde gebied bestrijkt,
deelt u de brandpuntsafstand van het kleinbeeldobjectief door 1,5.
Voorbeeld)Om een zelfde opname te maken als met een 150 mm-objectief op
een kleinbeeldcamera
150÷1.5=100
gebruikt u een 100 mm-objectief bij de s.
Omgekeerd moet de brandpuntsafstand van het gebruikte objectief op de
s worden vermenigvuldigd met 1,5 om de brandpuntsafstand voor een
kleinbeeldcamera te bepalen.
Voorbeeld) Wanneer een 300 mm-objectief wordt gebruikt op een s
300×1,5=450
is de brandpuntsafstand gelijk aan een 450 mm-objectief op een
kleinbeeldcamera.
e_kb459.book Page 12 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
13
1
Voor u de camera gaat gebruiken
De inhoud van het pakket controleren
Bij de camera worden de volgende accessoires geleverd.
Controleer of alle accessoires zijn meegeleverd.
* Met de batterijen die bij de camera zijn geleverd, kan worden gecontroleerd of de camera
werkt.
Flitsschoenbeschermer FK
(op de camera bevestigd)
Oogschelp FO
(op de camera bevestigd)
ME-zoekerkapje
Bodydop
(op de camera bevestigd)
USB-kabel
I-USB17
Videokabel
I-VC28
Software (Cd-rom)
S-SW55
Draagriem
O-ST53
AA-alkalinebatterijen*
(vier)
Handleiding
(deze handleiding)
PENTAX PHOTO Browser 3/
PENTAX PHOTO Laboratory 3
Handleiding
e01_kb459_7.fm Page 13 Friday, July 6, 2007 11:47 AM
14
1
Voor u de camera gaat gebruiken
De verschillende onderdelen
Camera
Knop 4
Knop
scherpstelfunctie
Statiefaansluiting
Batterijklep
Zelfontspanner-LED/
Afstandsbedieningssensor
AF-koppeling
Voedingspen
Objectiefontgrendelknop
Richtteken
objectiefvatting
Hoofdschakelaar
Ontspanknop
e-knop
L/Z-knop
3 knop
Knop
i
Q-knop
M knop
Objectiefinformatiecontacten
{-knop
Vierwegbesturing
Kaartklep
Spiegel
e_kb459.book Page 14 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
15
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Schakelaar
bewegingsreductie
LED voor lezen van/
schrijven naar kaart
Dioptriecorrectieknop
Functiekiezer
K knop
mc knop
Flitsschoen
USB/video-aansluiting
Gelijkstroomingang
LCD-display
Riembevestiging
Ingebouwde flitser
Klepje voor
aansluitingen
Aansluiting
draadontspanner
Zoeker
LCD-monitor
e_kb459.book Page 15 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
16
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Afhankelijk van de camerastatus kunnen
de volgende indicaties op de LCD-monitor
worden weergegeven.
Bedieningsaanwijzingen worden gedurende 3 seconden weergegeven op de LCD-
monitor als de camera wordt ingeschakeld of de functiekiezer wordt gebruikt.
Indicaties op de LCD-monitor
Terwijl de camera is ingeschakeld of
wanneer u de functiekiezer gebruikt
Selecteer Uit bij [Hulpdisplay] in [H Set-up] om geen indicaties weer te geven.
(p.105)
1 Flitsinstelling (Actieve instelling wordt
weergegeven) (p.54)
2 Transportstand (p.108)
3* Lichtmeting bij automatische belichting
(p.136)
4 Autofocus (p.127)
5* Ander scherpstelpunt (p.128)
6* Witbalans (p.118)
7* Gevoeligheid (p.121)
8* Bewegingsreductie (p.47)
9 Opnamefunctie, Scène (p.110)
10* Weergave waarschuwing wereldtijd
(p.171)
11 Datum en tijd (p.170)
* Indicatie 3, 5, 6 en 7 worden alleen
weergegeven wanneer er van de
standaardinstelling wordt afgeweken.
8 wordt alleen weergegeven als de functie
Bewegingsreductie is uitgeschakeld.
10 wordt alleen weergegeven wanneer
de wereldtijd is ingeschakeld.
LCD-monitor
1600
1600
14
14
: 25
25
1600
AF. S
AF. S
AF. S
:14 25
Nachtopname
Nachtopname
Nachtopname
07
07
// //2007
2007
01
01
07 200701
1
9
2345 678
1110
e_kb459.book Page 16 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
17
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Druk in de opnamestand op de knop M om de instellingen van de opnamefunctie
gedurende 15 seconden weer te geven op de LCD-monitor.
Detailinformatie
Druk op de vierwegbesturing (p) voor uitleg bij de ingestelde opnamefunctie.
Uitleg van de ingestelde opnamefunctie
Opnamefunctie
1 Autofocus (p.127) 11 Kleurgebied (p.123)
2 Stand functiekiezer (p.110) 12 Witbalans (p.118)
3 Lichtmeting bij automatische
belichting (p.136)
13 Datum en tijd (p.170)
4 Flitsinstelling (p.54) 14 Instelling AF-punt (p.128)
5* Transportstand (p.108) 15 Kleurverzadiging (p.117)
6* Auto Bracket (p.151) 16 Scherpte (p.117)
7 ISO-gevoeligheid (p.121) 17 Contrast (p.117)
8 Beeldtint (p.114) 18 Brandpuntsafstand objectief
9 Kwaliteitsniveau (p.116) 19* Scène (p.50)
10 Opnamepixels (p.115) 20 Bewegingsreductie (p.47)
* De indicaties 5 en 6 worden niet tegelijkertijd weergegeven. Er wordt steeds één van
beide weergegeven. Indicatie 19 wordt alleen weergegeven bij de instelling Scène.
14
14
: 25
25
AF. S
AF. S
AF. S
40
40
mm
mm
ISO
ISO
800
800
2007
2007
/07
07
01
01
20070701 /
/
14 : 25//
Detail info
Detail info
Detail info
sRGB
sRGB
sRGB
40
mm
ISO
800
Detail info
1
20
14
15
1665432
19
1787
109
12
1811
13
Nachtopname
Nachtopname
Nachtopname
Detail info
Detail info
Detail info
Voor nachtopnamen
Vo or na chtop namen
Gebruik statief o.i.d om
Gebruik statief o.i.d om
Gebruik statief o.i.d om
beweging te voorkomen
beweging te voorkomen
Voor nachtopnamen
beweging te voorkomen
e_kb459.book Page 17 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
18
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Telkens als u tijdens weergave op de knop M drukt, schakelt de camera over
naar een volgende schermweergave: [Standaard], [Histogram], [Detail Info] en
[Geen infoweergave] (alleen opname).
Detailinformatie
Weergavestand
U kunt de weergegeven aanwijzingen veranderen door op de Q-knop te drukken.
(p.167)
1 Gemaakte opname 14* Transportstand (p.108)
2 Pictogram roteren (p.69) 15* Auto Bracket (p.151)
3 Mapnummer en bestandsnummer
van opnamen (p.176, 177)
16 Scherpte (p.117)
17 ISO-gevoeligheid (p.121)
4 Pictogram beveiliging (p.83) 18 Beeldtint (p.114)
5 Autofocus (p.127) 19 Contrast (p.117)
6 Gegevens AF-punt (p.128) 20 Kwaliteitsniveau (p.116)
7 Sluitertijd (p.140) 21 Opnamepixels (p.115)
8 Diafragmawaarde (p.142) 22 Kleurgebied (p.123)
9 LW-correctie (p.147) 23 Brandpuntsafstand objectief
10 Kleurverzadiging (p.117) 24 Witbalans (p.118)
11 Stand functiekiezer (p.110) 25 Datum en tijd van de opname (p.170)
12 Lichtmeting bij automatische
belichting (p.136)
26* Scène (p.50)
13* Flitsinstelling (p.54)
* Indicatie 13 wordt alleen weergegeven bij flitsopnamen. De indicaties 14 en 15 worden
niet tegelijkertijd weergegeven. Er wordt steeds één van beide weergegeven. Indicatie
26 wordt alleen weergegeven bij de instelling Scène.
14
14
: 25
25
14 : 25
sRGB
sRGB
40
40
mm
mm
sRGB
40
mm
ISO
ISO
800
800
1 5.
+
2000
2000
1 /
ISO
800
15.
+
20001/ 2
2
8.
F
28.
F
100-0001
100 -0001
100-0001
EV
EV
EV
AF. S
AF. S
AF. S
/01
01
/07
07
2007
2007
01 07 2007//
1
2
26
3
4
6
10
9
5
87
16
19
23
11
17
20
24
12 13 14 15
18
21
25
22
e_kb459.book Page 18 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
19
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Histogramweergave
1 Opnamekwaliteit (bestandstype voor opnamen)
2 Mapnummer en bestandsnummer van opnamen (p.176, p.177)
3 Pictogram beveiliging (p.83)
4 Histogram (p.167)
Gebieden die zwaar overbelicht zijn, knipperen als de waarschuwing [Helderheid]
is ingeschakeld in [Weergave functie] in het menu [Q Playback]. (p.167)
Druk in de histogramweergave op de vierwegbesturing (mn) om de
weergavepositie van het histogram naar boven of beneden te verplaatsen.
100-0046
100-0046
100-0046
12
4
3
e_kb459.book Page 19 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
20
1
Voor u de camera gaat gebruiken
Indicaties in de zoeker
1 AF-kader. (p.39)
2 Spotmeetkader. (p.136)
3 AF-punt. (p.128)
4 Flitserstatus. (p.54)
Wordt weergegeven wanneer de flitser gereed is en knippert wanneer het gebruik
van de flitser wordt aangeraden maar deze nog niet is ingeschakeld.
5 Continustand. (p.127)
Wordt weergegeven wanneer [Autofocus] in de stand [A Opname] is ingesteld op
k (Continu).
6 Pictogram voor opnamefunctie. (p.50)
Het pictogram voor de geselecteerde opnamefunctie verschijnt
\ (Bewegend onderwerp), q (Macro), = (Portret), U (Normaal in I),
. (Portretopname bij nacht), s (Landschap)
7 Pictogram Scène. (p.50)
Wordt weergegeven bij het maken van opnamen in de stand Scène.
8 Scherpstelindicatie. (p.44)
Wordt weergegeven als is scherpgesteld op het onderwerp.
9 Sluitertijd (p.140)/Bevestig gevoeligheid.
Sluitertijd bij opname of instelling (onderstreept wanneer de sluitertijd kan worden
gewijzigd met de e-knop).
De gevoeligheid wordt weergegeven als [OK knop bij opname] is ingesteld op
[Bevestig gevoeligh.] en op de knop 4 wordt gedrukt. (p.126)
1
4
5 6
1514 16
8
7
91011
12 13
23
1
e_kb459.book Page 20 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
21
1
Voor u de camera gaat gebruiken
10 Diafragmawaarde. (p.142)
Diafragmawaarde bij opname of instelling (onderstreept wanneer
de diafragmawaarde kan worden gewijzigd met de e-knop).
11 Belichtingscorrectie. (p.147)
Wordt weergegeven wanneer de LW-correctie gereed is of gebruikt wordt.
Knippert langzaam bij het corrigeren van de flitsintensiteit.
Knippert snel bij het corrigeren van de belichting en de flitsintensiteit.
De aangepaste waarde wordt weergegeven op de plaats waar het aantal
beschikbare opnamen wordt weergegeven.
12 Beschikbaar aantal opnamen/LW-correctie.
Geeft het beschikbare aantal opnamen weer bij de huidige instellingen voor kwaliteit
en opnamepixels.
Geeft het aantal beschikbare continuopnamen weer. (p.106)
De LW-correctiewaarde wordt weergegeven wanneer de LW-correctie wordt
ingesteld. (p.139)
Het verschil met de juiste belichtingswaarde wordt weergegeven wanneer de
belichtingsfunctie is ingesteld op a. (p.144)
13 Bewegingsreductie. (p.47)
Wordt weergegeven als bewegingsreductie is ingeschakeld.
14 Handmatig scherpstellen. (p.132)
Wordt weergegeven wanneer de scherpstelfunctie is ingesteld op \.
15 Waarschuwing ISO-gevoeligheid. (p.122)
Wordt weergegeven bij het overschrijden van de waarschuwingswaarde.
16 Indicatie belichtingsgeheugen. (p.148)
Wordt weergegeven wanneer het belichtingsgeheugen wordt gebruikt.
Het AF-punt dat wordt gebruikt voor autofocus licht rood op als de ontspanknop
tot halverwege wordt ingedrukt. (p.128)
Druk op de knop 4 om de gevoeligheid weer te geven in de zoeker als [OK knop
bij opname] is ingesteld op [Bevestig gevoeligh.] in het menu [A Pers.inst.].
(p.126)
e_kb459.book Page 21 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
22
1
Voor u de camera gaat gebruiken
De volgende informatie wordt weergegeven op het LCD op de bovenzijde van de
camera.
Indicaties op het LCD-display
1 Sluitertijd (p.140) 5 Gegevens AF-punt (p.128)
2 Diafragmawaarde (p.142) Geen indicatie : Auto
3 Flitsinstelling (p.54) V :Selecteren
b : Ingebouwde flitser is gereed
(knipperend: flitser moet
worden gebruikt of er wordt
een niet-compatibel objectief
gebruikt)
M : Midden
6 Autobelichting (p.136)
Geen indicatie: Meervlaks lichtmeting
a : Flitser uit
E : Auto ontladen M : Lichtmeting met
nadruk op het midden
> : Flitsen met anti rode ogen aan N : Spotmeting
4 Transportfunctie (p.108)
7 Auto bracket (p.151)
9 : Enkelbeeld opname 8 Witbalans (p.118)
(niet weergegeven indien ingesteld op
Auto)
j : Continue opname
g : Opnamen met zelfontspanner 9 Batterijniveau
h : Opnamen via
afstandsbediening
10 LW-correctie (p.147)
11 Aantal beschikbare opnamen/
LW-correctiewaarde/PC (Pb)
(PC = Personal Computer
(massaopslag), Pb = PictBridge)
1
3
4
2
9
8
7
111065
e_kb459.book Page 22 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
2 Voorbereidingen
In dit hoofdstuk worden de eerste stappen, van de aankoop
van de camera tot het maken van opnamen beschreven. Lees
dit hoofdstuk aandachtig door en volg alle aanwijzingen op.
Draagriem bevestigen ............................................. 24
Batterijen plaatsen .................................................. 25
De SD-geheugenkaart plaatsen/uitnemen ............ 29
De camera aan- en uitzetten ................................... 32
Standaardinstellingen ............................................. 33
Het objectief bevestigen ......................................... 37
De zoekerdioptrie aanpassen ................................. 39
e_kb459.book Page 23 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
24
2
Voorbereidingen
Draagriem bevestigen
1
Trek het uiteinde van de riem door
de riembevestiging en maak de
riem vast aan de binnenkant van
de gesp.
2
Haal het andere uiteinde van de riem
door de andere riembevestiging van
de camera en maak de riem vast aan
de binnenkant van de gesp.
e_kb459.book Page 24 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
25
2
Voorbereidingen
Batterijen plaatsen
Plaats batterijen in de camera. Gebruik twee CR-V3 of vier AA Ni-MH-batterijen,
AA-lithiumbatterijen of AA-alkalinebatterijen.
1
Houd de ontgrendelknop van het
batterijcompartiment ingedrukt
zoals afgebeeld (1), en schuif de
klep in de richting van het objectief
(2). Maak dan de klep open.
2
Plaats de batterijen volgens
de poolaanduidingen +/– in
het batterijcompartiment.
Bij deze camera worden AA-alkalinebatterijen geleverd om te controleren of de camera
naar behoren werkt, maar ook sommige andere typen batterijen zijn geschikt. Raadpleeg
“Batterijen” (p.26) voor informatie over geschikte typen batterijen en het gebruik ervan.
CR-V3-, AA-lithiumbatterijen en AA-alkalinebatterijen, die in deze camera kunnen
worden gebruikt, zijn niet oplaadbaar.
Open de klep van het batterijcompartiment niet en verwijder de batterijen niet
terwijl de camera aan staat.
Verwijder de batterijen wanneer u de camera langere tijd niet gebruikt. De
batterijen kunnen anders gaan lekken.
Als datum en tijd niet juist zijn wanneer u na langere tijd nieuwe batterijen in de
camera plaatst, volgt u de procedure voor “Datum en tijd instellen”. (p.35)
Plaats de batterijen op de juiste wijze. Als de batterijen verkeerd zijn geplaatst,
kan de camera beschadigd raken. Veeg de contactpunten van de batterijen
schoon alvorens ze te plaatsen.
Vervang alle batterijen tegelijk. Combineer geen batterijen van verschillend type
of merk, of oude met nieuwe.
2
1
e_kb459.book Page 25 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
26
2
Voorbereidingen
3
Druk de klep (1) omlaag tegen
de batterijen en schuif hem in de
afgebeelde richting (2) dicht.
Voor deze camera kunnen vier verschillende soorten batterijen worden gebruikt.
De prestaties zijn afhankelijk van het type batterij. Kies het type dat het beste past
bij uw doeleinden.
* Er zijn oplaadbare en niet-oplaadbare CR-V3 batterijen. Deze camera werkt alleen op niet-
oplaadbare CR-V3 batterijen.
Gebruik bij langdurig cameragebruik de netvoedingsadapter (optioneel). (p.28)
Werkt de camera niet naar behoren na vervanging van de batterijen, controleer
dan of de batterijen correct zijn geplaatst.
Zorg ervoor dat de batterijklep goed gesloten is. De camera werkt niet als de
batterijklep open is.
Batterijen
CR-V3*
De CR-V3 is een batterij met een lange levensduur, die zeer
geschikt is voor reizen.
AA Ni-MH oplaadbare
batterijen
Deze batterijen zijn oplaadbaar en voordelig.
Voor het opladen is een in de handel verkrijgbare batterijoplader
vereist die compatibel is met deze batterijen.
AA-lithiumbatterijen Aanbevolen in koude klimaten.
AA-alkalinebatterijen
Bij de camera geleverd. U kunt dit type batterijen overal verkrijgen
wanneer de batterijen die u normaal gebruikt leeg zijn. Ze
ondersteunen echter mogelijk niet alle camerafuncties onder
bepaalde omstandigheden. We raden het gebruik ervan dan ook
af, uitgezonderd in noodgevallen en om te controleren of de
camera naar behoren werkt.
Nikkelmangaan-batterijen en oplaadbare CR-V3-batterijen kunnen storingen
veroorzaken vanwege hun spanningskenmerken. Om die reden wordt het
gebruik ervan afgeraden.
1
2
e_kb459.book Page 26 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
27
2
Voorbereidingen
U kunt de resterende levensduur van de batterij aflezen aan het symbool { op
het LCD-display.
De opslagcapaciteit (normale opnamen en flitsergebruik 50%) is gebaseerd op
meetomstandigheden die in overeenstemming zijn met CIPA-normen en de andere waarden
zijn gebaseerd op meetomstandigheden bij PENTAX. In de praktijk kunnen afwijkingen van
deze waarden optreden, al naar gelang de opnamefunctie en opnameomstandigheden.
Indicatie batterijniveau
{ brandt : Batterij is vol.
} brandt : Batterij raakt leeg.
? brandt : Batterij is bijna leeg.
? knippert : De camera schakelt zichzelf na deze melding uit.
Geschatte opslagcapaciteit voor opnamen en
Weergavetijd (nieuwe batterijen)
Batterijen
(temperatuur)
Normale
opnamen
Flitsfotografie
Weergavetijd
50%
gebruik
100%
gebruik
CR-V3
(23°C) 730 630 480 700 minuten
( 0°C) 300 210 180 470 minuten
AA lithiumbatterijen
(23°C) 660 570 450 470 minuten
( 0°C) 520 360 310 400 minuten
Oplaadbare
AA-batterijen
(NiMH 2500 mAh)
(23°C) 430 300 260 350 minuten
( 0°C) 350 250 200 300 minuten
AA-
alkalinebatterijen
(23°C) 80 60 40 140 minuten
(0°C)
Niet van
toepassing
Niet van
toepassing
Niet van
toepassing
70 minuten
De prestaties van de batterijen kunnen bij lage temperaturen tijdelijk afnemen.
Houd bij gebruik van de camera in een koud klimaat extra batterijen bij de hand,
die u warm houdt in uw zak. Bij het bereiken van kamertemperatuur worden de
batterijprestaties weer normaal.
Mogelijk worden niet alle camerafuncties ondersteund bij gebruik van AA-
alkalinebatterijen. We raden het gebruik ervan dan ook af, uitgezonderd in
noodgevallen en om te controleren of de camera naar behoren werkt.
Zorg dat u extra batterijen bij u hebt als u een verre reis maakt, opnamen maakt
in een koud klimaat of een groot aantal opnamen maakt.
e_kb459.book Page 27 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
28
2
Voorbereidingen
We adviseren u gebruik te maken van de netvoedingsadapter D-AC76 (optioneel)
als u de LCD-monitor langdurig gebruikt of de camera aansluit op de computer.
1
Zorg dat de camera uit staat alvorens de klep van de
aansluitingen te openen.
2
Sluit de gelijkstroomstekker van de netvoedingsadapter
aan op de gelijkstroomingang van de camera.
3
Sluit het netsnoer aan op de netvoedingsadapter.
4
Sluit het netsnoer aan op een stopcontact.
Gebruik van de netvoedingsadapter (optioneel)
Zorg dat de camera is uitgeschakeld alvorens de netvoedingsadapter aan te
sluiten of los te maken.
Zorg dat de aansluitingen tussen de camera, de netvoedingsadapter, de
connector voor het netsnoer en het stopcontact goed zijn. Als een aansluiting
losraakt terwijl de camera bezig is met het vastleggen of lezen van gegevens
op de SD-geheugenkaart, raken de gegevens beschadigd.
Lees vóór gebruik de handleiding van de netvoedingsadapter D-AC76.
Bij gebruik van de netvoedingsadapter worden de oplaadbare batterijen in
de camera niet opgeladen.
1
2
3
4
e_kb459.book Page 28 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
29
2
Voorbereidingen
De SD-geheugenkaart plaatsen/
uitnemen
Opnamen worden opgeslagen op een SD-geheugenkaart. Zorg dat de camera uit
staat alvorens de SD-geheugenkaart (in de handel verkrijgbaar) te plaatsen of uit
te nemen.
1
Schuif de kaartklep in de richting
van de pijl (1) en open vervolgens
de klep (2).
2
Schuif de kaart helemaal in het
compartiment met het etiket van
de SD-geheugenkaart naar de
LCD-monitor gericht.
Duw de SD-geheugenkaart iets naar
binnen om deze uit te nemen.
3
Sluit de kaartklep (1) en schuif
hem dan in de richting van de pijl
(2).
Verwijder de SD-geheugenkaart niet wanneer de LED voor schrijven naar/lezen
van de kaart brandt.
Formatteer een nieuwe SD-geheugenkaart. Dit geldt ook voor SD-geheugenkaarten
die in andere camera’s zijn gebruikt. Raadpleeg “SD-geheugenkaart formatteren”
(p.169) voor informatie over formatteren.
Zorg ervoor dat de kaartklep goed gesloten
is. De camera werkt niet als de kaartklep
open is.
2
1
2
1
e_kb459.book Page 29 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
30
2
Voorbereidingen
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van een SD-geheugenkaart
De SD-geheugenkaart is voorzien van een
schuifje voor schrijfbeveiliging. Als u dit schuifje
op LOCK zet, zijn de aanwezige gegevens
beveiligd. Er kunnen dan geen nieuwe
gegevens worden opgeslagen, geen bestaande
gegevens worden gewist en de kaart niet kan
worden geformatteerd.
Pas op wanneer u de SD-geheugenkaart meteen na gebruik van de camera uitneemt:
de kaart kan dan heet zijn.
Neem de SD-geheugenkaart niet uit en zet de camera niet uit wanneer er gegevens
op de kaart worden opgeslagen of opnamen of geluidsbestanden worden weergegeven
of wanneer de camera met een USB-kabel is aangesloten op een computer. Hierdoor
kunnen de gegevens verloren gaan of kan de kaart beschadigd raken.
Buig de SD-geheugenkaart niet en stel hem niet bloot aan hevige schokken. Houd de
kaart uit de buurt van water en bewaar hem niet op een plaats met een hoge temperatuur.
Neem de SD-geheugenkaart niet uit tijdens het formatteren. De kaart kan hierdoor
beschadigd kan raken en onbruikbaar worden.
Onder de volgende omstandigheden kunnen de gegevens op de SD-geheugenkaart
worden gewist. PENTAX aanvaardt geen enkele aansprakelijkheid voor verwijderde
gegevens in de volgende gevallen:
(1) als de SD-geheugenkaart verkeerd wordt gebruikt door de gebruiker.
(2) als de SD-geheugenkaart wordt blootgesteld aan statische elektriciteit of elektrische
storingen.
(3) als de kaart lange tijd niet is gebruikt.
(4) wanneer de kaart wordt uitgenomen of de batterij wordt uitgenomen terwijl er
gegevens op de kaart worden opgeslagen of aangesproken.
Als de kaart lange tijd niet wordt gebruikt, kunnen de gegevens op de kaart onleesbaar
worden. Sla regelmatig een reservekopie van belangrijke gegevens op een computer op.
Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar hij aan statische elektriciteit of
elektrische storingen kan worden blootgesteld.
Gebruik of bewaar de kaart niet op plaatsen waar hij wordt blootgesteld aan rechtstreeks
zonlicht of aan snelle temperatuurschommelingen of condensatie.
Wilt u informatie over SD-geheugenkaarten, bezoek dan de website van PENTAX of
neem contact op met het dichtstbijzijnde PENTAX Service Center.
Nieuwe SD-geheugenkaarten moeten worden geformatteerd. Dit geldt ook voor SD-
geheugenkaarten die in andere camera’s zijn gebruikt.
1SD-geheugenkaart formatteren (p.169)
Als u een SD-geheugenkaart weggooit, weggeeft of verkoopt, zorg dan dat de gegevens
op de kaart volledig zijn gewist of dat de kaart zelf wordt vernietigd als hij persoonlijke
of gevoelige informatie bevat. Bij formattering van een SD-geheugenkaart worden de
gegevens niet noodzakelijkerwijs gewist, zodat ze kunnen worden hersteld met speciale
software voor gegevensherstel. Er zijn speciale programma’s voor het wissen van
gegevens verkrijgbaar die de gegevens wel volledig wissen. In alle gevallen geldt dat
het beheer van de gegevens op uw SD-geheugenkaart volledig voor eigen risico is.
Schrijfbeveiliging
e_kb459.book Page 30 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
31
2
Voorbereidingen
Kies het aantal pixels (grootte) en kwaliteitsniveau (gegevenscompressie) van
opnamen op basis van het gebruiksdoel van de opnamen.
Opnamen met een groter aantal pixels of meer E worden scherper afgedrukt.
Het aantal opnamen dat kan worden gemaakt (het aantal opnamen dat op een
SD-geheugenkaart past) wordt lager wanneer de bestandsgrootte toeneemt.
De kwaliteit van de opname of afdruk hangt af van het kwaliteitsniveau, de
belichting, de resolutie van de printer en een aantal andere factoren. U hoeft dus
niet meer dan het benodigde aantal pixels te selecteren. Wanneer u bijvoorbeeld
op briefkaartformaat wilt afdrukken, is
R
(1536×1024) voldoende.
Kies het gewenste aantal opnamepixels en het kwaliteitsniveau voor opnamen
in het menu [A Opname].
1 Opnamepixels instellen (p.115)
1 Kwaliteitsniveau instellen (p.116)
Opnamepixels, kwaliteitsniveau en geschatte opslagcapaciteit voor
opnamen
Bovenstaande waarden kunnen variëren, al naar gelang het onderwerp,
opnameomstandigheden, opnamefunctie en SD-geheugenkaart, e.d.
Opnamepixels en Kwaliteitsniveau
Kwaliteitsniveau
Opnamepixels
|
C
Best
D
Beter
E
Goed
1 GB 512 MB 1 GB 512 MB 1 GB 512 MB 1 GB 512 MB
P
(3008×2008) 90 46
(3008×2000) 330 167 607 311 966 498
Q
(2400×1600) 459 234 807 415 1399 674
R
(1536×1024) 880 453 1397 722 2151 1115
e_kb459.book Page 31 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
32
2
Voorbereidingen
De camera aan- en uitzetten
1
Zet de hoofdschakelaar op [On].
De camera wordt ingeschakeld.
Zet de hoofdschakelaar op de stand
[Uit] om de camera uit te zetten.
Zet de camera altijd uit wanneer deze niet in gebruik is.
De camera wordt automatisch uitgeschakeld als u er gedurende bepaalde tijd
geen handelingen mee verricht. Als de camera automatisch wordt uitgeschakeld,
schakelt u die weer in of verricht u één van de volgende handelingen.
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Druk op de knop Q.
Druk op de knop M.
Standaard wordt de camera automatisch uitgeschakeld na 1 minuut inactiviteit.
U kunt die instelling wijzigen met de optie [Auto Uitsch.] in het menu [H Set-up].
(p.176)
e_kb459.book Page 32 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
33
2
Voorbereidingen
Standaardinstellingen
De eerste keer dat de camera na aanschaf wordt aangezet, verschijnt het scherm
voor de standaardinstellingen op de LCD-monitor. Volg de onderstaande
procedure om de taal die wordt weergegeven op de LCD-monitor en de actuele
datum en tijd in te stellen. Als deze instellingen eenmaal zijn verricht, hoeven ze
niet opnieuw te worden uitgevoerd bij het aanzetten van de camera.
U kunt de taal kiezen waarin menu’s, foutberichten, enz. worden weergegeven.
U hebt de keus uit: Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Zweeds, Nederlands,
Russisch, Koreaans, Chinees (traditioneel/vereenvoudigd) en Japans.
1
Druk op de vierwegbesturing (p).
2
Gebruik de vierwegbesturing
(mnop) om de gewenste taal
te selecteren.
De standaardinstelling is Engels.
3
Druk op de knop 4.
De weergavetaal instellen
OK
English
New York
DST
Initial Settings
OKCancel
English
Deutsch
Español
Italiano
Nederlands
Svenska
OK
OKCancel
Français
e_kb459.book Page 33 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
34
2
Voorbereidingen
4
Druk op de vierwegbesturing (n).
De cursor gaat naar [W].
5
Druk op de vierwegbesturing (op) om de plaats te selecteren.
6
Druk op de vierwegbesturing (n).
De cursor gaat naar [Zomertijd].
7
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit) te
selecteren.
8
Druk op de knop 4.
Het scherm voor instelling van de datum en tijd verschijnt.
Als er een verkeerde taal is ingesteld
Volg de onderstaande procedure om het scherm weer te geven voor het instellen van
de taal en ga dan naar stap 2 op p.33 om de taal opnieuw in te stellen.
1
Schakel de camera uit en zet hem weer aan.
2
Druk op de knop 3.
3
Druk twee keer op de vierwegbesturing (p).
4
Druk vijf keer op de vierwegbesturing (n).
5
Druk één keer op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor instelling van de taal verschijnt.
e_kb459.book Page 34 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
35
2
Voorbereidingen
Stel de actuele datum en tijd en de weergavestijl in.
1
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het kader wordt verplaatst naar
[JJ/MM/DD].
2
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om de datumstijl te
kiezen.
3
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het kader gaat naar [24h].
4
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om 24h (24-uurs weergave)
of 12h (12-uurs weergave) te selecteren.
5
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het kader keert terug naar [DD weergave].
6
Druk op de vierwegbesturing (n).
Het kader wordt verplaatst naar [Datum].
Datum en tijd instellen
OK
JJ/MM/DD
24h
2006/0101 /
00 : 00
DD weergave
Datum instellen
Datum
Tijd
OKCancel
OK
24h
2006/0101 /
00 : 00
OKCancel
JJ/MM/DD
DD weergave
Datum instellen
Datum
Tijd
e_kb459.book Page 35 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
36
2
Voorbereidingen
7
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het kader gaat naar de maand.
8
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om de maand in te stellen.
Stel de dag en het jaar op dezelfde wijze in.
Stel vervolgens de tijd in.
Als u [12h] selecteert bij stap 4, verandert de aanduiding in am
(vóór de middag) of pm (na de middag), al naar gelang de tijd.
9
Druk op de knop 4.
De camera is nu klaar om opnamen te gaan maken. Als u de datum en tijd
instelt met de menubesturing, gaat u terug naar het menu [H Set-up]. Druk
nogmaals op de 4-knop.
Op het scherm met de standaardinstellingen kunt u het instellen annuleren en
overgaan op de opnamefunctie door op de knop 3 te drukken. In dat geval
verschijnt het scherm met de standaardinstellingen de volgende keer dat u de
camera aanzet.
Wanneer u klaar bent met de instellingen en op de knop 4 drukt, wordt de klok
van de camera teruggezet op 00 seconden. Om de exacte tijd in te stellen, drukt
u op de knop 4 wanneer het tijdsignaal (op TV, radio, e.d.) precies 00 seconden
aangeeft.
U kunt de taal-, datum- en tijdinstellingen wijzigen met de menubesturing.
(p.170, p.174)
OK
24h
2006/0101 /
00 : 00
OK
JJ/MM/DD
DD weergave
Datum instellen
Datum
Tijd
Cancel
e_kb459.book Page 36 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
37
2
Voorbereidingen
Het objectief bevestigen
Alle belichtingsfuncties van de camera zijn beschikbaar wanneer u gebruik maakt
van DA-, D FA-, FA J- of andere objectieven met een diafragmastand s (Auto).
Sommige functies zijn beperkt wanneer u het objectief niet instelt op s (Auto).
Zie ook “Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring]” (p.188). Andere objectieven en
accessoires zijn niet beschikbaar bij de standaard fabrieksinstellingen. Om
ontspannen toch mogelijk te maken bij gebruik van een objectief of accessoire
dat hierboven niet wordt genoemd, stelt u [Gebruik diafr.ring] in bij Persoonlijke
instellingen. (p.107)
1
Controleer of de camera uit is.
2
Verwijder de bodydop (1) en de
achterlensdop van het objectief
(2).
Zet een los objectief altijd met de vatting
omhoog neer om beschadiging van het
gebied rond het de objectiefvatting te
voorkomen.
3
Zorg dat de richttekens (de rode
puntjes) op de camera en het
objectief tegenover elkaar liggen.
Draai vervolgens het objectief met
de klok mee tot het vastklikt.
Na het bevestigen van het objectief
controleert u of het goed vastzit.
Controleer ook of de rode puntjes van het
objectief aan de bovenzijde zitten en of
de objectiefbevestiging niet zijdelings kan
bewegen.
Zet de camera uit alvorens het objectief te bevestigen of te verwijderen om
onverwachte bewegingen van het objectief te voorkomen.
e_kb459.book Page 37 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
38
2
Voorbereidingen
4
Haal de frontdop van het objectief
door de aangegeven delen naar
binnen te duwen.
Als u het objectief wilt loskoppelen, houdt
u de ontgrendelknop voor het objectief
(
3) ingedrukt en draait u het objectief
tegen de wijzers van de klok in.
De bodydop (1) is een dop die krassen en stof voorkomt tijdens het transport.
“Bodydop K” wordt separaat verkocht en kan worden vergrendeld.
Pentax kan niet aansprakelijk worden gesteld voor ongelukken, problemen en
defecten die het gevolg zijn van het gebruik van objectieven van een ander merk.
De camerabody en objectiefvatting zijn voorzien van informatiecontacten en een
AF-koppeling. Vuil, stof of corrosie kunnen problemen met het elektronische
systeem of een incorrecte werking veroorzaken. U kunt de contacten reinigen
met een zachte, droge doek.
3
e_kb459.book Page 38 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
39
2
Voorbereidingen
De zoekerdioptrie aanpassen
Pas de scherpte van het zoekerbeeld aan uw gezichtsvermogen aan.
Wanneer u de zoekerinformatie niet goed kunt zien, schuift u de hendel
voor de dioptrieaanpassing opzij.
U kunt de dioptrie verschuiven van –2,5m
-1
tot +1,5m
-1
.
1
Kijk door de zoeker en richt de
camera op een goed verlicht punt.
Verschuif vervolgens de dioptrie-
correctieknop naar links of rechts.
Duw tegen de dioptriecorrectieknop tot
het AF-kader in de zoeker zo scherp
mogelijk zichtbaar is.
De Fo-oogschelp is bevestigd op de zoeker
wanneer de camera vanuit de fabriek wordt
verzonden. De dioptrie-instelling is
beschikbaar met de Fo-oogschelp
erop, maar is eenvoudiger wanneer
u de oogschelp verwijdert. Druk één
kant van de Fo-oogschelp naar binnen
en trek hem naar u toe.
Om de Fo-oogschelp te bevestigen, schuift
u hem langs de groef op de zoeker.
Wanneer u de zoekerinformatie niet goed
kunt zien, zelfs als u de hendel voor de
dioptrieaanpassing hebt ingesteld, gebruikt u de dioptriecorrectielensadapter M.
U kunt die adapter echter alleen gebruiken als u de oogschelp verwijdert. (p.193)
AF-kader
e_kb459.book Page 39 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
40
e_kb459.book Page 40 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
3 Basisbediening
In dit hoofdstuk wordt de basisbediening uitgelegd voor het
maken van opnamen. Zet de functiekiezer op de Picture-
functie (Auto Picture of Portretfunctie - Flits UIT) en op Scène
om succesvol opnamen te maken.
Raadpleeg de hoofdstukken vanaf hoofdstuk 4 voor informatie
over geavanceerde functies en instellingen voor opnamen.
Basishandelingen bij opnamen ............................. 42
Opnamen maken met de functie
Bewegingsreductie ................................................. 47
De juiste opnamefunctie selecteren ...................... 50
Werken met een zoomobjectief .............................. 53
Ingebouwde flitser gebruiken ................................ 54
Andere opnamefuncties ......................................... 58
Foto’s weergeven .................................................... 68
De camera aansluiten op audiovisuele
apparatuur ................................................................ 75
Opnamen verwerken met filters ............................. 76
Opnamen wissen ..................................................... 79
Afdrukservice instellen (DPOF) ............................. 85
Afdrukken met PictBridge ...................................... 88
e_kb459.book Page 41 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
42
3
Basisbediening
Basishandelingen bij opnamen
Hoe u de camera vasthoudt, is van belang bij het maken van opnamen.
Houd de camera stevig met beide handen vast.
Druk de ontspanknop voorzichtig helemaal in wanneer u een opname maakt.
De camera vasthouden
Om te voorkomen dat de camera beweegt tijdens het maken van de opname, kunt
u met de camera steun zoeken op of tegen een vast object (bijvoorbeeld een tafel,
muur of boom).
Hoewel er individuele verschillen tussen fotografen bestaan, is de sluitertijd voor
een camera die in de hand wordt gehouden in de regel 1/(brandpuntsafstand ×1,5).
De sluitertijd is bijvoorbeeld 1/75 seconde bij een brandpuntsafstand van 50 mm
en 1/150 seconde bij een brandpuntsafstand van 100 mm. Gebruik bij langere
sluitertijden een statief of de functie Bewegingsreductie (p.47).
Door bij het maken van een opname met een teleobjectief een statief te gebruiken
dat zwaarder is dan het totale gewicht van de camera en het objectief, voorkomt
u dat de camera beweegt.
Gebruik de functie Bewegingsreductie niet als u een statief gebruikt.
Horizontale positie Verticale positie
e_kb459.book Page 42 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
43
3
Basisbediening
De camera zodanig instellen dat deze de optimale instellingen kiest op basis
van de belichting van het onderwerp, de afstand en de beweging.
1
Zet de functiekiezer op I.
De camera bepaalt de meest geschikte
opnamefunctie voor het onderwerp.
1 De juiste opnamefunctie selecteren
(p.50)
2
Zet de scherpstelfunctieknop
op =.
Autofocus is ingesteld. (p.124)
De camera de optimale instellingen laten bepalen
e_kb459.book Page 43 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
44
3
Basisbediening
3
Kijk door de zoeker voor een beeld
van het onderwerp.
U kunt een zoomlens gebruiken voor een
andere grootte van het onderwerp in de
zoeker.
1 Werken met een zoomobjectief (p.53)
4
Breng het onderwerp binnen het
AF-kader en druk de ontspanknop
tot halverwege in.
Het autofocussysteem treedt in werking.
De scherpstelindicatie ] verschijnt in
de zoeker zodra het onderwerp is
scherpgesteld.
De flitser klapt automatisch uit wanneer
dit nodig is (de flitser moet handmatig
worden uitgeklapt wanneer de flitsfunctie
niet op [Auto] is ingesteld.).
1 De ontspanknop bedienen (p.45)
1 Onderwerpen waarop moeilijk auto-
matisch kan worden scherpgesteld (p.46)
1 Ingebouwde flitser gebruiken (p.54)
1 Het scherpstelkader instellen (AF-punt)
(p.128)
5
Druk de ontspanknop helemaal in.
De opname wordt gemaakt.
U kunt een voorbeeld bekijken op de LCD-monitor en de compositie, belichting
en scherpstelling beoordelen voordat u de opname maakt. (p.152)
Scherpstelindicatie
e_kb459.book Page 44 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
45
3
Basisbediening
6
Opnamen bekijken op de
LCD-monitor.
Na de opname wordt deze gedurende
één seconde op de LCD-monitor
weergegeven (Momentcontrole).
Tijdens de momentcontrole kunt
u de opname wissen door te drukken
op de knop i.
1 De duur van de weergave bij
Momentcontrole instellen (p.177)
1 Opnamen wissen (p.79)
1 Helderheid weergeven (p.178)
1 Histogramweergave (p.178)
Wissen
Wissen
Wissen
De ontspanknop bedienen
De ontspanknop heeft twee standen.
Als u de ontspanknop tot halverwege indrukt (eerste stand), worden
de indicaties in de zoeker en op het LCD ingeschakeld en werkt het
autofocussysteem. Als u de ontspanknop volledig indrukt (tweede stand),
wordt de opname gemaakt.
Wanneer u een opname wilt maken, moet u de ontspanknop voorzichtig
indrukken om camerabeweging te voorkomen.
Oefen met het tot halverwege indrukken van de ontspanknop om te leren
waar de eerste positie is.
De zoekerindicaties blijven aan wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
Ze blijven nog circa 10 seconden (standaardinstelling) zichtbaar nadat de
knop is losgelaten. (p.20)
Niet ingedrukt Tot halverwege
ingedrukt
(eerste stand)
Helemaal ingedrukt
(tweede stand)
e_kb459.book Page 45 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
46
3
Basisbediening
Het autofocus-mechanisme is niet perfect. Scherpstellen kan moeilijk zijn bij het
maken van opnamen onder de volgende omstandigheden ((a) tot (f) hieronder).
Deze zijn ook van toepassing op handmatig scherpstellen met de
scherpstelindicatie ] in de zoeker.
Wanneer niet automatisch kan worden scherpgesteld op het onderwerp, stelt u de
scherpstelfunctieknop in op \ en gebruikt u de handmatige scherpstelfunctie om
via het matglas in de zoeker scherp te stellen op het onderwerp. (p.133)
(a) Onderwerpen met een uitzonderlijk laag contrast, zoals een witte muur,
binnen het scherpstelkader.
(b) Onderwerpen die weinig licht reflecteren binnen het scherpstelkader.
(c) Onderwerpen die snel bewegen.
(d) Sterk weerkaatst licht of sterk tegenlicht (lichte achtergrond).
(e) Verticale of horizontale lijnen die binnen het scherpstelkader vallen.
(f) Verscheidene onderwerpen op voor- en achtergrond binnen het
scherpstelkader.
Onderwerpen waarop moeilijk automatisch
kan worden scherpgesteld
Wanneer (f) van toepassing is, is mogelijk niet scherpgesteld op het onderwerp,
zelfs wanneer de ] (scherpstelindicatie) wordt weergegeven.
e_kb459.book Page 46 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
47
3
Basisbediening
Opnamen maken met de functie
Bewegingsreductie
U kunt gemakkelijk scherpe opnamen maken met behulp van de functie
Bewegingsreductie door de schakelaar bewegingsreductie om te zetten.
Bewegingsreductie
De functie Bewegingsreductie reduceert het bewegen van de camera, wat
gemakkelijk kan voorkomen als de ontspanknop wordt ingedrukt. Dat is
handig bij situaties waarin grote kans bestaat dat de camera wordt bewogen.
Als de functie Bewegingsreductie is geactiveerd, kunt u opnamen maken met
een sluitertijd die met ongeveer 2 tot 3,5 stappen is vertraagd zonder risico
van het bewegen van de camera.
De functie Bewegingsreductie is ideaal voor het maken van opnamen onder
de volgende omstandigheden.
Bij het maken van opnamen op slecht verlichte locaties, bijvoorbeeld
binnenshuis, bij nacht, op bewolkte dagen en in de schaduw
Bij het maken van tele-opnamen
De functie Bewegingsreductie en brandpuntsafstand
De functie Bewegingsreductie is voor zijn functioneren afhankelijk van informatie
over bijvoorbeeld de brandpuntsafstand die door het objectief wordt doorgegeven.
Als op de camera een objectief DA, D FA, FA J, FA of F is bevestigd, wordt
die informatie automatisch doorgegeven als de functie Bewegingsreductie
wordt geactiveerd. [Brandpuntafstand] kan niet worden ingesteld in het menu
[Bewegingsreductie] in de [A Opname] (u kunt de menuopties niet selecteren).
Als u een ander type objectief gebruikt, wordt de objectiefinformatie niet auto-
matisch doorgegeven, ook niet als de functie Bewegingsreductie wordt
geactiveerd. In dat geval verschijnt het menu [Bewegingsreductie]. Stel de
[Brandpuntafstand] handmatig in in het menu [Bewegingsreductie].
1 De functie Bewegingsreductie instellen (p.49)
De functie Bewegingsreductie compenseert geen onscherpte die het
gevolg is van een bewegend onderwerp. Als u opnamen wilt maken van
bewegende onderwerpen, verhoogt u de sluitertijd.
De functie Bewegingsreductie kan het bewegen van de camera niet altijd
volledig compenseren bij het maken van close-ups. In dat geval raden we u aan
de functie Bewegingsreductie uit te schakelen en een statief te gebruiken.
De functie Bewegingsreductie zal niet goed werken bij het maken van
opnamen met een langzame sluitertijd, bijvoorbeeld opnamen van een
bewegend onderwerp of nachtopnamen. In dat geval raden we u aan de
functie Bewegingsreductie uit te schakelen en een statief te gebruiken.
Opname gemaakt met de functie
Bewegingsreductie
Onscherpe opname
e_kb459.book Page 47 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
48
3
Basisbediening
1
Zet de schakelaar bewegingsreductie
in de stand ON.
Wanneer de ontspanknop tot halverwege
wordt ingedrukt, wordt k weergegeven
in de zoeker en wordt de functie
Bewegingsreductie ingeschakeld.
De functie Bewegingsreductie inschakelen
Als u een type objectief gebruikt dat niet automatisch objectiefinformatie kan
doorgeven (p.47), bijvoorbeeld de brandpuntsafstand, wordt het menu
[Bewegingsreductie] weergegeven. Stel de [Brandpuntafstand] handmatig in in
het menu [Bewegingsreductie]. 1 De functie Bewegingsreductie instellen (p.49)
Zet de schakelaar bewegingsreductie in de stand OFF als u de functie
Bewegingsreductie niet wilt gebruiken.
De functie Bewegingsreductie zal de eerste twee seconden na het inschakelen
van de camera of na activering uit de stand Automatisch uitschakelen, niet goed
werken. Wacht tot de functie Bewegingsreductie is gestabiliseerd voordat u de
ontspanknop voorzichtig indrukt om een opname te maken. Druk de ontspanknop
tot halverwege in. De camera is gereed voor het maken van opnamen als k
wordt weergegeven in de zoeker.
Zet de schakelaar bewegingsreductie op OFF als u een statief gebruikt.
De functie Bewegingsreductie wordt automatisch uitgeschakeld onder de
volgende omstandigheden: bij gebruik van de zelfontspanner, zelfontspanner
(2 sec), opnamen via de afstandsbediening, vertraagde opnamen (3 sec),
tijdopnamen en draadloze bediening met een externe flitser
e_kb459.book Page 48 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
49
3
Basisbediening
Het menu [Bewegingsreductie] wordt weergegeven als de camera wordt ingeschakeld
terwijl de schakelaar bewegingsreductie in de stand ON staat en er een objectief
is bevestigd dat niet automatisch objectiefinformatie zoals de brandpuntsafstand
doorgeeft (p.47).
Stel in het menu [Bewegingsreductie] de [Brandpuntafstand] in.
1
Stel met de vierwegbesturing (op)
de [Brandpuntafstand] in.
U kunt kiezen uit de volgende 34 waarden
voor brandpuntsafstand.
(De standaardinstelling is 35.)
2
Druk op de knop 4.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
De functie Bewegingsreductie instellen
[Brandpuntafstand] kan in het menu [Bewegingsreductie] niet handmatig worden
ingesteld als u een objectief gebruikt dat het automatisch doorgeven van objectief-
informatie zoals de brandpuntsafstand, ondersteunt, omdat [Brandpuntafstand]
dan automatisch wordt ingesteld.
Stel [FI bij gebr S lens] in het menu [A Pers.inst.] in op [Beschikbaar] om de
scherpstelindicatie in te schakelen als u een schroefdraadobjectief gebruikt. Stelt
u deze functie in op [Niet beschikbaar], dan gaat de camera ervan uit dat er geen
objectief is bevestigd, en kunt u de functie Bewegingsreductie niet gebruiken.
Als u een objectief gebruikt zonder een positie s op de diafragmaring, of als de
diafragmaring is ingesteld op een andere positie dan s, stelt u [Gebruik diafr.ring]
in het menu [A Pers.inst.] in op [Toegestaan].
8 101215182024283035
40 43 50 55 65 70 77 85 100 120
135 150 180 200 250 300 350 400 450 500
550 600 700 800
Als de brandpuntsafstand van uw objectief hierboven niet wordt genoemd,
kiest u de waarde die het dichtst ligt bij de werkelijke brandpuntsafstand.
Als u een zoomlens gebruikt, kiest u de eigenlijke brandpuntsafstand bij de
zoominstelling op dezelfde manier.
Het effect van bewegingsreductie is afhankelijk van de opnameafstand en de
informatie over de brandpuntsafstand. De functie Bewegingsreductie werkt
wellicht niet zoals verwacht bij het maken van opnamen op korte afstand.
Kies [Bewegingsreductie] in het menu [A Opname] om de instelling voor
[Brandpuntafstand] te wijzigen. (p.104)
Cancel
OK
OK
Bewegingsreductie
135
120
100
Brandpuntafstand
e_kb459.book Page 49 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
50
3
Basisbediening
De juiste opnamefunctie selecteren
De camera kiest de beste opnamestand en de bijbehorende instellingen
als de functiekiezer is ingesteld op I (Automatische opname).
Selecteer = (Portret), s (Landschap), q (Macro), \ (Bewegend onderwerp),
. (Portretopname bij nacht), a (Flitser UIT) of H (Scène) met de functiekiezer
als de opname in de stand Auto Picture niet wordt gemaakt.
De functies zijn als volgt.
I
(Automatische opname)
Selecteert automatisch een van de functies Portret,
Landschap, Macro of Bewegend onderwerp.
Hiermee kunt u opnamen maken bij standaardinstellingen
(Normaal) als er geen optimale opnamefunctie is.
= (Portret)
Optimaal voor het maken van portretfoto’s.
s (Landschap)
Verdiept het scherpstelbereik, benadrukt kleuren en
verzadiging van bomen en lucht en zorgt voor scherpe
opnamen.
q (Macro)
Hiermee kunt u levendige opnamen maken van bloemen
en andere kleine onderwerpen op korte afstand.
\ (Bewegend onderwerp)
Hiermee kunt u scherpe opnamen maken van een snel
bewegend onderwerp, bijvoorbeeld bij een sportevenement.
. (Portretopname bij nacht)
Hiermee kunt u opnamen van mensen tegen een nachtelijke
achtergrond of schemering.
a (Flitser UIT)
De ingebouwde flitser is uitgeschakeld. Andere instellingen
zijn gelijk aan Normaal in I.
H (Scène)
Hiermee kunt u kiezen uit 8 opnamescènes afhankelijk van
de opnameomstandigheden.
Bij . (Portretopname bij nacht), wordt een langere sluitertijd gebruikt op donkere
plaatsen, zelfs als de ingebouwde flitser wordt gebruikt. Gebruik de functie
Bewegingsreductie of een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Functie-indicatie
e_kb459.book Page 50 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
51
3
Basisbediening
Als u de functiekiezer op het pictogram H (Scène) zet, kunt u uit de volgende
8 opnamescènes kiezen.
1
Zet de functiekiezer op H (Scène).
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt. Het
pictogram van de op dit moment
geselecteerde opnamescène wordt
weergegeven in het scherm van het
functiemenu in de stand H (Scène).
De opnamescène selecteren
A (Nachtopname)
Voor nachtopnamen. Gebruik een statief o.i.d om beweging
te voorkomen.
i (Strand & sneeuw)
Voor opnamen van verblindende achtergronden, zoals
besneeuwde bergen
B (Tekst)
Scherpe opnamen maken van getypte of handgeschreven
teksten.
K (Zonsondergang)
Voor opnamen van zonsopgang of zonsondergang in mooie
kleuren.
C (Kinderen)
Opnamen van bewegende kinderen. Produceert natuurlijke
huidtinten.
E (Huisdier)
Voor opnamen van bewegende huisdieren.
D (Kaarslicht)
Voor opnamen bij kaarslicht.
E (Museum)
Voor opnamen op plaatsen waar flitsen verboden is.
De flitser wordt uitgeschakeld in de opnamestanden A (Nachtopname),
K (Zonsondergang), D (Kaarslicht) en E (Museum). Gebruik de functie
Bewegingsreductie of een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Een opnamescène selecteren
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 51 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
52
3
Basisbediening
3
Druk op de knop 4.
Het functiepalet wordt weergegeven.
4
Gebruik de vierwegbesturing
(mnop) om de gewenste
Scène te selecteren.
Als u de instelling Huisdier kiest, kunt
u door aan de e-knop te draaien het
pictogram van een hond of een kat
kiezen. De functie is dezelfde, ongeacht
uw keuze voor een hond of een kat.
5
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
6
Druk op de { knop.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
Nachtopname
OK
OK
OK
OK
Voor nachtopnamen
Vo or n ac ht op na me n
Gebruik statief o.i.d om
Gebruik statief o.i.d om
beweging te voorkomen
beweging te voorkomen
Voor nachtopnamen
Gebruik statief o.i.d om
beweging te voorkomen
Voor opnamen van
Voor opnamen van
bewegende huisdieren
bewegende huisdieren
Voor opnamen van
bewegende huisdieren
Huisdier
OK
OK
OK
OK
e_kb459.book Page 52 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
53
3
Basisbediening
Werken met een zoomobjectief
Vergroot het onderwerp (tele-opname) of legt een groter gebied vast (groothoek)
met een zoomobjectief. Stel het in op de gewenste grootte en maak de opname.
1
Draai de zoomring rechtsom of
linksom.
Draai de zoomring met de klok mee naar
de telestand of tegen de klok in naar de
groothoekstand.
De beeldhoek wordt groter naarmate de brandpuntsafstand kleiner wordt. Hoe
groter het getal, des te sterker het beeld wordt vergroot.
Power Zoom-functies (Image Size Tracking, Zoom Clip en Auto Zoom Effect)
zijn niet compatibel met deze camera.
Groothoek TeleGroothoek
e_kb459.book Page 53 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
54
3
Basisbediening
Ingebouwde flitser gebruiken
Maak als volgt een opname bij slecht licht of tegenlicht of wanneer u de ingebouwde
flitser handmatig wilt gebruiken.
De ingebouwde flitser werkt optimaal bij een afstand van circa 0,7 m tot 4 m tot
het onderwerp. Bij een afstand van minder dan 0,7 m wordt de belichting niet juist
ingesteld en kan er vignettering optreden (deze afstand varieert enigszins,
afhankelijk van het gebruikte objectief en de ingestelde gevoeligheid (p.156)).
1
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
g
Auto ontladen
De camera meet automatisch het omgevingslicht en de
ingebouwde flitser klapt uit. Indien nodig klapt de flitser
automatisch uit en flitst hij automatisch, bijvoorbeeld als u
een sluitertijd gebruikt waarbij de kans groot is dat de
camera wordt bewogen of bij opnamen met tegenlicht.
(De flitser kan worden uitgeklapt zonder af te gaan als de
camera constateert dat flitsen niet nodig is.)
h
Manual ontladen
Hiermee flitst u handmatig. De flitser werkt alleen
wanneer deze is uitgeklapt.
i
Auto+ Anti Rode Ogen
Er wordt een voorflits gegeven (anti rode ogen) voordat de
flitser automatisch afgaat.
j
Manual + Anti Rode Ogen
Hiermee flitst u handmatig. Er wordt een voorflits gegeven
(anti rode ogen) voordat de flitser automatisch afgaat.
De handmatige flitsfunctie (Flits AAN) wordt gebruikt ongeacht de flitsfunctie-
instelling wanneer u op de knop K drukt om de flitser handmatig uit te klappen.
De flitsinstelling selecteren
Compatibiliteit van ingebouwde flitser en objectief
Afhankelijk van het gebruikte objectief en de opnamecondities kan vignettering
optreden (de hoeken van de opname worden zwart vanwege een gebrek
aan licht). Wij raden u aan een testopname te maken om dit te controleren.
1 Compatibiliteit objectieven DA, D FA, FA J, FA en F met de ingebouwde
flitser (p.158)
Verwijder de zonnekap wanneer u de ingebouwde flitser gebruikt.
Bij objectieven die geen functie hebben voor het instellen van de diaframaring
op het objectief op s (Auto), flitst de ingebouwde flitser volledig.
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 54 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
55
3
Basisbediening
2
Druk op de vierwegbesturing (n).
Het scherm voor flitseropties verschijnt.
3
Kies een flitsfunctie met de vierwegbesturing (op).
4
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
5
Druk op de { knop.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
1
Zet de functiekiezer op H, I, =, q of ..
2
Druk de ontspanknop tot
halverwege in.
De ingebouwde flitser klapt indien nodig
uit en wordt opgeladen. Wanneer de
flitser volledig is opgeladen, verschijnt b
op het LCD en in de zoeker. (p.17, p.20,
p.22)
Wanneer de functiekiezer is ingesteld op e,
b, c, a of p, worden g en i grijs
weergegeven en kunt u ze niet selecteren.
Automatisch flitsen gebruiken
g
,
i
(automatisch uitklappen van de flitser)
De flitser wordt uitgeschakeld als u A (Nachtopname), K (Zonsondergang),
D (Kaarslicht) of E (Museum) selecteert in de stand H (Scène).
U schakelt tussen automatisch en handmatig flitsen (Flits AAN) door te drukken op
de knop K terwijl de ingebouwde flitser is uitgeklapt. Als automatisch flitsen is
ingesteld, verschijnt E op het LCD.
Auto ontladen
Auto ontladen
Auto ontladen
Flitsinstelling
Flitsinstelling
Flitsinstelling
OK
OK
OK
OK
e_kb459.book Page 55 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
56
3
Basisbediening
3
Druk de ontspanknop helemaal in.
De opname wordt gemaakt.
4
Druk op het afgebeelde deel van
de flitser om deze in te klappen.
1
Druk op de K knop.
De ingebouwde flitser klapt uit en wordt
opgeladen. Handmatig flitsen (Flits AAN)
wordt gebruikt, ongeacht de flitsfunctie-
instelling. Wanneer de flitser volledig is
opgeladen, verschijnt h op het LCD
en in de zoeker. (p.17, p.20, p.22)
2
Druk de ontspanknop helemaal in.
De flitser gaat af en de opname wordt gemaakt.
3
Duw de flitser omlaag om deze in te klappen.
Handmatig flitsen (Flits AAN)
h
,
j
Als de flitsfunctie is ingesteld op g of i
en u klapt de ingebouwde flitser uit, kunt u
onder de volgende omstandigheden heen
en weer schakelen tussen Automatisch
flitsen en Handmatig flitsen (Flits AAN) door
op de knop K te drukken.
De opnamefunctie is ingesteld op I,
=, s, q, \ of ..
H is ingesteld op i, B, C of E.
e_kb459.book Page 56 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
57
3
Basisbediening
Wanneer in een donkere omgeving opnamen met de flitser worden gemaakt, kunnen
de ogen van het onderwerp rood overkomen. Dit wordt veroorzaakt door de
weerspiegeling van de elektronische flitser in het netvlies. Deze weerspiegeling
treedt op doordat pupillen in het donker wijder zijn.
U kunt rode ogen niet voorkomen, maar met de volgende maatregelen kunt u er wel
iets tegen doen.
Maak de omgeving lichter voor de opname.
Stel in op een grote hoek en maak de opname van dichterbij wanneer u een
zoomobjectief gebruikt.
Gebruik een flitser die anti rode ogen ondersteunt.
Wanneer u een externe flitser gebruikt, zet u deze zo ver mogelijk weg van
de camera.
De functie tegen rode ogen van deze camera vermindert het rode-ogeneffect door
tweemaal te flitsen. Met anti rode ogen wordt er een voorflits gegeven net voordat
de sluiter ontspant. Dit vermindert de verwijding van pupillen. De hoofdflits wordt
vervolgens gegeven op het moment dat de pupillen kleiner zijn, waardoor het rode-
ogeneffect wordt verminderd. U gebruikt deze functie door
i
(Auto + anti rode
ogen) in te stellen in de Picture-functie of
j
(Handmatig + anti rode ogen) in te
stellen bij andere flitsfunctie-instellingen.
Bij daglicht voorkomt de flitser schaduwen wanneer u een portretfoto maakt van
iemand met schaduwen over het gezicht. Het gebruik van de flitser op deze manier
wordt daglichtsynchronisatie genoemd. De flitser wordt bij daglichtsynchronisatie
handmatig ingeschakeld.
Opnamen maken (Automatische opname)
1 Controleer of de flitser is uitgeklapt en of de flitsfunctie is ingesteld op
h (Manual ontladen). (p.56)
2 Controleer of de flitser volledig is opgeladen.
3 Maak de opname.
Anti rode ogen gebruiken Flitser
Opnamen met daglichtsynchronisatie
Als de achtergrond te helder is, kan de opname worden overbelicht.
Zonder daglichtsynchronisatie Met daglichtsynchronisatie
e_kb459.book Page 57 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
58
3
Basisbediening
Andere opnamefuncties
U kunt diverse opnamen achter elkaar maken door de ontspanknop ingedrukt te
houden.
1
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
Continuopnamen
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 58 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
59
3
Basisbediening
2
Druk op de vierwegbesturing
(m).
Het scherm met opties voor de
transportfunctie verschijnt.
3
Gebruik de vierwegbesturing
(op) om j te selecteren.
4
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
5
Druk op de { knop.
De camera is gereed voor het maken van opnamen.
6
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het autofocussysteem treedt in werking. De scherpstelindicatie ] verschijnt
in de zoeker zodra het onderwerp is scherpgesteld.
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Enkelbeeld opname
Enkelbeeld opname
Transportfunctie
Enkelbeeld opname
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Continue opname
Continue opname
Transportfunctie
Continue opname
e_kb459.book Page 59 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
60
3
Basisbediening
7
Druk de ontspanknop helemaal in.
Zolang de ontspanknop ingedrukt wordt gehouden, worden er achter elkaar
opnamen gemaakt. Haal uw vinger van de ontspanknop om de continuopname
te stoppen.
De instelling voor continuopnamen blijft bewaard wanneer de camera
wordt uitgeschakeld. Open het functiemenu en stel de camera in op
9 (enkelbeeldopnamen) om de continuopname te stoppen.
Deze camera heeft twee zelfontspannerfuncties: g en Z.
1
Bevestig de camera op een statief.
Stel [Resterend aantal opn] in het menu [A Pers.inst.] in op [Resterend aant.cont.].
Het mogelijke aantal continuopnamen (buffergeheugen) wordt weergegeven
wanneer u de ontspanknop tot halverwege indrukt. (p.106)
Wanneer de [Autofocus] in het menu [A Opname] is ingesteld op l
(scherpstelling één opname), wordt de scherpstelling aangepast telkens wanneer
de sluiter ontspant. (p.127)
De scherpstelling is continu actief wanneer de functiekiezer is ingesteld op e, b,
c of a en [Autofocus] in de [A Opname] is ingesteld op k (Continu), als de
opnamefunctie is ingesteld op \ (Bewegend onderwerp) of H is ingesteld op
C (Kinderen) of E (Huisdier). De sluiter ontspant altijd, ook als de scherpstelling
niet gereed is.
Bij gebruik van de ingebouwde flitser kan pas een opname worden gemaakt
wanneer de flitser volledig is opgeladen. Als u de sluiter wilt kunnen ontspannen
voordat de ingebouwde flitser gereed is, moet u een gebruikersfunctie instellen.
(p.155)
Opnamen met de zelfontspanner
g
De sluiter ontspant na circa 12 seconden. Gebruik deze functie om als fotograaf
ook op de foto te komen.
Z
Onmiddellijk nadat de ontspanknop is ingedrukt, wordt de spiegel opgeklapt. De
sluiter ontspant na circa 2 seconden. Gebruik deze functie om te voorkomen dat
de camera beweegt wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
e_kb459.book Page 60 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
61
3
Basisbediening
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (m).
Het scherm met opties voor de
transportfunctie verschijnt.
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Enkelbeeld opname
Enkelbeeld opname
Transportfunctie
Enkelbeeld opname
e_kb459.book Page 61 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
62
3
Basisbediening
4
Gebruik de vierwegbesturing
(op) om g of Z te selecteren.
5
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
6
Druk op de { knop.
De camera is gereed voor het maken van opnamen.
7
Kijk in de zoeker of het onderwerp
zichtbaar is en druk de ontspanknop
tot halverwege in.
De scherpstelindicatie []] verschijnt in
de zoeker wanneer op het onderwerp is
scherpgesteld.
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Zelfontspanner (12sec)
Zelfontspanner (12sec)
Transportfunctie
Zelfontspanner (12sec)
e_kb459.book Page 62 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
63
3
Basisbediening
8
Druk de ontspanknop helemaal in.
Bij g begint de de zelfontspanner-LED
langzaam te knipperen; de laatste twee
seconden voordat de sluiter ontspant,
knippert de LED snel. Het geluidsignaal is
hard en de frequentie neemt toe. Ongeveer
12 seconden nadat de ontspanknop
helemaal is ingedrukt, wordt de opname
gemaakt.
Bij Z wordt de opname ongeveer 2 seconden nadat de ontspanknop
helemaal is ingedrukt, gemaakt.
9
Zet de camera uit na de opname.
De volgende keer dat u de camera
inschakelt, wordt de zelfontspanner
geannuleerd en is de camera weer
ingesteld op enkelbeeldopnamen.
Het geluidssignaal kan worden uitgeschakeld (p.170).
Als er licht binnendringt in de zoeker, kan dit de belichting beïnvloeden. Bevestig
het meegeleverde ME-zoekerkapje of gebruik de belichtingsgeheugenfunctie
(p.148). (U kunt het binnendringende licht negeren wanneer de belichtingsfunctie
is ingesteld op a (Handmatig) (p.144).)
Als u accessoires als het ME-zoekerkapje wilt bevestigen, verwijder dan eerst de
F
O-oogschelp door één kant naar binnen te drukken en de oogschelp dan naar
u toe te trekken.
Oogschelp FO verwijderen Het ME-zoekerkapje bevestigen
e_kb459.book Page 63 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
64
3
Basisbediening
De ontspanknop kan ook worden bediend via de optionele afstandsbediening.
U kunt kiezen uit h (afstandsbediening) en i (drie seconden vertraging) bij
opnamen via de afstandsbediening.
1
Bevestig de camera op een statief.
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
Opnamen via de afstandsbediening
(Afstandsbediening F: afzonderlijk verkrijgbaar)
h
De sluiter wordt onmiddellijk ontspannen nadat de ontspanknop op de
afstandsbediening is ingedrukt.
i
De sluiter wordt circa drie seconden nadat de ontspanknop op de
afstandsbediening is ingedrukt, ontspannen.
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 64 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
65
3
Basisbediening
3
Druk op de vierwegbesturing (m).
Het scherm met opties voor de
transportfunctie verschijnt.
4
Gebruik de vierwegbesturing
(op) om h of i te selecteren.
De zelfontspanner-LED knippert,
ten teken dat de camera zich in de
wachtstand voor de afstandsbediening
bevindt.
5
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
6
Druk op de { knop.
De camera is gereed voor het maken van opnamen.
7
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Het autofocussysteem treedt in werking. De scherpstelindicatie ] verschijnt
in de zoeker zodra het onderwerp is scherpgesteld.
U kunt bij standaardinstellingen niet scherpstellen via de afstandsbediening. Stel
eerst scherp op het onderwerp voordat u de afstandsbediening gebruikt. U kunt
[AF met afstandbed.] in de stand [On] zetten via de gebruikersfuncties. (p.107)
Wanneer u de afstandsbediening gebruikt, klapt de flitser niet automatisch uit,
zelfs wanneer de camera is ingesteld op g (Automatisch flitsen). Klap eerst
handmatig de flitser uit. (p.56)
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Afstandsbediening
Afstandsbediening
Transportfunctie
Afstandsbediening
e_kb459.book Page 65 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
66
3
Basisbediening
8
Richt de afstandsbediening op de
voorzijde van de camera en druk
de ontspanknop van de
afstandsbediening in.
De afstandsbediening kan gebruikt
worden tot een afstand van circa 5 m
vanaf de voorzijde van de camera. De
sluiter wordt ontspannen onmiddellijk of
circa 3 seconden nadat de ontspanknop
op de afstandsbediening is ingedrukt,
afhankelijk van de geselecteerde transportfunctie. Wanneer de opname
is gemaakt, brandt het lampje van de zelfontspanner 2 seconden en gaat
dan weer knipperen.
Als er licht binnendringt in de zoeker, kan dit de belichting beïnvloeden. Bevestig
het meegeleverde ME-zoekerkapje of gebruik de belichtingsgeheugenfunctie
(p.148). (U kunt het binnendringende licht negeren wanneer de belichtingsfunctie
is ingesteld op a (Handmatig) (p.144).)
Als u accessoires als het ME-zoekerkapje wilt bevestigen, verwijder dan eerst de
F
O-oogschelp door één kant naar binnen te drukken en de oogschelp dan naar
u toe te trekken.
Zet de camera uit om de afstandsbedieningsfunctie te annuleren nadat die is
geactiveerd.
De afstandsbediening werkt mogelijk niet bij tegenlicht.
De afstandsbediening werkt niet wanneer de flitser bezig is op te laden.
Als u gebruik wilt maken van de ingebouwde flitser, klap deze dan eerst uit.
Wanneer de afstandsbediening vijf minuten niet wordt gebruikt, keert de camera
automatisch terug naar de enkelbeeldopnamefunctie.
De batterij van de afstandsbediening heeft capaciteit voor het verzenden van
ongeveer 30.000 afstandsbedieningssignalen. Neem contact op met een
PENTAX service center om de batterij te vervangen (hieraan zijn kosten
verbonden).
5m
Oogschelp FO verwijderen
Het ME-zoekerkapje bevestigen
e_kb459.book Page 66 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
67
3
Basisbediening
Gebruik de functie Spiegel omhoog wanneer de camera duidelijk beweegt, ook
wanneer de draadontspanner (optioneel) of de afstandsbediening (optioneel)
wordt gebruikt.
Bij gebruik van de zelfontspanner (2 sec) klapt de spiegel op en wordt de sluiter
ontspannen twee seconden nadat u op de ontspanknop drukt, zodat trillen van de
spiegel wordt voorkomen.
Volg de onderstaande procedure om een opname te maken met de functie Spiegel
omhoog.
1
Bevestig de camera op een statief.
2
Selecteer Z (zelfontspanner (2 sec)) met behulp van de knop {
en de vierwegbesturing (m).
1 Opnamen met de zelfontspanner (p.60)
3
Stel scherp op het onderwerp.
4
Druk de ontspanknop helemaal in.
De spiegel klapt op en de opname wordt twee seconden later gemaakt.
Het belichtingsgeheugen is ingeschakeld met de belichtingswaarde die
onmiddellijk voorafgaand aan het opklappen van de spiegel is ingesteld.
Gebruik van de functie Spiegel omhoog om
bewegingen van de camera te voorkomen
e_kb459.book Page 67 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
68
3
Basisbediening
Foto’s weergeven
U kunt opnamen weergeven op de camera.
1
Druk na het maken van een
opname op de Q knop.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
Opnamen weergeven
Met de meegeleverde software PENTAX PHOTO Browser 3 kunt u opnamen
weergeven op een computer. Raadpleeg de “Handleiding PENTAX PHOTO
Browser 3/PENTAX PHOTO Laboratory 3” voor meer informatie.
100-0046
100-0046
100-0046
e_kb459.book Page 68 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
69
3
Basisbediening
2
Druk op de vierwegbesturing (op).
o : De vorige opname wordt
weergegeven.
p : De volgende opname wordt
weergegeven.
U kunt opnamen telkens 90° tegen de klok in roteren. Dit maakt het bekijken van
verticaal gemaakte opnamen eenvoudiger.
1
Druk na het maken van een
opname op de Q knop.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
2
Druk op de vierwegbesturing (n).
Bij elke druk op de knop wordt de opname
90°
tegen de klok in gedraaid.
Opnamen roteren
100-0001
10 0 -00 01
100-0001100-0001
10 0 -00 01
100-0001100-0001
10 0 -00 01
100-0001
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
e_kb459.book Page 69 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
70
3
Basisbediening
3
Druk op de knop 4.
De rotatiegegevens van de opname
worden bewaard.
U kunt opnamen tijdens de weergave tot maximaal 12 keer vergroten.
1
Druk op de knop Q en selecteer
met de vierwegbesturing (op)
een opname.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
Vergrote weergave Opnamen
100-0046
100-0046
100-0046
e_kb459.book Page 70 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
71
3
Basisbediening
2
Draai de e-knop naar rechts
(in de richting van y).
Bij elke klik wordt de opname vergroot,
tot maximaal 12 keer de oorspronkelijke
grootte. Draai naar links (in de richting
van f) om terug te gaan.
Druk nogmaals op de knop 4 om de
oorspronkelijke weergave te herstellen.
Druk op de knop 4 om terug te keren
van de uitvergrote weergave van
[Histogram], [Detailinformatie] en
[Geen infoweergave] (alleen opname) naar het oorspronkelijke formaat.
Druk op de knop M om [Geen infoweergave] uitvergroot weer te geven.
Druk bij uitvergrote weergave op de vierwegbesturing (mnop) om een
ander gedeelte weer te geven.
U kunt negen opnamen tegelijk weergeven op de LCD-monitor.
De standaardinstelling voor de eerste klik op de e-knop is 1,2 keer. U kunt dit
wijzigen bij [Inzoomen op weergave] in het menu [A Pers.inst.]. (p.107)
Weergave van negen opnamen tegelijk
2 0.×20.×
e_kb459.book Page 71 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
72
3
Basisbediening
1
Druk op de Q knop.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
2
Draai de e-knop naar links
(in de richting van f).
Er kunnen maximaal negen miniatuur-
opnamen worden weergegeven. Druk op
de vierwegbesturing (mnop) om
een opname te selecteren. Er verschijnt
rechts op het scherm een schuifbalk.
Als er een opname is geselecteerd op
de onderste rij, worden bij een druk op
de vierwegbesturing (n) de volgende
negen opnamen weergegeven.
Wanneer een opname niet kan worden
weergegeven, verschijnt er een [?].
3
Draai de e-knop naar rechts
(in de richting van y) of druk
op de 4 knop.
Er verschijnt een volledige
schermweergave van de
geselecteerde opname.
100-0046
100-0046
100-0046
Kiezen&wissen
100-0046
Schuifbalk
Kader
100-0046
100-0046
100-0046
e_kb459.book Page 72 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
73
3
Basisbediening
U kunt alle opnamen op de SD-geheugenkaart achter elkaar weergeven. Om de
doorlopende weergave te starten, gebruikt u het menuscherm op de LCD-monitor.
1
Druk op de knop Q en selecteer
met de vierwegbesturing (op)
een opname die als eerste moet
worden weergegeven.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
Diavoorstelling
100-0046
100-0046
100-0046
Fn
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 73 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
74
3
Basisbediening
3
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het startscherm verschijnt en de
diavoorstelling begint.
Druk op een willekeurige knop om
de diavoorstelling te stoppen.
Wanneer u wilt terugkeren naar
de opnamefunctie, drukt u op de
ontspanknop of de knop Q, schuift u de
hoofdschakelaar naar de voorbeeldstand
(|), of draait u aan de functiekiezer.
Stel de weergavetijd voor de diavoorstelling in het menu [Q Weergeven] in. U kunt
de diavoorstelling ook starten vanuit het menu [Q Weergeven]. (p.168)
Starten
Starten
Starten
e_kb459.book Page 74 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
75
3
Basisbediening
De camera aansluiten op audiovisuele
apparatuur
Via de videokabel kunt u opnamen weergeven met een tv of andere apparatuur
met een video-IN-aansluiting als monitor. Zorg dat zowel de tv als de camera
uit staat alvorens de kabel aan te sluiten.
1 Het video-uitgangssignaal selecteren (p.175)
1
Open het klepje voor aansluitingen en sluit de videokabel
aan op de USB/video-uitgang.
2
Sluit het andere uiteinde van de videokabel aan op de
video-IN-aansluiting van het audiovisuele apparaat.
3
Zet het audiovisuele apparaat en de camera aan.
Als u van plan bent de camera gedurende lange tijd intensief te gebruiken,
verdient het aanbeveling een netvoedingsadapter (optioneel) te gebruiken. (p.28)
Bij AV-apparatuur met meerdere video-IN-aansluitingen (zoals een tv),
raadpleegt u de handleiding bij het AV-apparaat en selecteert u de video-IN-
aansluiting waarop de camera wordt aangesloten.
Afhankelijk van het land of de regio bestaat de kans dat opnamen en
geluidsbestanden niet kunnen worden weergegeven als het ingestelde
videosignaal afwijkt van het aldaar gebruikte signaal. Als dit het geval is,
wijzigt u de instelling van het videosignaal. (p.175)
De LCD-monitor van de camera wordt uitgeschakeld terwijl de camera
op het audiovisuele apparaat is aangesloten.
e_kb459.book Page 75 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
76
3
Basisbediening
Opnamen verwerken met filters
U kunt opnamen bewerken met digitale filters. De bewerkte opnamen worden
onder een andere naam opgeslagen.
Digitaal filter
RAW-opnamen kunnen niet via het digitale filter worden verwerkt.
Stel digitale filters in via het menu [Q Weergeven].
Zwart-wit Converteert naar zwart-witopname.
Sepia
Geeft uw foto’s een antiek uiterlijk door ze te converteren naar een
sepiakleur.
Kleur
Legt een kleurfilter over de opname. Keuze uit 18 filters
(9 kleuren × 2 tinten).
Soft
Creëert een zachte opname door de gehele opname lichtjes
te vervagen. Keuze uit drie niveaus.
Vlak
Wijzigt de horizontale en verticale verhouding van opnamen. De hoogte
en breedte kunnen tot twee keer het oorspronkelijke formaat worden
gewijzigd.
Helderheid Wijzigt de helderheid van opnamen. Keuze uit ±8 niveaus.
e_kb459.book Page 76 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
77
3
Basisbediening
1
Druk op de knop {
in de weergavestand.
Het functiemenu verschijnt.
2
Druk op de vierwegbesturing (o).
Het scherm voor selectie van het filter
verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (op) om een opname
te selecteren.
4
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om een filter te kiezen.
Selecteer een filter en bekijk het effect op de opname. Ga naar stap 5 wanneer
u [Kleur] hebt geselecteerd. Ga naar stap 7 wanneer u [Zwart-wit] of [Sepia]
hebt geselecteerd.
5
Als u [Kleur] hebt geselecteerd,
draait u aan de e-knop om de
filterkleur te selecteren.
U kunt kiezen uit 18 kleurfilters:
9 basiskleuren (rood, oranje, geel,
geelgroen, groen, cyaan, blauw,
indigo en paars), en dezelfde
kleuren in een donkerdere tint.
Fn
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
Zwart-wit
Zwart-wit
Zwart-wit
OK
OK
OK
OK
Kleur
Kleur
Kleur
OK
OK
OK
OK
e_kb459.book Page 77 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
78
3
Basisbediening
6
Met de e-knop kunt u de verhouding
aanpassen wanneer u het filter
Vlak, Soft of Helderheid hebt
geselecteerd.
Draai linksom voor een bredere opname
en rechtsom voor een smallere opname
als het filter Vlak is geselecteerd. Draai
linksom om de opname donkerder te
maken, of rechtsom om de opname
helderder te maken als u Helderheid
hebt geselecteerd. Selecteer de zachtheid
(drie niveaus) als u het filter Soft hebt geselecteerd.
Druk op de vierwegbesturing (op) om een opname te selecteren. De
opname wordt weergegeven met de ingestelde verhouding of zachtheid.
7
Druk op de knop 4.
Het bevestigingsscherm voor opslaan verschijnt.
8
Selecteer [Opslaan als] met
de vierwegbesturing (m).
9
Druk op de knop 4.
De gefilterde opname wordt opgeslagen onder een andere naam.
Vlak
Vlak
Vlak
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
OK
Opslaan als
Onderbreken
Onderbreken
Sla beelden op als
Sla beelden op als
nieuw bestand
nieuw bestand
Onderbreken
Sla beelden op als
nieuw bestand
e_kb459.book Page 78 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
79
3
Basisbediening
Opnamen wissen
U kunt één opname per keer wissen.
1
Druk op de knop Q en selecteer
met de vierwegbesturing (op)
een opname die u wilt wissen.
2
Druk op de knop i.
Het scherm Wissen verschijnt.
3
Selecteer [Wissen] met de
vierwegbesturing (m).
4
Druk op de knop 4.
De opname wordt gewist.
Eén opname wissen
Gewiste opnamen kunnen niet meer worden teruggehaald.
Beveiligde opnamen kunnen niet worden gewist.
100-0046
100-0046
100-0046
Wissen
100-0046
100-0046
100-0046
OK
OK
OK
OK
Onderbreken
Onderbreken
Alle Beelden
Alle Beelden
Onderbreken
Alle Beelden
e_kb459.book Page 79 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
80
3
Basisbediening
U kunt alle opgeslagen opnamen in één keer wissen.
1
Druk op de knop Q.
2
Druk twee maal op de knop i.
Het scherm voor het wissen van alle
opnamen verschijnt.
3
Selecteer [Alles wissen] met de
vierwegbesturing (m).
4
Druk op de knop 4.
Alle opnamen worden gewist.
Alle opnamen wissen
Gewiste opnamen kunnen niet meer worden teruggehaald.
Beveiligde opnamen kunnen niet worden gewist.
OK
OK
OK
OK
Onderbreken
Onderbreken
Alle beelden van
Alle beelden van
geheugenkaart wissen?
geheugenkaart wissen?
Alles wissen
Onderbreken
Alle beelden van
geheugenkaart wissen?
e_kb459.book Page 80 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
81
3
Basisbediening
U kunt verscheidene opnamen tegelijk uit de weergave met negen opnamen wissen.
1
Druk op de Q knop.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
2
Draai de e-knop naar links
(in de richting van f).
Er worden negen opnamen getoond.
Geselecteerde opnamen wissen
(uit de weergave met negen opnamen)
Gewiste opnamen kunnen niet meer worden teruggehaald.
Beveiligde opnamen kunnen niet worden gewist.
U kunt alleen gelijktijdig bestanden selecteren wanneer deze in dezelfde map
staan.
100-0046
100-0046
100-0046
100-0046
Kiezen&wissen
e_kb459.book Page 81 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
82
3
Basisbediening
3
Druk op de knop i.
9 verschijnt op de opnamen.
4
Kies de te wissen opnamen met de
vierwegbesturing (mnop) en
druk op de knop 4.
De opname wordt geselecteerd en
O verschijnt.
Druk op de knop { om alle opnamen te
selecteren. (De selectie van opnamen
kan enige tijd duren, afhankelijk van het
aantal opnamen.)
5
Druk op de knop i.
Het scherm voor bevestiging van het wissen verschijnt.
6
Selecteer [Kiezen&wissen] met de
vierwegbesturing (m).
7
Druk op de knop 4.
De geselecteerde opnamen worden gewist.
OK
Wissen
Kiezen&wissen
OK
OK
OK
OK
Onderbreken
Onderbreken
Alles geselecteerde
Alles geselecteerde
beelden zijn gewist
beelden zijn gewist
Onderbreken
Alles geselecteerde
beelden zijn gewist
e_kb459.book Page 82 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
83
3
Basisbediening
U kunt opnamen beveiligen zodat ze niet per ongeluk kunnen worden gewist.
1
Druk op de knop Q en selecteer
met de vierwegbesturing (op) een
opname.
De laatste opname (die met het hoogste
bestandsnummer) wordt weergegeven
op de LCD-monitor.
2
Druk op de Z knop.
Het scherm Beveiligen verschijnt.
3
Selecteer [Beveiligen] met de
vierwegbesturing (m).
4
Druk op de knop 4.
De geselecteerde opname wordt beveiligd.
Opnamen beveiligen tegen wissen (Beveiligen)
Zelfs beveiligde opnamen worden gewist wanneer de SD-geheugenkaart wordt
geformatteerd.
Selecteer [Beveiliging opheffen] in stap 3 om de beveiligingsinstelling te
annuleren.
Bij de weergave van beveiligde opnamen verschijnt het symbool Y. (p.19)
100-0046
100-0046
100-0046
Beveiligen
100-0046
100-0046
100-0046
OK
OK
OK
OK
Beveiliging opheffen
Beveiliging opheffen
Alle Beelden
Alle Beelden
Beveiliging opheffen
Alle Beelden
e_kb459.book Page 83 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
84
3
Basisbediening
1
Druk op de knop Q.
2
Druk twee keer op de Z knop.
Het scherm voor beveiliging van alle
opnamen verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (m)
om [Beveiligen] te selecteren en
druk op de knop 4.
Alle opnamen op de SD-geheugenkaart
worden beveiligd.
Alle opnamen beveiligen
Als u de beveiligingsinstelling voor alle opnamen wilt annuleren, selecteert
u [Beveiliging opheffen] in stap 3.
OK
OK
OK
OK
Beveiligen
Beveiliging opheffen
Beveiliging opheffen
Alle beelden beveiligen
Alle beelden beveiligen
Beveiliging opheffen
Alle beelden beveiligen
e_kb459.book Page 84 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
85
3
Basisbediening
Afdrukservice instellen (DPOF)
U kunt conventionele foto-afdrukken bestellen door de SD-geheugenkaart
met opgeslagen opnamen naar een zaak te brengen die foto’s afdrukt.
Met de DPOF-instellingen (Digital Print Order Format) kunt u het aantal
exemplaren opgeven en eventueel de datumgegevens laten afdrukken.
Stel voor elke opname de volgende opties in.
1
Druk op de knop Q en selecteer met de vierwegbesturing (op)
een opname.
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (m).
Het DPOF-scherm verschijnt.
Als er reeds DPOF-instellingen zijn
voor een opname, worden het vorig
ingestelde aantal afdrukken en de
instelling van de datumweergave
(O (Aan) of P (Uit)) weergegeven.
Op RAW-opnamen kunnen geen DPOF-instellingen worden toegepast.
Afzonderlijke opnamen afdrukken
Kopieën Selecteert het aantal kopieën. U kunt maximaal 99 exemplaren afdrukken.
Datum Geeft aan of de datum al dan niet moet worden afgedrukt op de foto.
Fn
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
00
Kopieën
100-0046
100-0046
100-0046
Fn
OK
OK
OK
Alle Beelden
Alle Beelden
OK
Datum
Alle Beelden
e_kb459.book Page 85 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
86
3
Basisbediening
4
Kies met de vierwegbesturing (op) het aantal kopieën en druk
op de vierwegbesturing (n).
Het kader wordt verplaatst naar [Datum].
5
Gebruik de vierwegbesturing (op)
om te bepalen of de datum al (O)
dan niet (P) moet worden
afgedrukt.
O : De datum wordt afgedrukt.
P : De datum wordt niet afgedrukt.
6
Druk op de knop 4.
De DPOF-instellingen worden opgeslagen en de camera keert terug naar
de weergavestand.
1
Druk op de knop { in
de weergavestand.
Het functiemenu verschijnt.
Afhankelijk van de printer of de afdrukapparatuur van het fotolab bestaat de kans
dat de datum niet wordt afgedrukt op de opnamen, zelfs als de DPOF-instelling
hiervoor is gekozen.
Als u de DPOF-instellingen wilt annuleren, stelt u het aantal kopieën in stap 4 in op
[00] en drukt u op de knop 4.
Instellingen voor alle opnamen
Alle Beelden
Alle Beelden
Alle Beelden
Datum
100-0046
100-0046
100-0046
Fn
01
Kopieën
OKOK
OK
OK
OK
Fn
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 86 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
87
3
Basisbediening
2
Druk op de vierwegbesturing (m).
Het DPOF-scherm verschijnt.
3
Druk op de { knop.
Er verschijnt een scherm waar u voor
alle opnamen DPOF-instellingen kunt
invoeren.
4
Gebruik de vierwegbesturing (op) om het aantal kopieën in te
stellen en te bepalen of u de datum wilt afdrukken (O) of niet (P).
Zie stap 4 en 5 van “Afzonderlijke opnamen afdrukken” (p.86) voor nadere
informatie over de instellingen.
5
Druk op de knop 4.
De DPOF-instellingen voor alle opnamen worden opgeslagen en de camera
keert terug naar de weergavestand.
Het aantal kopieën dat u opgeeft bij de instellingen, geldt voor alle opnamen.
Controleer of het aantal correct is alvorens de opnamen af te drukken.
Wanneer er instellingen worden opgegeven voor alle opnamen, worden instellingen
voor afzonderlijke opnamen geannuleerd.
00
Kopieën
100-0046
100-0046
100-0046
Fn
OK
OK
OK
Alle Beelden
Alle Beelden
OK
Datum
Alle Beelden
00
Kopieën
OK
OK
OK
OK
DPOF-instelling voor
DPOF-instelling voor
alle beelden
alle beelden
DPOF-instelling voor
alle beelden
Datum
e_kb459.book Page 87 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
88
3
Basisbediening
Afdrukken met PictBridge
Met deze functie kunt u opnamen direct vanaf de camera afdrukken, zonder dat
u daarvoor een computer nodig hebt (Rechtstreeks afdrukken).
Sluit de camera op de PictBridge-compatibele printer aan via de meegeleverde
USB-kabel (I-USB17) om rechtstreeks af te drukken.
Nadat u de camera op de printer hebt aangesloten, selecteert u de opnamen die
u wilt afdrukken, het aantal kopieën en of de datum moet worden afgedrukt.
Rechtstreeks afdrukken vindt als volgt plaats.
Stel [Transfer functie] op de camera in op [PictBridge] (p.89)
Sluit de camera aan op de printer (p.90)
Stel de afdrukopties in (p.85)
Afzonderlijke opnamen afdrukken (p.91)
Alle opnamen afdrukken (p.93)
Afdrukken met DPOF-instellingen (p.95)
Wanneer u de camera aansluit op een printer, raden wij u aan de netvoedingsadapter
te gebruiken. De printer werkt mogelijk niet goed, of de opnamegegevens kunnen
verloren gaan wanneer de batterijen leegraken terwijl de camera op de printer is
aangesloten.
Maak de USB-kabel niet los tijdens de overdracht van gegevens.
Al naar gelang het type printer zijn mogelijk niet alle op de camera gemaakte
instellingen (zoals de afdruk- of DPOF-instellingen) geldig.
Er kan een afdrukfout optreden als u meer dan 500 exemplaren probeert af te
drukken.
Het afdrukken van een index met opnamen, waarbij verscheidene opnamen
op één vel worden afgedrukt, is misschien niet mogelijk tenzij de printer het
afdrukken van een index ondersteunt. Mogelijk hebt u een computer nodig
om een index af te drukken.
U kunt RAW-opnamen niet rechtstreeks afdrukken. Druk RAW-opnamen af via
een pc.
Raadpleeg de “Handleiding PENTAX PHOTO Browser 3/PENTAX PHOTO
Laboratory 3” wanneer u de camera aansluit op een computer.
e_kb459.book Page 88 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
89
3
Basisbediening
1
Druk op de 3 knop.
Het menu [A Opname] verschijnt.
2
Gebruik de vierwegbesturing
(op) om het menu [H Set-up]
te selecteren.
3
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om [Transfer functie]
te kiezen.
4
Druk op de vierwegbesturing (p).
Er verschijnt een keuzemenu.
Instellen van [Transfer functie]
Formatteren
Set-up
Signaal
Datum instellen
Wereldtijd
Hulpdisplay
Einde
Nederlands
e_kb459.book Page 89 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
90
3
Basisbediening
5
Gebruik de vierwegbesturing
(mn) om [PictBridge]
te kiezen.
6
Druk op de knop 4.
De instelling wordt gewijzigd.
7
Druk op de knop 3.
1
Zet de camera uit.
2
Sluit de camera aan op de PictBridge-compatibele printer via
de meegeleverde USB-kabel.
Op printers die compatibel zijn met PictBridge, is het PictBridge-logo
afgedrukt.
Camera op de printer aansluiten
NTSC
PC
PC-F
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Transfer functie
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
0
OK
OKCancel
PictBridge
e_kb459.book Page 90 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
91
3
Basisbediening
3
Zet de printer aan.
4
Nadat de printer is geïnitialiseerd,
zet u de camera aan.
Het PictBridge-menu verschijnt.
1
Gebruik de vierwegbesturing
(mn) om [Enkel beeld] te
selecteren in het PictBridge-
menu.
2
Druk op de knop 4.
Het scherm Eén opname afdrukken verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (op)
om een opname te selecteren om
af te drukken.
Het PictBridge-menu wordt niet weergegeven wanneer [Transfer functie] is
ingesteld op [PC] of [PC-F].
Afzonderlijke opnamen afdrukken
Enkel beeld
Alle Beelden
DPOF AUTOPRINT
OK
OK
OK
OK
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
Enkel beeld
Alle Beelden
DPOF AUTOPRINT
OK
OK
OK
OK
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
Datum
Datum
1
Kopie
Kopie
ën
OK
1
100-0046
100-0046
100-0046
Fn
Afdr
Afdr
Datum
Datum
Deze opname afdrukken
Deze opname afdrukken
DatumKopieën
Afdr
Datum
Deze opname afdrukken
e_kb459.book Page 91 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
92
3
Basisbediening
4
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om het aantal kopieën
te kiezen.
U kunt maximaal 99 afdrukken afdrukken.
5
Gebruik de knop { om te bepalen of de datum al (O) dan niet
(P) moet worden afgedrukt.
O : De datum wordt afgedrukt.
P : De datum wordt niet afgedrukt.
6
Druk op de knop 4.
Het bevestigingsscherm voor de
afdrukinstellingen wordt weergegeven.
Ga naar stap 12 om de opnamen af te
drukken met de standaardinstellingen.
Ga naar stap 7 om de afdrukinstellingen
te wijzigen.
7
Druk op de { knop.
Het scherm voor het wijzigen van de
afdrukinstellingen verschijnt.
8
Selecteer [Papierafm.] en druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor het papierformaat verschijnt.
9
Gebruik de vierwegbesturing
(mnop) om het papierformaat
te kiezen.
U kunt alleen een papierformaat kiezen
dat door uw printer wordt ondersteund.
Wanneer het [Papierafm.] wordt ingesteld
op [Standaard], worden opnamen
afgedrukt volgens de printerinstellingen.
Kwaliteit
Kwaliteit
Papiertype
Papiertype
Papierafm.
Papierafm.
Standaard
Standaard
Std.
Std.
Std.
Std.
Std.
Std.
Randinstelling
Randinstelling
Std.
Std.
Std.
OK
Afdr
Afdr
Fn
Inst. wijzigen
Inst. wijzigen
Afdrukken met
Afdrukken met
deze inst?
deze inst?
Kwaliteit
Papiertype
Papierafm. Standaard
Randinstelling
Afdr
Inst. wijzigen
Afdrukken met
deze inst?
PictBridge
Papierafm.
Std.
Std.
Papiertype
Kwaliteit
Std.
Randinstelling
Standaard
OK
OKCancel
Papierafm.
Standaard
Kaart
8"×10"
A4
A3
Brief
11"×17"
2L
Briefkaart
4"×6"
L
100×150
OK
OKCancel
e_kb459.book Page 92 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
93
3
Basisbediening
10
Druk op de knop 4.
11
Herhaal stap 8 tot en met 10 voor [Papiertype], [Kwaliteit]
en [Randinstelling].
Na het instellen van elk item wordt het scherm voor het wijzigen van
de afdrukinstellingen weergegeven.
Als voor deze afdrukinstellingen [Std.] wordt gekozen, worden opnamen
afgedrukt op basis van de printerinstellingen.
[Papiertype] met meer E duiden op een betere kwaliteit papier.
Meer E bij [Kwaliteit] geeft een hogere afdrukkwaliteit aan.
12
Druk twee keer op de knop 4.
De opname wordt afgedrukt op basis van de gekozen instellingen.
Druk op de knop 3 om het afdrukken te annuleren.
1
Gebruik de vierwegbesturing
(mn) om [Alle Beelden] te
selecteren in het PictBridge-
menu.
2
Druk op de knop 4.
Het scherm [Alle opnamen afdrukken] verschijnt.
Alle opnamen afdrukken
OK
OK
OK
OK
Enkel beeld
Alle Beelden
DPOF AUTOPRINT
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
Kies afdrukmodus
e_kb459.book Page 93 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
94
3
Basisbediening
3
Kies het aantal kopieën en geef
aan of de datum al dan niet
moet worden afgedrukt.
Het aantal kopieën en het al dan niet
afdrukken van de datum zijn van
toepassing op alle opnamen.
Zie stap 4 en 5 van “Afzonderlijke
opnamen afdrukken” (p.92) voor
nadere informatie over de instellingen.
4
Druk op de knop 4.
Het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen wordt weergegeven.
Zie stap 7 en 11 van “Afzonderlijke opnamen afdrukken” (p.92 en 93)
voor nadere informatie over het wijzigen van de instellingen.
5
Druk op de knop 4 in het bevestigingsvenster voor
de afdrukinstellingen.
Alle opnamen worden afgedrukt op basis van de gekozen instellingen.
Druk op de knop 3 om het afdrukken te annuleren.
Datum
Datum
1
28
28
1
28
100-0046
100-0046
100-0046
Kopie
Kopie
ën
Totaal
Totaal
Alle opnamen afdrukken
Alle opnamen afdrukken
OK
Fn
Datum
Datum
Afdr
Afdr
Datum
Afdr
Datum
Kopieën
Totaal
Alle opnamen afdrukken
e_kb459.book Page 94 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
95
3
Basisbediening
1
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om [DPOF AUTOPRINT]
te selecteren in het PictBridge-menu.
2
Druk op de knop 4.
Het scherm Afdrukken met DPOF-
instellingen verschijnt. Geef met de
vierwegbesturing (op) aan hoeveel
kopieën u van elke opname wilt
afdrukken, of de datum op de opname
moet worden afgedrukt, en het totaal
aantal kopieën. Afdrukinstellingen
worden ingesteld met de Afdrukservice.
(p.85)
3
Druk op de knop 4.
Het bevestigingsscherm voor de afdrukinstellingen wordt weergegeven.
Zie stap 7 en 11 van “Afzonderlijke opnamen afdrukken” (p.92 en 93)
voor nadere informatie over het wijzigen van de instellingen.
4
Druk op de knop 4 in het bevestigingsvenster voor
de afdrukinstellingen.
De opnamen worden afgedrukt op basis van de gekozen instellingen.
Druk op de knop 3 om het afdrukken te annuleren.
Maak de USB-kabel los van de camera en de printer wanneer u klaar bent met
afdrukken.
1
Zet de camera uit.
2
Maak de USB-kabel los van de camera en de printer.
Opnamen laten afdrukken op basis van
DPOF-instellingen
De USB-kabel loskoppelen
1
10
10
Datum
Datum
Totaal
Totaal
1
10
Kopie
Kopie
ën
Afdrukken met
Afdrukken met
DPOF-instellingen
DPOF-instellingen
OK
Afdr
Afdr
Afdr
Datum
Totaal
Kopieën
Afdrukken met
DPOF-instellingen
e_kb459.book Page 95 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
96
e_kb459.book Page 96 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
4 Menu-referentie
Legt de functies van de knoppen en menu’s van
s uit.
De knopfuncties gebruiken .................................... 98
Het menu gebruiken .............................................. 102
Het functiemenu gebruiken .................................. 108
De functiekiezer gebruiken ................................... 110
Bij gebruik van de menu’s en het functiemenu zijn onderdelen die niet kunnen
worden gewijzigd vanwege instellingen van de camera grijs en niet
selecteerbaar.
e_kb459.book Page 97 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
98
4
Menu-referentie
De knopfuncties gebruiken
Hieronder vindt u uitleg van de knoppen tijdens de opname.
1 Ontspanknop
Indrukken om opnamen te maken. (p.45)
2 Hoofdschakelaar
Bewegen om de camera aan/uit te zetten (p.32) of een voorbeeld weer
te geven (p.152).
3 Ontgrendelknop voor het objectief
Indrukken om het objectief los te maken. (p.38)
Opnamestand
2
3
1
5
6
7
8
9
4
0
a
b
c
d
e
f
e_kb459.book Page 98 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
99
4
Menu-referentie
4 Scherpstelfunctieknop
Schakelen tussen automatisch (p.124) en handmatig scherpstellen (p.132).
5 Functiekiezer
Gebruiken om de opnamefunctie te wijzigen. (p.110)
6 K knop
Indrukken om de ingebouwde flitser uit te klappen. (p.54)
7 3-knop
Het menu [A Opname] weergeven (p.104). Druk vervolgens op de
vierwegbesturing (p) voor weergave van de menu’s [Q Weergeven]
(p.104), [H Set-up] (p.105) en [A Pers.inst.]. (p.106)
8 M knop
Indrukken om opnamegegevens weer te geven op de LCD-monitor. (p.17)
9 Q knop
Activeert de weergavefunctie. (p.68)
0 mc knop
Indrukken om waarden voor het diafragma en de LW-correctie in te stellen.
(p.142, p.147)
a L knop
De belichting vergrendelen voordat de opname wordt gemaakt. (p.148)
Automatisch de juiste belichting instellen in de stand a (Handmatig). (p.146)
b e-knop
De sluitertijd, het diafragma en de LW-correctie instellen. (p.140, p.142,
p.147)
c 4 knop
De in het menu geselecteerde instelling bevestigen.
d Vierwegbesturing (mnop)
De cursor verplaatsen of onderdelen wijzigen in menu’s en het functiemenu.
e Schakelaar bewegingsreductie
De functie Bewegingsreductie in- en uitschakelen. (p.47)
f { knop
Indrukken om het functiemenu weer te geven. Druk op de vierwegbesturing
(mnop) om de volgende handeling te kiezen. (p.108)
e_kb459.book Page 99 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
100
4
Menu-referentie
Hieronder vindt u uitleg van de knoppen tijdens de weergave.
1 Ontspanknop
Indrukken om over te gaan naar de opnamefunctie.
2 Hoofdschakelaar
Bewegen om de camera uit en aan te zetten. (p.32)
3 3-knop
Indrukken om het menu [Q Weergeven] weer te geven (p.104). Druk
vervolgens op de vierwegbesturing (op) voor weergave van de menu’s
[H Set-up] (p.105), [A Pers.inst.] (p.106) en [A Opname] (p.104).
4 i knop
Indrukken om opnamen te verwijderen. (p.79)
5 M knop
Indrukken om opnamegegevens weer te geven op de LCD-monitor. (p.18)
Weergavestand
2
3
1
4
5
6
7
0
a
8
9
e_kb459.book Page 100 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
101
4
Menu-referentie
6 Q knop
Indrukken om over te gaan naar de opnamefunctie.
7 Z knop
Indrukken om opnamen te beveiligen tegen onbedoelde verwijdering. (p.83)
8 e-knop
Een opname uitvergroten (p.70) of negen opnamen tegelijkertijd weergeven
(p.71).
9 4 knop
De in het menu of het weergavescherm geselecteerde instelling bevestigen.
0 Vierwegbesturing (mnop)
De cursor verplaatsen of onderdelen wijzigen in menu’s, het functiemenu
en het weergavescherm.
a { knop
Indrukken om het functiemenu weer te geven. Druk op de vierwegbesturing
(mop) om de volgende handeling te kiezen. (p.108)
e_kb459.book Page 101 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
102
4
Menu-referentie
Het menu gebruiken
In dit gedeelte wordt het gebruik uitgelegd van de menu’s [A Opname],
[Q Weergeven], [H Set-up] en [A Pers.inst.].
Het menuscherm weergeven
1
Druk op de knop 3 in
de opnamefunctie.
Het menu [A Opname] verschijnt
op de LCD-monitor.
2
Druk op de vierwegbesturing (p).
De menu’s[Q Weergeven], [H Set-up]
en [A Pers.inst.] worden opeenvolgend
weergegeven, steeds als u op de
vierwegbesturing drukt.
Bediening van het menu
Einde
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Formatteren
Set-up
Signaal
Datum instellen
Wereldtijd
Hulpdisplay
Einde
Nederlands
e_kb459.book Page 102 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
103
4
Menu-referentie
Selecteer een menuonderdeel en stel het in.
Hierna wordt bij wijze van voorbeeld de procedure uitgelegd voor instelling
van [Kwaliteitsniveau] in het menu [A Opname].
3
Gebruik de vierwegbesturing (mn)
om een onderdeel te kiezen.
4
Druk op de vierwegbesturing (p).
De beschikbare opties voor [Kwaliteitsniveau]
worden weergegeven.
Druk op de vierwegbesturing (p) om naar
het keuzemenu te gaan als er sprake is van
een keuzemenu.
Als u het kwaliteitsniveau wijzigt, wordt het
beschikbare aantal opnamen bij die instelling
voor kwaliteit op het scherm weergegeven.
5
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om een instelling te kiezen.
6
Druk op de knop 4.
De camera keert terug naar het menuscherm. Stel vervolgens andere items in.
Druk op de 3-knop om terug te gaan naar het de opname- of
weergavestand.
Als u op de 3-knop drukt en het menuscherm sluit maar de camera wordt
verkeerd uitgeschakeld (bijvoorbeeld doordat de batterijen worden uitgenomen
terwijl de camera aan staat), worden de instellingen niet opgeslagen.
Met de e-knop kunt u schakelen tussen de menu’s [A Opname],
de [Q Weergeven], [H Set-up] en [A Pers.inst.] wanneer er geen
keuzemenu wordt weergegeven.
Als u in de opnamestand op de knop 3 drukt, verschijnt het menu
[A Opname]. Als u in de weergavestand op de knop 3 drukt,
verschijnt het menu [Q Weergeven].
Einde
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
128
Beeldtint
Resterend aantal opn
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Cancel
OK
OK
e_kb459.book Page 103 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
104
4
Menu-referentie
Instellingen voor de opnamen maakt u in het menu [A Opname].
Instellingen voor weergave en bewerking van opnamen maakt u in het menu
[Q Weergeven].
[A Opname] Onderdelen van menu
Onderdeel Functie Bladzijde
Beeldtint Stelt de kleurtint van opnamen in. p.114
Opnamepixels Stelt de opnamegrootte in. p.115
Kwaliteitsniveau Stelt de opnamekwaliteit in. p.116
Kleurverzadiging Stelt de kleurverzadiging in. p.117
Scherpte Maakt de contouren van een opname scherp of zacht. p.117
Contrast Stelt het contrast van de opname in. p.117
Auto Bracket Stelt Auto Bracket in. p.151
Lichtmeting bij
automatische
belichting
Selecteert het gedeelte van het scherm dat moet worden
gebruikt voor lichtmeting en het bepalen van de
belichting.
p.136
Ander schrpstpnt
Selecteert het gedeelte van het scherm waarop moet
worden scherpgesteld.
p.128
Autofocus Selecteert de autofocusstand. p.127
Belichtingscomp.
Past de flitsbelichting aan om de opname lichter of
donkerder te maken.
p.154
Bewegingsreductie
Stelt de [Brandpuntafstand] in bij het gebruik van een
objectief dat niet automatisch objectiefinformatie kan
doorgeven.
p.49
[Q Weergeven] Onderdelen van menu
Onderdeel Functie Bladzijde
Weergave functie
Instelling voor de weergave van opnamegegevens bij
het weergeven van opnamen en een waarschuwing
voor gebieden die overbelicht zijn.
p.167
Momentcontrole Stelt de tijdsduur in voor de onmiddellijke controle. p.177
Voorbeeldweerg.
Instelling voor de weergave van een waarschuwing
voor gebieden die overbelicht zijn of een histogram
tijdens Momentcontrole en Digitaal voorbeeld.
p.178
Digitaal filter
Wijzigt de kleurtint van opnamen, past de filters
Soft en Vlak toe, of past de helderheid aan.
p.76
Diavoorstelling Geeft opnamen doorlopend weer. p.73
e_kb459.book Page 104 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
105
4
Menu-referentie
Instellingen voor de camera geeft u op in het menu [H Set-up].
* Raadpleeg p. 11 van de “Handleiding PENTAX PHOTO Browser 3/PENTAX PHOTO
Laboratory 3” voor informatie over aansluiting van de camera op een computer.
[H Set-up] Onderdelen van menu
Onderdeel Functie Bladzijde
Formatteren Formatteert de SD-geheugenkaart. p.169
Signaal Schakelt het geluidssignaal in/uit. p.170
Datum instellen Stelt de datumindeling en de tijd in. p.170
Wereldtijd
Stelt in om de plaatselijke tijd weer te geven wanneer
u naar het buitenland reist.
p.171
Language/
Wijzigen van de taal waarin menu’s en berichten
worden weergegeven.
p.174
Hulpdisplay Geeft indicaties al dan niet weer op de LCD-monitor. p.174
Helderheid Wijzigt de helderheid van de LCD-monitor. p.175
Videosignaal
Stelt het uitgangssignaal in voor weergave op een
televisie.
p.175
Transfer functie* Stelt de USB-kabelverbinding in (computer of printer). p.89
Auto Uitsch.
Stelt de tijd in waarna de camera automatisch wordt
uitgeschakeld.
p.176
Bestandsnaam
Stelt de methode in die wordt gebruikt voor het
toewijzen van mapnamen voor het opslaan van
opnamen.
p.176
Bestand
Stelt de methode in voor het toevoegen van
bestandsnummers.
p.177
Sensor reinigen
Zet de spiegel vast in de omhooggeklapte stand om
de CCD te kunnen reinigen.
p.189
Reset
Zet alle instellingen terug op hun standaardwaarden,
behalve Datum instellen, Language, Videosignaal en
Wereldtijd.
p.179
e_kb459.book Page 105 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
106
4
Menu-referentie
Stel in het menu Pers. inst. aangepaste functies in om volledig gebruik te maken
van de functionaliteit van de spiegelreflexcamera. In de standaardinstelling wordt
het menu Pers. inst. niet gebruikt.
Instellingen in het menu [A Pers.inst.] worden geactiveerd wanneer [Instellen],
het eerste onderdeel, O (Aan) is.
[A Pers.inst.] Onderdelen van menu
Onderdeel Functie Bladzijde
Instellen
Instellen om het menu met Persoonlijke instellingen
te gebruiken.
Ruisonderdrukking
Instellen om ruisonderdrukking te gebruiken bij
opnamen met een lange sluitertijd.
Bel.inst.stappen Stelt de aanpassingsstappen voor de belichting in. p.148
AUTO ISO correctie
Stelt het bereik in waarbinnen de gevoeligheid
automatisch wordt aangepast voor de instelling
[AUTO] in [Gevoeligheid].
p.121
Waarsch. ISO inst.
Stelt het maximale gevoeligheidsniveau in. Wanneer
dit niveau wordt overschreden, wordt er een ISO-
gevoeligheidswaarschuwing gegeven.
p.122
Koppelt belicht.+ AF
Instelling voor het koppelen van de belichtingswaarde
en het AF-punt in het scherpstelkader (scherpstelstand)
bij meervlaksmeting.
p.137
Bedrijftijd lichtmtr Stelt de bedrijftijd voor de belichtingsmeter in. p.137
AE-L met AF lock
Instelling voor het vastzetten van de belichtingswaarde
wanneer er is scherpgesteld.
p.131
Resterend aantal opn
Stelt in dat de weergave van het resterende aantal
opnamen in LCD en zoeker wordt veranderd in het
aantal mogelijke continuopnamen wanneer de
ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.
OK knop bij opname
Stelt de gewenste actie in voor de knop 4 wanneer
deze tijdens de opname wordt ingedrukt.
p.126,
p.129
AE-L knop op M opn.
Selecteert de belichtingscorrectiemethode wanneer
op de knop L wordt gedrukt in de stand a
(Handmatig).
p.146
AF-punt weergeven
Instelling voor het al dan niet weergeven van het
AF-punt (scherpstelstand) in de zoeker.
p.128
e_kb459.book Page 106 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
107
4
Menu-referentie
AF met afstandbed.
Instelling om automatisch scherp te stellen bij
opnamen via de afstandsbediening.
De sluiter ontspant nadat de autofocus actief is,
wanneer de ontspanknop wordt bediend vanaf de
afstandsbediening en deze op [On] staat. De sluiter kan
niet worden ontspannen voordat er is scherpgesteld.
De autofocus wordt niet actief door het gebruik van
de ontspanknop op de afstandsbediening wanneer
deze in de stand [Uit] staat.
FI bij gebr S lens
Instelling voor weergave van een scherpstelindicatie
wanneer er een schroefdraadobjectief wordt gebruikt.
Het objectief wordt herkend, ook al stond de camera
niet aan toen het objectief werd bevestigd.
Gebruik diafr.ring
Instelling voor het inschakelen van de ontspanknop
wanneer de diafragmaring in een andere positie
staat dan s.
p.188
Ontspant bij opladen
Stelt de mogelijkheid in om de sluiter te ontspannen
terwijl de ingebouwde flitser nog bezig is met opladen.
p.155
Voorbeeldmethode
Selecteert Digitaal voorbeeld of Optisch voorbeeld als
de hoofdschakelaar in de voorbeeldstand (|) staat.
Aan de hand van een digitaal voorbeeld kunt u
compositie, belichting en scherpstelling op de LCD-
monitor beoordelen voordat u de opname maakt.
Aan de hand van een optisch voorbeeld kunt u de
scherptediepte controleren door de zoeker.
p.153
Inzoomen op weergave
Stelt de aanvangsvergroting van de zoomweergave in.
Kies uit [1.2x], [2x], [4x], [8x] en [12x].
De standaardinstelling is [1.2x].
Man.witbalans meting
Instelling voor het meten van het gehele scherm of
een spotgebied wanneer handmatige witbalans is
ingesteld.
p.119
Kleurgebied Stelt het te gebruiken kleurgebied in. p.123
Reset pers.inst.
Zet alle instellingen in het menu Persoonlijke
instellingen terug op hun standaardwaarde.
p.180
Onderdeel Functie Bladzijde
e_kb459.book Page 107 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
108
4
Menu-referentie
Het functiemenu gebruiken
Druk op de knop { knop in de opnamestand.
Het functiemenu verschijnt.
Druk op de vierwegbesturing (mop) om een handeling te kiezen.
Opnamestand
Vierwegbesturing Onderdeel Functie Bladzijde
m
Transportstand
Selecteert Continuopname,
Zelfontspanner, Afstandsbediening of
Auto Bracket.
p.58,
p.60,
p.64,
p.149
n
Flitsinstelling Wijzigt de flitsfunctie. p.54
o
Witbalans
Wijzigt de kleur in de kleur van de
lichtbron die het onderwerp verlicht.
p.118
p
Gevoeligheid Stelt de gevoeligheid in. p.121
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 108 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
109
4
Menu-referentie
Druk op de knop { knop in de weergavestand.
Het functiemenu verschijnt.
Druk op de vierwegbesturing (mop) om een handeling te kiezen.
Weergavestand
Vierwegbesturing Onderdeel Functie Bladzijde
m
DPOF-
instellingen
Stelt de DPOF-instellingen in. p.85
o
Digitaal filter
Wijzigt de kleurtint van opnamen, past de
filters Soft en Vlak toe, of past de
helderheid aan.
p.76
p
Diavoorstelling Geeft opnamen doorlopend weer. p.73
Fn
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
e_kb459.book Page 109 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
110
4
Menu-referentie
De functiekiezer gebruiken
U kunt de opnamefunctie wijzigen door een pictogram op de functiekiezer
tegenover het indexstreepje te zetten.
Onderdeel Functie Bladzijde
I
(Automatische opname)
Selecteert automatisch een van de functies
Portret, Landschap, Macro of Bewegend
onderwerp. Hiermee kunt u opnamen maken
bij standaardinstellingen (Normaal) als er geen
optimale opnamefunctie is.
p.50
=
(Portret) Optimaal voor het maken van portretfoto’s.
s (Landschap)
Verdiept het scherpstelbereik, benadrukt kleuren
en verzadiging van bomen en lucht en zorgt voor
scherpe opnamen.
q
(Macro)
Hiermee kunt u levendige opnamen maken van
bloemen of andere kleine onderwerpen op korte
afstand.
\ (Bewegend onderwerp)
Hiermee kunt u scherpe opnamen maken van
een snel bewegend onderwerp, bijvoorbeeld
bij een sportevenement.
.
(Portretopname bij nacht)
Hiermee kunt u opnamen van mensen tegen een
nachtelijke achtergrond of schemering.
a (Flitser UIT)
De ingebouwde flitser is uitgeschakeld. Andere
instellingen zijn gelijk aan Normaal in I.
H (Scène)
Selecteert uit 8 opnamescènes afhankelijk van
de opnameomstandigheden.
Bij . (Portretopname bij nacht), wordt een langere sluitertijd gebruikt op donkere
plaatsen, zelfs als de ingebouwde flitser wordt gebruikt. Gebruik de functie
Bewegingsreductie of een statief om te voorkomen dat de camera beweegt.
Functie-indicatie
e_kb459.book Page 110 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
111
4
Menu-referentie
Onderdeel Functie Bladzijde
e (Programma)
De sluitertijd en de diafragmawaarde worden
automatisch ingesteld voor het maken van
opnamen met de juiste belichting.
p.139
b (Sluit. voorkeus)
Instelling van de gewenste sluitertijd voor het
vastleggen van de beweging van bewegende
onderwerpen. Maak opnamen van snelbewegende
onderwerpen die lijken stil te staan of onderwerpen
die lijken te bewegen.
p.140
c (Diafragmavoorkeuze)
Instelling van het gewenste diafragma voor controle
over de scherptediepte. Gebruik deze instelling
voor een onscherpe of scherpe achtergrond.
p.142
a (Handmatig)
Instelling van sluitertijd en diafragma voor het
maken van creatieve opnamen.
p.144
p (Tijdopname)
Instelling voor het maken van opnamen waarvoor
lange sluitertijden nodig zijn, zoals vuurwerk en
nachtopnamen.
p.146
e_kb459.book Page 111 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
112
e_kb459.book Page 112 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
5 Functiereferentie
Beschrijving van functies voor optimaal werken met
s.
De opnamepixels en het kwaliteitsniveau
instellen................................................................... 114
Scherpstellen ......................................................... 124
Belichting instellen ............................................... 134
Compositie, belichting en scherpstellen
beoordelen vóór opname ..................................... 152
Ingebouwde flitser gebruiken .............................. 154
Instellingen tijdens de weergave ......................... 167
Camera-instellingen .............................................. 169
Standaardinstellingen herstellen ......................... 179
e_kb459.book Page 113 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
114
5
Functiereferentie
De opnamepixels en het
kwaliteitsniveau instellen
Stel de basiskleurtint van opnamen in. De standaardinstelling is [F (helder)].
Instellen bij [Beeldtint] in het menu [A Opname] menu. (p.104)
Beeldtint instellen
F
Helder
Opnamen worden helderder gemaakt, met een hoog contrast
en meer scherpte.
G
Natuurlijk
Opnamen krijgen een natuurlijke afwerking die geschikt is voor
retoucheren.
De instellingen kunnen niet worden gewijzigd in de Picture-functie en de stand H
(p.50). Beeldtint is vast ingesteld op F (helder).
OK
OKCancel
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
e_kb459.book Page 114 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
115
5
Functiereferentie
U kunt voor opnamepixels kiezen uit P, Q en R. Hoe meer pixels, hoe groter
de opname en hoe groter het bestand. De bestandsgrootte is ook afhankelijk van
de instellingen voor kwaliteitsniveau. De standaardinstelling is P 3008×2000
(JPEG).
Instellen bij [Opnamepixels] in het menu [A Opname] menu. (p.104)
Als u de instelling voor opnamepixels wijzigt, wordt het beschikbare aantal
opnamen bij die instelling op het scherm weergegeven.
Opnamepixels instellen
P
3008×2008 (RAW)
3008×2000 (JPEG)
Geschikt voor afdrukken op A3-papier
(297×420 mm).
Q
2400×1600
Geschikt voor afdrukken op A4-papier
(210×297 mm).
R
1536×1024
Geschikt voor afdrukken op A5-papier
(148×210 mm).
U kunt geen instelling voor [Opnamepixels] selecteren als [Kwaliteitsniveau]
is ingesteld op | (vast aantal opnamepixels: 3008 × 2008)
Beeldtint
128Resterend aantal opn
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Cancel OK
OK
e_kb459.book Page 115 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
116
5
Functiereferentie
U kunt het kwaliteitsniveau van de opname instellen. De bestandsgrootte is ook
afhankelijk van de opnamepixels. De standaardinstelling is [C (Best)].
Instellen bij [Kwaliteitsniveau] in het menu [A Opname] menu. (p.104)
Als u het kwaliteitsniveau wijzigt, wordt het beschikbare aantal opnamen
bij die instelling voor kwaliteit op het scherm weergegeven.
Kwaliteitsniveau instellen
| RAW
RAW-gegevens zijn CCD-uitvoergegevens die worden opgeslagen
zonder verdere bewerking.
Effecten zoals Witbalans, Contrast, Kleurverzadiging en Scherpte
worden niet op de opname toegepast, maar deze informatie wordt
wel opgeslagen. Breng de opnamen over naar een computer, pas
effecten toe via de meegeleverde software PENTAX PHOTO
Laboratory 3 en maak hiermee JPEG- en TIFF-bestanden.
C Best
Laagste mate van compressie, geschikt voor het afdrukken van
grote opnamen op bijvoorbeeld A4-papier. De opname wordt
opgeslagen in de indeling JPEG.
D Beter
Standaardcompressie, geschikt voor de weergave van
standaardfoto’s of voor weergave op het beeldscherm.
De opname wordt opgeslagen in de indeling JPEG.
E Goed
Hoogste compressiefactor, geschikt om als bijlage bij e-
mailberichten te gebruiken of voor het maken van websites.
De opname wordt opgeslagen in de indeling JPEG.
128
Beeldtint
Resterend aantal opn
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Cancel
OK
OK
e_kb459.book Page 116 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
117
5
Functiereferentie
U kunt kiezen uit vijf niveaus voor Kleurverzadiging, Scherpte en Contrast.
De standaardinstelling voor alle is [0 (standaard)].
Stel [Kleurverzadiging], [Scherpte] en [Contrast] in het menu [A Opname] in.
(p.104)
In de richting van + : Hogere kleurverzadiging
In de richting van – : Lagere kleurverzadiging
In de richting van + : Meer scherpte
In de richting van – : Minder scherpte
In de richting van + : Hoger contrast
In de richting van – : Lager contrast
Kleurverzadiging/Scherpte/Contrast instellen
Kleurverzadiging Stelt de kleurverzadiging in.
Scherpte Maakt de contouren van een opname scherp of zacht.
Contrast Stelt het contrast van de opname in.
De instellingen kunnen niet worden gewijzigd in de Picture-functie en de stand H
(p.50).
EindeEindeEinde
Einde
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Einde
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
Einde
Beeldtint
Opname
Opnamepixels
Kwaliteitsniveau
Kleurverzadiging
Scherpte
Contrast
e_kb459.book Page 117 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
118
5
Functiereferentie
Witbalans is een functie voor het aanpassen van kleuren van een opname zodat
witte onderwerpen ook werkelijk wit zijn. Stel de witbalans in als u niet tevreden
bent met de kleurbalans van opnamen die zijn genomen met de instelling F
(Auto), of als u uw opnamen een creatief tintje wilt geven. De standaardinstelling
is F (Auto).
*De kleurtemperatuur (K) is een benadering en vormt geen indicatie van de exacte kleuren.
*De witbalans wordt aangepast op basis van vooraf voor de camera ingestelde waarden, als
u kiest voor een van de instellingen G (Daglicht), H (Schaduw), ^ (Bewolkt), J (Neonlicht),
I (Lamplicht) of b (Flitser).
Stel [Witbalans] in het functiemenu in. (p.108)
Witbalans instellen
F
Auto Past de witbalans automatisch aan. (Circa 4000 tot 8000K)
G
Daglicht Voor het maken van opnamen bij zonlicht. (Circa 5200K)
H
Schaduw
Voor het maken van opnamen in de schaduw. Hierdoor worden
blauwe kleurzwemen in een opname verminderd. (Circa 8000K)
^
Bewolkt Voor het maken van opnamen op bewolkte dagen. (Circa 6000K)
J
Neonlicht
Voor het maken van opnamen bij neonlicht. U kunt kiezen uit W (wit)
(circa 4200K), N (neutraal wit) (circa 5000K), en D (daglicht)
(circa 6500K).
I
Lamplicht
Voor het maken van opnamen bij elektrisch licht of ander lamplicht.
Hierdoor worden rode kleurzwemen in een opname verminderd
(Circa 2850K)
b
Flitser
Voor het maken van opnamen met de ingebouwde flitser.
(Circa 5400K)
K
Handmatig
Gebruik deze functie om de witbalans handmatig aan te passen
op basis van het omgevingslicht, zodat witte voorwerpen
natuurlijk wit overkomen.
Zie p.119 voor handmatige aanpassing.
De witbalans kan niet worden gewijzigd in de Picture-functie en de stand H (p.50).
OK
OK
OK
Witbalans
Witbalans
Auto
Auto
OK
Witbalans
Auto
e_kb459.book Page 118 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
119
5
Functiereferentie
U kunt de witbalans aanpassen aan de lichtbron die aanwezig is tijdens het maken
van opnamen. Met de handmatige witbalans kan de camera delicate kleurnuances
vastleggen die niet precies kunnen worden ingesteld met de vooraf ingestelde
waarden voor de witbalans van de camera zelf (p.118). Hierdoor stelt u de optimale
witbalans in voor uw omgeving.
1
Zet de functiekiezer op e, b, c of a.
2
Druk op de { knop.
Het functiemenu verschijnt.
3
Druk op de vierwegbesturing (o).
Het scherm [Witbalans] verschijnt.
Witbalans handmatig aanpassen
Kleurtemperatuur
De kleur van het licht krijgt een blauwachtige kleurzweem naarmate de
kleurtemperatuur hoger wordt en een roodachtige kleurzweem naarmate
de kleurtemperatuur lager wordt. De kleurtemperatuur beschrijft deze
verandering in lichtkleur in termen van absolute temperatuur (K: Kelvin).
Bij deze camera kan de witbalans zodanig worden ingesteld dat u onder
een groot aantal verschillende lichtomstandigheden opnamen met
natuurlijke kleuren kunt maken.
2000 3000 4000 5000 6000 8000 10000 12000
[
K
]
Kaarslicht
Olielamp
Gloeilicht
Halogeenlicht
Wit (neonlicht)
Daglicht
Bewolkt
Schaduw
Heldere hemel
Daglicht (neonlicht)
Neutraal wit (neonlicht)
Flitser
Roodtint Blauwtint
e_kb459.book Page 119 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
120
5
Functiereferentie
4
Gebruik de vierwegbesturing (n)
om K (Handmatig) te selecteren.
5
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het berichtenscherm verschijnt.
6
Richt de zoeker op een egaal wit of grijs vel papier onder een
lichtbron om de witbalans in te stellen.
7
Druk de ontspanknop helemaal in.
Schuif de scherpstelfunctieknop naar \ wanneer de sluiter niet kan
worden ontspannen.
Wanneer de instelling gereed is, verschijnt [OK] op de LCD-monitor.
[NG] verschijnt wanneer de instelling niet kon worden voltooid.
8
Druk op de knop 4.
Wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt ter aanpassing van de witbalans, wordt
er geen opname gemaakt.
Wanneer u niet tevreden bent met de aanpassing, drukt u nogmaals op de knop
{ om de instelling te wijzigen.
U kunt met [Man.witbalans meting] in het menu [A Pers.inst.] (p.107) het gebied
bepalen waarin de witbalans moet worden gemeten als u de witbalans handmatig
instelt. Zelfs als u [Volledig scherm] kiest, wordt de witbalans van het hele scherm
normaal gemeten, maar wordt de belichting gemeten overeenkomstig de instelling
voor [Autobelicht.] in het menu [A Opname] (p.136). De witbalans wordt alleen
aangepast in het spotmeetgebied (p.137) als [Spot meet gebied] is geselecteerd.
Als een opname extreem over- of onderbelicht is, kan de witbalans mogelijk niet
worden aangepast. Pas in dat geval de belichting aan en vervolgens de witbalans.
Witbalans
Witbalans
Witbalans
Handmatig
Handmatig
Handmatig
Instellen
Instellen
Instellen
OK
OK
OK
OK
OK
Handmatig
Handmatig
Witbalans
Witbalans
Richt op onderwerp
Richt op onderwerp
Druk op
Druk op
ontspanknop
ontspanknop
Handmatig
Witbalans
Richt op onderwerp
Druk op
ontspanknop
e_kb459.book Page 120 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
121
5
Functiereferentie
U kunt de gevoeligheid instellen op basis van het omgevingslicht.
De gevoeligheid kan worden ingesteld op [AUTO] of tussen ISO 200 en 3200.
De standaardinstelling is [AUTO].
Stel [Gevoeligheid] in het functiemenu in. (p.108)
Indien ingesteld op [AUTO], zal het bereik dat is ingesteld met [AUTO ISO
correctie] in het menu [A Pers.inst.], worden weergegeven tussen
vierkante haken.
Stel het bereik in voor automatische correctie van de gevoeligheid wanneer
Gevoeligheid is ingesteld op [AUTO]. De gevoeligheid wordt standaard
automatisch gecorrigeerd binnen het bereik [ISO 200-800].
Instellen bij [AUTO ISO correctie] in het menu [A Pers.inst.]. (p.106)
Gevoeligheid instellen
Bij een hogere gevoeligheidsinstelling kunnen opnamen meer ruis vertonen.
Het bereik voor automatische correctie instellen bij AUTO
1
ISO 200-800
De gevoeligheid wordt automatisch aangepast binnen
het bereik van ISO 200 tot 800.
2
ISO 200-400
De gevoeligheid wordt automatisch aangepast binnen
het bereik van ISO 200 tot 400.
3
ISO 200-1600
De gevoeligheid wordt automatisch aangepast binnen
het bereik van ISO 200 tot 1600.
4
ISO 200-3200
De gevoeligheid wordt automatisch aangepast binnen
het bereik van ISO 200 tot 3200.
800
800
800
1600
1600
1600
3200
3200
3200
400
400
400
200
200
200
AUTO
AUTO
AUTO
OK
OK
OK
OK
Gevoeligheid
Gevoeligheid
Gevoeligheid
AUTO ISO correctie
Gevoeligheid automatisch
gecorrigeerd in de range
van 200-800 ISO
ISO 200-800
ISO 200-400
ISO 200-1600
ISO 200-3200
e_kb459.book Page 121 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
122
5
Functiereferentie
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt weergegeven in de zoeker als een door
u ingestelde waarde voor gevoeligheid wordt bereikt of overschreden. Stel een
gevoeligheid in die u niet regelmatig gebruikt om te voorkomen dat u hem vergeet
terug te zetten wanneer de gevoeligheid wordt verhoogd. De ISO-
gevoeligheidswaarschuwing wordt standaard niet weergegeven.
Instellen bij [Waarsch. ISO inst.] in het menu [A Pers.inst.]. (p.106)
Wanneer de ingestelde gevoeligheid wordt ingesteld of overschreden, verschijnt
o (ISO-gevoeligheidswaarschuwing) in de zoeker.
In de volgende gevallen wordt de gevoeligheid niet aangepast
De belichting is ingesteld op a (Handmatig) of p (Tijdopname)
De flitser wordt geactiveerd
Auto bracketing is ingeschakeld
LW-correctie is aangepast
Weergave ISO-gevoeligheidswaarschuwing
1
Uit ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt niet weergegeven.
2
ISO 400
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt weergegeven
wanneer ISO 400 wordt ingesteld of overschreden.
3
ISO 800
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt weergegeven
wanneer ISO 800 wordt ingesteld of overschreden.
4
ISO 1600
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt weergegeven
wanneer ISO 1600 wordt ingesteld of overschreden.
5
ISO 3200
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt weergegeven
wanneer ISO 3200 wordt ingesteld of overschreden.
De ISO-gevoeligheidswaarschuwing wordt niet weergegeven, zelfs niet als de auto-
matisch gecorrigeerde gevoeligheid groter is dan de ingestelde gevoeligheid. (p.121)
Waarsch. ISO inst.
Waarsch. ISO inst.
niet in display
Uit
ISO 400
ISO 800
ISO 1600
ISO 3200
e_kb459.book Page 122 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
123
5
Functiereferentie
U kunt de kleurruimte instellen. De standaardinstelling is [sRGB].
Instellen bij [Kleurgebied] in het menu [A Pers.inst.]. (p.107)
Kleurgebied instellen
1sRGB
Instellen op sRGB-kleurgebied.
2 AdobeRGB
Instellen op kleurgebied AdobeRGB.
Bestandsnamen verschillen afhankelijk van de instelling voor kleurgebied,
zie hieronder.
Voor sRGB : IMGPxxxx.JPG
Voor AdobeRGB : _IGPxxxx.JPG
[xxxx] is het bestandsnummer en de nummering gaat door vanaf het laatst
opgeslagen bestandsnummer.
Kleurgebied
Instellen op sRGB
kleurgebied
sRGB
AdobeRGB
Kleurgebied
Kleurbereiken voor verschillende invoer-/uitvoerapparaten, zoals digitale
camera’s, monitoren en printers kunnen verschillen.
Dit kleurbereik wordt het kleurgebied (of kleurruimte) genoemd.
Om de verschillen in kleurgebieden tussen verschillende apparaten te
overbruggen zijn er standaard kleurgebieden bepaald. Deze camera
ondersteunt sRGB en AdobeRGB.
sRGB wordt vooral gebruikt voor apparaten zoals computers.
AdobeRGB bestrijkt een groter gebied dan sRGB en wordt gebruikt voor
beroepsmatig gebruik zoals industrieel drukwerk.
Een opname die is gemaakt in AdobeRGB kan er lichter uitzien dan een
opname die is gemaakt in sRGB wanneer deze wordt uitgevoerd via een
apparaat dat compatibel is met sRGB.
e_kb459.book Page 123 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
124
5
Functiereferentie
Scherpstellen
U kunt op de volgende manieren scherpstellen.
U kunt ook kiezen uit twee autofocus-functies: l (scherpstellen één opname),
waarbij de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt om scherp te stellen op het
onderwerp en de scherpstelling op die stand wordt vastgehouden, en k
(continu scherpstellen), waarbij continu wordt scherpgesteld op het onderwerp
zolang de ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden. (p.127)
1
Zet de scherpstelfunctieknop op =.
=
Autofocus
De camera stelt scherp wanneer de ontspanknop
tot halverwege wordt ingedrukt.
\
Handmatig scherpstellen Stel handmatig scherp.
De Autofocus gebruiken
e_kb459.book Page 124 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
125
5
Functiereferentie
2
Kijk door de zoeker en druk de
ontspanknop tot halverwege in.
Wanneer op het onderwerp is
scherpgesteld, verschijnt de
scherpstelindicatie ] in de zoeker
(als de indicatie knippert, is er niet
scherpgesteld op het onderwerp).
1 Onderwerpen waarop moeilijk
automatisch kan worden scherpgesteld
(p.46)
Bij l (Eén opname) is de scherpstelling vergrendeld terwijl ] brandt
(scherpstelvergrendeling). Om scherp te stellen op een ander onderwerp,
haalt u eerst uw vinger van de ontspanknop.
Als bij de instelling \ (Bewegend onderwerp) H is ingesteld op C (Kinderen)
of E (Huisdier), of als [Autofocus] in het menu [A Opname] is ingesteld op k
(Continu) (p.127), wordt continu scherpgesteld bij het volgen van het onderwerp
zolang de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.
De sluiter kan pas ontspannen als er is scherpgesteld op het onderwerp in l
(Eén opname) (p.127). Als het onderwerp zich te dicht bij de camera bevindt,
gaat u achteruit en maakt u de opname. Stel de scherpstelling handmatig in
als er moeilijk op het onderwerp kan worden scherpgesteld (p.46). (p.132)
Druk in de stand l (Eén opname) de ontspanknop tot halverwege in. Wanneer
de ingebouwde flitser beschikbaar is, gaat deze automatisch verschillende keren
af, zodat de autofocus makkelijker kan scherpstellen op een onderwerp in een
donkere omgeving.
Ongeacht de instelling van de camera op l (Eén opname) of k (Continu)
volgt de camera het onderwerp automatisch als is vastgesteld dat het een
bewegend onderwerp is.
Scherpstelindicatie
e_kb459.book Page 125 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
126
5
Functiereferentie
U kunt de camera ook zo instellen dat er niet wordt scherpgesteld wanneer de
ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt, maar pas wanneer u op de knop
4 drukt. Dat is handig wanneer u tijdelijk automatisch wilt scherpstellen terwijl
handmatig scherpstellen is ingeschakeld.
Stel [Activeren AF]in bij [OK knop bij opname] in het menu [A Pers.inst.]. (p.106)
Scherpstellen op het onderwerp met de knop 4
Gebruik deze functie alleen bij objectieven die Quick Shift Focus (scherpstelling
met snelle verschuiving) ondersteunen (objectieven met “DA” of “D FA”).
Als [Bevestig gevoeligh.] is geselecteerd, drukt u op de knop 4 voor weergave
van de huidige instelling voor gevoeligheid in de zoeker. Als [Gevoeligheid] is
ingesteld op [AUTO] in het functiemenu, zal de automatisch geselecteerde
waarde worden weergegeven.
Als [Midden van AF-punt] is geselecteerd, kan het AF-punt worden gecentreerd
door op de knop 4 te drukken (alleen als [Ander schrpstpnt] is ingesteld op
S (Selecteren)).
Selecteer [Cancel AF]. \ verschijnt in de zoeker als u op de knop 4 drukt.
De autofocus wordt niet geactiveerd wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt.
Dat is handig wanneer u tijdelijk handmatig wilt scherpstellen terwijl de autofocus
is ingeschakeld.
U kunt scherpstellen met de scherpstelring en de ontspanknop indrukken terwijl
de knop 4 is ingedrukt wanneer u een objectief gebruikt dat compatibel is met
Quick Shift Focus (haal uw vinger van de knop 4 om direct terug te gaan naar
de autofocus-functie).
AF met ontspanknop
werkt niet,gebruik
hiervoor OK knop
Bevestig gevoeligh.
Midden van AF-punt
Activeren AF
Cancel AF
OK knop bij opname
e_kb459.book Page 126 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
127
5
Functiereferentie
U kunt kiezen uit de volgende twee autofocusfuncties. De standaardinstelling
is l (Eén opname).
Instellen bij [Autofocus] in het menu [A Opname] (p.104).
De AF-functie instellen
l
Eén opname
Wanneer de ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt,
wordt de scherpstelling in die stand vastgehouden.
k
Continu
Er wordt continu scherpgesteld op het onderwerp zolang de
ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden.
De instellingen kunnen niet worden gewijzigd in de Picture-functie en de stand
H (p.50).
k (Continu) kan worden ingesteld wanneer de functiekiezer op e, b, c,
a of p staat. De autofocus wordt ingesteld op k in de functie \ (Bewegend
onderwerp) of de Picture-functie of C (Kinderen) of E (Huisdier) of H.
AF.C
AF.S
Ander schrpstpnt
Bewegingsreductie
Opname
Auto Bracket
Autobelicht.
Autofocus
Belichtingscomp.
OK
Cancel
OK
e_kb459.book Page 127 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
128
5
Functiereferentie
Het gedeelte van de zoeker selecteren waarop moet worden scherpgesteld.
De standaardinstelling is N (Auto).
Het geselecteerde AF-punt licht rood op in de zoeker. (AF-punt weergeven)
Instellen bij [Ander schrpstpnt] in het menu [A Opname] (p.104).
Het scherpstelkader instellen (AF-punt)
N
Auto
De camera selecteert het optimale AF-punt, zelfs als het
onderwerp niet in het midden staat.
S
Selecteren
Het scherpstelkader wordt ingesteld op een van de elf punten in
het AF-gebied.
O
Midden Het scherpstelkader wordt ingesteld op het midden van de zoeker.
Het AF-punt wordt niet weergegeven in de zoeker als u [Uit] hebt geselecteerd
voor [AF-punt weergeven] in het menu [A Pers.inst.]. (p.106)
Ander schrpstpnt
Bewegingsreductie
0.0
Opname
Auto Bracket
Autobelicht.
Autofocus
Belichtingscomp.
OK
OKCancel
e_kb459.book Page 128 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
129
5
Functiereferentie
1
Kies S (Selecteren) bij [Ander schrpstpnt] in het menu
[A Opname].
2
Kijk door de zoeker en controleer
de positie van het onderwerp.
3
Gebruik de vierwegbesturing (mnop) om het gewenste
AF-punt te selecteren.
Het AF-punt licht rood op in de zoeker (AF-punt weergeven) zodat u kunt
controleren waarop het AF-punt is ingesteld.
De scherpstelstand instellen in de zoeker
Als [OK knop bij opname] in het menu [A Pers.inst.] is ingesteld op [Midden van
AF-punt], drukt u op de knop 4 om het AF-punt in te stellen op het midden als
er een ander AF-punt dan het middelste is geselecteerd voor S (Selecteren).
Druk op de knop 4 om de op dat moment geselecteerde gevoeligheid weer te
geven in de zoeker als [OK knop bij opname] is ingesteld op [Bevestig gevoeligh.]
in het menu [A Pers.inst.]. Als [Gevoeligheid] is ingesteld op [AUTO] in het
functiemenu, zal de automatisch geselecteerde waarde worden weergegeven.
Het AF-punt wordt ongeacht de instelling vergrendeld op de middenpositie bij
het gebruik van objectieven anders dan de typen DA, D FA, FA J, FA of F.
e_kb459.book Page 129 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
130
5
Functiereferentie
Als het onderwerp buiten het bereik van het scherpstelveld valt, kan de camera
niet automatisch scherpstellen op het onderwerp. In deze situatie kunt u het
scherpstelveld op het onderwerp richten, de scherpstelvergrendeling gebruiken
en het onderwerp opnieuw uitkaderen.
1
Kader het onderwerp in de zoeker uit.
Gebruik de scherpstelvergrendeling als het
onderwerp waarop u wilt scherpstellen
buiten het bereik van het scherpstelveld valt.
2
Centreer het onderwerp in de zoeker
en druk de ontspanknop tot
halverwege in.
Wanneer op het onderwerp is scherpgesteld,
verschijnt de scherpstelindicatie ] en
klinkt er een geluidssignaal (Als de indicatie
knippert, is er niet scherpgesteld op het
onderwerp).
3
Vergrendel de scherpstelling.
Houd de ontspanknop tot halverwege ingedrukt. De scherpstelling wordt
vastgehouden.
Scherpstelling vastzetten (Scherpstelvergrendeling)
(Voorbeeld)
Er wordt scherpgesteld op de
achtergrond in plaats van op de
persoon.
e_kb459.book Page 130 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
131
5
Functiereferentie
4
Houd de ontspanknop tot
halverwege ingedrukt en kader
het onderwerp opnieuw in.
Stel [AE-L met AF lock] in het menu [A Pers.inst.] in (p.106) om de waarde voor
belichting te vergrendelen wanneer de scherpstelling is vergrendeld. De belichting
wordt standaard niet vergrendeld wanneer de scherpstelling is vergrendeld.
De scherpstelling is vergrendeld zolang de scherpstelindicatie ] brandt.
Als u de zoomring van het objectief draait terwijl de scherpstelvergrendeling actief
is, bestaat de kans dat het onderwerp niet meer scherp is.
Het geluidssignaal kan worden uitgeschakeld. (p.170)
U kunt de scherpstelling niet vergrendelen wanneer [Autofocus] in het menu
[A Opname] is ingesteld op k (Continu), de opnamefunctie is ingesteld op \
(Bewegend onderwerp) of H is ingesteld op C (Kinderen) of E (Huisdier). Bij
de instellingen k (Continu), \ (Bewegend onderwerp) en C (Kinderen) of E
(Huisdier) of H, zal de autofocus blijven scherpstellen op het onderwerp totdat
op de ontspanknop wordt gedrukt. (Continu autofocus)
Belichting vergrendelen wanneer scherpstelling is vergrendeld
1
Uit
De belichting is niet vergrendeld wanneer de scherpstelling
is vergrendeld.
2
Aan
De belichting is vergrendeld wanneer de scherpstelling
is vergrendeld.
AE-L met AF lock
Auto belichting niet
vergrendeld als de AF
is vergrendeld
Uit
Aan
e_kb459.book Page 131 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
132
5
Functiereferentie
Bij handmatige aanpassing van de scherpstelling kunt u aan de hand van de
scherpstelindicatie of het matglas in de zoeker vaststellen of op het onderwerp
is scherpgesteld.
Met de scherpstelindicatie kunt u de scherpstelling handmatig aanpassen ].
1
Zet de scherpstelfunctieknop op \.
2
Kijk door de zoeker, druk de
ontspanknop tot halverwege
in en draai aan de scherpstelring.
Wanneer op het onderwerp is scherpgesteld,
gaat de scherpstelindicatie ] branden en
klinkt er een geluidssignaal.
Handmatig scherpstelling wijzigen
(Handmatig scherpstellen)
De scherpstelindicatie gebruiken
Scherpstelindicatie
e_kb459.book Page 132 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
133
5
Functiereferentie
U kunt handmatig scherpstellen met behulp van het matglas in de zoeker.
1
Zet de scherpstelfunctieknop op \.
2
Kijk door de zoeker en draai de
scherpstelring tot het onderwerp
scherp is op het matglas.
Als er moeilijk op het onderwerp kan worden scherpgesteld (p.46) en de
scherpstelindicatie niet blijft branden, gebruikt u het matglas in de zoeker.
Het geluidssignaal kan worden uitgeschakeld. (p.170)
Het matglas in de zoeker gebruiken
e_kb459.book Page 133 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
134
5
Functiereferentie
Belichting instellen
De juiste belichting is een kwestie van de juiste combinatie sluitertijd-diafragma.
Er zijn in elke situatie tal van correcte sluitertijd-diafragmacombinaties mogelijk,
die telkens weer een ander resultaat opleveren.
De sluitertijd bepaalt de belichtingstijd van de opname, m.a.w. de tijd dat de CCD
aan licht wordt blootgesteld. U kunt daarmee de hoeveelheid licht instellen.
Een langere sluitertijd kiezen
Als het onderwerp beweegt, wordt de opname
onscherp omdat de sluiter langer open blijft.
Het is mogelijk het effect van beweging
(bijvoorbeeld een rivier, een waterval of
golven) te verbeteren door met opzet een
langere sluitertijd te kiezen.
Een kortere sluitertijd kiezen
Bij keuze van een kortere sluitertijd kan de
actie van een bewegend onderwerp worden
bevroren.
Een kortere sluitertijd helpt camerabeweging
te voorkomen.
Effect van diafragma en sluitertijd
Effect van sluitertijd
e_kb459.book Page 134 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
135
5
Functiereferentie
Wijzig de hoeveelheid licht die op de CCD terechtkomt door het diafragma
te wijzigen.
Het diafragma openen (diafragmawaarde verlagen)
Voorwerpen die dichterbij of verder weg zijn dan
het onderwerp waarop is scherpgesteld, worden
minder scherp. Als u bijvoorbeeld een opname
maakt van een bloem tegen een landschaps-
achtergrond met een grote diafragmaopening,
wordt het landschap voor en achter de bloem
onscherp, waardoor alleen de bloem wordt
geaccentueerd.
Het diafragma sluiten (diafragmawaarde verhogen)
Het scherptegebied neemt zowel dichtbij als veraf
toe. Als u bijvoorbeeld een opname maakt van
een bloem tegen een landschapsachtergrond
met een kleine diafragmaopening, is ook het
landschap voor en achter de bloem scherp.
Effect van diafragma
Scherptediepte
Wanneer u scherpstelt op een deel van het onderwerp, is er een gebied
waarin voorwerpen die dichter bij en verder weg zijn, ook scherp zijn. Dit
gebied wordt scherptediepte genoemd.
De scherptediepte van de s is afhankelijk van het
objectief. Maar vergeleken met een kleinbeeldcamera kunt u ongeveer één
diafragmawaarde lager gebruiken (het scherpstelbereik wordt kleiner).
Hoe korter de brandpuntsafstand en hoe verder weg het onderwerp is, hoe
groter de scherptediepte (sommige zoomobjectieven hebben geen schaal
voor de scherptediepte vanwege hun bouwwijze).
Scherptediepte Klein Groot
Scherptegebied Smal Breed
Diafragma
Open Dicht
(Lagere waarde) (Hogere waarde)
Brandpuntsafstand
objectief
Langer Korter
(Tele-opname) (Groothoek)
Afstand tot onderwerp Dichtbij Veraf
e_kb459.book Page 135 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
136
5
Functiereferentie
Selecteer het gedeelte van het scherm dat moet worden gebruikt voor lichtmeting
en het bepalen van de belichting. U kunt kiezen uit L (Meervlaks lichtmeting),
M (Lichtmeting met nadruk op het midden) of N (Spotmeting).
De standaardinstelling is L (Meervlaks lichtmeting).
Instellen bij [Lichtmeting bij automatische belichting] in het menu [A Opname]
menu. (p.104)
Bij meervlaks lichtmeting wordt het beeld in de
zoeker gemeten in 16 verschillende zones, zoals
de afbeelding laat zien. Bij deze functie wordt
automatisch bepaald welk helderheidsniveau
elk gedeelte van het beeld heeft.
De lichtmeetmethode selecteren
L
Meervlaks
lichtmeting
Het scherm wordt verdeeld in 16 delen, elk deel wordt gemeten
en de juiste belichting wordt bepaald.
M
Lichtmeting met
nadruk op het
midden
Het gehele scherm wordt gemeten met nadruk op het midden,
en de belichting wordt bepaald.
N
Spotmeting
Meting van uitsluitend het middelpunt van het scherm ter
bepaling van de belichting.
Meervlaks lichtmeting gebruiken
Lichtmeting met nadruk op het midden wordt automatisch ingesteld, zelfs wanneer
u meervlaks lichtmeting selecteert bij gebruik van een ander objectief dan DA, D FA,
FA J, FA, F of A. (Zo’n objectief kan alleen worden gebruikt wanneer dit is
toegestaan in [Gebruik diafr.ring] via het menu [A Pers.inst.] (p.107).)
0.0
Ander schrpstpnt
Bewegingsreductie
Opname
Auto Bracket
Autobelicht.
Autofocus
Belichtingscomp.
OK
OKCancel
e_kb459.book Page 136 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
137
5
Functiereferentie
De meting legt de nadruk op het midden van het
matglas. Gebruik deze meting wanneer u de
belichting wilt corrigeren op basis van ervaring,
in plaats van dit over te laten aan de camera.
In de afbeelding ziet u dat de gevoeligheid
groter wordt wanneer het patroon hoger
wordt (midden). Deze functie corrigeert
niet automatisch opnamen met tegenlicht.
Bij spotmeting wordt het licht slechts in een
klein vak in het midden van het matglas
gemeten, zoals de afbeelding laat zien.
U kunt deze functie combineren met het
belichtingsgeheugen (p.148) wanneer het
onderwerp uitzonderlijk klein is en een
correcte belichting moeilijk te realiseren is.
Lichtmeting met nadruk op het midden gebruiken
Spotmeting gebruiken
AF-punt koppelen aan de automatische belichting
tijdens meervlaksmeting
Bij [Koppelt belicht.+ AF] (p.106) in het menu [A Pers.inst.] kunt u de
belichting koppelen aan het scherpstelpunt tijdens meervlaks lichtmeting.
De standaardinstelling is [Uit].
1
Uit De belichting wordt onafhankelijk van het AF-punt ingesteld.
2
Aan De belichting wordt op basis van het AF-punt ingesteld.
Meettijd instellen
Stelt de tijd voor lichtmeting bij [Bedrijftijd lichtmtr] in het menu [A Pers.inst.]
in (p.106). De standaardinstelling is [10 sec].
1
10 sec Stelt de timer voor de belichtingsmeting in op 10 seconden.
2
3 sec Stelt de timer voor de belichtingsmeting in op 3 seconden.
3
30 sec Stelt de timer voor de belichtingsmeting in op 30 seconden.
e_kb459.book Page 137 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
138
5
Functiereferentie
Naast de Picture-functie en de functie H, is deze camera uitgerust met de
volgende vijf belichtingsfuncties.
Gebruik de functiekiezer (p.110) om de belichtingsfunctie te wijzigen.
De belichtingsfunctie wijzigen
Belichtingsfunctie Beschrijving
Belichtings-
correctie
Sluitertijd
wijzigen
Diafragma
wijzigen
e
(Programma)
De sluitertijd en de
diafragmawaarde worden
automatisch ingesteld voor
het maken van opnamen
met de juiste belichting.
Ja Nee Nee
b
(Sluit. voorkeus)
Instelling van de gewenste
sluitertijd voor het vastleggen
van de beweging van
bewegende onderwerpen.
Maak opnamen van
snelbewegende onderwerpen
die lijken stil te staan of
onderwerpen die lijken te
bewegen.
Ja Ja Nee
c
(Diafragmavoorkeuze)
Instelling van het gewenste
diafragma voor controle over
de scherptediepte. Gebruik
deze instelling voor een
onscherpe of scherpe
achtergrond.
Ja Nee Ja
a
(Handmatig)
Instelling van sluitertijd en
diafragma voor het maken
van creatieve opnamen.
Nee Ja Ja
p
(Tijdopname)
Instelling voor het maken van
opnamen waarvoor lange
sluitertijden nodig zijn, zoals
vuurwerk en nachtopnamen.
Nee Nee Ja
e_kb459.book Page 138 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
139
5
Functiereferentie
De sluitertijd en de diafragmawaarde worden automatisch ingesteld voor het
maken van opnamen met de juiste belichting.
Wijzig de belichting als volgt.
1
Zet de functiekiezer op e.
2
Draai aan de e-knop terwijl u de
knop mc indrukt en wijzig de
belichting.
De belichtingscorrectie wordt weergegeven
in de zoeker en op het LCD.
De sluitertijd en diafragmawaarde worden
ook weergegeven terwijl u de belichting
wijzigt.
Gebruik van de functie e (Programma)
Stel de LW-correctie in in stappen van 1/2 LW of 1/3 LW. Stel de belichtingsstap
in bij [Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
Wanneer de juiste belichting niet kan worden
ingesteld op basis van de geselecteerde
criteria, kunt u de gevoeligheid automatisch
aanpassen. Stel [Gevoeligheid] in op [AUTO]
in het menu Fn. (p.121)
Zet het diafragma op de stand s terwijl
u de knop voor automatische vergrendeling
ingedrukt houdt bij gebruik van een objectief
met een diafragmaring.
Belichtingscorrectie
e_kb459.book Page 139 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
140
5
Functiereferentie
Wanneer u de sluitertijd korter instelt, kunt u opnamen maken van bewegende
onderwerpen alsof deze stilstaan. Wanneer u de sluitertijd langer instelt, benadrukt
u de beweging van het onderwerp.
Op basis van de sluitertijd wordt de diafragmawaarde automatisch ingesteld op de
juiste belichting.
1 Effect van diafragma en sluitertijd (p.134)
1
Zet de functiekiezer op b.
2
Draai aan de e-knop om
de sluitertijd te wijzigen.
De sluitertijd en de diafragmawaarde
worden weergegeven in de zoeker
en op het LCD.
Gebruik van de b (Sluit. voorkeus)
e_kb459.book Page 140 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
141
5
Functiereferentie
Draai aan de e-knop terwijl u op de knop mc drukt en wijzig de belichtings-
correctiewaarde. (p.147)
Stel de sluitertijd in stappen van 1/2 LW of 1/3 LW in. Stel [Bel.inst.stappen]
in het menu [A Pers.inst.] in. (p.148)
Wanneer de juiste belichting niet kan worden ingesteld op basis van de
geselecteerde criteria, kunt u de gevoeligheid automatisch aanpassen.
Stel [Gevoeligheid] in op [AUTO] in het menu Fn. (p.121)
Zet het diafragma op de stand s terwijl
u de knop voor automatische vergrendeling
ingedrukt houdt bij gebruik van een objectief
met een diafragmaring.
Belichtingswaarschuwing
Als het onderwerp te licht of te donker is,
begint de diafragmawaarde te knipperen in
de zoeker en op het LCD. Is het onderwerp
te licht, kies dan een kortere sluitertijd. Bij
een te donker onderwerp kiest u een langere sluitertijd. Wanneer de
diafragmawaarde ophoudt met knipperen, kunt u de opname maken
met de juiste belichting.
Wanneer zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde knipperen, geeft dit aan
dat het onderwerp buiten het lichtmeetbereik valt. Een juiste belichting is dan
niet mogelijk, zelfs niet als de sluitertijd wordt aangepast.
Gebruik een ND-filter (neutrale densiteit) als het onderwerp te licht is.
Gebruik de flitser als het te donker is.
e_kb459.book Page 141 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
142
5
Functiereferentie
Stel het diafragma in wanneer u de scherptediepte wilt aanpassen.
De scherptediepte is groter (voorgrond en achtergrond zijn duidelijker) wanneer
het diafragma op een hoge waarde wordt ingesteld. De scherptediepte is kleiner
(voorgrond en achtergrond zijn vager) wanneer het diafragma op een lagere
waarde wordt ingesteld.
Aan de hand van de diafragmawaarde wordt de sluitertijd automatisch op de juiste
belichting ingesteld.
1 Effect van diafragma en sluitertijd (p.134)
1
Zet de functiekiezer op c.
2
Draai aan de e-knop en pas
de diafragmawaarde aan.
De sluitertijd en de diafragmawaarde
worden weergegeven in de zoeker
en op het LCD.
Gebruik van de c (diafragmavoorkeuze)
e_kb459.book Page 142 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
143
5
Functiereferentie
Draai aan de e-knop terwijl u op de knop mc drukt en wijzig de
belichtingscorrectiewaarde. (p.147)
Stel de diafragmawaarde in stappen van 1/2 LW of 1/3 LW in. Instellen bij
[Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
Wanneer de juiste belichting niet kan worden ingesteld op basis van de
geselecteerde criteria, kunt u de gevoeligheid automatisch aanpassen. Stel
[Gevoeligheid] in op [AUTO] in het menu Fn. (p.121)
Zet het diafragma op de stand s terwijl u de
knop voor automatische vergrendeling
ingedrukt houdt bij gebruik van een objectief
met een diafragmaring.
Belichtingswaarschuwing
Als het onderwerp te licht of te donker is,
knippert de sluitertijd in de zoeker en op het
LCD. Is het onderwerp te licht, kies dan een
kleiner diafragma (hogere waarde). Is het
onderwerp te donker, kies dan een groter diafragma (lagere waarde).
Zodra het knipperen ophoudt, kunt u de opname maken.
Wanneer zowel de sluitertijd als de diafragmawaarde knipperen, geeft dit aan
dat het onderwerp buiten het lichtmeetbereik valt. Een juiste belichting is dan
niet mogelijk, zelfs niet als de sluitertijd wordt aangepast.
Gebruik een ND-filter (neutrale densiteit) als het onderwerp te licht is.
Gebruik de flitser als het te donker is.
e_kb459.book Page 143 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
144
5
Functiereferentie
U kunt de sluitertijd en de diafragmawaarde instellen. Dit is een geschikte
belichtingsfunctie wanneer u diverse opnamen met dezelfde combinatie van
sluitertijd en diafragma wilt maken of met opzet onderbelichte (donkerder) of
overbelichte (lichtere) foto’s wilt maken.
1 Effect van diafragma en sluitertijd (p.134)
1
Zet de functiekiezer op a.
2
Draai aan de e-knop om
de sluitertijd te wijzigen.
3
Draai aan de e-knop terwijl u de
knop mc indrukt en wijzig het
diafragma.
Gebruik van de functie a (Handmatig)
e_kb459.book Page 144 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
145
5
Functiereferentie
De sluitertijd en de diafragmawaarde
worden weergegeven in de zoeker en
op het LCD-display. De waarde van
sluitertijd en diafragma die wordt
aangepast, is onderstreept in de zoeker.
Terwijl u de sluitertijd of diafragmawaarde
wijzigt, wordt het verschil met de juiste
belichting (LW-waarde) in de rechter benedenhoek van de zoeker
weergegeven. De juiste belichting is ingesteld wanneer [0.0] verschijnt.
In de functie a (Handmatig) komt de gevoeligheid overeen met ISO 200 wanneer
de gevoeligheid is ingesteld op [AUTO].
De indicatie in de zoeker knippert als het verschil met de juiste belichting groter
is dan ±3,0.
Stel de sluitertijd en diafragma zo in, dat LW-correctie wordt toegepast in stappen
van 1/2 LW of 1/3 LW. Stel [Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.] in. (p.148)
Zet het diafragma op de stand s terwijl
u de knop voor automatische vergrendeling
ingedrukt houdt bij gebruik van een objectief
met een diafragmaring.
Afwijking van de juiste belichting
Belichtingswaarschuwing
U bevindt zich buiten het meetbereik als
de sluitertijd en de diafragmawaarde
knipperen.
Gebruik een ND-filter (neutrale densiteit)
als het onderwerp te licht is.
Gebruik de flitser als het te donker is.
e_kb459.book Page 145 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
146
5
Functiereferentie
De tijdopnamefunctie gebruikt u voor lange belichtingstijden, bijvoorbeeld
om ’s nachts te fotograferen of om opnamen van vuurwerk te maken.
De sluiter blijft open zo lang de ontspanknop wordt ingedrukt.
1
Zet de functiekiezer op p.
Gebruik van p (Tijdopname)
Draai aan de e-knop om de diafragmawaarde te wijzigen.
Stel de diafragmawaarde in stappen van 1/2 LW of 1/3 LW in. Instellen bij
[Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
Gebruik een stevig statief en de optionele draadontspanner CS-205 om te
voorkomen dat de camera beweegt bij het gebruik van p (Tijdopname).
Sluit de draadontspanner aan op de aansluiting voor de draadontspanner (p.15).
Tijdopname is beschikbaar bij de afstandsbedieningsfunctie (p.64). De sluiter blijft
geopend zolang de ontspanknop van de optionele afstandsbediening ingedrukt
wordt gehouden.
Ruisonderdrukking is een functie voor het verminderen van ruis (ruwheid of
onregelmatigheid in opnamen), veroorzaakt door een lange sluitertijd.
Instellen bij [Ruisonderdrukking] in het menu [A Pers.inst.]. (p.106)
In de functie p (Tijdopname) komt de gevoeligheid overeen met ISO 200
wanneer de gevoeligheid is ingesteld op [AUTO].
De knop L
Het diafragma en de sluitertijd worden automatisch aangepast aan de juiste
belichting op dat moment als u op de knop L drukt bij de instelling a
(Handmatig). U kunt kiezen uit de volgende drie aanpassingsmethoden bij
[AE-L knop op M opn.] in het menu [A Pers.inst.].
De sluitertijd wordt ingesteld op de juiste belichting, afhankelijk
van het diafragma wanneer het diafragma niet is ingesteld op s.
1 Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring] (p.188)
1 Programma lijn Het diafragma en de sluitertijd worden automatisch aangepast.
2 Sluitertijd inst
Het diafragma wordt vergrendeld en de sluitertijd wordt
automatisch aangepast.
3 Diafragma inst
De sluitertijd wordt vergrendeld en het diafragma wordt
automatisch aangepast.
e_kb459.book Page 146 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
147
5
Functiereferentie
Hiermee kunt u met opzet overbelichte (lichte) of onderbelichte (donkere)
opnamen maken. U kunt de LW-correctie instellen tussen –2 en +2 (LW)
in stappen van 1/2 LW of 1/3LW.
Instellen bij [Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
1
Stel de correctie in met de e-knop
terwijl u de knop mc indrukt.
2
Controleer de correctiewaarde
in de zoeker.
Tijdens de correctie wordt m
weergegeven.
m knippert wanneer de flitser is
uitgeklapt indien de flitscorrectie
is ingesteld.
De belichting instellen
De belichtingscorrectie is niet beschikbaar wanneer de belichtingsfunctie
is ingesteld op a (Handmatig) of p (tijdopname).
De belichtingscorrectie kan niet worden geannuleerd door de camera uit te zetten
of door een andere belichtingsfunctie in te stellen.
mc knop
Correctiewaarde
e_kb459.book Page 147 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
148
5
Functiereferentie
Stel Instellingstrappen voor de belichting in stappen van 1/2 LW of 1/3 LW in bij
[Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.].
Het belichtingsgeheugen is een functie die de belichting vasthoudt zoals die is vóór
het maken van de opname. Gebruik deze functie wanneer het onderwerp te klein
is of wanneer er sprake is van tegenlicht, waardoor een correcte belichting niet
mogelijk is.
1
Druk op de knop L.
De camera houdt de belichting (helderheid)
van dat moment vast in het geheugen.
Druk de knop nogmaals in om te ontgrendelen.
Instellingstrappen voor de belichting wijzigen
Belichting bepalen alvorens een opname
te maken (Belichtingsgeheugen)
@ staat aangegeven in de zoeker wanneer het belichtingsgeheugen is
geactiveerd. (p.20)
De belichting wordt twee keer zo lang in het geheugen vastgehouden als
de lichtmeettijd na het loslaten van de L-knop. De belichting wordt
vastgehouden zolang de L-knop ingedrukt wordt gehouden of de
ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden.
Er klinkt een geluidssignaal wanneer de L-knop wordt ingedrukt.
Het geluidssignaal kan worden uitgeschakeld. (p.170)
Het belichtingsgeheugen is niet beschikbaar wanneer de belichtingsfunctie
is ingesteld op a (Handmatig) of p (Tijdopname).
Als de maximale diafragmawaarde van een zoomobjectief afhankelijk is van de
brandpuntsafstand, is de combinatie van sluitertijd en diafragmawaarde zelfs bij
een werkend belichtingsgeheugen afhankelijk van de zoompositie. De
belichtingswaarde is echter stabiel, zodat opnamen worden gemaakt met
het belichtingsniveau dat is ingesteld in het belichtingsgeheugen.
Wanneer de belichtingsfunctie is ingesteld op a (Handmatig), worden het
diafragma en de sluitertijd automatisch aangepast om de juiste belichting
in te stellen wanneer u op de knop L drukt. (p.146)
De belichting kan worden vergrendeld wanneer de scherpstelling is vergrendeld.
Instellen bij [AE-L met AF lock] in het menu [A Pers.inst.]. (p.131)
Bel.inst.stappen
Bel.inst.stappen
ingesteld op 1/2 EV
1/2 EV Stap
1/3 EV Stap
e_kb459.book Page 148 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
149
5
Functiereferentie
U kunt continuopnamen maken met een verschillende belichting wanneer de
ontspanknop wordt ingedrukt. De eerste opname wordt belicht zonder correctie,
de tweede wordt onderbelicht (negatieve correctie) en de derde wordt overbelicht
(positieve correctie).
1
Druk op de knop { in
de opnamefunctie.
Het functiemenu verschijnt.
2
Druk op de vierwegbesturing (m).
Het scherm met opties voor de transportfunctie verschijnt.
3
Gebruik de vierwegbesturing (p)
om V (Auto Bracket) te kiezen.
Wijzigen van belichting en opname (Auto Bracket)
Normale belichting Onderbelichting Overbelichting
Fn
AUTO
AUTO
AUTO
OK
Einde
Einde
Einde
Fn
OK
OK
OK
OK
Transportfunctie
Transportfunctie
Auto Bracket
Auto Bracket
Transportfunctie
Auto Bracket
e_kb459.book Page 149 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
150
5
Functiereferentie
4
Druk op de knop 4.
U keert terug naar het functiemenu.
5
Druk op de { knop.
De opname is klaar en ] wordt weergegeven op het LCD.
6
Druk de ontspanknop tot halverwege in.
Wanneer er is scherpgesteld, wordt de scherpstelindicatie ] in de zoeker
weergegeven.
7
Druk de ontspanknop helemaal in.
Er worden achtereenvolgens drie opnamen gemaakt, de eerste zonder
correctie, de tweede met een negatieve correctie en de derde met een
positieve correctie.
Wanneer [Autofocus] in het menu [A Opname] is ingesteld op l (Eén
opname), wordt de scherpstelling vergrendeld bij de eerste opname en wordt
deze gebruikt voor de volgende opnamen uit de reeks.
Als u uw vinger van de ontspanknop haalt tijdens auto bracketing, blijft de instelling
voor de auto bracketing twee keer zo lang actief als de timer-instelling voor de
lichtmeting (de standaardinstelling is 20 seconden) (p.137) en kunt u de volgende
opname maken met de volgende correctiestap. In dit geval werkt de autofocus
voor elke opname. Na circa twee keer zo lang als de timer-instelling (de standaard-
instelling is 20 seconden) gaat de camera terug naar de instellingen voor de
eerste opname.
U kunt Auto Bracket combineren met de ingebouwde flitser of een externe
flitser (alleen automatische P-DDL-flitsers) om alleen de hoeveelheid flitslicht
doorlopend te wijzigen. Bij gebruik van een externe flitser bestaat echter de
kans dat bij het ingedrukt houden van de ontspanknop voor het maken van drie
opeenvolgende opnamen, de tweede en derde opname worden gemaakt voordat
de flitser volledig is opgeladen. Maak altijd één opname tegelijk nadat u hebt
gecontroleerd of de flitser is opgeladen.
Auto Bracket is niet beschikbaar wanneer de belichtingsfunctie is ingesteld op
p (tijdopname).
e_kb459.book Page 150 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
151
5
Functiereferentie
Wijzig de opnamevolgorde en stappen van Auto Bracket.
* Stel de trapinterval in bij [Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
Instellen bij [Auto Bracket] in het menu [A Opname] menu. (p.104)
Auto Bracket instellen
Bracketinghoeveelh
eid (stappen)
1/2LW ±0.5, ±1.0, ±1.5, ±2.0
1/3LW ±0.3, ±0.7, ±1.0, ±1.3, ±1.7, ±2.0
Opnames maken
0 ´´ +, – ´ 0 ´ +, + ´ 0 ´
Auto Bracket
Bracketng aantal
0.5
0
Opnames maken
Alleen overbelichte of onderbelichte opnamen maken
U kunt de functie voor auto bracketing combineren met de belichtings-
correctie (p.147) om alleen onderbelichte of overbelichte opnamen te maken.
In beide gevallen wordt de opgegeven belichtingscorrectiewaarde gebruikt
voor de auto bracketing.
e_kb459.book Page 151 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
152
5
Functiereferentie
Compositie, belichting en scherpstellen
beoordelen vóór opname
U kunt met de voorbeeldfunctie de scherptediepte, de compositie, de belichting
en de scherpstelling controleren voordat u een opname maakt. Er zijn twee
voorbeeldmethoden.
Kies de voorbeeldmethode bij [Voorbeeldmethode] in het menu [A Pers.inst.]
(p.107). De standaardinstelling is Digitaal voorbeeld.
Het digitale of optische voorbeeld weergeven.
1
Stel scherp op het onderwerp, kader
het beeld uit in de zoeker en zet de
hoofdschakelaar op de stand |.
Het pictogram (|) wordt op de LCD-monitor
weergegeven gedurende de weergave van
het voorbeeld en u kunt compositie,
belichting en scherpstelling beoordelen.
Druk de ontspanknop tot halverwege in om
de weergave van het digitale voorbeeld af te
sluiten en te beginnen met scherpstellen. Het beeld dat tijdens het digitale
voorbeeld wordt weergegeven, wordt niet opgeslagen.
Digitaal voorbeeld
Voor het beoordelen van compositie, belichting en
scherpstelling op de LCD-monitor.
Optisch voorbeeld Voor het controleren van de scherptediepte door de zoeker.
Voorbeeld weergeven
Digitaal voorbeeld weergeven
U kunt in het digitale voorbeeld de waarschuwing voor gebieden die overbelicht
zijn of een histogram weergeven. Instellen bij [Voorbeeldweerg.] (p.178) in het
menu [Q Weergeven].
De maximale duur van de weergave van het digitale voorbeeld is 60 seconden.
e_kb459.book Page 152 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
153
5
Functiereferentie
1
Breng het onderwerp binnen het
AF-kader en druk de ontspanknop
tot halverwege in.
2
Zet de hoofdschakelaar op | terwijl
u door de zoeker kijkt.
U kunt de scherptediepte beoordelen door
de zoeker als de hoofdschakelaar in de
stand | staat.
Selecteer de voorbeeldmethode als de hoofdschakelaar in de stand voor
het voorbeeld staat (|). De standaardinstelling is Digitaal voorbeeld.
Instellen bij [Voorbeeldmethode] in het menu [A Pers.inst.]. (p.107)
Optisch voorbeeld weergeven
Zolang de hoofdschakelaar op de voorbeeldstand (|) staat, worden er geen
opnamegegevens weergegeven in de zoeker en kan er geen opname worden
gemaakt.
U kunt de scherptediepte controleren in alle belichtingsfuncties.
De voorbeeldmethode selecteren
Digitaal voorbeeld
Voor het beoordelen van compositie, belichting en scherpstelling
op de LCD-monitor, voordat u een opname maakt.
Optisch voorbeeld Voor het controleren van de scherptediepte door de zoeker.
Voorbeeldmethode
Controle van belichting,
compositie, scherpstel.
op LCD vóór opname
Digitaal voorbeeld
Optisch voorbeeld
e_kb459.book Page 153 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
154
5
Functiereferentie
Ingebouwde flitser gebruiken
U kunt de flits instellen in een bereik van –2.0 tot +1.0. De flitscorrectiewaarden zijn
als volgt bij 1/2 LW en 1/3 LW.
* Stel de trapinterval in bij [Bel.inst.stappen] in het menu [A Pers.inst.]. (p.148)
Instellen bij [Belichtingscomp.] in het menu [A Opname] menu. (p.104)
Corrigeren van de flitsintensiteit
Trapinterval Flitscorrectie
1/2LW –2.0, –1.5, –1.0, –0.5, 0.0, +0.5, +1.0
1/3LW –2.0, –1.7, –1.3, –1.0, –0.7, –0.3, 0.0, +0.3, +0.7, +1.0
m knippert in de zoeker wanneer de flitser uitklapt tijdens de flitsercorrectie. (p.20)
Wanneer de maximale flitsopbrengst wordt overschreden indien deze is gecorrigeerd
in de plusrichting (+), wordt er geen correctie toegepast.
Corrigeren in de minrichting (–) heeft mogelijk geen effect wanneer het onderwerp
te dichtbij is, het diafragma klein is of de gevoeligheid hoog is.
Flitscorrectie werkt ook bij gebruik van een externe flitsers die Automatisch
P-DDL-flitsen ondersteunen.
1.0
0.5
0.5
0.0
Ander schrpstpnt
Bewegingsreductie
Opname
Auto Bracket
Autobelicht.
Autofocus
Belichtingscomp.
OK
Cancel
OK
e_kb459.book Page 154 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
155
5
Functiereferentie
U kunt opnamen maken terwijl de flitser nog wordt opgeladen.
Stel [Ontspant bij opladen] in het menu [A Pers.inst.] in op [Aan] (p.107).
Bij de standaardinstelling kunt u geen opnamen maken terwijl de flitser wordt
opgeladen.
Bij het fotograferen van een bewegend onderwerp kunt u de flitser gebruiken om
het onscherpte-effect te veranderen.
Voor het maken van flitsfoto’s kunt u een sluitertijd van 1/180 seconde of langer
instellen.
Het diafragma wordt automatisch aangepast aan het omgevingslicht.
De sluitertijd staat vast op 1/180 s wanneer een ander objectief dan DA, D FA,
FA J, FA, F of A wordt gebruikt.
Wanneer u de scherptediepte wilt wijzigen of een opname van grote afstand wilt
maken, kunt u het gewenste diafragma instellen om een flitsfoto te maken.
De sluitertijd wordt automatisch aangepast aan het omgevingslicht.
De sluitertijd wordt automatisch aangepast tot 1/180 s of langer (p.42) waarbij
minder camerabeweging wordt veroorzaakt. De langst mogelijke sluitertijd hangt
af van de brandpuntsafstand van het gebruikte objectief.
De sluitertijd staat vast op 1/180 s wanneer een ander objectief dan DA, D FA,
FA J, FA of F wordt gebruikt.
Opnamen maken terwijl de flitser nog bezig is met
opladen
Flitseigenschappen bij elke belichtingsfunctie
Gebruik van de flitser bij de opnamefunctie b
(Sluit. voorkeus)
Gebruik van de flitser bij diafragmavoorkeuze
(Diafragmavoorkeuze)
Ontspant bij opladen
Uit
Aan
Ontspannen mogelijk
tijdens laden
van ingebouwde flitser
e_kb459.book Page 155 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
156
5
Functiereferentie
U kunt lange-sluitertijdsynchronisatie gebruiken wanneer u portretopnamen maakt
met een zonsondergang op de achtergrond. Zowel het portret als de achtergrond
worden prachtig vastgelegd.
Gebruik van de functie b (Sluit. voorkeus)
1 Zet de functiekiezer op b.
De functie b (Sluit. voorkeus) wordt ingesteld.
2 Gebruik de e-knop om de gewenste sluitertijd in te stellen.
De achtergrond wordt niet juist gecorrigeerd wanneer de diafragmawaarde
knippert tijdens het instellen van de sluitertijd. Wijzig de sluitertijd zo, dat
de diafragmawaarde niet meer knippert.
3 Druk op de knop K.
De flitser wordt uitgeklapt.
4 Maak de opname.
Gebruik van de functie a (Handmatig)
1 Zet de functiekiezer op a.
De functie a (Handmatig) wordt ingesteld.
2 Stel de sluitertijd (langer dan 1/180 s) en de diafragmawaarde in voor een
correcte belichting.
3 Druk op de knop K.
De flitser wordt uitgeklapt.
In de functie a (Handmatig) kunt u de flitser op elk gewenst moment vóór
het maken van de opname uitklappen.
4 Maak de opname.
Wanneer u opnamen maakt met de flitser, moeten richtgetal, diafragma en afstand
op elkaar zijn afgestemd.
Bereken de opnamecondities en pas deze aan wanneer de flitser onjuist is
ingesteld.
Richtgetal ingebouwde flitser
Lange-sluitertijdsynchronisatie gebruiken
Een lange-sluitertijdsynchronisatie verlengt de sluitertijd. Gebruik de functie
Bewegingsreductie of schakel de functie Bewegingsreductie uit en gebruik een
statief om camerabeweging te voorkomen. De opname wordt ook onscherp
wanneer het onderwerp beweegt.
Lange-sluitertijdsynchronisatie is ook mogelijk met een externe flitser.
Afstand en diafragma bij gebruik van de ingebouwde
flitser
Gevoeligheid Richtgetal ingebouwde flitser
ISO 200 15.6
ISO 400 22
ISO 800 31
ISO 1600 44
ISO 3200 62
e_kb459.book Page 156 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
157
5
Functiereferentie
Met de volgende formule berekent u de flitsafstand voor diafragmawaarden.
Maximale flitsafstand L1 = richtgetal ÷ gekozen diafragmawaarde
Minimale flitsafstand L2 = maximale flitsafstand ÷ 5*
* De waarde 5 in de bovenstaande formule is een vaste waarde
die alleen geldt bij gebruik van de ingebouwde flitser.
Voorbeeld
Bij een gevoeligheid van [ISO 200] en een diafragmawaarde van F4
L1 = 15,6 ÷ 4 = ca. 3,9 (m)
L2 = 3,9 ÷ 5 = ca. 0,8 (m)
De flitser kan dus worden gebruikt op een afstand van ca. 0,8 tot 3,9 m.
Wanneer de afstand tot het onderwerp minder dan 0,7 meter is, kan de flitser
niet worden gebruikt. Gebruik van de flitser binnen deze afstand veroorzaakt
vignettering in de hoeken van de opname, onevenwichtige lichtverdeling en
mogelijk overbelichting.
Met de volgende formule berekent u de diafragmawaarde voor de opnameafstand.
Gebruikte diafragmawaarde F = richtgetal ÷ opnameafstand
Bij een gevoeligheid van [ISO 200] en een opnameafstand van 5,2 m is de
diafragmawaarde:
F = 15.6 ÷ 5.2 = 3
Wanneer de uitkomst (in bovenstaand voorbeeld 3) niet beschikbaar
is als diafragmawaarde, wordt meestal het dichtstbijzijnde lagere getal
(in bovenstaand voorbeeld 2.8) gebruikt.
Berekenen van de opnameafstand
op basis van de diafragmawaarde
Berekenen van de diafragmawaarde
op basis van opnameafstand
e_kb459.book Page 157 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
158
5
Functiereferentie
Hieronder vindt u de compatibiliteit van de ingebouwde flitser bij het gebruik van
objectieven DA, D FA, FA J, FA en F met de s zonder zonnekap.
Ja : beschikbaar
# : beschikbaar afhankelijk van andere factoren
Nee : niet-beschikbaar vanwege vignettering
De volgende waarden zijn geldig zonder gebruik van een zonnekap.
Compatibiliteit objectieven DA, D FA, FA J, FA en F
met de ingebouwde flitser
Type objectief Compatibiliteit
DA Fish-eye 10-17 mm F3.5-4.5ED (IF) Nee
F Fish-eye 17-28 mm F3.5-4.5 #
Als de brandpuntsafstand minder is dan
20 mm, kan vignettering optreden.
DA12-24 mm F4ED AL Nee
DA16-45 mm F4ED AL #
Als de brandpuntsafstand minder is dan
28 mm of als de brandpuntsafstand
28 mm is en de opnameafstand kleiner
dan 1 m, kan vignettering optreden.
DA
16-50 mm F2.8ED AL (IF) SDM #
Als de brandpuntsafstand kleiner is dan
20 mm is en de opnameafstand kleiner
is dan 1,5 m, kan vignettering optreden.
FA J18-35 mm F4-5.6 AL Ja
DA18-55 mm F3.5-5.6 AL Ja
FA20-35 mm F4AL Ja
FA24-90 mm F3.5-4.5AL (IF) Ja
FA28-70 mm F4AL Ja
FA
28-70 mm F2.8AL #
Als de brandpuntsafstand minder is dan
28 mm en de opnameafstand kleiner
dan 1 m, kan vignettering optreden.
FA J28-80 mm F3.5-5.6 Ja
FA28-80 mm F3.5-5.6 Ja
FA28-90 mm F3.5-5.6 Ja
FA28-105 mm F4-5.6 Ja
FA28-105 mm F4-5.6 (IF) Ja
FA28-105 mm F3.2-4.5AL (IF) Ja
FA28-200 mm F3.8-5.6AL (IF) Ja
FA35-80 mm F4-5.6 Ja
DA
50-135 mm F2.8ED (IF) SDM Ja
DA50-200 mm F4-5.6ED Ja
FA70-200 mm F4-5.6 Ja
FA J75-300 mm F4.5-5.8AL Ja
FA
80-200 mm F2.8ED (IF) Ja
e_kb459.book Page 158 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
159
5
Functiereferentie
FA80-320 mm F4.5-5.6 Ja
FA80-200 mm F4.7-5.6 Ja
FA100-300 mm F4.7-5.8 Ja
FA
250-600 mm F5.6ED (IF) Nee
DA14 mm F2.8ED (IF) Nee
FA20 mm F2.8
Ja
FA
24 mm F2AL (IF) Ja
FA28 mm F2.8AL
Ja
FA31 mm F1.8AL Limited
Ja
FA35 mm F2AL
Ja
DA40 mm F2.8
Limited
Ja
FA43 mm F1.9 Limited
Ja
FA50 mm F1.4
Ja
FA50 mm F1.7
Ja
FA77 mm F1.8 Limited
Ja
FA
85 mm F1.4 (IF) Ja
FA135 mm F2.8 (IF)
Ja
FA
200 mm F2.8ED (IF) Ja
FA
300 mm F2.8ED (IF) Nee
FA
300 mm F4.5ED (IF) Ja
FA
400 mm F5.6ED (IF) Ja
FA
600 mm F4ED (IF) Nee
D FA Macro 50 mm F2.8 Ja
D FA Macro 100 mm F2.8 Ja
FA Macro 50mm f/2.8 Ja
FA Macro 100 mm f/2.8 Ja
FA Macro 100 mm f/3.5 Ja
FA
Macro 200 mm F4ED (IF) Ja
FA Soft 28 mm F2.8 #
De ingebouwde flitser ontlaadt altijd
volledig.
FA Soft 85 mm F2.8 #
De ingebouwde flitser ontlaadt altijd
volledig.
Type objectief Compatibiliteit
e_kb459.book Page 159 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
160
5
Functiereferentie
De optionele externe flitser AF540FGZ of AF360FGZ ondersteunt een aantal
flitsfuncties, zoals automatisch P-DDL-flitsen, flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie
en draadloos flitsen. Zie het onderstaande schema voor details.
(Ja: beschikbaar #: Beperkt Nee: niet beschikbaar)
*1 Bij gebruik van een objectief DA, D FA, FA J, FA, F of A.
*2 Sluitertijd van 1/90 s of langer.
*3 Combineerbaar met de AF540FGZ of de AF360FGZ voor flitsen met
2e-sluitergordijnsynchronisatie.
*4 Bij combinatie met de AF540FGZ of de AF360FGZ kan 1/3 van het flitslicht worden
geproduceerd door de ingebouwde flitser en 2/3 door de externe flitser.
*5 Twee of meer AF540FGZ of AF360FGZ flitsers zijn vereist.
Gebruik van een externe flitser (optioneel)
Flitser
Camerafunctie
Ingebouwde flitser
AF540FGZ
AF360FGZ
Flitsen met anti rode ogen
Ja Ja
Automatisch flitsen
Ja Ja
Na het opladen wordt automatisch de
flitssynchronisatietijd ingesteld
Ja Ja
Het diafragma wordt automatisch ingesteld in
de functie e (Programma) en de functie b
(Sluit. voorkeus).
Ja Ja
Automatisch controleren in de zoeker
Nee Nee
Automatische P-DDL-flitser (geschikte
gevoeligheid: ISO 200-3200)
Ja
*1
Ja
*1
Lange-sluitertijdsync
Ja Ja
Flitsbelichtingscorrectie
Ja Ja
AF-hulplicht
Ja Ja
Flitsen met sluitergordijnsynchronisatie
*
2
#
*3
Ja
Flitsen met contrastregelingssynchronisatie
#
*4
Ja
Slave-flitser
Nee Ja
Stroboscoopflitsen
Nee Nee
Flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie
Nee Ja
Draadloos flitsen
*
5
Nee Ja
e_kb459.book Page 160 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
161
5
Functiereferentie
De AF360FGZ heeft geen functie voor het instellen van het filmformaat op
[DIGITAL], maar het verschil in beeldhoek tussen standaard kleinbeeld en
de s wordt automatisch berekend op basis van de
brandpuntsafstand van het gebruikte objectief (als u een objectief gebruikt van het
type DA, D FA, FA J, FA of F).
De conversie-indicatie wordt weergegeven en de formaatindicatie verdwijnt
wanneer de timer van de belichtingsmeting van de s aan is.
(Deze keert terug naar kleinbeeldweergave wanneer de timer van de
belichtingsmeting wordt uitgeschakeld.)
* Bij gebruik van groothoekpaneel
Gebruik deze flitsfunctie bij de AF540FGZ of de AF360FGZ. Wanneer de
flitsfunctie is ingesteld op [Automatisch P-DDL-flitsen], geeft de flitser een voorflits
net voordat de opname wordt gemaakt. Hierbij wordt gebruik gemaakt van 16-
segmentsmeting, waardoor meer controle mogelijk is. P-DDL is beschikbaar bij de
draadloze flitsfunctie wanneer twee of meer AF540FGZ of AF360FGZ flitsers
worden gebruikt.
1 Verwijder de flitsschoenbeschermer en bevestig de externe flitser
(AF540FGZ of AF360FGZ).
2 Zet de camera en de externe flitser aan.
3 Stel de externe flitsinstelling in op [Automatisch P-DDL-flitsen].
4 Controleer of de externe flitser volledig is opgeladen en maak de opname.
Weergave op het LCD van de AF360FGZ
Brandpuntsafstand objectief 85mm 77mm 50mm 35mm 28mm 24mm 20mm 18mm
LCD
AF360FGZ
Timer voor de
belichtingsmeting
Uit
85mm 70mm 50mm 35mm 28mm 24mm*
Timer voor de
belichtingsmeting
Aan
58mm 48mm 34mm 24mm 19mm 16mm*
Gebruik van de functie Automatisch P-DDL-flitsen
Automatisch P-DDL-flitsen is alleen beschikbaar voor de flitsers AF540FGZ en
AF360FGZ.
Wanneer de ingebouwde flitser gereed is (volledig opgeladen), brandt b in de
zoeker.
Gedetailleerde gegevens, zoals de bedieningsmethode en de effectieve flitsafstand
zijn te vinden in de handleiding bij de externe flitser.
Wanneer flitsfunctie g of i is geselecteerd, gaat de flitser niet af wanneer het
onderwerp licht genoeg is. Daarom kan de flitser in sommige gevallen ongeschikt
zijn voor opnamen met daglichtsynchronisatie.
Druk nooit op de knop voor uitklappen van de flitser wanneer er een externe flitser
is bevestigd op de camera. De ingebouwde flitser botst dan tegen de externe
flitser. Als u beide flitsers tegelijk wilt gebruiken, zie dan p.164 voor de
aansluitingsmethode.
e_kb459.book Page 161 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
162
5
Functiereferentie
Met de AF540FGZ of de AF360FGZ kunt u de flitser activeren om een opname
te maken met een sluitertijd die korter is dan 1/180 s. Flitsen met korte-
sluitertijdsynchronisatie kan ook worden gebruikt met de flitser aangesloten op de
camera of bij draadloos flitsen.
De AF540FGZ of de AF360FGZ op de camera aansluiten en gebruiken
1 Verwijder de flitsschoenbeschermer en bevestig de externe flitser (AF540FGZ
of AF360FGZ).
2 Draai aan de functiekiezer en stel de belichtingsfunctie in op b of a.
3 Zet de camera en de externe flitser aan.
4 Stel de synchronisatiefunctie van de externe flitser in op HS b (Flitsen met
korte-sluitertijdsynchronisatie).
5 Controleer of de externe flitser volledig is opgeladen en maak de opname.
U kunt opnamen maken met de flitser zonder de camera aan te sluiten en flitsen
via een draadverbinding door gebruik te maken van twee externe flitsers
(AF540FGZ of AF360FGZ). Flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie is ook
beschikbaar bij draadloos flitsen.
Flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie
Wanneer de ingebouwde flitser gereed is (volledig opgeladen), brandt b in de
zoeker.
Flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie is alleen beschikbaar bij een sluitertijd
die korter is dan 1/180 s.
Flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie is niet beschikbaar wanneer de
belichtingsfunctie is ingesteld op p (Tijdopname).
Gebruik van Draadloos flitsen
Zet de twee externe flitsers (AF540FGZ of AF360FGZ) op hetzelfde kanaal.
Raadpleeg de handleiding van de AF540FGZ of de AF360FGZ voor meer informatie.
e_kb459.book Page 162 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
163
5
Functiereferentie
Draadloos flitsen
1 Stel de externe flitser (AF540FGZ of AF360FGZ) op de gewenste plaats op.
2 Zet de aan/uit-knop van de externe flitser in de stand [WIRELESS] (draadloos).
3 Zet de functie voor draadloos flitsen van de externe flitser in de stand [S] (Slave).
4 Zet de camera aan en draai dan aan de functiekiezer om de belichtingsfunctie
in te stellen op e, b, c of a.
5 Zet de aan/uit-knop van de externe flitser op de camera in de stand [WIRELESS]
(draadloos).
6 Zet de functie voor draadloos flitsen van de externe flitser op de camera in de
stand a (Master) of A (Stuur).
Draadloos flitsen is niet beschikbaar voor de ingebouwde flitser.
Stel de Slave-stand bij draadloze bediening van de externe flitser in op [SLAVE1].
Draadloze bediening van de flitser (P-DDL flitsfunctie)
De volgende gegevens worden uitgewisseld tussen de beide externe flitsers
(AF540FGZ of AF360FGZ) voordat de flits afgaat, als de flitsers draadloos
worden gebruikt.
Druk de ontspanknop helemaal in.
1 De op de camera bevestigde flitser straalt een kleine stuurflits uit
(geeft de flitsstand van de camera door).
2 De externe draadloze flitser straalt een kleine stuurflits uit
(geeft bevestiging van het onderwerp door).
3 De op de camera bevestigde flitser straalt een kleine stuurflits uit
(geeft de flitsintensiteit van de externe draadloze flitser door).
* De op de camera bevestigde flitser straalt hierna nog één keer een kleine
stuurflits uit om de duur van de flits door te geven als is ingesteld op HS
b (Korte-sluitertijdsynchronisatie).
4 De externe flitser(s) gaat af als hoofdflits.
Stel de Slave-stand bij draadloze bediening van de externe flitser in op [SLAVE1].
e_kb459.book Page 163 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
164
5
Functiereferentie
Net als bij de ingebouwde flitser is ook voor een externe flitser anti rode ogen
beschikbaar. Voor sommige flitsers is deze functie mogelijk niet beschikbaar en er
kunnen beperkingen gelden voor de gebruiksomstandigheden. Zie het schema op
p.160.
Wanneer de ingebouwde flitser wordt gebruikt in combinatie met een externe flitser
(AF540FGZ of AF360FGZ) die een functie voor 2e-sluitergordijnsynchronisatie
heeft die is ingesteld, dan gebruikt ook de ingebouwde flitser deze functie.
Controleer of beide flitsers volledig zijn opgeladen alvorens de opname te maken.
Zoals op de afbeelding hieronder te zien is, bevestigt u de optionele flitsschoenadapter
F
G op de flitsschoen van de camera en een flitsschoenadapter F onder op de
externe flitser. Verbind deze met elkaar middels het optionele verlengsnoer F5P.
De flitsschoenadapter F wordt geleverd met een statiefschroef voor bevestiging
op een statief.
Alleen de automatische P-DDL flitser kan worden gebruikt samen met de ingebouwde
flitser.
Combinatie met de ingebouwde flitser
Anti rode ogen
De functie voor anti rode ogen werkt ook wanneer alleen een externe flitser wordt
gebruikt. (p.57)
Bij gebruik van de externe flitser als slave-flitser of draadloze flitser zorgt de
voorflits voor de anti rode ogen ervoor dat de externe flitser afgaat. Stel daarom
bij gebruik van een slave-flitser geen anti rode ogen in.
Flitsen met 2e-sluitergordijnsynchronisatie
Gebruik van de ingebouwde flitser
samen met de externe flitser
e_kb459.book Page 164 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
165
5
Functiereferentie
U kunt twee of meer externe flitsers combineren (AF540FGZ of AF360FGZ) of u
kunt een externe flitser gebruiken in combinatie met de ingebouwde flitser. U kunt
de aansluiting voor het verlengsnoer op de flitser gebruiken om de AF540FGZ aan
te sluiten. U kunt AF360FGZ-flitsers aansluiten zoals weergegeven in de
onderstaande afbeelding. Sluit een externe flitser en de optionele flitsschoenadapter
F aan op de optionele schoenadapter F en sluit dan nog een schoenadapter F met
een externe flitser aan met behulp van het optionele verlengsnoer F5P. Raadpleeg
de bedieningshandleiding van de flitser voor details.
Twee of meer externe flitsers combineren
Diverse flitsers tegelijk gebruiken
Combineer geen accessoires met een afwijkend aantal contacten zoals een
flitshandgreep, omdat hierdoor storingen kunnen optreden.
Als u PENTAX flitsers combineert met flitsers van andere fabrikanten, kan dit de
apparatuur beschadigen. We adviseren u alleen de AF540FGZ of de AF360FGZ
te gebruiken als flitser.
Wanneer u diverse externe flitsers of een externe flitser gebruikt samen met
de ingebouwde flitser, wordt P-DDL gebruikt voor de flitserbesturing.
e_kb459.book Page 165 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
166
5
Functiereferentie
Als u twee of meer externe flitsers combineert (AF540FGZ of AF360FGZ) of een
externe flitser gebruikt in combinatie met de ingebouwde flitser, kunt u opnamen
maken met meerdere flitsers (flitsfotografie met contrastregelingssynchronisatie).
Flitsfotografie met contrastregelingssynchronisatie is gebaseerd op het verschil in
de hoeveelheid licht die de flitsers opbrengen.
1 Sluit de externe flitser indirect aan op de camera. (p.164)
2 Stel de synchronisatiefunctie voor de externe flitser
in op contrastregelingssynchronisatie.
3 Draai aan de functiekiezer en stel de belichtingsfunctie in op e, b, c of a.
4 Controleer of de externe flitser en de ingebouwde flitser volledig zijn opgeladen
en maak de opname.
Flitsen met contrastregelingssynchronisatie
Combineer geen accessoires met een afwijkend aantal contacten zoals een
flitshandgreep, omdat hierdoor storingen kunnen optreden.
Als u PENTAX flitsers combineert met flitsers van andere fabrikanten, kan dit
de apparatuur beschadigen. We adviseren u alleen automatische flitsers van
PENTAX te gebruiken.
Als u twee of meer externe flitsers gebruikt en de functie Flitsen met
contrastregelingssynchronisatie instelt op de externe master-flitser, is de
verhouding van de flitsintensiteit 2 (master-flitser) : 1 (slave-flitser).
Als u de externe flitser gebruikt in combinatie met de ingebouwde flitser, is de
verhouding van de flitsintensiteit 2 (externe flitser) : 1 (ingebouwde flitser).
Wanneer u diverse externe flitsers of een externe flitser gebruikt samen met
de ingebouwde flitser, wordt P-DDL gebruikt voor de flitserbesturing.
Bij flitsen met contrastregelingssynchronisatie is de kortste flitssynchronisatietijd
1/180 s.
e_kb459.book Page 166 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
167
5
Functiereferentie
Instellingen tijdens de weergave
Stelt in welke gegevens bij het weergeven van opnamen als eerste moeten worden
weergegeven en of een waarschuwing voor gebieden die overbelicht zijn, moet
worden weergegeven.
De camera schakelt over naar weergave van andere informatie als u op de knop
M drukt.
1
Selecteer [Weergave functie] in het menu [Q Weergeven].
2
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor het instellen van
de weergavefunctie verschijnt.
3
Gebruik de vierwegbesturing (p) om [Weergavestijl] te kiezen.
4
Gebruik de vierwegbesturing (mn) om aan te geven welke
informatie moet worden weergegeven.
Weergavefunctie wijzigen
Standaard Opname en indicaties worden weergegeven.
Histogram Opnamen en histogram worden weergegeven.
Detail info
Opnamegegevens worden weergegeven met een miniatuur in
de linkerbovenhoek.
Geen
infoweergave
Alleen opnamen worden weergegeven.
Laatste geheugen
De weergave-instellingen worden bewaard van de vorige keer
dat u ze gebruikte.
Weergave functie
Weergavestijl
Helderheid
Standaard
Helderheid
Standaard
Histogram
Detail info
Geen infoweergave
Laatste geheugen
Weergave functie
OKCancel
Weergavestijl
OK
e_kb459.book Page 167 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
168
5
Functiereferentie
5
Druk op de knop OK.
De geselecteerde instelling voor informatie wordt opgeslagen.
6
Gebruik de vierwegbesturing (n) om [Helderheid] te selecteren.
7
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit)
te selecteren.
8
Druk twee keer op de MENU-knop.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
U kunt alle opnamen op de SD-geheugenkaart achter elkaar weergeven. (p.73)
Zet de weergave-interval op [3 sec], [5 sec], [10 sec] of [30 sec].
De standaardinstelling is [3 sec].
Instellen bij [Diavoorstelling] in het menu [Q Weergeven] (p.104).
Zie p.18 voor diverse informatie over weergave.
Weergave-interval diavoorstelling instellen
Na het instellen drukt u op de knop 4 om de diavoorstelling te starten.
Weergave functie
3
5
10
30
sec
sec
Weergeven
Momentcontrole
Voorbeeldweerg.
Cancel
OK
OK
Digitaal filter
Diavoorstelling
1
sec
sec
sec
e_kb459.book Page 168 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
169
5
Functiereferentie
Camera-instellingen
Formatteer een nieuwe SD-geheugenkaart in de camera voordat u de kaart
in gebruik neemt.
Bij formatteren worden alle gegevens van de SD-geheugenkaart verwijderd.
1
Selecteer [Formatteren] in het menu [H Set-up] (p.105).
2
Druk op de vierwegbesturing (p) om het scherm Formatteren
weer te geven.
3
Selecteer [Formatteren] met de
vierwegbesturing (m).
4
Druk op de knop 4.
Het formatteren begint. Wanneer het formatteren voltooid is, kunt u opnamen
maken met de camera.
SD-geheugenkaart formatteren
Open de klep voor de SD-geheugenkaart niet bij het formatteren van een SD-
geheugenkaart. De kaart kan daardoor beschadigd raken en onbruikbaar worden.
Let op: bij formatteren worden ook beveiligde opnamen gewist.
Formatteren
Onderbreken
Formatteren
Alle gegevens worden
gewist
OK
OK
e_kb459.book Page 169 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
170
5
Functiereferentie
U kunt het geluidssignaal van de camera in of uitschakelen.
De standaardinstelling is aan O (Aan).
Instellen bij [Signaal] in het menu [H Set-up]. (p.105)
U kunt de datum- en tijdinstellingen wijzigen. U kunt ook de weergavestijl instellen.
Kies [JJ/MM/DD], [MM/JJ/DD] of [DD/JJ/MM]. Selecteer [12 h] (12-uurs) of [24h]
(24-uurs) voor de tijdweergave.
1 Datum en tijd instellen (p.35)
Het geluidssignaal in- en uitschakelen
Datum/tijd en weergavestijl wijzigen
Formatteren
Set-up
Datum instellen
Signaal
Wereldtijd
Hulpdisplay
Einde
Nederlands
OK
JJ/MM/DD
24h
2006/0101 /
00 : 00
DD weergave
Datum instellen
Datum
Tijd
OKCancel
e_kb459.book Page 170 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
171
5
Functiereferentie
De datum en tijd die u selecteert bij “Standaardinstellingen” (p.33) zijn de datum
en tijd van uw huidige locatie.
Door de [Wereldtijd] in te stellen, kunt u de lokale datum en tijd weergeven op de
LCD-monitor wanneer u in het buitenland bent.
1
Selecteer [Wereldtijd] in het menu [H Set-up]. (p.105)
2
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm [Wereldtijd] verschijnt.
3
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit)
te selecteren.
4
Druk op de vierwegbesturing (n).
Het selectiekader wordt verplaatst naar X. De stad met X knippert.
5
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor het vergroten van de bestemmingsregio wordt
weergegeven.
Druk op de vierwegbesturing (op) om de regio die u wilt vergroten
te wijzigen.
6
Druk op de vierwegbesturing (n).
Het kader wordt verplaatst naar de stad.
Wereldtijd instellen
O Stelt de tijd in van de stad die is ingesteld in X (Bestemmingstijd)
P Stelt de tijd in van de stad die is ingesteld in W (Thuistijd)
Wereldtijd
Amsterdam
Amsterdam
00:25
e_kb459.book Page 171 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
172
5
Functiereferentie
7
Gebruik de vierwegbesturing
(op) om de plaats van
bestemming te selecteren.
Het huidige tijdstip, de plaats en
het tijdsverschil van de gekozen
stad verschijnt.
8
Gebruik de vierwegbesturing (n) om [Zomertijd] te selecteren.
9
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit) te
selecteren.
Selecteer O (Aan) als de stad van bestemming de zomertijd (Zomertijd)
hanteert.
10
Druk op de knop 4.
De wereldtijdinstelling wordt opgeslagen.
Druk op de 4 knop om verder te gaan
met het instellen van de wereldtijd en
terug te keren naar het scherm
Wereldtijd.
11
Druk twee keer op de knop 3.
De camera is gereed voor het maken van opnamen.
Zie “Lijst met steden voor wereldtijd” (p.173) voor steden die als bestemming
kunnen worden opgegeven.
Selecteer W in stap 4 om de stad en de zomertijdinstelling in te stellen.
X verschijnt op het aanwijzingenscherm wanneer de wereldtijd is
ingeschakeld (O). (p.16)
Bestemmingstijd
Londen
Zomertijd
23:25
-1:00
OK
OKCancel
Wereldtijd
Londen
Amsterdam
23:25
e_kb459.book Page 172 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
173
5
Functiereferentie
Lijst met steden voor wereldtijd
Regio
Plaats
Regio
Plaats
Noord-Amerika
Honolulu
Afrika/
West-Azië
Nairobi
Anchorage Jeddah
Vancouver Teheran
San Francisco Dubai
Los Angeles Karachi
Calgary Kaboel
Denver Male
Chicago New Delhi
Miami Colombo
Toronto Kathmandu
New York Dacca
Halifax
Oost-Azië
Yangon
Midden- en
Zuid-Amerika
Mexico-City Bangkok
Lima Kuala Lumpur
Santiago Vientiane
Caracas Singapore
Buenos Aires Phnom-Penh
Sao Paulo Ho Chi Minhstad
Rio de Janeiro Jakarta
Europa
Madrid Hongkong
Londen Peking
Parijs Shanghai
Amsterdam Manilla
Milaan Taipei
Rome Seoul
Berlijn Tokio
Stockholm Guam
Athene
Oceanië
Perth
Helsinki Adelaide
Moskou Sydney
Afrika/
West-Azië
Dakkar Nouméa
Algiers Wellington
Johannesburg Auckland
Istanboel Pago Pago
Caïro
Jeruzalem
e_kb459.book Page 173 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
174
5
Functiereferentie
U kunt de taal wijzigen waarin de menu’s, foutberichten, e.d. worden weergegeven.
Instellen bij [Language/ ] in het menu [H Set-up]. (p.105)
U kunt kiezen uit elf talen: Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Zweeds,
Nederlands, Russisch, Koreaans, Chinees [traditioneel/vereenvoudigd] en Japans.
1 De weergavetaal instellen (p.33)
Instellen om aanwijzingen op de LCD-monitor weer te geven wanneer de
hoofdschakelaar aan is of de belichtingsfunctie wordt gewijzigd. (p.16)
Instellen bij [Hulpdisplay] in het menu [H Set-up]. (p.105)
Weergavetaal instellen
De schermaanwijzingen aan en uitzetten
O Bedieningsaanwijzingen aan
P Bedieningsaanwijzingen uit
English
Deutsch
Español
Italiano
Nederlands
Svenska
OK
OKCancel
Français
Formatteren
Set-up
Datum instellen
Signaal
Wereldtijd
Hulpdisplay
Einde
Nederlands
e_kb459.book Page 174 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
175
5
Functiereferentie
U kunt de helderheid van de LCD-monitor aanpassen. Wijzig de instellingen
wanneer de LCD-monitor moeilijk leesbaar is.
Instellen bij [Helderheid] in het menu [H Set-up]. (p.105)
Wanneer u de camera aansluit op audiovisuele apparatuur zoals een televisie,
kies dan het juiste video-uitgangssignaal (NTSC of PAL) voor het weergeven
van opnamen.
Instellen bij [Videosignaal] in het menu [H Set-up]. (p.105)
1 De camera aansluiten op audiovisuele apparatuur (p.75)
De helderheid van de LCD-monitor aanpassen
Het video-uitgangssignaal selecteren
Het video-uitgangssignaal varieert afhankelijk van uw regio. Het video-
uitgangssignaal in Noord-Amerika is NTSC.
Transfer functie
1 min
0
OK
OK
Std.
SerialNo
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
NTSC
PAL
0
1 min
OK
OKCancel
Std.
SerialNo
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Transfer functie
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
e_kb459.book Page 175 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
176
5
Functiereferentie
U kunt de camera zo instellen dat deze automatisch uitschakelt wanneer deze een
bepaalde tijd niet gebruikt is. Selecteer [1 min], [3 min], [5 min], [10 min], [30 min]
of uit [Uit]. De standaardinstelling is [1 min].
Instellen bij [Auto Uitsch.] in het menu [H Set-up]. (p.105)
U kunt zelf een methode kiezen voor het toewijzen van mapnamen voor
het opslaan van opnamen. De standaardinstelling is [Std.].
Instellen bij [Bestandsnaam] in het menu [H Set-up]. (p.105)
Automatisch uitschakelen instellen
Automatisch uitschakelen werkt niet tijdens de weergave van diavoorstellingen,
wanneer er een USB-verbinding bestaat, wanneer er opnamen worden gemaakt
met de afstandsbediening of terwijl er een menu of functiemenu wordt weergegeven.
De mapnaam selecteren
Std.
De mapnaam wordt toegewezen in de notatie [xxxPENTX]. [xxx] is een
rangnummer van 100 tot 999.
(voorbeeld) 101PENTX
Datum
De twee cijfers van de [maand] en [dag] waarop de opname is gemaakt,
worden in de mapnaam opgenomen in de notatie [xxx_MMDD].
(voorbeeld) 101_0125 : voor mappen met opnamen die zijn gemaakt
op 25 januari
1 min
3 min
5 min
10 min
30 min
Uit
OK
OKCancel
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Transfer functie
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
Std.
Datum
NTSC
PC
0
1 min
OK
OKCancel
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Transfer functie
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
e_kb459.book Page 176 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
177
5
Functiereferentie
U kunt het bestandsnummer voor opnamen bij het plaatsen van een nieuwe
SD-geheugenkaart instellen. De standaardinstelling is [SerialNo].
Instellen bij [Bestand] in het menu [H Set-up]. (p.105)
U kunt de instellingen opgeven voor Momentcontrole en Digitaal voorbeeld.
U kunt kiezen uit [1 sec], [3 sec], [5 sec] of [Uit]. De standaardinstelling is [1 sec].
Instellen bij [Momentcontrole] in het menu [Q Weergeven]. (p.104)
Het bestandsnummer opnieuw instellen
SerialNo
Het bestandsnummer voor de laatst opgeslagen opname wordt in het
geheugen bewaard. Na het plaatsen van een nieuwe SD-geheugenkaart
wordt het eerstvolgende bestandsnummer gebruikt.
Reset
Telkens wanneer er een nieuwe SD-geheugenkaart wordt geplaatst, is het
bestandsnummer het laagste nummer. Wanneer er een SD-geheugenkaart
met daarop opnamen wordt geplaatst, gaat de nummering door vanaf het
laatst opgeslagen bestandsnummer.
De weergave voor Momentcontrole en Digitaal
voorbeeld instellen
De duur van de weergave bij Momentcontrole instellen
NTSC
PC
0
1 min
OK
OKCancel
Reset
SerialNo
Helderheid
Set-up
Videosignaal
Transfer functie
Auto Uitsch.
Bestandsnaam
Bestand
1 sec
3 sec
5 sec
off
Cancel
OK
OK
Weergave functie
Weergeven
Momentcontrole
Voorbeeldweerg.
Digitaal filter
Diavoorstelling
e_kb459.book Page 177 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
178
5
Functiereferentie
Instellen om histogram en Helderheid weer te geven bij Momentcontrole en
Digitaal voorbeeld.
Instellen bij [Voorbeeldweerg.] in het menu [Q Weergeven]. (p.104) Bij de
standaardinstelling worden het histogram en de waarschuwing voor gebieden
die overbelicht zijn, niet weergegeven.
1
Kies [Voorbeeldweerg.] in het menu [Q Weergeven].
2
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor het instellen van de
voorbeeldweergave verschijnt.
3
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit)
te selecteren voor [Histogram].
4
Gebruik de vierwegbesturing (n) om [Helderheid] te selecteren.
5
Gebruik de vierwegbesturing (op) om O (Aan) of P (Uit)
te selecteren.
6
Druk twee keer op de MENU-knop.
De camera is gereed voor het maken van een opname.
Histogram en Helderheid weergeven
O
Het histogram wordt weergegeven op de schermen van
Momentcontrole en Digitaal voorbeeld.
P Het histogram wordt niet weergegeven.
O
De waarschuwing voor gebieden die overbelicht zijn wordt
weergegeven op de schermen van Momentcontrole en
Digitaal voorbeeld.
P
De waarschuwing voor gebieden die overbelicht zijn wordt niet
weergegeven.
Voorbeeldweerg.
Histogram
Helderheid
Instelling weergegeven
info in Momentcontrole/
Digitaal voorbeeld
e_kb459.book Page 178 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
179
5
Functiereferentie
Standaardinstellingen herstellen
Instellingen in de menu’s [A Opname], [Q Weergeven] en [H Set-up] worden
hersteld naar de standaardinstellingen.
De instellingen voor Datum instellen, Language, Videosignaal en Wereldtijd
worden echter niet hersteld.
1
Selecteer [Reset] in het menu [H Set-up].
2
Druk op de vierwegbesturing (p) om het scherm [Reset]
weer te geven.
3
Gebruik de vierwegbesturing (m)
om [Reset] te selecteren.
4
Druk op de knop 4.
U kunt nu opnamen maken of weergeven met de camera.
Menu Opname/Weergeven/Set-up herstellen
Reset
Onderbreken
Reset
Terug naar fabrieks
instellingen
OK
OK
e_kb459.book Page 179 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
180
5
Functiereferentie
Zet alle instellingen in het menu [A Pers.inst.] terug op hun standaardwaarde.
De instellingen in de menu’s [A Opname], [Q Weergeven] en [H Set-up]
worden niet hersteld.
1
Selecteer [Reset] in het menu [A Pers.inst.].
2
Druk op de vierwegbesturing (p) om het scherm
[Reset pers.inst.] weer te geven.
3
Gebruik de vierwegbesturing (m)
om [Reset] te selecteren.
4
Druk op de knop 4.
U kunt nu opnamen maken of weergeven met de camera.
Menu Pers. inst. herstellen
Reset pers.inst.
Onderbreken
Reset
Van pers. Inst. Terug
naar fabrieks
instellingen
OK
OK
e_kb459.book Page 180 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
6 Bijlage
Standaardinstellingen ........................................... 182
Beschikbare functies bij verschillende
objectiefcombinaties ............................................. 186
Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring] .................. 188
De CCD schoonmaken .......................................... 189
Optionele accessoires .......................................... 192
Foutberichten ........................................................ 194
Problemen oplossen ............................................. 196
Belangrijkste technische gegevens .................... 199
Verklarende woordenlijst ...................................... 202
Index ....................................................................... 206
GARANTIEBEPALINGEN ...................................... 209
e_kb459.book Page 181 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
182
6
Bijlage
Standaardinstellingen
In onderstaande tabel staan de fabrieksinstellingen.
Gegevens in de tabel.
Laatste geheugeninstelling
Ja : De actieve instelling (laatste geheugen) wordt bewaard wanneer de
camera wordt uitgezet.
Nee : De instelling gaat terug naar de standaardwaarde als de camera wordt
uitgezet.
Reset instelling
Ja : De instelling gaat terug naar de standaard instelling met de reset-functie
(p.179).
Nee : De instelling wordt bewaard, zelfs als de camera wordt gereset.
Menu [A Opname]
Menu [Q Weergeven]
* De instellingen voor de filters Vlak, Soft, Helderheid en Kleur worden opgeslagen.
Onderdeel Standaardinstelling
Laatste
geheugeninstelling
Reset
instelling
Bladzijde
Beeldtint
F
(helder) Ja Ja p.114
Opnamepixels
P
(3008×2000) Ja Ja p.115
Kwaliteitsniveau C (Best) Ja Ja p.116
Kleurverzadiging (0) Ja Ja p.117
Scherpte (0) Ja Ja p.117
Contrast (0) Ja Ja p.117
Auto Bracket ±0.5/0 – + Ja Ja p.151
Lichtmeting bij auto-
matische belichting
L
(meervlaks) Ja Ja p.136
Ander schrpstpnt N (Auto) Ja Ja p.128
Autofocus l (Eén opname) Ja Ja p.127
Belichtingscomp.
0.0
Ja Ja p.154
Bewegingsreductie
35
(Brandpuntafstand)
Ja Ja p.49
Onderdeel Standaardinstelling
Laatste
geheugeninstelling
Reset
instelling
Bladzijde
Weergav
e functie
Weergavestijl Standaard Ja Ja
p.167
Helderheid P (Uit) Ja Ja
Momentcontrole 1 s Ja Ja p.177
Voorbeel
dweerg.
Histogram P (Uit) Ja Ja
p.178
Helderheid P (Uit) Ja Ja
Digitaal filter Zwart-wit Ja* Ja p.76
Diavoorstelling 3 s Ja Ja p.73
e_kb459.book Page 182 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
183
6
Bijlage
Menu [H Set-up]
Onderdeel Standaardinstelling
Laatste
geheugen-
instelling
Reset
instelling
Bladzijde
Formatteren p.169
Signaal O (Aan) Ja Ja p.170
Datum instellen
Gelijk aan
standaardinstelling
Ja Nee p.170
Wereldtijd
Wereldtijdinstelling P (Uit) Ja Ja
p.171
Thuistijd (Plaats)
Gelijk aan
standaardinstelling
Ja Nee
Thuistijd
(Zomertijd)
Gelijk aan
standaardinstelling
Ja Nee
Bestemmingstijd
(Plaats)
Gelijk aan Thuistijd Ja Nee
Bestemmingstijd
(Zomertijd)
Gelijk aan Thuistijd Ja Nee
Language/
Gelijk aan
standaardinstelling
Ja Nee p.174
Hulpdisplay O (Aan) Ja Ja p.174
Helderheid
0
Ja Ja p.175
Videosignaal
Gelijk aan
standaardinstelling
Ja Nee p.175
Transfer functie
PC
Ja Ja p.89
Auto Uitsch. 1min Ja Ja p.176
Bestandsnaam Std. Ja Ja p.176
Bestand SerialNo Ja Ja p.177
Sensor reinigen p.189
Reset p.179
e_kb459.book Page 183 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
184
6
Bijlage
Menu [A Pers.inst.]
* Instellingen in het menu [A Pers.inst.] herstellen naar de standaardinstellingen.
Onderdeel Standaardinstelling
Laatste
geheugeninstelling
Reset
instelling
Bladzijde
Instellen P (Uit) Ja Ja p.106
Ruisonderdrukking Aan Ja Ja p.146
Bel.inst.stappen 1/2 EV Stap Ja Ja p.148
AUTO ISO correctie ISO 200-800 Ja Ja p.121
Waarsch. ISO inst. Uit Ja Ja p.122
Koppelt belicht.+ AF Uit Ja Ja p.137
Bedrijftijd lichtmtr 10 sec Ja Ja p.137
AE-L met AF lock Uit Ja Ja p.131
Resterend aantal opn
Resterende
opslagcapaciteit
Ja Ja p.106
OK knop bij opname Bevestig gevoeligh. Ja Ja
p.126,
p.129
AE-L knop op M opn. Programma lijn Ja Ja p.146
AF-punt weergeven Aan Ja Ja p.128
AF met afstandbed. Uit Ja Ja p.107
FI bij gebr S lens Niet beschikbaar Ja Ja p.107
Gebruik diafr.ring Niet toegestaan Ja Ja p.188
Ontspant bij opladen Uit Ja Ja p.155
Voorbeeldmethode Digitaal voorbeeld Ja Ja p.153
Inzoomen op
weergave
1.2x Ja Ja p.107
Man.witbalans meting Volledig scherm Ja Ja p.119
Kleurgebied sRGB Ja Ja p.123
Reset pers.inst.* p.180
e_kb459.book Page 184 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
185
6
Bijlage
Functiemenu
*1 Alleen de instellingen voor continuopnamen worden opgeslagen.
*2 De instellingen voor de filters Vlak, Soft, Helderheid en Kleur worden opgeslagen.
Onderdeel Standaardinstelling
Laatste
geheugeninstelling
Reset
instelling
Bladzijde
Transportstand
9
(enkelbeeldopnamen)
Nee
*1
Ja
p.58,
p.60,
p.64,
p.149
Flitsinstelling g (Auto) Ja Ja p.54
Witbalans F (Auto) Ja Ja p.118
ISO-gevoeligheid Auto Ja Ja p.121
Scène Nachtopname Ja Ja p.50
DPOF-instellingen Ja Nee p.85
Digitaal filter Zwart-wit Ja
*2
Ja p.76
Diavoorstelling 3 sec Ja Ja p.73
e_kb459.book Page 185 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
186
6
Bijlage
Beschikbare functies bij verschillende
objectiefcombinaties
Compatibele objectieven
Bij deze camera kunnen alleen DA en FA J objectieven en D FA/FA/F/A objectieven
met een positie s op de diafragmaring worden gebruikt. Zie “Opmerkingen bij
[Gebruik diafr.ring]” (p.188) voor andere objectieven en D FA/FA/F/A objectieven
met de diafragmaring ingesteld op een andere positie dan s.
Ja : Functies zijn beschikbaar wanneer de diafragmaring is ingesteld op positie s.
Nee : Functies zijn niet beschikbaar.
*1 Objectieven met een maximaal diafragma van f/2.8 of groter. Alleen beschikbaar bij positie s.
*2 Objectieven met een maximaal diafragma van f/5.6 of groter.
*3 Als u een F/FA soft 85mm f/2.8 objectief of een FA soft 28 mm f/2.8 objectief wilt
gebruiken, stelt u [Gebruik diafr.ring] in op [Toegestaan] in het menu [A Pers.inst.]
(p.106). Er kunnen opnamen worden gemaakt met de ingestelde diafragmawaarde, maar
alleen binnen het bereik voor handmatige instelling van het diafragma.
*4 Bij gebruik van de ingebouwde flitser en een AF540FGZ of AF360FGZ.
*5 Het AF-punt wordt O (Midden).
Objectief [type vatting]
Functie
DA/D FA/FA J/
FA-objectief
[K
AF, KAF2]
*3
F-objectief
[K
AF]
*3
A-objectief
[K
A]
Autofocus (alleen objectief) Ja Ja
(met AF-adapter 1,7×)
*1
——Ja
*5
Handmatig scherpstellen
(met de scherpstelindicatie)
*2
Ja Ja Ja
(met het matglas) Ja Ja Ja
Elf AF-punten Ja Ja Nee
*5
Power zoom Nee
Automatische belichting
met diafragmavoorkeuze
Ja Ja Ja
Automatische belichting
met sluitertijdvoorkeuze
Ja Ja Ja
Man.belichting Ja Ja Ja
Automatisch P-DDL-flitsen
*4
Ja Ja Ja
Meervlaks lichtmeting (16 segmenten) Ja Ja Ja
Automatisch doorgeven van de
brandpuntsafstand van het objectief bij
activering van de functie Bewegingsreductie
Ja Ja Nee
e_kb459.book Page 186 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
187
6
Bijlage
Objectieven en vattingen
FA-objectieven met een vaste brandpuntsafstand (objectieven zonder zoom)
en DA, D FA, FA, FA J en F objectieven hebben de K
AF-vatting. Van de FA-
zoomobjectieven hebben de objectieven met power zoom de KAF2-vatting.
Objectieven zonder power zoom hebben de KAF-vatting. Raadpleeg de
handleiding bij het objectief voor verdere gegevens. Deze camera heeft
geen powerzoom-functie.
Objectieven en toebehoren die niet geschikt zijn voor deze camera
Wanneer de diafragmaring is ingesteld op een andere positie dan s (Auto) of
wanneer er een objectief zonder positie s (Auto) wordt gebruikt of accessoires
zoals een auto-tussenringenset of autobalg worden gebruikt, werkt de camera niet,
behalve wanneer [Gebruik diafr.ring] is ingesteld op [Toegestaan] in het menu
[A Pers.inst.] (p.107). Zie “Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring]” (p.188) voor
beperkingen die gelden wanneer [Gebruik diafr.ring] is ingesteld op [Toegestaan]
in het menu [A Pers.inst.].
Alle belichtingsfuncties van de camera zijn beschikbaar bij het gebruik van DA/FA
J of objectieven met een diafragma voorzien van een positie s (Auto) die op deze
positie is ingesteld.
Objectief en ingebouwde flitser
De ingebouwde flitser kan niet worden geregeld en ontlaadt zich volledig wanneer
pre A-objectieven of soft-focusobjectieven worden gebruikt.
Let op: de ingebouwde flitser kan niet als automatische flitser worden gebruikt.
e_kb459.book Page 187 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
188
6
Bijlage
Opmerkingen bij [Gebruik diafr.ring]
Diafragmaring gebruiken
Wanneer [Gebruik diafr.ring] is ingesteld op [Toegestaan] in het menu [A Pers.inst.]
(p.107), kan de sluiter ontspannen worden, zelfs wanneer de diafragmaring van
het D FA, FA, F of A objectief niet op de positie s staat of wanneer er een objectief
zonder positie s wordt bevestigd. De functies zijn dan echter beperkt, zoals in
onderstaande tabel weergegeven.
De camera werkt in de functie c (diafragmavoorkeuze), zelfs wanneer de
functiekiezer op e of b staat wanneer het diafragma op een andere waarde
dan s staat.
Gebruikt objectief Belichtingsfunctie Beperking
D FA, FA, F, A, M
(alleen objectieven
of accessoires met
automatisch diafragma
zoals auto-
tussenringenset K)
c
(Diafragmavoorkeuze)
Het diafragma blijft open, onafhankelijk
van de positie van de diafragmaring.
De sluitertijd wordt gewijzigd op basis
van de diafragma-opening, maar er
kan een belichtingsfout optreden. Bij
de diafragma-indicatie in de zoeker
verschijnt [F--].
D FA, FA, F, A, M, S
(met accessoires met
automatisch diafragma
zoals tussenringenset K)
c
(Diafragmavoorkeuze)
Er kunnen opnamen worden gemaakt
met de opgegeven diafragmawaarde,
maar er kan een belichtingsfout
optreden. Bij de diafragma-indicatie
in de zoeker verschijnt [F--].
Handmatig diafragma-
objectief zoals een
reflexobjectief
(alleen objectieven)
c
(Diafragmavoorkeuze)
FA, F soft 85mm FA
soft 28mm
(alleen objectieven)
c
(Diafragmavoorkeuze)
In het handmatige diafragmabereik
kunnen opnamen worden gemaakt
met de opgegeven diafragmawaarde.
Bij de diafragma-indicatie in de zoeker
verschijnt [F--]. Wanneer de
scherptediepte wordt gecontroleerd
(Optisch voorbeeld), wordt de lichtmeting
ingeschakeld. De belichting kan worden
gecontroleerd.
Alle objectieven a (Handmatig)-stand
Er kunnen opnamen worden gemaakt
met de ingestelde diafragmawaarde en
sluitertijd. Bij de diafragma-indicatie in
de zoeker verschijnt [F--]. Wanneer
de scherptediepte wordt gecontroleerd
(Optisch voorbeeld), wordt de lichtmeting
ingeschakeld. De belichting kan worden
gecontroleerd.
e_kb459.book Page 188 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
189
6
Bijlage
De CCD schoonmaken
Wanneer de CCD vuil of stoffig wordt, kunnen er schaduwen ontstaan in de opname
bij witte achtergronden of andere opnameomstandigheden. Dit wijst erop dat de
CCD moet worden schoongemaakt.
Bij toepassing van de functie Sensor stofvrij wordt de CCD geschud om stof te
verwijderen.
1
Kies [Sensor stofvrij] in het menu
[H Set-up] en druk op de
vierwegbesturing (p).
2
Druk op de knop 4.
De CCD wordt in werking gesteld en de functie Sensor stofvrij wordt
geactiveerd.
Selecteer [bij inschakelen] en druk op de vierwegbesturing (op) om
O (Aan) te selecteren, zodat de functie Sensor stofvrij steeds bij
het inschakelen van de camera wordt geactiveerd.
Stof verwijderen door de CCD te schudden
Sensor stofvrij
Sensor stofvrij
bij inschakelen
MENU
Starten
OK
e_kb459.book Page 189 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
190
6
Bijlage
Klap de spiegel omhoog en open de sluiter om schoon te maken met een
blaaskwastje. Neem contact op met het servicecentrum van PENTAX voor
professionele reiniging, aangezien de CCD een precisie-onderdeel is.
Aan het schoonmaken zijn kosten verbonden.
Voor het schoonmaken van de CCD kunt u de optionele sensorschoonmaakset
O-ICK1 gebruiken.
1
Zet de camera uit en verwijder het objectief.
2
Zet de camera aan.
3
Selecteer [Sensor reinigen] in het menu [H Set-up].
4
Druk op de vierwegbesturing (p).
Het scherm voor het reinigen van de sensor wordt weergegeven.
Stof verwijderen met een blaaskwastje
Gebruik nooit een spuitbus.
Maak de CCD niet schoon wanneer de belichtingsfunctie is ingesteld op p
(Tijdopname).
Bevestig altijd een bodydop op de camera wanneer er geen objectief zit
om te voorkomen dat zich vuil en stof verzamelt op de CCD.
Wanneer de batterijen weinig stroom bevatten, verschijnt het bericht [Onvoldoende
batterijvermogen om sensor te reinigen] op de LCD-monitor.
Als u de netvoedingsadapter niet gebruikt, zorg dan dat de batterijen nog
voldoende capaciteit hebben. Als de batterijcapaciteit te laag wordt tijdens
het reinigen, klinkt er een waarschuwingssignaal. Onderbreek in dat geval het
schoonmaken onmiddellijk.
Kom niet met de punt van het blaasbalgje binnen het gebied van de
objectiefvatting. Als de camera is uitgeschakeld, kan hierdoor de
sluiter of de CCD-sensor beschadigd raken.
Het verdient aanbeveling de optionele netvoedingsadapter te gebruiken bij het
schoonmaken van de CCD.
Het lampje van de zelfontspanner knippert en er verschijnt [Cln] op het LCD
tijdens het schoonmaken van de CCD.
Deze camera is uitgerust met een systeem voor bewegingsreductie van de CCD,
dat enig geluid kan veroorzaken bij het schoonmaken van de CCD. Dat is geen
defect.
e_kb459.book Page 190 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
191
6
Bijlage
5
Selecteer [Spiegel omhoog] met
de vierwegbesturing (m).
6
Druk op de knop 4.
De spiegel wordt vastgezet in de opgeklapte stand.
7
Reinig de CCD.
Gebruik een blaasbalgje zonder kwastje
om vuil en stof van de CCD te verwijderen.
Bij gebruik van een blaaskwastje kan het
kwastje krassen veroorzaken op de CCD.
Veeg de CCD nooit af met een doek.
8
Zet de camera uit.
9
Bevestig het objectief nadat de spiegel weer op zijn
uitgangspositie is gezet.
Sensor reinigen
Onderbreken
Spiegel omhoog
Spiegel op CCD reinigen
Uitschakelen
om te stoppen
OK
OK
e_kb459.book Page 191 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
192
6
Bijlage
Optionele accessoires
Bij deze camera zijn verschillende speciale accessoires verkrijgbaar. Neem
contact op met onze verkoopafdeling voor nadere informatie over toebehoren.
Producten met een sterretje (*) zijn producten die ook bij de camera worden
geleverd.
Deze netvoedingsadapter voorziet de camera van stroom via een stopcontact.
Dit is een draadontspanner waarmee de ontspanknop op afstand kan worden
bediend. De lengte van het snoer is 0,5 m.
U kunt opnamen maken binnen 5 m vanaf de voorzijde van de camera.
Automatische flitser AF540FGZ
Automatische flitser AF360FGZ
De AF540FGZ en de AF360FGZ zijn flitsers met functionaliteit voor Automatisch
P-DDL-flitsen met een maximaal richtgetal van respectievelijk 54 en 36 (ISO 100/m).
Bovendien hebben ze functionaliteit voor slave-flitsen, flitsen met contrast-
regelingssynchronisatie, automatisch flitsen, flitsen met korte-sluitertijdsynchronisatie,
draadloos flitsen en flitsen met 1e en 2e sluitergordijn-synchronisatie.
Flitsschoenklem CL-10
Klem voor gebruik van de AF540FGZ of AF360FGZ als draadloze slave-flitser.
Flitsschoenadapter F
G
Verlengsnoer F5P
Flitsschoenadapter F
Gebruik de adapters en snoeren om de externe flitser op afstand van de camera
te gebruiken.
Netvoedingsadapter D-AC76
Draadontspanner CS-205
Afstandsbediening F
Flitsertoebehoren
e_kb459.book Page 192 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
193
6
Bijlage
oogschelploep O-ME53
Deze zoeker vergroot tot 1,18 keer en maakt zo scherpstellen gemakkelijker.
Zoekerloep F
B
Zoekeraccessoire waarmee het centrale gebied van de zoeker wordt vergroot.
Hoekzoeker A
Accessoire waarmee het zoekerbeeld onder een hoek kan worden bekeken. Klikt
in met stappen van 90°.De zoekervergroting kan worden ingesteld op 1× of 2×.
Dioptriecorrectielens M
Dit accessoire past de dioptrie aan en wordt op de zoeker bevestigd.
Als u moeite hebt om het beeld in de zoeker duidelijk te zien, hebt u de keus uit
acht correctielensadapters M van –5 tot +3 m
-1
(per meter).
ME-zoekerkapje (*)
Oogschelp F
P (*)
Cameratas O-CC53
Draagriem O-ST53 (*)
Flitsschoenbeschermer F
K (*)
USB-kabel I-USB17 (*)
Videokabel I-VC28 (*)
Sensorschoonmaakset Kit O-ICK1
Voor de zoeker
Cameratas
Overige
e_kb459.book Page 193 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
194
6
Bijlage
Foutberichten
Foutbericht Beschrijving
Geheugenkaart vol
De SD-geheugenkaart is vol en er kunnen geen
opnamen meer worden opgeslagen. Plaats een
nieuwe SD-geheugenkaart of verwijder niet-benodigde
opnamen. (p.29, p.79)
Mogelijk kunt u de opname opslaan door het
kwaliteitsniveau of de opnamepixels te wijzigen.
(p.115, p.116)
Geen beeld
Er zijn geen opnamen opgeslagen op de
SD-geheugenkaart.
Camera kan opname niet
weergeven
U probeert een opname weer te geven met een indeling
die niet wordt ondersteund door deze camera.
Mogelijk kunt u de opname wel weergeven op een
camera van een ander merk of op uw computer.
Geen geheugenkaart in camera
Er is geen SD-geheugenkaart in de camera geplaatst.
(p.29)
Geheugenkaartfout
Er is een probleem met de SD-geheugenkaart,
waardoor het maken en weergeven van opnamen
onmogelijk is. De opnamen kunnen mogelijk worden
weergegeven op een computer, maar niet met deze
camera.
Geheugenkaart is niet
geformatteerd
De SD-geheugenkaart die u gebruikt, is niet
geformatteerd of geformatteerd op een computer
of ander apparaat en is niet compatibel met deze
camera. Formatteer de kaart met deze camera
alvorens deze te gebruiken in de camera. (p.169)
Geheugenkaart beveiligd
Er is een vergrendelde SD-geheugenkaart in de camera
geplaatst. Ontgrendel de SD-geheugenkaart. (p.30)
Kaart is vergrendeld
Rotatie informatie kan niet
worden opgeslagen
Beeld is beveiligd
Rotatie informatie kan niet
worden opgeslagen
De geselecteerde geroteerde opname is beveiligd.
Verwijder de beveiliging van de opname. (p.83)
Kaart niet bruikbaar
De geplaatste kaart is onbruikbaar in deze camera.
Plaats een bruikbare kaart.
Batterij leeg
De batterijen zijn uitgeput. Plaats nieuwe batterijen
in de camera. (p.25)
Onvoldoende batterij vermogen
om Sensor te reinigen
Dit bericht verschijnt tijdens het schoonmaken van
de CCD wanneer de batterijen onvoldoende stroom
hebben. Plaats nieuwe batterijen of gebruik een
netvoedingsadapter (optioneel). (p.28)
Beeldmap kon niet gemaakt
worden
Het hoogste mapnummer (999) en bestandsnummer
(9999) zijn gebruikt, er kunnen geen opnamen meer
worden opgeslagen. Plaats een nieuwe SD-
geheugenkaart of formatteer de kaart. (p.169)
De opname is niet opgeslagen
De opname kan niet worden opgeslagen vanwege
een fout met de SD-geheugenkaart.
e_kb459.book Page 194 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
195
6
Bijlage
Instellingen niet opgeslagen
Het DPOF-instellingenbestand kon niet worden
opgeslagen omdat de SD-geheugenkaart vol is.
Verwijder niet gewenste opnamen en stel DPOF
opnieuw in. (p.79)
RAW opnamen kunnen niet
worden ingesteld
DPOF kan niet worden gebruikt voor RAW-opnamen.
RAW opnamen worden niet
ondersteund
RAW-opnamen kunnen niet via het digitale filter
worden verwerkt.
Geen beeld om te filteren
Wanneer een digitaal filter wordt ingeschakeld vanuit
het menu [Q Weergeven], verschijnt deze melding
wanneer alle opgeslagen opnamen RAW-bestanden
zijn of opnamen die zijn gemaakt met een andere
camera.
Deze opname kan niet worden
gefilterd
Deze melding verschijnt wanneer een digitaal filter
wordt geactiveerd vanuit het functiemenu voor
opnamen die zijn gemaakt met een ander soort
camera.
Geen DPOF-bestanden
Geen bestand ingesteld met DPOF. Stel DPOF in
en druk af. (p.85)
Printerfout
De printer meldt een fout en het bestand kan niet
worden afgedrukt. Herstel alle fouten en probeer
opnieuw af te drukken.
Geen papier in de printer
Het papier in de printer is op. Plaats papier in de
printer en druk af.
Geen inkt in de printer De inkt in de printer is op. Vervang inkt en druk af.
Papier in printer vastgelopen
Er is papier in de printer vastgelopen. Verwijder het
vastgelopen papier en druk af.
Gegevensfout
Er is een gegevensfout opgetreden tijdens het
afdrukken.
Foutbericht Beschrijving
e_kb459.book Page 195 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
196
6
Bijlage
Problemen oplossen
We adviseren u te controleren of u het probleem aan de hand van de volgende
tabel kunt oplossen voordat u contact opneemt met een servicecentrum.
Probleem Oorzaak Oplossing
Camera gaat
niet aan
Batterijen niet
geplaatst
Controleer of de batterijen zijn geplaatst. Is dat niet
het geval, plaats de batterijen dan.
Batterijen zijn niet
juist geplaatst
Controleer of batterijen correct zijn geplaatst.
Plaats batterijen opnieuw volgens de poolaanduidingen
+-
in het batterijcompartiment. (p.25)
Batterij bijna uitgeput
Vervang ze door opgeladen batterijen of gebruik
de netvoedingsadapter. (p.28)
De sluiter
ontspant niet
De diafragmaring van
het objectief staat op
een andere stand dan
s
Zet de diafragmaring op positie
s
(p.139) of selecteer
[Toegestaan] bij [Gebruik diafr.ring] in het menu
[
A
Pers.inst.] (p.188).
Flitser wordt
opgeladen
Wacht tot het opladen gereed is.
Geen vrije ruimte op
SD-geheugenkaart
Plaats een SD-geheugenkaart met voldoende vrije
ruimte of wis overbodige opnamen. (p.29, p.79)
Er wordt een opname
gemaakt
Wacht tot opslaan gereed is.
De autofocus
werkt niet.
Het onderwerp kan
moeilijk worden
scherpgesteld.
De autofocus kan niet goed scherpstellen op
onderwerpen met een laag contrast (lucht, witte
muren), donkere kleuren, ingewikkelde patronen,
onderwerpen die snel bewegen of landschappen die
door een raam of netpatroon worden gefotografeerd.
Stel scherp op een ander onderwerp op dezelfde
afstand (druk de ontspanknop tot halverwege in),
richt vervolgens op het onderwerp en druk de
ontspanknop helemaal in. Gebruik anders de
handmatige scherpstelling. (p.132)
Onderwerp bevindt
zich niet in
scherpstelveld
Plaats onderwerp in scherpstelkader in de zoeker.
Als het onderwerp buiten het scherpstelveld valt, richt
u de camera op het onderwerp en vergrendelt u de
scherpstelling (houd de ontspanknop tot halverwege
ingedrukt). Kader het beeld vervolgens opnieuw uit
en druk de ontspanknop helemaal in.
Onderwerp is te
dichtbij
Neem meer afstand tot het onderwerp en maak een
opname.
Scherpstelfunctie is
ingesteld op
\
Zet de scherpstelfunctieknop op
=
. (p.124)
De [Autofocus] in de
stand [
A
Opname] is
ingesteld op
k
(Continu)
Stel [Autofocus] in de stand [
A
Opname] in
op
l
(Eén opname). (p.127)
De opnamefunctie is
ingesteld op
\
(Bewegend
onderwerp)
Stel de opnamefunctie in op een andere functie dan
\
(Bewegend onderwerp). (p.50)
e_kb459.book Page 196 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
197
6
Bijlage
Het
belichtings-
geheugen
werkt niet
Het
belichtingsgeheugen
is niet beschikbaar
wanneer
a
(Handmatig) of
p
(Tijdopname) is
ingesteld
Gebruik het belichtingsgeheugen bij een andere
instelling dan
a
(Handmatig) of
p
(Tijdopname).
Flitser gaat
niet af
Wanneer de flitser is
ingesteld op
[Auto ontladen] of
[Auto+ Anti Rode
Ogen], gaat de flitser
niet af als het
onderwerp licht is
Zet de flitser op [Manual ontladen] of
[Manual + Anti Rode Ogen]. (p.54)
De flitsfunctie in de
functiekiezer is
ingesteld op
a
(Flitser UIT)
Zet de functiekiezer op een andere stand
dan
a
(Flitser UIT). (p.50)
H
(Scène) is
ingesteld op
A
(Nachtopname),
K
(Zonsondergang),
D
(Kaarslicht) of
E
(Museum)
Stel
H
(Scène) in op iets anders dan
A
(Nachtopname),
K
(Zonsondergang),
D
(Kaarslicht) of
E
(Museum). (p.50)
Het
powerzoom-
systeem
werkt niet
De camera heeft
geen powerzoom-
functie
Zoom handmatig. (p.53)
USB-
aansluiting
met computer
werkt niet
correct*
De overdrachtswijze
staat op [PictBridge]
Zet de transferfunctie op [PC].
Er is een fout
opgetreden tijdens
het verzenden van
USB-gegevens.
Wijzig de transferfunctie in [PC-F].
USB-
aansluiting
met printer
werkt niet
correct
De transferfunctie
staat op [PC] of
[PC-F]
Zet de overdrachtswijze [PictBridge]. (p.89)
Probleem Oorzaak Oplossing
e_kb459.book Page 197 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
198
6
Bijlage
In zeldzame gevallen werkt de camera mogelijk niet naar behoren door statische
elektriciteit. Dit kan worden opgelost door de batterijen uit te nemen en opnieuw
te plaatsen. Wanneer de spiegel in de opgeklapte stand blijft staan, neemt u de
batterijen uit en plaatst u ze opnieuw. Zet vervolgens de camera aan en schakel
deze weer uit terwijl u de ontspanknop ingedrukt houdt. De spiegel gaat dan terug
naar zijn uitgangspositie. Als de camera hierna weer naar behoren werkt, is
reparatie niet nodig.
* Raadpleeg p. 11 van de “Handleiding PENTAX PHOTO Browser 3/PENTAX PHOTO
Laboratory 3” voor informatie over aansluiting van de camera op een computer.
De functie
Bewegings-
reductie werkt
niet
De functie
Bewegingsreductie is
uitgeschakeld
Zet de schakelaar bewegingsreductie in de stand
ON.
De functie
Bewegingsreductie is
niet juist ingesteld
Stel [Brandpuntafstand] in het menu
[Bewegingsreductie] in bij het gebruik van een
objectief dat niet automatisch objectiefinformatie
kan doorgeven. (p.49)
De sluitertijd wordt
vertraagd bij het
uitzoomen of het
maken van
nachtopnamen, e.d.
De functie
Bewegingsreductie
overschrijdt het
correctiebereik
Zet de functie Bewegingsreductie uit en gebruik
een statief.
Onderwerp is te
dichtbij
Neem meer afstand tot het onderwerp of zet de
functie Bewegingsreductie uit en gebruik een statief.
Probleem Oorzaak Oplossing
e_kb459.book Page 198 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
199
6
Bijlage
Belangrijkste technische gegevens
Aantal opnamen
Compressie: C (Best) = 1/3, D (Beter) = 1/6, E (Goed) = 1/12
Type
Digitale spiegelreflexcamera met DDL-autofocus, automatische
belichting en ingebouwde, uitklapbare P-DDL-flitser
Effectief aantal pixels 6,10 megapixels
Sensor
Totaal aantal pixels 6,31 megapixels, interline / interlace scan
CCD met filter voor primaire kleuren
Opnamepixels
P (RAW: 3008×2008/JPEG: 3008×2000 pixels),
Q (2400×1600 pixels), R (1536×1024 pixels)
Gevoeligheid Auto, handmatig (200/400/800/1600/3200: standaardgevoeligheid)
Bestandsindelingen
RAW, JPEG (Exif 2.21), conform DCF, compatibel met DPOF
en Print Image Matching III
Kwaliteitsniveau |, C (Best), D (Beter) en E (Goed)
Opslagmedium SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart
Afmetingen
(b x h x d)
Kwaliteits-
niveau
voor opnamen
1 GB 512 MB 256 MB 128 MB
P
3008×2008
| Ca. 90 Ca. 46 Ca. 22 Ca. 11
P
3008×2000
C Ca. 330 Ca. 167 Ca. 78 Ca. 34
D Ca. 607 Ca. 311 Ca. 149 Ca. 70
E Ca. 966 Ca. 498 Ca. 242 Ca. 117
Q
2400×1600
C Ca. 459 Ca. 234 Ca. 111 Ca. 51
D Ca. 807 Ca. 415 Ca. 201 Ca. 96
E Ca. 1397 Ca. 674 Ca. 330 Ca. 161
R
1536×1024
C Ca. 880 Ca. 453 Ca. 220 Ca. 106
D Ca. 1397 Ca. 722 Ca. 354 Ca. 173
E Ca. 2151 Ca. 1115 Ca. 549 Ca. 271
Witbalans
Auto, Daglicht, Schaduw, Bewolkt, Neonlicht (D: Daylight, N: Neutral
White, W: White), Lamplicht, Flitser, Handmatig
LCD-monitor
2,5 inch lage-temperatuur polysilicium TFT kleuren-LCD met circa
210.000 pixels, grote beeldhoek (en achtergrondverlichting)
Weergavefuncties
Eén opname, negen opnamen tegelijk, zoomweergave
(max. 12 keer, schuiven mogelijk), roteren, diavoorstelling,
histogram, helderheid
Digitaal filter
Zwart-wit, Sepia, Kleur, Soft, Vlak, Helderheid
(alleen voor bewerking na de opname)
e_kb459.book Page 199 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
200
6
Bijlage
Belichtingsfunctie
e Programma, b sluitertijdvoorkeuze, c diafragmavoorkeuze,
a handmatige belichting, p tijdopnamefunctie
Picture-functie I Automatische opname, = Portret,
s Landschap, q Macro, \ Bewegend onderwerp,
. Portretopname bij nacht, a Flitser UIT
Scène A Nachtopname, i Strand & sneeuw, B Tekst,
K Zonsondergang, C Kinderen, E Huisdier,
D Kaarslicht, E Museum
Sluiter
Elektronische, verticaal aflopende spleetsluiter. Sluitertijden:
(1) automatisch: 1/4000-30 s (traploos); (2) handbediening:
1/4000-30 s (stappen van 1/2 LW of 1/3 LW); (3) tijdopname,
elektromagnetische ontspanknop, sluitervergrendeling wanneer
hoofdschakelaar uit staat
Objectiefvatting
Pentax K
AF2-bajonetvatting (AF-koppeling,
objectiefinformatiecontacten en K-vatting met voedingscontacten)
Gebruikt objectief
Pentax objectieven met K
AF2- (niet compatibel met powerzoom)
KAF- en KA-vatting
Autofocussysteem
Fasevergelijkend DDL-autofocussysteem (SAFOX VIII). Effectief
instelbereik: LW 0 tot 19 (bij ISO100 en f/1.4-objectief).
Scherpstelvergrendeling beschikbaar. Scherpstelfuncties:
l (Eén opname)/k (Continu)/\, aanpasbaar AF-punt
Zoeker
Pentaspiegelzoeker, Natural-Bright-Matte II matglas, beeldveld:
96%; vergroting 0,85× (met 50 mm f/1.4-objectief op
),
zoekerdioptrie: –2,5m
-1
tot +1,5m
-1
(per meter)
Indicaties in de zoeker
Focusinformatie: ] brandt indien scherpgesteld en knippert als
scherpstelling niet mogelijk is, b brandt=Ingebouwde flitser gereed,
b knippert=gebruik van flitser nodig of er wordt een niet-compatibel
objectief gebruikt, sluitertijd, gevoeligheid bevestigen, diafragmawaarde,
indicatie e-knop ingeschakeld, @=belichtingsgeheugen, resterende
capaciteit, m=belichtingscorrectie, k=continu, pictogram
Picture-functie, pictogram Scène, \=handmatig scherpstellen,
o=ISO-waarschuwing, Bewegingsreductie
LCD-weergave
b brandt=Ingebouwde flitser gereed, b knippert=gebruik van flitser
nodig of er wordt een niet-compatibel objectief gebruikt,
E=Automatisch flitsen, E>=Automatisch flitsen met anti
rode ogen, 9=Enkelbeeldopnamen, j=Continuopnamen,
g=Zelfontspanner, h=Opnamen via afstandsbediening,
?=Batterij bijna leeg, ]=Auto Bracket (instelbaar in stappen van
1/2 LW of 1/3 LW), M=lichtmeting met nadruk op midden,
N=spotmeting, V=AF-punt selecteren, M=Midden van AF-punt,
sluitertijd, diafragmawaarde, witbalans, resterende capaciteit en
m=belichtingscorrectie, PC (massa-opslag)/Pb (PictBridge) wordt
weergegeven wanneer de USB-kabel is aangesloten
Voorbeeldfunctie
Digitaal voorbeeld: controle van compositie, belichting en
scherpstelling. Optisch voorbeeld: controle van scherptediepte
(elektronisch gestuurd en bruikbaar bij alle belichtingsfuncties)
Zelfontspanner
Elektronisch gestuurd met een vertraging van 12 s/2 s (met de
functie Spiegel omhoog). Begint nadat op ontspanknop is gedrukt.
Bevestiging werking: mogelijkheid om geluidssignaal in te stellen.
Annuleerbaar na activering
Spiegel
Vlug-terug-spiegel, functie Spiegel omhoog (beschikbaar bij
zelfontspanner met vertragingstijd van 2 s)
Auto Bracket
Bij belichtingsbracketing worden steeds drie opnamen gemaakt
(onderbelicht, juist belicht, overbelicht) (trappen voor de belichting
instelbaar op 1/2 LW of 1/3 LW)
e_kb459.book Page 200 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
201
6
Bijlage
Belichtingsmeter /
Meetbereik
DDL meervlaks lichtmeting (16 segmenten). Meetbereik: LW 1 tot
21,5 bij ISO 200 met 50 mm f/1.4-objectief. Lichtmeting met nadruk
op midden en spotmeting beschikbaar
Belichtingscorrectie ±2,0 LW (trappen voor de belichting instelbaar op 1/2 LW of 1/3 LW)
Belichtingsgeheugen
Knoptype (timertype standaard: 20 sec. of continu zolang
ontspanknop tot halverwege ingedrukt wordt gehouden)
Ingebouwde flitser
Ingebouwde P-DDL-flitser met seriebesturing, RG 15,6 (ISO 200 / m),
flitsbereik: beeldhoek van 18 mm-objectief. Flitssynchronisatie
mogelijk bij een sluitertijd van 1/180 s of langer, flitsen met
daglichtsynchronisatie, flitsen met lange-sluitertijdsynchronisatie,
ISO-bereik = P-DDL: 200-3200
Synchronisatie met
externe flitser
Flitsschoen met X-contact voor koppeling met PENTAX
systeemflitsers. ISO-bereik = P-DDL: 200-3200. Automatisch flitsen,
flitsen met anti rode ogen. Met PENTAX systeemflitsers is flitsen met
korte-sluitertijdsynchronisatie en draadloos flitsen mogelijk
Persoonlijke
instellingen
Er kunnen 18 functies worden ingesteld
Tijdfunctie Instelling wereldtijd voor 70 steden (28 tijdzones)
Sensor stofvrij
SP-coating en CCD-activering om stof te verwijderen. Automatische
activering bij het inschakelen van de camera kan worden ingesteld
Voeding
Twee CR-V3-batterijen, vier AA-lithiumbatterijen, vier AA Ni-MH
oplaadbare batterijen of vier AA-alkalinebatterijen
Uitgeputte batterijen
Indicatie voor uitgeputte batterijen ? brandt (als ? knippert, is de
sluiter vergrendeld en wordt er geen indicatie weergegeven in de zoeker)
In-/uitgangen
USB/Video-aansluiting (USB 2.0 (compatibel voor hoge snelheid)),
gelijkstroomaansluiting, draadontspanneraansluiting
Videosignaal NTSC/PAL.
PictBridge
Compatibele printer PictBridge-compatibele printer
Afdrukfuncties Eén opname, Alle opnamen, DPOF
AUTOPRINT
Afmetingen en gewicht
129,5 mm (b) × 92,5 mm (h) × 70 mm (d)
570 g (alleen body), 645 g (met CR-V3-batterijen en SD-
geheugenkaart), 665 g (met vier AA-alkalinebatterijen en SD-
geheugenkaart)
Accessoires
Flitsschoenbeschermer F
K, oogschelp FO, zoekerkapje ME,
bodydop, USB-kabel I-USB17, videokabel I-VC28, software
(cd-rom) S-SW55, draagriem O-ST53, vier AA-alkalinebatterijen,
handleiding (dit boekje) en handleiding bij PENTAX PHOTO
Browser 3 / PENTAX PHOTO Laboratory 3
Talen
Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Zweeds, Nederlands,
Russisch, Koreaans, Chinees (traditioneel/vereenvoudigd) en Japans
Specificaties van optionele afstandsbediening F
Afstandbediening
Infrarood afstandsbediening, opname ca. drie s nadat ontspanknop
op afstandsbediening wordt ingedrukt of onmiddellijke opname bij
druk op de knop, bereik = ca. 5 m vanaf voorzijde camera.
Voeding Eén lithiumbatterij (CR1620)
Afmetingen 22 mm × 53 mm × 6,5 mm (b x h x d)
Gewicht 7 g (inclusief batterij)
e_kb459.book Page 201 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
202
6
Bijlage
Verklarende woordenlijst
AdobeRGB
Kleurruimte aanbevolen door Adobe Systems, Inc. voor commercieel afdrukken.
Breder bereik van kleurreproductie dan sRGB. Dekt het grootste kleurbereik zodat
kleuren die alleen beschikbaar zijn tijdens afdrukken niet verloren gaan wanneer
opnamen op een computer worden bewerkt. Wanneer opnamen worden geopend
in niet-compatibele software, lijken de kleuren lichter.
Autobelicht.
De helderheid van het onderwerp wordt gemeten om de belichting te bepalen. Kies
op deze camera uit [Meervlaksmeting], [Lichtmeting met nadruk op het midden] en
[Spotmeting].
Auto Bracket
Voor het automatisch wijzigen van de opname-instellingen. Wanneer de ontspanknop
wordt ingedrukt, worden er drie opnamen gemaakt. De eerste zonder correctie,
de tweede wordt onderbelicht en de derde overbelicht.
Belichtingscorrectie
Proces van het instellen van de opnamehelderheid door de sluitertijd en diafra-
gmawaarde te wijzigen.
Camerabeweging (waas/onscherpte)
Wanneer de camera beweegt terwijl de sluiter open is, ziet de gehele opname
er vervloeid uit. Dit komt vaker voor bij een lange sluitertijd.
Voorkom het bewegen van de camera door de gevoeligheid te verhogen, de flitser
te gebruiken of te werken met een kortere sluitertijd. U kunt de camera ook op een
statief monteren. Omdat de kans dat de camera wordt bewogen, het grootst is
wanneer op de ontspanknop wordt gedrukt, kunt u het bewegen ook voorkomen
met de functie Bewegingsreductie, de zelfontspanner, de afstandsbediening en
de draadontspanner.
CCD (Charge Coupled Device)
Fotografisch element dat het licht dat door het objectief binnenkomt omzet in
elektrische signalen waarmee het beeld wordt opgebouwd.
DCF (Design Rule for Camera File System)
Standaard voor bestandssystemen op digitale camera’s, vastgelegd door de
JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries Association).
Diafragma
Het diafragma vergroot of verkleint de lichtstraal (doorsnede) die het objectief
passeert op weg naar de CCD.
e_kb459.book Page 202 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
203
6
Bijlage
DPOF (digital print order format)
Regels voor het schrijven van informatie op een kaart met opgeslagen opnamen,
met betrekking tot de specifieke opnamen die moeten worden afgedrukt en het
aantal af te drukken exemplaren. U kunt heel eenvoudig afdrukken laten maken
door de kaart naar een fotozaak te brengen die DPOF-afdrukken maakt.
Exif (exchangeable image file format voor digitale fotocamera‘s)
Standaard voor bestandssystemen op digitale camera’s, vastgelegd door de
JEITA (Japan Electronics and Information Technology Industries Association).
Gevoeligheid
De hoeveelheid licht. Met een hoge gevoeligheid kunnen opnamen zelfs op donkere
plaatsen worden gemaakt met een korte sluitertijd, waardoor camerabewegingen
worden verminderd. Opnamen met een hoge gevoeligheid zijn echter vatbaarder
voor ruis.
Helderheid
Het overbelichte deel van de opname verliest contrast en lijkt wit.
Histogram
Weergave in grafiekvorm van een gradatiereeks van het donkerste tot het lichtste
punt in een opname. De horizontale as vertegenwoordigt de helderheid en de verticale
as het aantal pixels. Een histogram is handig wanneer u de belichtingsstatus van een
opname wilt controleren.
JPEG
Methode voor beeldcompressie. Een opname wordt opgeslagen in de indeling
JPEG wanneer het kwaliteitsniveau wordt ingesteld op C (Best), D (Beter)
of E (Goed). Opnamen die zijn opgeslagen als JPEG, zijn geschikt voor weergave
op een computer of om als bijlage bij een e-mailbericht te worden verstuurd.
Kleurgebied
Een bepaald kleurbereik uit het spectrum. Bij digitale camera’s wordt [sRGB]
gedefinieerd als de standaard van Exif. Deze camera maakt ook gebruik van
[AdobeRGB], omdat deze een rijkere kleuruitdrukking heeft dan sRGB.
Kleurtemperatuur
Beschrijving in getalswaarden van de kleur van de lichtbron die het onderwerp
verlicht. Aangegeven als absolute temperatuur in Kelvin (K). De kleur van het licht
krijgt een blauwachtige kleurzweem naarmate de kleurtemperatuur hoger wordt,
en een roodachtige kleurzweem naarmate de kleurtemperatuur lager wordt.
Kwaliteitsniveau
Heeft betrekking op de mate van compressie van een opname. Hoe minder
compressie, des te gedetailleerder de opname wordt. De opname wordt grover
naarmate de compressie toeneemt.
LW (belichtingswaarde)
De belichtingswaarde wordt bepaald door de combinatie van diafragmawaarde en
sluitertijd.
e_kb459.book Page 203 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
204
6
Bijlage
ND-filter (Neutral Density)
Filter met veel verzadigingsniveaus, dat de helderheid aanpast zonder dat dit
invloed heeft op de opname zelf.
NTSC, PAL
Dit zijn video-uitgangssignalen. NTSC wordt voornamelijk gebruikt in Japan,
Noord-Amerika en Zuid-Korea. PAL wordt voornamelijk gebruikt in Europa en China.
Opnamepixels
Drukt de grootte van de opname uit in het aantal pixels. Hoe hoger het aantal pixels
waaruit de opname is opgebouwd, des te groter de opname wordt.
| Gegevens
Onbewerkte opnamegegevens vanuit de CCD. RAW-gegevens zijn nog niet intern
door de camera verwerkt. Na het fotograferen kunnen voor iedere opname
individuele instellingen worden gekozen voor witbalans, contrast, verzadiging,
kleurtoon, kleurgebied, gevoeligheid en scherpte. RAW-gegevens zijn 12-bits
gegevens met 16 keer zoveel informatie als 8-bits JPEG- en TIFF-gegevens.
Daardoor zijn rijke kleurschakeringen mogelijk. Breng RAW-gegevens over naar
uw computer en gebruik de meegeleverde software om de beelden om te zetten
naar een andere bestandsindeling, bijvoorbeeld JPEG of TIFF.
Ruisonderdrukking
Bewerking voor het verminderen van ruis (ruwheid of onregelmatigheid in
opnamen), veroorzaakt door een lange sluitertijd.
Scherpstelpunt
Een punt in de zoeker dat bepaalt waarop wordt scherpgesteld. Bij deze camera
kunt u kiezen uit [AUTO], [Selecteren] en [Midden].
Scherptediepte
Scherpstelgebied. Dit hangt af van het diafragma, de brandpuntsafstand van het
objectief en de afstand tot het onderwerp. U kunt een kleiner diafragma kiezen voor
meer scherptediepte, of een groter diafragma voor minder scherptediepte.
Sluitertijd
De tijd dat de sluiter open staat en er licht valt op de CCD. De hoeveelheid licht die
op de CCD valt kan worden gewijzigd door de sluitertijd aan te passen.
sRGB (standaard RGB)
Internationale standaard voor kleurruimte, vastgesteld door het IEC (International
Electrotechnical Commission). Deze definieert kleurruimte voor computer-
beeldschermen en wordt ook gebruikt als standaard kleurruimte voor Exif.
Vignettering
Vignettering treedt op wanneer hoeken van opnamen zwart worden omdat het
onderwerp is geblokkeerd door de zonnekap of een filter of wanneer de flitsbundel
geblokkeerd was.
e_kb459.book Page 204 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
205
6
Bijlage
Witbalans
Tijdens opnamen wordt de kleurtemperatuur aangepast, zodat die overeenkomt
met de lichtbron, om het onderwerp de juiste kleur te geven.
e_kb459.book Page 205 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
206
6
Bijlage
Index
Symbolen
[A Opname] menu ................................ 104
[Q Weergeven] menu ..........................104
[H Set-up] menu ...................................105
[A Pers.inst.] menu ................................ 106
I Auto Picture .............................. 43, 50
= Portret .................................................. 50
s Landschap .......................................... 50
q Macro ...................................................50
\ Bewegend onderwerp ......................... 50
. Portretopname bij nacht ...................... 50
a Flits UIT ...............................................50
A Nachtopname ..................................... 51
i Strand & sneeuw ............................... 51
B Tekst .................................................... 51
K Zonsondergang .................................51
C Kinderen .............................................. 51
E Huisdier .............................................. 51
D Kaarslicht ............................................ 51
E Museum .............................................51
Q knop ........................................... 99, 101
i knop ..................................................100
K knop ................................................ 99
Z knop ................................................ 101
mc knop ................................................ 99
| Voorbeeld .................................. 152, 153
A
Adding the Date ....................................... 85
AdobeRGB ............................................. 123
L knop .............................................. 99
AF360FGZ ............................................. 160
AF540FGZ ............................................. 160
k (Continu) ...................................... 127
AF-functie .............................................. 127
AF-punt .................................................. 128
AF-punt weergeven .........................21, 128
l (Eén opname) ............................... 127
Afstandsbediening ................................... 64
Alkalinebatterijen ..................................... 26
Alle opnamen wissen ...............................80
Anti rode ogen .................................57, 164
Audiovisuele apparatuur .......................... 75
Auto Bracket ..........................................149
Autofocus = ........................................ 124
Automatisch uitschakelen ...................... 176
Automatische Gevoeligheids correctie ......121
c (Diafragmavoorkeuze) functie .......... 142
B
B&W (Digital Filter) .................................. 76
Batterijen ................................................. 25
Beeldtint ................................................ 114
Belichting................................................ 134
Belichting vergrendelen ......................... 131
Belichtingscorrectie ............................... 147
Belichtingsfunctie .................................. 138
Belichtingsgeheugen ............................. 148
Belichtingswaarschuwing ...... 141, 143, 145
Bestandsnummer .................................. 177
Beveiligen ................................................ 83
Bewegingsreductie .................................. 47
Bewolkt (Witbalans) ............................... 118
C
CCD geschud ........................................ 189
Color (Digitaal filter) ................................. 76
Continu autofocus ................................. 131
Continu k ........................................ 127
Continuopnamen ..................................... 58
Contrast ................................................. 117
CR-V3 ...................................................... 26
D
Daglicht (Witbalans) .............................. 118
Datum aanpassen ................................... 35
Datum wijzigen ...................................... 170
Diafragma .............................................. 135
Diafragmavoorkeuzec ......................... 142
Diavoorstelling ................................. 73, 168
Digitaal filter ............................................. 76
Digitaal voorbeeld .................................. 152
Dioptrieaanpassing .................................. 39
Diverse flitsers ....................................... 165
DPOF AUTOPRINT ................................. 95
DPOF-instellingen ................................... 85
Draadloos flitsen .................................... 162
Draadontspanner ................................... 146
E
Eén opname afdrukken ........................... 91
Eén opname l ................................. 127
Eén opname wissen ................................ 79
e-knop ..................................................... 99
Externe flitser ........................................ 160
e_kb459.book Page 206 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
207
6
Bijlage
F
Filter ........................................... 54, 76, 154
Filter (Witbalans) .................................... 118
Flits uit .....................................................50
Flitscorrectie .......................................... 154
Flitsen met 2e-sluitergordijn-
synchronisatie .............................................164
Flitsen met contrastregelings
synchronisatie ........................................ 166
Flitsen met korte-sluitertijd
synchronisatie ........................................ 162
Fn Menu .................................................108
{ knop ............................................ 99, 101
Focusing ................................................ 124
Formatteren ........................................... 169
Foto’s afdrukt ........................................... 85
Foutbericht ............................................. 194
Functiekiezer ........................................... 99
Functiekiezer tegenover ........................110
Functiepalet ............................................. 52
G
Geluidssignaal ....................................... 170
Gevoeligheid .......................................... 121
H
Handmatig scherpstellen \ ................132
Handmatige witbalans ...........................119
Helder .................................................... 114
Helderheid ..................................... 167, 178
Helderheid (Digitaal filter) ....................... 76
Helderheid van de LCD-monitor ............175
Helemaal ingedruk ................................... 45
Histogram ........................................ 19, 178
Hoofdschakelaar .............................. 98, 100
Hulpdisplay .............................................. 16
I
M knop ...................................... 99, 100
Ingebouwde flitser............................. 54, 154
ISO-gevoeligheid ................................... 121
ISO-gevoeligheidswaarschuwing
Weergave .............................................. 122
J
Juiste belichting .....................................134
K
Kleurgebied ............................................ 123
Kleurtemperatuur ................................... 119
Kleurverzadiging .................................... 117
Kwaliteitsniveau ............................... 31, 116
L
Laatste geheugen ..................................182
Lamplicht (Witbalans) ............................ 118
LCD-display ............................................. 22
LCD-monitor ............................................ 16
LED voor lezen van/schrijven naar kaart ... 15
Lens ......................................................... 37
Lichtmeting ............................................ 136
Lithiumbatterijen ...................................... 26
M
Mapnaam .............................................. 176
Matglas .................................................. 133
Meervlaks .............................................. 136
Meettijd .................................................. 137
Menubediening ...................................... 102
3-knop .................................... 99, 100
\ (Handmatig scherpstellen) ............. 132
Momentcontrole ..................................... 177
N
Nachtopname (Tijdopname) .................. 146
Nadruk op het midden ........................... 137
Natuurlijk ............................................... 114
Neonlicht (Witbalans) ............................ 118
Netvoedingsadapter ................................ 28
Ni-MH ...................................................... 26
Ni-MH oplaadbare batterijen ................... 26
NTSC ..................................................... 175
O
Objectief ................................................ 186
Objectiefontgrendelknop ......................... 38
4 knop ......................................... 99, 101
Ontgrendelknop objectief ........................ 98
Ontspanknop ............................. 45, 98, 100
Opnamegegevens ............................. 17, 18
Opnamen met daglichtsynchronisatie ........ 57
Opnamepixels ................................. 31, 115
Optional Accessories ............................. 192
Optisch voorbeeld ................................. 152
P
e (Programma) functie ......................... 139
PAL ........................................................ 175
PC-F ...................................................... 198
P-DDL (Auto) ......................................... 161
P-DDL (flitser) ........................................ 163
Persoonlijke instellingen ........................ 106
PictBridge ................................................ 88
Pixels ..................................................... 115
Power ...................................................... 32
Print alle beelden ..................................... 93
Printeraansluiting ..................................... 90
Programmafunctie e ............................ 139
e_kb459.book Page 207 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
208
6
Bijlage
R
RAW ...................................................... 116
Rechtstreeks afdrukken ........................... 88
Reset ............................................. 179, 180
Resterende opslagcapaciteit opnamen ...27
Roteren .................................................... 69
Ruisonderdrukking ................................. 146
S
H (Scène) ............................................. 50
Schaduw (Witbalans) ............................. 118
Schermaanwijzingen .............................. 174
Scherpstelfunctieknop ............................. 99
Scherpstelindicatie ......................... 107, 132
Scherpstelling vastzetten ....................... 130
Scherpstelvergrendeling ........................ 130
Scherpte ................................................ 117
Scherptediepte ....................................... 135
SD-geheugenkaart ................................... 29
Selecteren&Gewiste ................................ 81
Sensor stofvrij ........................................ 189
Sepia (Digitaal Filter) ...............................76
Slim (Digitaal filter) ................................... 76
Sluitertijd ................................................ 134
Sluitertijdvoorkeuze b .......................... 140
Soft (Digitaal filter) ...................................76
Spiegel omhoog ....................................... 67
Spotmeting ............................................. 137
Standaardinstellingen ...................... 33, 182
Strap ........................................................ 24
T
Taal .......................................................... 33
Tijdopname p ........................................ 146
Timer belichtingsmeter ..........................150
Tot halverwege ingedrukt .......................45
Transfer functie ........................................ 89
Transportfunctie ..................................... 108
TV ............................................................ 75
b (Sluitertijdvoorkeuze) ........................ 140
U
USB-kabel ................................................ 88
Using aperture ring ................................188
V
Videokabel ............................................... 75
Video-uitgangssignaal ........................... 175
Vierwegbesturing (mnop) ........ 99, 101
Viewfinder ................................................ 39
Vignettering ........................................... 206
Voorbeeldmethode ................................ 153
Voorbeeldweergave .............................. 178
Vuurwerk ............................................... 146
W
Weergave ................................................ 18
Weergave van negen opnamen tegelijk .....71
Weergavestijl ......................................... 167
Weergavetaal ........................................ 174
Weergavetijd ........................................... 27
Weergeven ............................................... 68
Wereldtijd .............................................. 171
Wissen ..................................................... 79
Witbalans ............................................... 118
Z
Zelfontspanner ........................................ 60
Zoeker ..................................................... 20
Zoom Lens .............................................. 53
Zoomweergave ........................................ 70
e_kb459.book Page 208 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
209
6
Bijlage
e_kb459.book Page 209 Thursday, June 21, 2007 10:50 AM
210
6
Bijlage
GARANTIEBEPALINGEN
Alle PENTAX-camera’s die via de erkende kanalen door de officiële importeur zijn
ingevoerd en via de erkende handel worden gekocht, zijn tegen materiaal- en/of
fabricagefouten gegarandeerd voor een tijdsduur van twaalf maanden na
aankoopdatum. Tijdens die periode worden onderhoud en reparaties kosteloos
uitgevoerd, op voorwaarde dat de apparatuur niet beschadigd is door vallen of
stoten, ruwe behandeling, inwerking van zand of vloeistoffen, corrosie van
batterijen of door chemische inwerking, gebruik in strijd met de
bedieningsvoorschriften, of wijzigingen aangebracht door een niet-erkende
reparateur. De fabrikant of zijn officiële vertegenwoordiger is niet aansprakelijk
voor enige reparatie of verandering waarvoor geen schriftelijke toestemming is
verleend en aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade als gevolg van
vertraging en gederfd gebruik voortvloeiend uit indirecte schade van welke aard
dan ook, of deze nu veroorzaakt wordt door ondeugdelijk materiaal, slecht
vakmanschap of enige andere oorzaak. Uitdrukkelijk wordt gesteld dat de
verantwoordelijkheid van de fabrikant of zijn officiële vertegenwoordiger onder alle
omstandigheden beperkt blijft tot het vervangen van onderdelen als hierboven
beschreven. Kosten voortvloeiend uit reparaties die niet door een officieel
PENTAX-servicecentrum zijn uitgevoerd, worden niet vergoed.
Handelwijze tijdens de garantieperiode
Een PENTAX-apparaat dat defect raakt gedurende de garantieperiode van
12 maanden, moet worden geretourneerd aan de handelaar waar het toestel
is gekocht, of aan de fabrikant. Als in uw land geen vertegenwoordiger van de
fabrikant gevestigd is, zendt u het apparaat naar de fabriek met een internationale
antwoordcoupon voor de kosten van de retourzending. In dit geval zal het vrij lang
duren voordat het apparaat aan u kan worden geretourneerd, als gevolg van de
ingewikkelde douaneformaliteiten. Wanneer de garantie op het apparaat nog van
kracht is, zal de reparatie kosteloos worden uitgevoerd en zullen de onderdelen
gratis worden vervangen, waarna het apparaat aan u wordt teruggezonden. Indien
de garantie verlopen is, wordt het normale reparatietarief in rekening gebracht. De
verzendkosten zijn voor rekening van de eigenaar. Indien uw PENTAX gekocht is
in een ander land dan waarin u tijdens de garantieperiode de reparatie wilt laten
verrichten, kunnen de normale kosten in rekening worden gebracht door de
vertegenwoordigers van de fabrikant in dat land. Indien u uw PENTAX in dat geval
aan de fabriek terugzendt, wordt de reparatie desalniettemin uitgevoerd volgens
de garantiebepalingen. De verzend- en inklaringskosten zijn echter altijd voor
rekening van de eigenaar. Om de aankoopdatum indien nodig te kunnen bewijzen,
dient u het garantiebewijs en de aankoopnota van uw camera gedurende ten
minste één jaar te bewaren. Voordat u uw camera voor reparatie opstuurt, dient u
zich ervan te vergewissen dat u de zending inderdaad heeft geadresseerd aan de
fabrikant. Vraag altijd eerst een prijsopgave. Pas nadat u zich hiermee akkoord
hebt verklaard, geeft u het servicecentrum toestemming de reparatie uit te voeren.
e_kb459.book Page 210 Thursday, June 21, 2007 10:50 AM
211
6
Bijlage
Deze garantiebepalingen zijn niet van invloed op de wettelijke rechten van
de klant.
De plaatselijke garantiebepalingen van PENTAX-distributeurs in sommige
landen kunnen afwijken van deze garantiebepalingen. Wij adviseren u
daarom kennis te nemen van de garantiekaart die u hebt ontvangen bij uw
product ten tijde van de aankoop, of contact op te nemen met de PENTAX-
distributeur in uw land voor meer informatie en voor een kopie van de
garantiebepalingen.
Het CE-keurmerk is een keurmerk voor conformiteit met richtlijnen van
de Europese Unie.
e_kb459.book Page 211 Thursday, June 21, 2007 10:50 AM
212
6
Bijlage
Informatie voor gebruikers over afvoeren
1. In de Europese Unie
Als uw product met dit symbool is gemarkeerd, dan houdt dit in dat het
gaat om een gebruikt elektrisch/elektronisch product dat niet met het
gewone huishoudelijke afval mag worden meegegeven. Deze
producten worden apart ingezameld.
Gebruikte elektrische/elektronische apparatuur moet afzonderlijk en in
overeenstemming met de bestaande wetgeving worden behandeld.
Huishoudens binnen de EU kunnen hun gebruikte elektrische/
elektronische producten kosteloos inleveren bij inzamelpunten*.
In sommige landen nemen ook winkeliers uw oude product in als
u een vergelijkbaar nieuw product koopt.
*Neem voor meer bijzonderheden contact op met de plaatselijke
instanties.
Als u zich op de juiste wijze van dit product ontdoet, dan draagt u ertoe
bij dat het afval op de juiste wijze wordt behandeld en hergebruikt en
dat geen schade optreedt aan het milieu of de gezondheid.
2. In andere landen buiten de EU
Als u zich van dit product wilt ontdoen, neem dan contact op met de
plaatselijke instanties om te informeren wat hiervoor de juiste methode
is.
In Zwitserland kan gebruikte elektrische/elektronische apparatuur
gratis teruggebracht worden naar de detaillist, zelfs wanneer u geen
nieuw product koopt. Andere verzamelpunten vindt u op de website
www.swico.ch
of www.sens.ch.
e_kb459.book Page 212 Thursday, June 21, 2007 10:50 AM
MEMO
e_kb459.book Page 212 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
e_kb459.book Page 213 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
e_kb459.book Page 214 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
e_kb459.book Page 215 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
MEMO
e_kb459.book Page 215 Thursday, June 21, 2007 9:54 AM
5


Need help? Post your question in this forum.

Forumrules


Report abuse

Libble takes abuse of its services very seriously. We're committed to dealing with such abuse according to the laws in your country of residence. When you submit a report, we'll investigate it and take the appropriate action. We'll get back to you only if we require additional details or have more information to share.

Product:

For example, Anti-Semitic content, racist content, or material that could result in a violent physical act.

For example, a credit card number, a personal identification number, or an unlisted home address. Note that email addresses and full names are not considered private information.

Forumrules

To achieve meaningful questions, we apply the following rules:

Register

Register getting emails for Pentax K100D Super at:


You will receive an email to register for one or both of the options.


Get your user manual by e-mail

Enter your email address to receive the manual of Pentax K100D Super in the language / languages: Dutch as an attachment in your email.

The manual is 13,05 mb in size.

 

You will receive the manual in your email within minutes. If you have not received an email, then probably have entered the wrong email address or your mailbox is too full. In addition, it may be that your ISP may have a maximum size for emails to receive.

Others manual(s) of Pentax K100D Super

Pentax K100D Super User Manual - English - 1 pages

Pentax K100D Super User Manual - German - 1 pages

Pentax K100D Super User Manual - German - 218 pages


The manual is sent by email. Check your email

If you have not received an email with the manual within fifteen minutes, it may be that you have a entered a wrong email address or that your ISP has set a maximum size to receive email that is smaller than the size of the manual.

The email address you have provided is not correct.

Please check the email address and correct it.

Your question is posted on this page

Would you like to receive an email when new answers and questions are posted? Please enter your email address.



Info