BEDIENING
11
10
BEDIENING
Functies multifunctionele oven
Ontdooien
U kunt ontdooien met de ventilator van de
heteluchtoven. De ventilator blaast lucht door
de oven waardoor de gerechten sneller
ontdooien.
Hetelucht
De ventilator in de achterwand verspreidt de
hete lucht in de oven. Hiermee worden de
gerechten verwarmd. U kunt op meerdere
niveaus tegelijk bakken, waardoor u energie
kunt besparen.
Boven- en onderwarmte
Door de ovenknop op boven- en onderwarmte
en de thermostaatknop een temperatuur in te
stellen wordt de boven- en onderwarmte-
functie ingeschakeld. Het gerecht wordt
verwarmd door de stralingswarmte van de
onder- en bovenelementen. Plaats het gerecht
altijd in het midden van de oven voor het op de
traditionele manier bereiden van gerechten.
De gerechten rijzen goed uit en krijgen een
mooie bruine kleur.
Grill
De gerechten worden verwarmd door de
stralingswarmte van het gecombineerde grill-/
bakelement. De standaard grill gebruikt u
wanneer alleen in het midden van de oven een
gerecht staat of bij gebruik van het draaispit.
De thermostaat regelt ook de grill. Het
element zal daarom niet continu maar van tijd
tot tijd rood oplichten.
Plus-grill
Gebruik de grote grill voor grote porties,
bijvoorbeeld een volledig bedekt rooster. De
thermostaat regelt ook de grill. Het element
zal daarom niet continu maar van tijd tot tijd
rood oplichten.
Plus-grill + ventilator
De gerechten worden verwarmd door de
stralingswarmte van het gecombineerde
grillelement. De ventilator in de achterwand
blaast de hete lucht in de oven. Gerechten
krijgen hierdoor rondom een knapperig
korstje. Deze stand is vooral geschikt voor
gevogelte en grote stukken vlees. U kunt ook
meerdere stukken vlees tegelijk grillen.
Voordat u gaat grillen moet u de ovendeur
eerst in de grillpositie zetten (zie pag. 12).
Onderwarmte + ventilator
Alleen de onderwarmte is ingeschakeld. Deze
stand is geschikt voor het kortstondig extra
doorbakken van taart- en pizzabodems.
Functies conventionele oven
fig. 9: Ovenknop
Ovenknop
Met de ovenknop kiest u de functie en de
oventemperatuur.
Gele controlelamp
Gedurende het opwarmen brandt het gele
controlelampje. Het lampje dooft als de
ingestelde temperatuur bereikt is.
Ovenverlichting
De ovenverlichting gaat branden. Deze stand
is makkelijk voor het reinigen van de oven.
Boven- en onderwarmte
Als u met de ovenknop een temperatuur kiest,
wordt de boven-en onderwarmte functie
ingeschakeld. Het gerecht wordt verwarmd
door de stralingswarmte van de onder- en
bovenelementen. Plaats het gerecht altijd in
het midden van de oven voor het op de
traditionele manier bereiden van gerechten.
De gerechten rijzen goed uit en krijgen een
mooie bruine kleur.
Grill
De gerechten worden verwarmd door de
stralingswarmte van het gecombineerde grill-/
bakelement. De standaard grill gebruikt u
wanneer alleen in het midden van de oven een
gerecht staat.
De thermostaat regelt ook de grill. Het
element zal daarom niet continu maar van tijd
tot tijd rood oplichten.
Voordat u gaat grillen moet u de ovendeur
eerst in de grillpositie zetten (zie pag. 12).
Functies multifunctionele oven
Functieknop + thermostaatknop
fig. 10: Functieknop + thermostaatknop
Functieknop
Met de functieknop kiest u de gewenste
ovenfunctie.
Thermostaatknop
Met de thermostaatknop stelt u de gewenste
temperatuur in. De temperaturen zijn traploos
instelbaar.
Gele controlelamp
Gedurende het opwarmen brandt het gele
controlelampje. Het lampje dooft als de
ingestelde temperatuur bereikt is.
Rode controlelamp
De rode controlelamp geeft aan dat de oven
(en/of kookplaat) in werking is.