ONDERHOUD
13
12
ONDERHOUD
Reinigen
Let op:
Maak het toestel spanningsloos voordat met
reparatie of schoonmaken wordt gestart. Bij
voorkeur door de stekker uit het stopcontact
te halen of de schakelaar in de meterkast op
nul te zetten.
Geëmailleerde delen
De binnenkant van de ovendeur, de oven-
bodem en de bak- en braadplaat zijn geheel
geëmailleerd. U kunt ze het beste reinigen met
een warm sopje, eventueel met vloeibare zeep
(Jif, Brillo) en nabehandelen met schoon water.
Buitenkant
Reinig de buitenkant van de oven met een
warm sopje of vloeibare zeep. Nabehandelen
met schoon water.
Glas
Reinig de ovenruit met een sopje of met
Glassex.
Deurrubber
Het deurrubber (A) kan verwijderd worden om
het te reinigen. Trek de vier lipjes in de
hoeken (B) omhoog, uit de gaten (C).
Reinigen met een warm sopje en
nabehandelen met schoon water.
Terugplaatsen: Houd de lange zijde van het
deurrubber horizontaal. Plaats, eerst boven,
de vier lipjes weer terug in de gaten.
Ovenlamp vervangen
Draai de beschermkap (A), tegen de klok in,
los.
Vervang de lamp door een nieuwe met
eenzelfde wattage.
Draai de beschermkap, met de klok mee, weer
vast.
Deur verwijderen
Om de oven makkelijker schoon te maken kan
de deur verwijderd worden.
Verwijderen: Open de ovendeur geheel. Houd
de deur, met twee handen, bij de scharnieren
vast.
Druk met de duimen hendeltje A naar voren.
Licht tegelijkertijd de deur naar boven op
totdat deze in een hoek van 45° staat. Het
scharniergedeelte B is nu geblokkerd. Licht
met de wijsvingers scharnier C op. Trek de
deur vervolgens recht naar voren uit de oven.
Plaats de deur in omgekeerde volgorde terug.
Open de deur eerst geheel om de blokkering
van scharniergedeelte B op te heffen. De deur
kan vervolgens worden gesloten.
Tip
Door de oven regelmatig schoon te maken,
voorkomt u hardnekkige verontreinigingen.
A
B
C
A